Maandelijks archief: maart 2022

Leda en de zwaan

William Butler Yeats

.

Iedereen kent, of heeft weleens gehoord van ‘Leda en de zwaan’ een verhaal uit de Griekse Mythologie. Terwijl ik dit typ realiseer ik me dat waarschijnlijk maar weinig mensen dit verhaal kennen. Leda is de echtgenote van de Spartaanse koning Tyndaeros. De Griekse oppergod Zeus was verliefd op haar, maar kon haar niet overtuigen met hem geslachtsgemeenschap te hebben, hiertoe veranderde hij zichzelf in een zwaan en overweldigde Leda. Beschaamd om wat er gebeurd was, had Leda gemeenschap met haar man die avond en na negen maanden kreeg zij kinderen, die zo gaat het verhaal, uit een ei kwamen. Pollux en Helena waren deze kinderen van Zeus.

In 1933 publiceerde William Butler Yeats (1865 – 1939) in de bundel ‘The Poems of W.B. Yeats’ het gedicht over dit verhaal van Leda getiteld ‘Leda and the Swan’. In de bundel ‘de mooiste van William Butler Yeats’ samengesteld door Koen Stassijns en Ivo van Strijtem, staat een vertaling van dit gedicht door Paul Claes getiteld ‘Leda en de zwaan’.  Deze vertaling werd op haar beurt genomen uit de bundel ‘De liefste. Onsterfelijke liefdesverzen’ uit 1990.

.

Leda and the Swan

.

A sudden blow: the great wings beating still
Above the staggering girl, her thighs caressed
By the dark webs, her nape caught in his bill,
He holds her helpless breast upon his breast.
.
How can those terrified vague fingers push
The feathered glory from her loosening thighs?
And how can body, laid in that white rush,
But feel the strange heart beating where it lies?
.
A shudder in the loins engenders there
The broken wall, the burning roof and tower
And Agamemnon dead.
                                  Being so caught up,
So mastered by the brute blood of the air,
Did she put on his knowledge with his power
Before the indifferent beak could let her drop?
.
.
Leda en de zwaan
.
Opeens een slag: nog klappen wieken boven
Het wankelend meisje, dijen worden zwart
Gestreeld door vliezen, bek om nek geschoven,
Hij houdt haar weerloos hart tegen zijn hart.
.
Hoe kunnen die verschrikte vingers vaag
De veren pracht slaan van haar dij die zwicht?
En hoe zou vlees onder dit wit gevlaag
De vreemde hartslag voelen waar het ligt?
.
Een lendensiddering wekt daar als vrucht
De wal in puin, toren en tin vol rook
En Agamemnon dood.
                                     Zo opgepakt,
Zo overmand door ’t brute bloed der lucht,
Verkreeg zij met zijn kracht zijn kennis ook,
Eer zij de achteloze bek ontzakt.
.
                                                                                                                                    Schilderij: Valdemar Alekson

In de beperking toont zich de meester

Johann Wolfgang von Goethe

.

De waarde van lezen ligt voor mij vooral in het ontdekken van nieuwe werelden, inzichten en verhalen. En natuurlijk geldt dit ook voor het lezen van poëzie. De uitspraak ‘In de beperking toont zich de meester’ kende ik, maar dat deze uitspraak van de Duitse wetenschapper, toneelschrijver, romanschrijver, filosoof, dichter, natuuronderzoeker en staatsman Johann Wolfgang von Goethe (1749-1832) was wist ik dan weer niet.

Dat ik nu weet dat Goethe deze uitspraak deed komt door het gedicht ‘Natuur en Kunst’ of ‘Natur und Kunst’ in het Duits, dat ik las in de bloemlezing ‘Natuur zal kunst nooit blijvend evenaren’ De Westeuropese poëzie in honderd gedichten uit 1996. Hierin zijn 100 bekende en/of beroemde gedichten opgenomen die gerekend kunnen worden tot de beste uit vijf West-Europese taalgebieden; het Duits, Engels, Frans, Italiaans en Spaans. Samensteller Peter Verstegen sloeg geen enkele beroemde dichter over in dit ruim 400 pagina’s tellende overzicht.

Dichters als Dante, Petrarca, Shakespeare, Keats, Baudelaire, Rimbaud, Goethe en Rilke, ze zijn allemaal vertegenwoordigd. De gedichten zijn opgenomen in de oorspronkelijke taal en in een vertaling en voorzien van commentaar door Peter Verstegen. Voor de volledigheid deel ik hier het gedicht ‘Natuur en Kunst’ in de vertaling en in het Duits.

.

Natur und Kunst

.

Natur und Kunst, sie scheinen sich zu fliehen,
Und haben sich, eh’ man es denkt, gefunden;
Der Widerwille ist auch mir verschwunden,
Und beide scheinen gleich mich anzuziehen.

.

Es gilt wohl nur ein redliches Bemühen!
Und wenn wir erst in abgemeßnen Stunden
Mit Geist und Fleiß uns an die Kunst gebunden,
Mag frei Natur im Herzen wieder glühen.

.

So ist’s mit aller Bildung auch beschaffen:
Vergebens werden ungebundne Geister
Nach der Vollendung reiner Höhe streben.

.

Wer Großes will, muß sich zusammen raffen;
In der Beschränkung zeigt sich erst der Meister,
Und das Gesetz nur kann uns Freiheit geben.

.

Natuur en Kunst

.

Natuur en kunst lijken elkaar te mijden,

Maar eer je ’t weet komen zij tot elkaar;

Ook mijn afkerigheid is niet meer waar,

Ze lijken mij gelijkelijk te verleiden.

.

Slechts de intentie telt! Zolang wij maar

Eerst aan de kunst een aantal uren wijden

Met geest en ijver, is het geen bezwaar

Als de natuur het hart weer komt bevrijden.

.

Zo is het met cultuur van elke rang:

Vergeefs zullen door niets gebonden geesten

Naar vervolmaking van het hoogste streven.

.

Naar grootheid streven vergt veel zelfbedwang;

In de beperking pas toont zich de meester,

En wetten slechts kunnen ons vrijheid geven.

.

Andy Warhol

Begeertes voor de rug van een vrouw

Remi Overman

.

In de bundel ‘Aan iedere spijker een regel’ lees ik gedichten van Remi Overman. Deze bundel, een bloemlezing poëzie van jonge Nederlandse en Vlaamse dichters uit 1995 bevat poëzie van dichters die inmiddels meer dan doorgebroken zijn; Peter Verhelst, Maarten van den Elzen, Nachoem M. Wijnberg, Mustafa Stitou en Serge van Duijnhoven.

Nu kende ik de dichter Remi Overman niet en in het voorwoord staat over deze dichter: “ook van twee dichters die helaas nooit meer nieuw werk zullen publiceren, hebben we een kleine selectie afgedrukt, het gaat om Paul van der Steen, die in 1991 overleed en om Remi Overman, van wie na 1989 niets meer is vernomen.

Die enigszins raadselachtige laatste zin deed mij op zoek te gaan wat er dan wel bekend was van deze dichter. Op de website van de digitale bibliotheek Nederland kwam ik echter achter de reden dat er van Remi Overman niets meer werd vernomen na 1989. Remi Overman blijkt een pseudoniem te zijn van de door mij zeer gewaardeerde dichter Serge van Duijnhoven. Extra pikant is het gegeven dat het voorwoord van ‘Aan iedere spijker een regel’ is geschreven door Serge van Duijnhoven. Sterker nog, er staan zelfs een aantal gedichten van Serge van Duijnhoven opgenomen in de bundel.

Van deze Remi Overman uit de bundel het gedicht ‘Begeertes voor de rug van een vrouw’.

.

Begeertes voor de rug van een vrouw

.

De vele puberteitjes in haar hoofd

blijven draaien als molens

en gebeden. Zij woelt

en voelt zich stom

haar kont doet pijn

kleine imitaties, geobserveerd

bestudeerde pasjes, gebaren

een vinger die zij langs haar

wimper streelt en meer dat zij

nooit meester is geworden.

.

‘het doet er niet toe

hoe we er over wensen te denken’

.

Ze had het aan den lijve

ondervonden en geslikt:

aspirines op een bloedend

en weerbarstig hart

.

Presidentieel dichter

Jimmy Carter

.

In mijn boekenkast kwam ik het boek ‘The United States of Poetry’ tegen. Nu zal je denken; Hoezo kom je dat tegen? Het is nogal een groot boek en stond daarom niet bij de rest van mijn, inmiddels, nogal uitgebreide poëzieverzameling. Ik heb het boek jaren geleden gekregen en ik was er eigenlijk nooit aan toe gekomen het te lezen. Dat had ik natuurlijk wel moeten doen want het is een heerlijk boek vol feiten, achtergrondinformatie en gedichten van vele dichters.

Zo staat er een gedicht in van voormalig president van de Verenigde Staten Jimmy Carter (1924). Carter was president van 1976 tot en met 1980. Zijn eerste poëziebundel verscheen in 1995 (volgens het boek, volgens andere bronnen in 1994), een laat debuut op 71 jarige leeftijd. Deze bundel ‘Always a Reckoning and Other Poems’ is een verzameling gedichten over zijn jeugd, familie en politieke leven. Zijn kleindochter verzorgde de illustraties. Jimmy Carter is niet alleen de oudste en langstlevende president, hij is ook de eerste die een dichtbundel heeft geschreven en gepubliceerd.

Uit deze bundel ‘Always a Reckoning and Other Poems’ komt het gedicht dat in ‘The United States of Poetry’ is opgenomen getiteld ‘Considering the Void’.

.

Considering the Void

.

When I behold the charm

of evening skies, their lulling endurance;

the patterns of stars with names

of bears and dogs, a swan, a virgin;

other planets that the Voyager showed

were like and so unlike our own,

with all their divers moons,

bright discs, weird rings, and cratered faces;

comets with their streaming tails

bent by pressure from our sun;

the skyscape of our Milky Way

holding in its shimmering disc

an infinity of suns

(or say a thousand billion);

knowing there are holes of darkness

gulping mass and even light,

knowing that this galaxy of ours

is one of multitudes

in what we call the heavens,

it troubles me. It troubles me.

.

Ik poëzie je graag

Flirt Flamand 2022

.

In 2019 was Vlaanderen eregast op de Brusselse Boekenbeurs. Onder het motto Flirt Flamand verleidden Vlaamse auteurs hun collega’s en het Franstalige publiek. Op die manier groeiden Franstalige- en Nederlandstalige auteurs naar elkaar toe en de actie was een groot succes.

“In 2020 werd verder gewerkt aan deze nieuwe relatie. In 2021 kon de beurs niet doorgaan, maar corona kon de liefde niet blussen. De Matchmaker creëerde het perfecte koppel: de Nederlandstalige Lize Spit en de Franstalige Thomas Gunzig (aka #THOMIZE). Wat begon als een grenzeloze flirt op hun smartphone, eindigde in een literair huwelijk. Thomas en Lize zeiden symbolisch ‘ja’ tegen elkaar, en met hen de hele Nederlandstalige en Franstalige boekensector in België.”

En nu, in In 2022 gooit Flirt Flamand het over een poëtische boeg met een poëziewedstrijd met de welluidende naam ‘ik poëzie je graag’. Ze roepen iedereen met liefde voor taal op om samen met  Lize Spit en Thomas Gunzig, het ultieme Flirt Flamand-gedicht te schrijven.

Tot 29 april 2022 kun je meedoen aan deze Flirt Flamand wedstrijd. De eerste en de laatste regel van het gedicht zijn geschreven door Lize Spit en Thomas Gunzig en iedereen wordt uitgenodigd om de tussenliggende regels in te vullen. Dat mag in het Nederlands, in het Frans maar ook in een combinatie van de twee talen.

Op de website van Flirt Flamand worden alle gedichten geplaatst. Een voorbeeld van Fran Hantson getiteld ‘Hartenbreker’.

.

Hartenbreker

.

Een octopus heeft drie harten

maar speelt dit hem parten?

.

Zijn harten gaan alle kanten uit

één voelt weemoed en tristesse

één voelt spijt en dankbaarheid

één voelt als een wulpse trien.

.

Spelletje tempo tikken?

ja – ja – nee… het zou prikken.

.

Wonen in de zilte zee

ook dat valt soms niet mee

vissen, haaien, boten, netten

elke dag stelt eigen wetten.

.

Maar als de maan stijgt

en als de een na de ander zwijgt,

valt de nacht op de bodem van de zee.

.

Oorlog

Remco Campert

.

Ik kan me herinneren dat het eerste gedicht van Remco Campert (1929) waar ik mee in aanraking kwam, een gedicht over de oorlog was. Volgens mij was het het gedicht ‘When we were very young’ uit zijn debuutbundel Vogels vliegen toch uit 1951. In het werk van Campert komt de oorlog regelmatig terug. Niet zo verwonderlijk natuurlijk als de zoon van Jan Campert (1902-1943) die misschien wel het meest iconische oorlogsgedicht schreef over de tweede wereldoorlog ‘De Achtien Doden’.

In een tijd waarin we dagelijks met de gruwelijkheden van de oorlog worden geconfronteerd via alle media vind het het toepasselijk om een gedicht over de oorlog te plaatsen en het gedicht ‘When we were very young’ verwoordt het gevoel van verwarring rondom alles wat met oorlog te maken heeft heel mooi.

.

When we were very young

.

verkoolde en verroeste brokken

van neergeschoten bommenwerpers

zijn de onheilstekens

waaronder ik jong nog speelde

.

tussen afgeknotte bomen

en verschroeid struikgewas

boven mij zonsverduisteringen

zat ik in de cockpit

.

mijn handen die onwetend

contact zochten ,et de dood

in het  verstoorde spinneweb

van het nieuwgeurend stuur

.

in dikke stukken kogelvrij glas

ving ik het schaarse licht op

dat uitliep op de grond

een lauwe, bleke plas

.

later ging ik verward naar huis

ik vond ook die dag het spoor nog niet

de sleepsteen van de tijd

in het rulle zand

,

Remco Campert

Poëzie in een vogelhuisje

Sjoerd Visser

.
De Oost Groningse dichter Sjoerd Visser vond dat zijn poëzie te weinig gelezen werd. In totaal publiceerde hij 10 dichtbundels. Dus bedacht hij een andere manier om zijn poëzie en die van andere Oost Groningse dichters bekendheid te geven; Dichthuisjes of vogelhuisjes met daarin een gedicht. Sjoerd timmerde de huisjes zelf van sloophout en een smid leverde de metalen poten.
Niet alleen zijn eigen gedichten staan in de 36 huisjes, Visser vroeg ook andere dichters uit de omgeving om gedichten aan te leveren. De huisjes stonden eerst in Nieuw-Scheemda en nu in Oudeschans waarna ze naar Sellingen en daarna naar Alteveer en andere plaatsen in Oost-Groningen gaan. Misschien komen er nog wel 36 bij denkt Visser, de zomer is al volgeboekt met locaties waar ze de huisjes willen hebben.

De Dicht-huisjes werden afgelopen week, samen met bestuursleden Elles Dost en Wilma Fonteijn van Stichting Vesting Oudeschans, langs de wandelroute die door en langs de vesting leidt geplaatst. De eerste week was het gelijk filelopen op de wallen. In een van de huisjes staat een oproep aan de lezer om ook een gedicht aan het papier toe te vertrouwen. Inmiddels hebben ook plaatsen in Midden-Groningen belangstelling getoond.

,

Uit 2020 is het gedicht ‘Hakkelsum’ van Sjoerd Visser.

.

Hakkelsum

.

wakkert ‘m
aan
nieuwsgierig
naar die naam
niet meer
na te gaan
of dat dorp
ooit heeft bestaan
waar het lag
in het veen
van Reiderland
ingeklonken
met ijverige hand
afgegraven
dat het voor de Dollard
een koud kunstje was
de restanten
weg te vagen
slecht dijkonderhoud
de zee brak in
maakte alles zout
en brak en nat
geul en wad
slib en slijk
eb en vloed
hebben het rijk
alleen
de rest is
heen

.

 

Een eenvoudige verklaring

Goran Simić

.

De Bosnische schrijver en dichter Goran Simić (1952) was in voormalig Joegoslavië redacteur van verschillende literaire tijdschriften, Hij schreef essays, toneelstukken, hoorspelen en gedichten. Hij was een van de oprichters van de PEN afdeling in Bosnië-Herzegovina. Zijn werk werd vertaald in negen talen. Tijdens het beleg van Sarajevo woonde hij in de stad. In 1995 kon hij dankzij de Freedom to Write Award van PEN zich vestigen in Toronto in Canada. In 2013 keerde hij met zijn gezin terug naar Sarajevo.

In 1998 verscheen bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken ‘Reflections on the Universal Declaration of Human Rights’. In een vertaling van Marijke Vromans verscheen uit dit werk het gedicht ‘Een eenvoudige verklaring’ in het boek ‘Ons gevoel van vrijheid’ Verhalen, gedichten en kunst voor Amnesty International, uit 1999, samengesteld door Daan Bronkhorst.

.

Een eenvoudige verklaring

.

Ik ben een pruim. En jij bent een appel.

Lange tijd lagen we in deze mand

gemaakt van dode takken.

En samen ruiken we lekker naar een geur

die we elkaar verlenen.

Alleen wij kunnen zeggen welke wie toebehoort.

.

Ik heb nachtmerries dat ik op een dag zal ontwaken

en alleen jouw geur rest,

die welke ik in me draag.

.

Daarom,

als ik begin je te hinderen

bepraat dan alsjeblieft de p[eer niet om

zijn rotte rug naar mij te keren.

Dat zal me naar boven werken in de mand.

Onthoud

dat de hand die naar fruit reikt

soms niet aan de smaak denkt.

Wacht tot ik verschrompel

omdat ik mét de geur zal verschrompelen

die overblijft na jou.

.

Alsjeblieft.

.

Bij de supermarkt

Daniël Billiet

.

De Vlaamse schrijver, leraar, dichter en scenarist Daniel Billiet (1950) stopte met lesgeven op het voortgezet onderwijs om nieuwe technieken te bedenken voor het brengen van poëzie in de klas. Ondertussen is hij voltijds schrijver, omdat “lesgeven zo tijdrovend is en er daar buiten nog een heel grote wereld naar mij ligt te lonken. In 1974 debuteerde hij met de bundel ‘De rib van Magdalena’. Toen hij er later achter kwam dat er nauwelijks poëzie werd geschreven voor jongeren is hij zich vooral daar op gaan toeleggen.

Billiet werkte mee aan poëziepagina’s in verschillende tijdschriften, organiseerde poëziemanifestaties en stelde bloemlezingen samen. Hij is een van de belangrijkste hedendaagse Nederlandstalige jeugddichters. Door zijn verschillende onderwerpen, zijn ritmische beeldende taal en zijn gevoel voor humor wordt Daniël Billiet in Vlaanderen gerekend tot een van de belangrijkste schrijvers van de nieuwe romantiek.

Uit de bundel ‘Waarom het nooit bananen regent’ uit 2020, via de Plint Poëziekalender & meesterwerken uit het Rijksmuseum 2021 het gedicht ‘Bij de supermarkt’.

.

Bij de supermarkt

.

Ze komt uit een ver en onverstaanbaar

hoofddoekenland. In lagen kleren zit ze

en wacht. Ze heeft het druk met al haar

vrienden. Ze eten uit haar gerimpelde hand.

.

Als ik haar vrolijk toelach, knikt ze

zo heftig dat ik bang word

dat haar hoofd er af knakt

de straat op rolt tussen haar vrienden.

.

Ook al guurt de wind soms scherp

de hoek om, de vogels weten het zeker

daar zit ze. Altijd. En wacht.

.

Poëzie variaties

Digitaal stiftgedicht en poëzie op een kassabon

.

Vandaag een paar voorbeelden van poëzie op een vreemde plek en in een bijzondere vorm. Allereerst een bijdrage van Inge Koppert. Zij stuurde me een kassabon van café Buddingh’ in Dordrecht met daarop een gedichtje van Buddingh’. Ik weet niet of ze de gedichten op de kassabon steeds wisselen maar een bijzonder leuk idee is het zeker en natuurlijk heel terecht als je je café naar een dichter vernoemt.

Het tweede voorbeeld is van mijn collega Ronald die het stiftdichten heeft ontdekt (al een tijd geleden overigens). Hij gaf me een aardig voorbeeld van een erotisch digitaal stiftgedicht. Uiteraard niet met een stift gedaan maar door stukken tekst weg te ‘stiften’ middels photoshop of illustrator naar ik vermoed.

.

Kijk om je heen,

kijk om je heen,

zoals de wereld nu is,

zie je hem nooit weer.

.