Site-archief

Alice

Leonard Nolens

.

Omdat het alweer een tijdje geleden is dat ik een erotisch gedicht hier deelde, hier een van dichter Leonard Nolens (1947) getiteld ‘Alice’. Het gedicht komt uit ‘De liefdesgedichten’ uit 1997.

.

Alice

.

Geslapen, lang en diep, in het zwart.

Ons licht is de hele nacht buiten geweest.

Mijn blonde luchthartige beent halfnaakt

En vergroeid met haar zwierende rok

Door de kamer, zij kamt er heupwiegend

En fluitend het licht, het dik licht

Van haar kroezende haar en de ochtend.

.

De zon speelt er graag met haar borsten

En springt op haar rug, bespat

Haar nekvel en schouders, zij staat er

Te schitteren diep in het hart

Van de spiegel en pakt mij daar vast

Met haar blik: ga nu mee, ga toch mee.

Ik verdwijn in een goudwolk van scherven.

.

Tussen droom en daad

Eddy van Vliet

.

In een Vlaamse kringloopwinkel kocht ik de bundel ‘Tussen droom en daad’ De 200 bekendste gedichten uit de Vlaamse poëzie van de middeleeuwen tot nu, uit 1989 (wat ‘nu’ dan gelijk in een zeker perspectief plaatst). De bundel is samengesteld door dichter Eddy van Vliet (1942-2002). De bundel is opgehangen aan de versregel “tussen droom en daad staan wetten in den weg en praktische bezwaren” uit ‘Het Huwelijk’ van Willem Elsschot.

Op de achterkant van de bundel lees ik dat iedereen wel een aantal versregels uit het hoofd kent (dat klopt denk ik wel), maar wie herinnert zich het vervolg, of weet waar het bewuste gedicht te vinden is? Dat was de reden dat het PoëzieCentrum Eddy van Vliet vroeg op zoek te gaan naar de 200 meest geciteerde gedichten uit de Vlaamse poëzie. Als laatste regel staat er dan nog: “Hoewel bezwaard met de ballast van de actualiteit, maken vele versregels deel uit van ons collectief geheugen. Met deze bloemlezing wil Van Vliet deze poëtische kennis opfrissen en bewaren”. Een nobel streven en volgens mij goed gelukt.

Omdat het altijd moeilijk kiezen is uit 200 gedichten heb ik dan maar gekozen voor een gedicht van Eddy van Vliet zelf. Het betreft hier het gedicht ‘Verliefd’, oorspronkelijk gepubliceerd in de bundel ‘De binnenplaats’ uit 1987,  een heerlijk realistisch gedicht over verliefd zijn.

.

Verliefd

.

Zo gaat het, zo ging het en zo zal het altijd gaan.

Afspreken in cafés op de sluitingsdag.

Aan de verkeerde zijde van bruggen staan.

Tussen duim en wijsvinger, als brandende as,

het fout begrepen telefoonnummer.

Parken te nat, hotels te vol, Parijs te ver.

Liefde als een veelvoud van vergissingen.

.

Onbeholpen woorden als zoëven op zak en

zoveel zin om, los van de wetten

van goede smaak en intellect, te schrijven

dat van de stad waar je elkaar voor het eerste zag,

een plattegrond bestaat, waarop een kus,

die het nauwelijks was, geregistreerd werd.

.

Onsterfelijke liefdesverzen

De kat

.

Dat je liefdespoëzie niet altijd aan een geliefd persoon hoeft te wijden blijkt uit de bundel ‘De liefste’ onsterfelijke liefdesverzen bijeengebracht door Paul Claes uit 1995. In deze bundel staat bijvoorbeeld een liefdesverklaring aan de kat. Voor iedereen die katten of poezen heeft zal dit niet raar voorkomen. Toch weet Charles Baudelaire er in dit gedicht een twist aan te geven door in de kat op zijn schoot zijn vrouw te herkennen.

Charles Baudelaire (1821 – 1867) was een Frans dichter en kunstcriticus schreef ‘Les Fleurs du mal’ in 1857. Het gedicht ‘Le chat’ komt uit deze bundel welke verscheen in juni 1857 in Parijs. Er waren elfhonderd exemplaren gedrukt voor de verkoop, en nog eens twintig exemplaren buiten de handel gedrukt op fijn papier. Binnen een maand startte de Franse regering een actie tegen de auteur en de uitgever, waarbij ze hen beschuldigden van aantasting van de publieke moraal. Op 20 augustus erkende een Franse rechtbank de literaire waarde van het boek als geheel, maar eiste dat zes gedichten op morele gronden werden verwijderd. Dit waren gedichten met een seksuele inhoud en gedichten over lesbiennes en homoseksualiteit. Dit zorgde echter alleen maar voor sensatie, en tegen de daaropvolgende zomer was de eerste druk van Les Fleurs du mal uitverkocht.

Voor de ware liefhebber heb ik het gedicht ‘Le chat’ zowel in het Frans als in de Nederlandse vertaling van Paul Claes hieronder opgenomen. Het volledige gedicht bestaat uit deel I en II. Ik heb hier slechts deel I opgenomen.

.

De kat

.

Kom, mooie kat, hier op mijn hart dat smacht;
    Verstop de klauwen van je poten,
En laat mij plonzen in je ogenpracht,
    Met agaat en metaal doorschoten.

.

Wanneer mijn vingers in volkomen rust
    Je kop en soepele rug bestrelen,
En als mijn hand verlokt wordt door de lust
    Met jouw elektrisch lijf te spelen,

.

Meen ik mijn vrouw voor mij te zien. Jouw kijk,
    Lieftallig dier, zoals de hare
Diep én kil, kerft en klieft, een dolk gelijk,

.

    En daar drijft ook, van kop tot teen,
Een fijne geur, een walmen vol gevaren,
    Dicht om haar bruine lichaam heen.

.

Le chat

.

Dans ma cervelle se promène
Ainsi qu’en son appartement,
Un beau chat, fort, doux et charmant.
Quand il miaule, on l’entend à peine,

Tant son timbre est tendre et discret ;
Mais que sa voix s’apaise ou gronde,
Elle est toujours riche et profonde.
C’est là son charme et son secret.

Cette voix, qui perle et qui filtre
Dans mon fonds le plus ténébreux,
Me remplit comme un vers nombreux
Et me réjouit comme un philtre.

Elle endort les plus cruels maux
Et contient toutes les extases ;
Pour dire les plus longues phrases,
Elle n’a pas besoin de mots.

Non, il n’est pas d’archet qui morde
Sur mon coeur, parfait instrument,
Et fasse plus royalement
Chanter sa plus vibrante corde,

Que ta voix, chat mystérieux,
Chat séraphique, chat étrange,
En qui tout est, comme en un ange,
Aussi subtil qu’harmonieux !
.

Klein

Bart Moeyaert

.

In 2003 debuteerde de Vlaamse schrijver van kinderboeken Bart Moeyaert (1964), als dichter, met een waar kleinood getiteld ‘Verzamel de liefde’. Ik schreef al eerder over deze mooie bundel vol liefdespoëzie. Hierna zou hij nog in 2008 ook nog de bundel ‘Gedichten voor gelukkige mensen’ uitbrengen, 18 gedichten over het leven in de stad Antwerpen die hij schreef als stadsdichter van Antwerpen in de periode 2006-2008.  In 2023 verscheen een keuze van zijn liefdesgedichten, samengesteld door Ester Naomi Perquin, getiteld ‘Dat alles over liefde gaat’. Het wachten is op nieuw werk van zijn hand, en dan bedoel ik poëzie, want voor mij is Bart Moeyaert een van de beste dichters van (liefdes-)poëzie die er is.

Uit zijn debuutbundel komt het gedicht ‘Klein’. Hiermee bewijst Moeyaert dat ook andere onderwerpen dan alleen de liefde bij hem in goede handen zijn. In dit gedicht liet Moeyaert zich inspireren door de rechten van het kind. In 2001 verscheen het gedicht ‘Klein’ op de zijgevel van Het Paleis aan de Meistraat in Antwerpen. Overigens staat in Het Paleis ook nog een gedicht van Ted van Lieshout.

.

Klein

.

Een stoel heet een stoel,

een deur heet deur.

Dat is voor het gemak.

Maar wat een blad is

voor een vrouw

is voor een mus een dak.

Een raam heet raam.

Een huis heet huis.

Maar wat een spel is

voor een man

is voor een kat een muis.

Wat van zichzelf

het meeste zwijgt, is klein.

Een kind heet zo,

maar dat zegt niets.

Een woord is maar een woord.

Daar ding ik niet op af.

Wat een kuil is

voor een mens

is voor de dood een graf.

Tijd is zoiets als lucht,

en mensen zijn geen wijn.

Niemand wordt beter

met de jaren

dus klein verklaren

heeft geen zin.

Begin bij het begin

en leef dan

net als iedereen

eenvoudig

been voor been.

.

De minnaar uitgediend

Ovidius

.

Publius Ovidius Naso (43 v.Chr. – 17 na Chr.) die we beter kennen als Ovidius,  behoort samen met Vergilius, Horatius, Propertius en Tibullus tot de grote dichters uit het augusteïsche tijdvak. Samen met de eerste twee wordt hij beschouwd als een van de canonieke dichters van de Latijnse literatuur.

Ovidius’ poëzie staat bekend om zijn speelse en vernieuwende karakter, vooral in de manier waarop wordt omgegaan met traditionele verhalen en genres. Zijn bekendste werken zijn de Metamorphosen en de Amores, een verzameling elegieën (melancholische gedichten, klaagzangen).

In veel gedichten is Ovidius een geleerde dichter, een zogenaamde poeta doctus, die schrijft voor een hoogopgeleid publiek dat zijn klassieken kende. Hij heeft de literatuur verrijkt met twee nieuwe ‘genres’: heldinnenbrieven en ballingschapsgedichten

In 2015 verscheen bij uitgeverij Athenaeum – Polak & van Gennep de bundel ‘Amores’ liefdesgedichten. Uit deze bundel koos ik het gedicht ‘Amores II, 9a De minnaar uitgediend’. De gedichten in deze bundel zijn vertaald door Marietje D’Hane-Scheltema.

.

Amores II, 9a De minnaar uitgediend

.

Nooit, Cupido, heb jij mij horen klagen

als je mijn hart weer kwam bespelen. Nooit

liet ik jouw vaandels in de steek. Waarom dan

tart je me zo? Waarom word ik bestookt,

je bondgenoot, met fakkelvuur en pijlen?

.

Win liever van een man die zich verweert

dat is pas eervol. Denk eens aan Achilles

die met zijn speer een vijand trof, maar later

diens wond verbond. Een jager schiet toch op

wat vlucht, niet op behaalde buit? Hij wil toch

steeds meer? Jij niet: als iemand zich verzet,

richt jij je pijlen traag, maar ik die trouw ben

voel ze steeds weer. Wat is de zin van schieten

op wat de liefde van mij heeft gemaakt:

een naakt skelet. Zoek je triomfen toch

bij al die velen die nog niet verliefd zijn!

.

Soldaten krijgen na hun diensttijd vaak

een stukje land; een renpaard mag in vrijheid

het weiland in, een oorlogsschip verdwijnt

in ’t dok, zwaardvechters eindigen hun leven

in rust. Ik, trouwe liefdesveteraan,

maak nu ook aanspraak op een mild bestaan.

.

10 dingen die ik van je haat

Poëzie in film

.

’10 Things I Hate About You’ is een Amerikaanse film uit 1999 van Gil Junger. De film is gebaseerd op het toneelstuk ‘The Taming of the Shrew’ van William Shakespeare. De hoofdrollen worden gespeeld door Julia Stiles en Heath Ledger. Een klassiek tiener liefdesverhaal dus. De reden dat ik over deze film hier schrijf (behalve dat ik het een leuke en aangename film vond om naar te kijken) is dat in de film, door Julia Stiles een gedicht wordt voorgelezen (voor Heath Ledger) dat is gebaseerd op het thema van ‘The Taming of the Shrew’.

En zoals bekend mag zijn inmiddels bij de regelmatige lezer van dit blog, is elke aanleiding (een gedicht of dichter) er een om over te schrijven. Het gedicht dat Julia (Kat in de film) voorleest is haar interpretatie van ‘Sonnet 141’ van Shakespeare. Er is zelfs een internetpagina over een activiteit van Shakespearetheatre.org waar, naar aanleiding van de interpretatie van dit sonnet in de film, mensen gevraagd is hun eigen interpretatie te schrijven wat tot een aantal zeer vermakelijke gedichten heeft geleid. Het aardige aan het gedicht is natuurlijk dat, hoewel de titel anders doet vermoeden, dit een liefdesgedicht is waarin de dichter een omkering gebruikt om haar punt te maken.

Hieronder eerst het gedicht zoals in de film wordt uitgesproken door Julia Stiles en daaronder het origineel van William Shakespeare (1564-1616).

.

10 Things I Hate About You

.

i hate the way you talk to me and the way you cut your hair

i hate the way you drive my car, i hate it when you stare.

i hate your big dumb combat boots, and the way you read my mind.

I hate you so much it makes me sick,

It even makes me rhyme.

i hate it.

I hate the way you’re always right,

I hate it when you lie

I hate it when you make me laugh,

Even worse when you make me cry

I hate it when you’re not around,

And the fact that you didn’t call

But mostly I hate the way I don’t hate you,

Not even close,

Not even a little bit,

Not even at all…

.

Sonnet 141

.

In faith I do not love thee with mine eyes,
For they in thee a thousand errors note;
But ’tis my heart that loves what they despise,
Who, in despite of view, is pleased to dote.
Nor are mine ears with thy tongue’s tune delighted;
Nor tender feeling, to base touches prone,
Nor taste, nor smell, desire to be invited
To any sensual feast with thee alone:
But my five wits nor my five senses can
Dissuade one foolish heart from serving thee,
Who leaves unswayed the likeness of a man,
Thy proud heart’s slave and vassal wretch to be:
Only my plague thus far I count my gain,
That she that makes me sin awards me pain.

.

Vijfjarenplan

Herman de Coninck

.

Ergens op een van de sociale mediaplatforms kwam ik het gedicht ‘Vijfjarenplan’ van de Vlaamse, en door mij zeer bewonderde, dichter Herman de Coninck (1944-1997) tegen. Mijn bewondering voor het werk van Herman de Coninck was de aanleiding om vanaf juni 2015 elke zondag een gedicht van hem te plaatsen. Ik heb dat toen werkelijk maandenlang vol gehouden, vooral omdat er zoveel prachtige gedichten waren om te delen.

Na de ‘Herman de Coninckzondag’ heb ik uiteraard zo nu en dan ook nog aandacht besteed aan zijn werk maar omdat het alweer even geleden is vandaag dus het gedicht ‘Vijfjarenplan’. Uit zijn bundel ‘Met de klank van hobo’ uit 1981 dit bijzondere liefdesgedicht.

.

Vijfjarenplan

.

ik hou van jou. Hou jij van wat niet

kan.

hou jij van je capaciteiten, ik van je

gebreken.

jij van je trots, en ik van hoe die

zacht kan breken

in mijn armen. Jij van je moed. Ik van

je zwakte nu en dan.

.

Hou jij van de toekomst. Ik van wat

voorbij is gegaan.

Hou jij van de honderd levens die je

wilde leven.

Ik hou van dat ene dat is

overgebleven

en van hoe je daarom zo ver weg

kunt zijn dicht tegen me aan.

.

Ik hou van wat is. Jij van wat zou.

Hou jij van mij. Ik hou van jou.

.

Wat van de liefde niet gezegd kan worden

Daniel Billiet

.

Ik schreef al eerder afgelopen week over een uitgave van Afijn Clavis uitgeverijen (bericht over de poëzie van Ruud Osborne). Nu opnieuw een bericht over een fraaie uitgave van dit fonds. In 2006 publiceerde deze uitgeverij de bundel ‘Wat van de liefde niet gezegd kan worden’ van de Vlaamse dichter Daniel Billiet (1950). Een heel mooi en zorgvuldig uitgegeven dichtbundel met een harde kaft, mooi stevig papier, ingenaaid en voorzien van een aantal paginagrote illustraties van Heide Boonen. Een bundel om aan te schaffen en te koesteren.

Daniel Billiet begon zijn carrière als leraar Nederlands en Engels in het secundair onderwijs. Later is hij gestopt met lesgeven om nieuwe technieken te bedenken voor het brengen van poëzie in de klas. Hij begon zijn dichterschap met gedichten voor volwassenen en debuteerde in 1974 met de bundel ‘De rib van Magdalena’. Toen hij erachter kwam dat er weinig poëzie geschreven werd voor jongeren is hij zich daarop gaan richten. In 1986 verscheen van hem ‘Bananeschillen in jeans’ gedichten voor hedendaagse jongeren van 13 tot 133 jaar.

Naast het geven van lezingen over jeugdliteratuur, en dan vooral over jeugdpoëzie, schreef hij ook een jeugdroman en een prentenboek, werkte hij mee aan poëziepagina’s in verschillende tijdschriften, organiseerde hij poëziemanifestaties en stelde bloemlezingen samen. Hij is een van de belangrijkste hedendaagse Nederlandstalige jeugddichters. Het leuke aan de poëzie van Billiet is dat zijn gedichten voor zowel (jeugd) jongeren als volwassenen te lezen zijn. Het is niet de jongste jeugd waar hij zich op richt waardoor de onderwerpen ook voor oudere volwassenen heel invoelbaar zijn.

In de bundel ‘Wat van de liefde niet gezegd kan worden’ gaan de gedichten over meisjes in de lente, gretigheid, verlangen, gemis maar vooral over de liefde in al haar verschijningsvormen. Grappig, lief, dwars, maar altijd herkenbaar en realistisch. Kortom een heerlijke poëziebundel voor jong en oud. Uit deze bundel nam ik het licht ondeugende gedicht met als titel ‘Passie’.

.

Passie

.

Zij droeg zo’n leuk balkonnetje

dat hij smachtte naar regen.

.

Hij droeg zo’n korte broek

dat zij meteen aan pijpen dacht.

.

Zij droeg zo’n strakke broek

dat hij stotterend begon te liplezen.

.

Zij hoefden niet zo lang en gelukkig,

zij wilden alleen maar rijden

.

tot de weg

op was.

.

Het houdste van

Ruud Osborne

.

Ik wil dit jaar positief en met een boodschap van liefde beginnen (het afgelopen jaar was een tranendal in vele opzichten),en hoe kan je dat beter doen dan met een liefdesgedicht. In dit geval van dichter Ruud Osborne. In zijn bundel ‘Ik zeg je de kleinste liefde’ uit 2007, poëzie voor jongeren van 14+ (maar ook uitstekend te lezen door volwassenen) staat het gedicht ‘Het houdste van’.

‘Ik zeg je de kleinste liefde is een verzameling gedichten rond de thema’s puberliefde, bestaande liefde en ouder worden. Met gekleurde illustraties in collagetechniek van Gudrun Makelberghe. Ruud Osborne is energetisch therapeut (AETM), counselor, kind- en jeugdscoach en dichter. Zijn werk verscheen in bundels en o.a. in Het Liegend Konijn, Tirade, De Nederlandse Kinderpoëzie in 1000 en enige gedichten (samengesteld door Gerrit Komrij) en in het prachtige boek ‘Heel de wereld wordt wakker’. Zijn laatste bundel ‘Lef’ stamt uit 2022 en bevat gedichten zonder leeftijd.

.

Het houdste van

.

in hun bedjes

van het zachtste van het mooiste

van het warmste van het liefste

liggen ze samen

het houdste van

het allerhoudste van dat ik ken

.

ze slapen de handjes open de mondjes dicht

de hartjes open

het openste dat ik ken

ze dromen de dag dicht de nacht dicht

de tijd dicht

het dichtste dat ik ken

.

ze zijn uit het kleinste uit het grutterigste

uit het kruimeligste tevoorschijn gekomen

uit het nietigste dat ik ken

.

ze zijn voor mij het altijd aanwezigste het altijd blijvendste

het altijd altijdste

het eeuwigste dat ik ken

.

ze zijn het allerhoudste voor mij.

.

Waakzaam

Maarten Inghels

.

Afgelopen weekend weer twee VSB poëzieprijsbundels  (De 100 beste gedichten voor de poëzieprijs) aan mijn collectie kunnen toevoegen; die van 2012 en 2018. In de editie van 2012 die door Kathleen Ferrier is samengesteld staan weer vele prachtige gedichten. Ik heb voor het gedicht ‘Waakzaam’ van Maarten Inghels (1988) gekozen uit de gelijknamige bundel uit 2011. Ik koos dit gedicht omdat het zo’n fraai liefdesgedicht is.

.

Waakzaam

.

De dichter moet immer waakzaam

blijven, vooral teder te zijn.

Elke dag voor haar uit de hemel willen vallen,

zorgen dat de jazz zijn spieren minder stram maakt.

.

Hij moet immer waakzaam

blijven, dat er genoeg verstrooiing

is voor ons hart, wij de dichter zijn verzen

nog kunnen prevelen in het oor van een vrouw.

.

Hij moet immer waakzaam

blijven, soms zwak te zijn.

Opdat de wind zal winnen van zijn gehoord, hem

zinnen influistert waarmee hij een lichaam

.

rond zijn vinger bouwt.

Waarna de dichter kan zeggen: o, omarm mij,

ik ben nog niet gauw voorbij.

.