Maandelijks archief: juli 2019

Staatsmijn Wilhelmina

Manuel Kneepkens

.

In ‘Gedicht’ een driemaandelijks tijdschrift voor poëzie onder redaktie van Remco Campert, nummer 6 uit 1975 staat het gedicht van dichter, publicist, politicus en jurist-criminoloog Manuel Kneepkens (1942) met de titel ‘Staatsmijn Wilhelmina’.

.

Staatsmijn Wilhelmina

.

Zomers rolde je er met de bolderwagen of autoped

Moedertje Rusland in: de toendras en de steppen

van de Slikvijvers

die zwarte open wonden van de Hades, verraderlijk

achter hun camouflage van de prinsesmargrieten

.

op vrijdagavond, na werktijd, mochten de kompels er

tussen knoopkruid, bereklauw, de geur van kruizemunt

een kruiwagen slik weghalen, extra loon

.

eigenlijk waren die vijvers zwaar Verboden Toegang

want het Meisje van Hans Andersen, die van het

Wittebrood

was daar verdronken en ook de plompe groene kikkers

op late zomeravonden kwaakten er zo zwaarmoedig

dat men zich waande onder de grote grauwe

.

paddestoel

.

boven de verlaten parken van Hiroshima

.

Martin Bril

In de spiegel

.

Uit de bundel ‘Minder is meer’ verzamelde gedichten van Martin bril uit 2011 het gedicht ‘In de spiegel’. Je ziet het gedicht gewoon voor je.

.

In de spiegel

.

Kilometerslang

Een echtpaar

In een witte Corsa

Zij met het gezicht

Afgewend

Het lichaam

Tegen de deur

.

Hij met twee handen

Aan het stuur

.

Tussen hen in

Een forse

Herdershond

De tong uit de bek

.

Op een dag..

Serge van Duijnhoven

.

In 1998 verscheen van dichter Serge van Duijnhoven de bundel ‘Obiit in orbit’. Als uitleg bij de titel gaf Serge destijds: De titel voor deze dichtbundel met een cd schoot me te binnen toen ik in een kerk in mijn woonplaats een kaars aanstak voor een overleden vriend, bij een beeld van Sint Joris die draak doodde. Aan de muren hingen familiewapens met geboortejaar en sterfjaar: natus 1567-obiit 1613/ nata 1623 – obiit 1678. Filologisch is de titel een vrije samenstelling; orbit is geen woord uit het Latijn het is een Engels woord.

Uit deze bundel komt het gedicht ‘Op een dag zal dit leven wijken’. Wil je de audioversie van dit gedicht beluisteren of de Hongaarse vertaling lezen kijk dan op http://www.babelmatrix.org/works/nl/Duijnhoven%2C_Serge_van-1970/Op_een_dag_zal_dit_leven

.

Op een dag zal dit leven wijken

.

Op een dag zal dit leven wijken

zul je sterven als een hond

alleen in de sneeuw

met het donker over je heen

als een deken en de koude

zal zijn als de warmte

en je laatste gedachte

als je leven en je laatste dag

als de nacht en de nacht

als de dag die einde is

en toch geen einde kent

.

op een dag zal dit leven wijken

.

heb je geen munitie meer

om je teweer te stellen

geen kogels meer geen vinger

aan de trekker en geen spanning

op de veer de keer dat je weet

dat je keren voorbij zijn

en niet weer zullen keren – terwijl

je binnen zit en je naar buiten wilt

en je kwijnt als de oogst

die blijft rotten op het veld

.

op een dag zal dit leven wijken

.

de dag dat je weet wat het is:

geveld zijn, als je dagen geteld zijn

en je niets meer bent van wat je was

zo snel als onder het gras

je ogen gepeld zijn en je aderen

gespeld zijn door maden als naalden

van zilver je dromen van glas

zo snel als je gedachten opgaan

in gas en je loslaat – alles

wat je dierbaar was

.

op een dag zal dit leven wijken

.

Heimwee naar de toekomst

Marjoleine de Vos

.

Dichter Marjoleine de Vos (1957) is niet slechts dichter maar ook journalist, kinderboekenschrijver en essayist. Ze debuteerde als dichter in 2000 met de bundel ‘Zeehond graag’ waarna er nog enige bundels zouden volgen. Zoals haar laatste bundel ‘Uitzicht genoeg’ uit 2013 waar het gedicht ‘Heimwee naar de toekomst’ uit genomen is.

.

Heimwee naar de toekomst

.

Het is al lang geleden maar ze weet nog
hoe, niet op een dag maar sluipend,
haar dromen zijn ontvreemd. Of gaf ze zelf
verlangen mee aan morgenster en vuilnisman?
Hoe ook – het meubilair verdween van wat
toekomstig huis wou zijn in haar: geen
kamer meer met zon en zang, geen
schaapjes die op het behang een kindje
tellen zou, geen toegekend belang aan elk
gebaar tot aan de afwas toe die neuriënd
van simpel stil geluk en liefde voor elkaar,
ach laat ook maar, die aandacht voor elk ding.

.

Dit dwergkonijntje

Astrid Lampe

.

De, in Tilburg geboren, Astrid Lampe (1955) is dichter en schrijft eigenzinnige poëzie, associatief en controversieel. Ze publiceerde onder andere titels als ‘De memen van Lara’, ‘Spuit je ralkleur’, en ‘Lil (zucht) Haar poëzie schakelt van catwalk naar cakewalk, is vitaal en springerig en is (zelfs na meerdere lezingen) verschillend te duiden. Uit haar bundel ‘De memen van Lara’ uit 2002, het titelloze gedicht met de intrigerende beginregel “dit dwergkonijntje laat zich bibberend bekijken”.

.

dit dwergkonijntje laat zich bibberend bekijken
…waar zijn je handjes dan?
volk stuift op platte gympen uiteen

zo’n hoofd is een hard ding
-weg uit deze dimensie!
dit meisje poetst haar paardenstel
haar meester verstopt zich
ik kan al bijna een staart

hier zijn haar handjes
ze laat haar verse vrind heus niet buiten staan

(zeker en vast nie)

.

Magneetbord vol memorabilia

Ellen Vedder

.

Uit de bundel ‘Op reis’ van de 2e nationale poëziewedstrijd Hillegom uit 2011 het gedicht ‘Magneetbord vol memorabilia’ van Ellen Vedder speciaal voor de thuisblijvers.

.

Magneetbord vol memorabilia

.

kleine stoffen Gandhi, ja hij past

tussen een puntje echt lijkende brie,

een minikrat wijnflesjes en een kameel

.

vol nep briljanten. ’t Koekoeksklokje

van plastic, een sprinkhaan gevangen

in glas en twee peperdure paardjes

.

handgesneden en beschilderd, import

folklore. Een gummi hart verstopt zich

tussen een dolfijn en bolle boeddha

.

zonder hoofd. Daarnaast de souvenirs

van trouwen in Rome en een aanzet

tot poëzie in magnetische letters.

.

Archeoloog

Riekus Waskowsky

.

Uit de bundel ‘Tant pis pour le clown’ uit 1966 van de Rotterdamse dichter Riekus Waskowsky (1932-1977) waarvoor hij in 1968 de  Alice van Nahuys-prijs won, het gedicht ‘Archeoloog’.

.

Archeoloog

.

Hij is niet gelukkig, nu langzaam,

na jaren voorbereiding, zijn handen

de bedolven stad bevrijden.

.

Kranten en vakbladen

zullen over zijn vondsten juichen

maar hij is niet gelukkig.

.

Oude vormen van wanhoop, de resten van het leven

dat hij aarzelend blootlegt, vullen zijn hart.

.

1200 jaar voor christus sterft hij dan

bij de verwoesting van Mycene.

.

Staart

Remco Ekkers

.

Dit jaar verscheen van dichter, essayist en prozaschrijver Remco Ekkers (1941) de dichtbundel ‘De secretarisvogel schrijft’. In deze bundel observeert en fantaseert Ekkers over dieren, vaak in relatie tot mensen. Zoals in het gedicht ‘Staart’.

.

Staart

.

Mijn moeder is vroeger een poes
geweest, denkt ze wel eens, ze wil
haar staart terug, een zachte lange

staart die door een gaatje in haar rok
of broek naar buiten komt en die ze
om haar middel kan slaan of laten

hangen om ermee te spelen en anderen
te plagen. Het lijkt me heerlijk, zegt ze
om op die staart te zitten, hem tussen

mijn tenen zachtjes te knijpen, sierlijk
over de grond te slepen, dingen te laten
doen waar ik me nu nog voor schaam.

.

Er is een hemel

Hubert van Herreweghen

.

Uit de bundel ‘Gedichten IV’ van Hubert van Herrewegen uit 1967 het gedicht ‘Er is een hemel…’.

.

Er is een hemel…

.

Er is een hemel en een hel,
de rolkans van een teerlingsmete.
Ik die mijn leven heb gemeten,
zijn diepte hoogte lengte breedte,
zijn zorg, zijn dagelijks gekwel,
niets weet ik dan wat ik geweten
altijd en ‘k weet het al te wel:
er is een hemel en een hel,
de rolkans van een teerlingsmete.
Al kan ik het een uur vergeten
bij haar zachte lijf, bij wijn en spel,
in Brabant in een bos gezeten,
hij die ik voed onder mijn vel
met adem, gulzige drank en eten,
de dood, zijn etter in ’t gezwel,
krijzelt en maant: niets is van tel
dan wat gij altijd hebt geweten:
er is een hemel en een hel,
de rolkans van een teerlingsmete.

.

Florence

Dick Hillenius

.

Van Dick Hillenius (1927 – 1987) het gedicht ‘Florence’ uit ‘Verzamelde gedichten’ uit 1991.

.

Florence

.

rose als een openliggende huid
en even warm
en toegankelijk misschien voor te velen
zoals bloemen openliggen
met maar één doel
verleiden, bevrucht te worden

.

%d bloggers liken dit: