Site-archief

Voor de prullenbak

Stella Bergsma

.

Dichter, romanschrijfster, opiniemaker en zangeres van Einstein Barbie  Stella Bergsma (1970) heeft een nieuwe dichtbundel uit. Na ‘Cupcakes’ in 2014 is er dan nu de bundel ‘Meesterwerk voor de prullenbak’ waarin weer duidelijk de stem van Bergsma te horen en te lezen is. ‘Meesterwerk voor de prullenbak is een poëziebundel die bestaat uit gedichten die Bergsma in de prullenbak wou gooien. Totdat zij besefte dat dit eigenlijk ware meesterwerken zijn aangezien ze nog geen ‘photoshopfilter’ over zich heen kregen.

In de bundel is een breuklijn aangebracht zodat je gedichten die je niet bevallen eruit kan scheuren. Een grappige gedachte al vraag ik me af wie dat ook werkelijk gaat doen. In de bundel gedichten, liedjes, sommige recht-toe-recht-aan, zoals veel mensen Bergsma zullen denken te kennen maar ook gevoelige gedichten met mooie zinnen en gedachten. Ik heb voor twee gedichten gekozen. De eerste korte is getiteld ‘Muggen’ en aangezien ik samen met Marianne en Bart MUGzine maak wilde ik deze niet laten liggen en de tweede, wat langere is getiteld ‘Sierlijke suïcide’ een heerlijk positief gedicht.

.

Muggen

.

hier zijn de woorden die mij maken

onuitgesproken tegen je geschouderde haar.

je hebt er niet één gevangen

en klopt ze als muggen plat tegen de muur

waar ze vlekken achterlaten

die alleen ik kan zien

.

Sierlijke suïcide

.

Zelfhaat is uit

het is zo Vincent van GOH

dus draai een pirouette

trek je jurkste jurk aan

en houd je armen

als de hals van een zwaan

,

gewoon de dag op zon betrappen

en met je lach de aarde breken want

je hebt de waarheid om je nek gedrapeerd

en draagt haar ondanks de rafels

toch naar het bal

.

auto-aversie heeft afgedaan

dus berg je gesel op

kijk hoe hij glitters achterlaat

in de palm van je hand

en als je toch wilt slaan

steek dan gracieus je pink in de lucht.

.

 

 

Twee keer de liefde

Dubbel-gedicht

.

Vandaag een dubbelgedicht over de liefde. Toen ik dit besloot wist ik dat ik kon kiezen uit zoveel gedichten, veel meer dan wanneer ik een dubbelgedicht zou maken over zoet en zout of over mantelzorg. Tegelijkertijd biedt het ook weer Zoveel mogelijkheden dat een keuze niet eenvoudig is.

Na enig zoeken koos ik voor gedichten van Ilja Leonard Pfeijffer (1968) en Gerrit Kouwenaar (1923-2014).

Het eerste gedicht is van Pfeijffer en is getiteld ‘Die Liebe die Liebe’ en nam ik uit de bundel ‘Van de eerste tot de laatste liefde’ uit 2022, een keuze uit de amoureuze gedichten van deze dichter.

Het tweede gedicht is van Kouwenaar en heeft als titel ‘Van de liefde’ en komt uit de bundel ‘Gedichten 1948-1978’ uit 1982.

.

Die Liebe die Liebe

.

Liefde is een dunne naam

maar de avond wordt zwaar

en kruipt op mijn buik

ik ruik je avondmond

ik proef je naam

.

liefde is gauw gezongen en

liefde is dun gesponnen

maar spin voor iedere tol

en zing als een klepel

.

liefde is een avondwoord

maar het wordt avond

en mijn keel wordt donker

ik wil je drinken

ik proef je naam

.

Van de liefde

.

En nu van de liefde?

Van de liefde

die men als een roos

op het schild draagt?

.

Van de liefde

die men als een roos

in de hand verplettert

begraaft in het hart?

.

Of van de liefde

die als een distel verwondt

als een hand bloedt

als een hart bloeit?

.

Adriaan van Dis

Dutchwife

.

Adriaan van Dis (1946) is natuurlijk bekend als schrijver van romans, zijn televisieprogramma ‘Hier is …. Adriaan van Dis’, Zomergasten en als lees- en boekenambassadeur. Wat minder mensen weten is dat hij ook dichter is. Zo publiceerde hij een aantal dichtbundels waarvan ‘Morfine’ de laatste was in 2019 (samen met beeldend kunstenaar Berend Strik).

In de bundel ‘Album van de Indische poëzie’ uit 2014, samengesteld door Bert Paasman en Peter van Zonneveld, is ook een gedicht van zijn hand opgenomen getiteld ‘Dutchwife’. Dit gedicht komt uit zijn bundel ‘Totok twee’ uit 2008 (‘Totok’ deel 1 komt uit 1998).

.

Dutchwife

.

elke morgen sjouwt een jongen

bundels lange stelen

naar de boom onder mijn raam

oren in zachtgroene knop

sedap malam – nachtgeur

loom deinend op zijn schouders

.

oude beelden rollen  uit hun slaap

twee kussens zie ik, lang en rond

de guling

donzen worst om je vogel in de tropen koel te houden

dutchwife zeiden we thuis

.

onder de boom

snijdt de jongen

emmers vol

sedap malam op maat

steel voor steel

.

elke middag

raapt een vrouw

de afgevallen knoppen

handenvol

sedap malam

half open in de warmte van haar schoot

.

’s avonds

bloeit wit en hard

een nachtgeur op mijn gulling

koel koel rij ik door de nacht

.

.

Sedam malam = geurende nachtbloem
Gulling = rolkussen

.

Onvast land

Michael Vandebril

.

In 2012 debuteerde de Vlaamse dichter Michaël Vandebril (1972) met de poëziebundel ‘Het vertrek van Maeterlinck’ waarvoor hij de Herman de Coninck Debuutprijs kreeg en een nominatie voor de C. Buddingh’-prijs. In 2014 schreef hij een jaar lang ‘achterafgedichten’ voor het dagblad De Morgen. Zijn poëzie werd in acht talen vertaald. In 2016 verscheen zijn tweede bundel ‘New Romantics’ en in 2021 zijn vooralsnog laatste bundel ‘Op de weg van Appia’. Ook maakt hij deel uit van het Europese poëzieplatform Versopolis, een Europees platform voor jonge en opkomende Europese dichters.

Ik schafte pas geleden zijn bundel ‘New Romantics’ aan, een bundel vol verraderlijke, bedwelmende gedichten die de geest ademt van romantische dichters als Gilliams, Rilke en Baudelaire en die tegelijkertijd verwijst naar de hypnotiserende new wave en synthpop uit eind jaren zeventig en begin jaren tachtig, zo lees ik op de achterflap. Als ik het omslag bekijk heb ik meteen een idee, ABC, Jean Michel Jarre, OMD, Ultravox, Blancmange, Culture Club, mijn LP verzameling kent al deze namen. In de bundel vele verwijzingen naar deze periode (de opdracht voorin is van Visage uit ‘Fade To Grey’ hear the notes from a distant song.

Uit deze intrigerende en ook herkenbare bundel (muzikaal gezien) een gedicht dat niet meteen aansluit bij deze stroming maar meer neigt naar de romantische dichters uit eind 18e en begin 19e eeuw stammen.

.

Onvast land

.

er welt een wereld in de krul van je lippen

waar geen kaart me naartoe leiden kan

de zee loopt leeg naar dit onvast land

waar kinderen en dieren verdrinken

ik lig erbij als een leeggespoelde schelp

en wacht tot de klokken luiden en ze luiden

helder en hard de echo’s van je hart

dat opent als een lotusbloem blad voor blad

kwade tongen verstommen in dit droomland

waar geluk een engel is die je vraagt

kan je mijn borsten voelen als ik je omhels?

veel meer dan dat (geschrapte regels)

.

Hazel O’Connor

Will you?

.

Sinds kort kan ik weer vinylplaten draaien. Ik heb mijn Langspeelplaten en singeltjes van vroeger nooit weggedaan en dus staat er een archief van 30 jaar te wachten om opnieuw beluisterd te worden. Een van die LP’s waar ik me nu al op verheug is ‘Breaking Glass’ van Hazel O’Connor uit 1980. De LP is feitelijk filmmuziek want Breaking Glass was een speelfilm uit 1980 waarin Hazel O’Connor als actrice de hoofdrol speelde. De film gaat over de opkomst en ondergang van Kate Crowley, een boze maar creatieve jonge zangeres en songwriter.

Op deze plaat staat het, in mijn ogen en oren, legendarische nummer ‘Will you?’.  Het werd uitgebracht als vierde single van dit album. Het was een top tien-hit in zowel het Engeland als Ierland.  ‘Will you’ was het enige nummer in Breaking Glass dat niet speciaal voor de film was geschreven: in haar autobiografie Uncovered Plus uit 1981 verklaarde O’Connor dat het nummer enige tijd daarvoor was geschreven. In 2014 vertelde ze The Guardian dat ze van streek was nadat ze een verhaal had gelezen over een man die was overleden toen de winkel die hij was binnengegaan om een ​​broodje te kopen, was opgeblazen door een IRA- bom.

Het nummer staat bekend om zijn lange altsaxofoonsolo, gespeeld door Wesley Magoogan. Tijdens een tournee door het Verenigd Koninkrijk in november en december 1980 ter ondersteuning van haar album, werd O’Connor ondersteund door de toen nog onbekende band Duran Duran , en in zijn autobiografie verklaarde John Taylor, bassist van de band dat ‘Will You?’ het het hoogtepunt” van O’Connors set was, en hij noemde Magoogans solo “het emotionele hoogtepunt van de show”.

Behalve die prachtige solo is ook de tekst van dit nummer heel poëtisch en voor veel mensen waarschijnlijk heel herkenbaar. Voor mij in de jaren ’80 in ieder geval.

.

Will you?

.

You drink your coffee,I sip my tea,And we’re sitting here, playing so cool,Thinking, ‘What will be, will be.’And it’s getting kind of late now,Oh, I wonder if you’ll stay now,Stay now, stay now, stay now,Or will you just politely say ‘Goodnight’?

.I move a little closer to you,Not knowing quite what to do and I’mFeeling all fingers and thumbs,I spill my tea, oh silly me,It’s getting kind of late now,I wonder if you’ll stay now,Stay now, stay now, stay now,Or will you just politely say ‘Goodnight’?

.And then we touch, much too much,This moment has been waiting for a long, long time,Makes me shiver,Makes me quiver,This moment I am so unsure,This moment I have waited for,Well is it something you’ve been waiting for,Waiting for too?

.Take off your eyes,Bare your soul,Gather me to you and make me whole,Tell me your secrets,Sing me the song,Sing it to me in the silent tongue.

.It’s getting kind of late now,I wonder if you’ll stay now,Stay now, stay now, stay now,Or will you just politely say ‘Goodnight’?

.

Oorlogsdichter

Isaac Rosenberg

.

Over de Eerste Wereldoorlog zijn vele gedichten geschreven. Vaak door soldaten tijdens de oorlog al. Op dit blog kun je verschillende voorbeelden vinden van poëzie van Wilfred OwenVera BrittainAugust StrammJohn McCraeFrederick William Harvey en Ernst Jandl die in de oorlog is geschreven. In 2014 verscheen de bundel ‘De 100 beste gedichten van de Eerste Wereldoorlog’ samengesteld door Geert Buelens en van een inleiding voorzien door Tom Lanoye. Het aardige van deze bundel is dat naast alle bekende namen van dichters uit die periode, de samensteller ook heeft gekeken naar andere dichters zoals Nobelprijswinnaars Rabin dra nath Tagore en W.B. Yeats en Nederlandse dichters als Herman Gorter en Paul van Ostaijen. Boegbeelden van de internationale avant-garde Guillaume Apollinaire en Vladimir Majakovski staan naast grote dichters uit de moderne poëzie als Rainer Maria Rilke en Anna Achmatova. Samen geven ze een aangrijpend en rijk geschakeerd beeld van deze verschrikkelijke oorlog.

Wat ik echter heel goed vind aan deze bundel is dat er ook dichters instaan die helemaal niet zo bekend zijn, zoals bijvoorbeeld de dichter Isaac Rosenberg (1890-1918). Deze Engelse dichter en kunstenaar (etser) uit een Joods immigrantengezin, schreef indringende, visuele oorlogspoëzie. Hieronder een bijzonder voorbeeld uit deze bundel getiteld ‘De onsterfelijken’. Onder het gedicht, vertaald door Rob Schouten, staat: De echte overlevers van de oorlog zijn de luizen. Isaac Rosenberg stierf  bij Arras, na een nachtelijke patrouille door sluipschuttervuur of in een gevecht (dat is niet helemaal duidelijk).

De inleiding een een paar gedichten uit deze bundel lees je hier.

.

De onsterfelijken

.

Ik doodde ze, ze bleven leven.

Ja dag en nacht zag ik ze komen

En deed geen oog dicht, sliep geen tel,

Kon me verbergen noch ontkomen.

.

Tot ik genoeg geleden had,

Mijn handen kleurde in hun bloed.

Vergeefs, want sneller dan ik moordde

Kwamen ze weer in wreder vloed.

.

Ik doodde, doodde, dolle slacht,

Mijn krachten vloeiden langzaam weg,

En nog verrezen zij en kwelden mij,

Want duivels sterven nooit echt.

.

Ik meende dat de duivel woonde

In drank, vrouwen, verdachte huizen,

Genaamd Satan, Beëlzebub,

Maar nu noem ik ‘m: gore luizen.

.

Ik sta op

Maya Angelou

.

Vandaag, 8 maart, is het Internationale Vrouwendag. Elk jaar staat deze dag in het teken van strijdbaarheid en het gevoel van solidariteit van vrouwen overal ter wereld, meestal aan de hand van een specifiek thema. Internationale Vrouwendag is in de twintigste eeuw ontstaan doordat vrouwen opkwamen voor hun rechten, onder andere op het gebied van arbeid en vrouwenkiesrecht. In 1911 werd de Vrouwendag internationaal voor het eerst gevierd, in 1912 voor het eerst in Nederland.

Dat een Internationale Vrouwendag nog steeds keihard nodig is blijkt uit de situatie in landen als Afghanistan en Iran waar de positie van vrouwen weer steeds meer onder druk komt te staan maar ook in eigen land zijn we niet van alle smetten vrij. Als je kijkt naar de toeslagenaffaire dan zijn toch vooral heel veel vrouwen daarvan de dupe. Alle reden dus om vandaag een gedicht over of van een vrouw te plaatsen. Ik heb gekozen voor de Amerikaanse schrijver, dichter, zangeres, burgerrechtenactivist en hoogleraar amerikanistiek Maya Angelou (1928-2014) met het gedicht ‘Ik sta op’.

.

Ik sta op

.

Je kunt me in de geschiedenis beschrijven

met verwrongen leugens,

Je kunt me naar de prullenbak zelf slepen

Toch word ik als stof wakker.

Verbaast mijn brutaliteit je?

Omdat ik loop alsof ik oliebronnen heb

Pompend in mijn woonkamer.

Net als de manen en de zonnen,

Met de zekerheid van de getijden,

Zoals de hoop die hoog vliegt

Ondanks alles sta ik op.

Zou je me vernietigd willen zien?

Met je hoofd naar beneden en je ogen neergeslagen?

En de schouders zakten als tranen in elkaar.

Verzwakt door mijn gevoelvolle geschreeuw.

Ben je beledigd door mijn arrogantie?

.

De stad

Reinold Kuipers

.

Poëzie kan overal over gaan. Van de hemel en de hel tot een krop jonge sla of een vaas. Toch zijn er onderwerpen die relatief vaker behandeld worden in gedichten. Als je kijkt naar de bloemlezingen die er zijn (en dat zijn er heel veel) dan valt op dat er een paar onderwerpen favoriet zijn: de liefde, de dood, het dichten, beesten en familie. Met de bundels over deze onderwerpen kun je al een aardige boekenkast vullen.

Een ander favoriet onderwerp is de stad. De stad in het algemeen en steden in het bijzonder. Wie kent niet gedichten als ‘De Dapperstraat’  van J.C. Bloem, ‘Passage’ van Gerrit Achterberg of ‘Rotterdam’  van Jan Prins. En dit zijn de bekende gedichten over de grote steden. Er zijn er natuurlijk zoveel meer, gedichten over steden als Veere (Wim Hussem), Delfzijl ( Gerrit Krol), Groningen (A. Marja) en Utrecht (Alain Teister). Er is zelfs een bundel met alleen maar gedichten over de stad Rotterdam Wij dragen Rotterdam in 2014 als eerste bundel door MUGbooks uitgegeven op papier. En dit zijn alleen nog maar voorbeelden van gedichten over Nederlandse steden.

In 1981 werd in opdracht van de Erven Thomas Rap de bloemlezing ‘ De stad’  uitgegeven, samengesteld door C. Buddingh’. In deze bundel louter gedichten over steden en de stad in het algemeen. In deze bundel zijn 44 gedichten opgenomen van dichters die leefden van eind 19e eeuw tot eind 20ste eeuw. Ik koos voor een gedicht van een dichter die ik niet kende Reinold Kuipers (1914-2005). Kuipers was dichter, drukker, copywriter en uitgever. Kuipers was samen met echtgenote Tine van Buul, van 1960 tot 1979 directeur van uitgeverij Querido. Kuipers debuteerde met de bundel ‘ Koud vuur’  in 1939 en schreef in totaal vijf dichtbundels, de laatste verscheen in 1990 ‘ Gerezen wit’. In ‘ De stad’  is hij opgenomen met het gedicht ‘ Stad bij avond’.

.

Stad bij avond

.

Men noemt het stad. Het is een visioen

van natte asfaltstraten en plantsoen

en een gevangenis voor wie het wagen,

te breken met hun wetten van fatsoen.

.

Men noemt het stad en doet er daags zijn plicht

en met een nette lach op zijn gezicht

spant ieder er zijn listen en zijn lagen.

En als men tijd heeft schrijft men een gedicht.

.

Afscheid

Peter Coret

De Tweede Ronde, tijdschrift voor literatuur (editie Winter 1986) bestaat grotendeels uit vertalingen (uit het Latijn) en is toch gewijd aan de Nederlandse literatuur. Er is een heel hoofdstuk met moderne Nederlandse poëzie waar bijdragen van o.a. Leo Vroman, Frans Kuipers, Nico Slothouwer en Peter Coret zijn opgenomen. Peter Coret  (1954-2014) was schrijver van poëzie, proza, columns en theaterteksten. Coret (pseudoniem van Cees van der Pluijm) studeerde van 1975 tot 1988 Nederlandse taal- en letterkunde en Algemene Literatuurwetenschap aan de Katholieke Universiteit Nijmegen en Zuid-Afrikaanse taal- en letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam.

Zijn werk was soms ernstig en soms speels, hij schreef teksten voor Robert Long, Jules de Corte en Drs. P. maar hij publiceerde ook  light verse in De Tweede Ronde. Van 1994 tot 2013 was hij columnist voor de Gay Krant. Van Peter Coret koos ik het gedicht ‘Afscheid’ uit De Tweede Ronde Winter 1986 omdat het zo’n prachtig schrijnend en verdrietige gedicht is.

.

Afscheid

.

Ik had vannacht mijn moeder aan de lijn

En iemand zei: ‘er zal een auto komen’

’t Was niet mijn moeder echter die ik hoorde

.

Toen klonk een zacht gekraak, er stoorde

Iets of iemand de verbinding;

zelfs geen hijgen

Was daarna nog te horen – enkel zwijgen

.

‘k Heb nooit meer van mijn moeder iets vernomen

En nooit meer zal ik dromen zonder pijn

.

Kinderkleuren

Sara Eelen

.

Als een van de jongste leden van Collectief Dichterbij viel Sara tweemaal in de prijzen bij de Turnhoutse voorronde TXT van de Kunstbende. Eelen (1994) is meer dan alleen dichter, zo fotografeert en filmt ze maar ze werkt ook met audio en, uiteraard, tekst. Voor dat ze debuteerde in 2020 met de dichtbundel ‘Het nodige breken’ bij uitgeverij Vrijdag werd werk van haar hand gepubliceerd in Het Liegend Konijn, Deus Ex Machina, Kluger Hans, Hard//Hoofd en Papieren Helden. Ook werd haar werk al bekroond bij Frappant TXT, de Babylon Interuniversitaire Literaire Prijs en de Poëzieprijs Stad Harelbeke.

Sara is een van de drijvende krachten achter de Klimaatdichters en Hart boven Hard, een burgerbeweging, opgericht in 2014 die als missie heeft:

Hart boven Hard wil een inclusieve en duurzame samenleving helpen creëren, waarin de waarde van mensen voorgaat op het pure streven naar winst. Hart boven Hard beweegt en verbindt burgers over maatschappelijke thema’s en sectoren heen om hun gedeelde bekommernissen creatief te uiten én de samenleving te winnen voor het realiseren van alternatieven. Op deze manier wordt de participatieve democratie beoefent die Hart voor Hard meer wil zien.

Van deze geëngageerde dichter hier het gedicht ‘Kinderkleuren’.

.

Kinderkleuren

.

Het roze potlood is altijd als eerste op in de kleurdoos
want de vader en de moeder moeten steeds opnieuw getekend
hun wangen extra dik aangezet, een laagje fond de teint.

.

Mengen leert het kind pas later.
Net als het feit dat mensen niet roze zijn
en moeders en vaders niet altijd in dezelfde afbeelding passen.

.

Niemand wil het kind nu al leren
dat het meer rode en blauwe plekken moet arceren
of beter nog de vader doorzichtig laat.

.

Het is al goed dat het zichzelf niet langer
tussen de ouders in tekent
de handen als stekelige bollen op elkaar

.

dat het in de bladspiegel plaats laat voor verdriet
daar kunnen we later nog wat mee.

.

%d bloggers liken dit: