Maandelijks archief: augustus 2012

O en voorgoed voorbij

Langs graven van Nederlandse schrijvers

.

Uitgeverij de Arbeiderspers heeft een bijzonder aardig boekje uitgegeven in opdracht van het Fonds Perzik van Onsterfelijkheid (genoemd naar een roman van Jan Wolkers). Deze stichting streeft behoud, herstel en instandhouding van graven en grafmonumenten van Nederlandse schrijvers na. De  titel van dit boek: ‘O en voorgoed voorbij’. De titel komt uit een beroemde dichtregel van de dichter J.C. Bloem ‘Voorbij, voorbij, o en voorgoed voorbij’. Deze regel staat dan ook op de grafsteen van Bloem te vinden op het kerkhof van Paasloo.

.

In dit boek worden 21 graven van beroemde Nederlandse schrijvers en dichters beschreven en behandeld. Zoals wellicht bekend ben ik een groot liefhebber van begraafplaatsen. Om hun rust maar vooral om hun cultuur historische waarde en schoonheid. Elke begraafplaats is anders, buitenlandse begraafplaatsen zijn weer anders dan Nederlandse begraafplaatsen en de cultus rond de dood en het begraven van mensen is ook overal verschillend.

.

In dit geval viel mijn oog op een gedicht van A. Roland Holst dat hij schreef over Simon Vestdijk. Vestdijk was getroffen door een depressie en daarna door de ziekte van Parkinson, het hetgeen hem nog depressiever maakte. Adriaan Roland Holst bezocht hem regelmatig thuis in Doorn en na zijn laatste bezoek schreef hij een gedicht.

.

Hij zat wat voorovergebogen

Toen hij mij voor het laatst aankeek

Ik wist niet dat twee open ogen

Zo leeg zijn konden. Ik ontweek

Zijn blik niet, kon die niet ontwijken.

Het was kort voor zijn laatste reis.

Doodstil zat hij naar mij te kijken

Uit een hel van ijs.

.

ISBN: 978 90 295 8409 8

.

 

Foto’s Werry Crone

Charles Bukowski

A Smile To Remember

.

we had goldfish and they circled around and around
in the bowl on the table near the heavy drapes
covering the picture window and
my mother, always smiling, wanting us all
to be happy, told me, ‘be happy Henry!’
and she was right: it’s better to be happy if you
can
but my father continued to beat her and me several times a week while
raging inside his 6-foot-two frame because he couldn’t
understand what was attacking him from within.

.

my mother, poor fish,
wanting to be happy, beaten two or three times a
week, telling me to be happy: ‘Henry, smile!
why don’t you ever smile?’

.

and then she would smile, to show me how, and it was the
saddest smile I ever saw

.

one day the goldfish died, all five of them,
they floated on the water, on their sides, their
eyes still open,
and when my father got home he threw them to the cat
there on the kitchen floor and we watched as my mother
smiled

.