Site-archief

Achterwaarts

Bijna vergeten dichters

.

Henricus Wijbrandus Jacobus Maria Keuls, of zoals zijn dichtersnaam luidde H.W.J.M. Keuls (1883 – 1968) was in zijn tijd een redelijk succesvol en bekend dichter en vertaler. Zo schreef en publiceerde hij tussen 1920 en 1962 elf poëziebundels en 4 vertaalde bundels. Hij vertaalde werk van o.a. Dante, T.S. Elliot en Pirandello. Voor zijn werk ontving hij de Tollensprijs (1948), de Martinus Nijhoffprijs (1957) en de P.C. Hooftprijs (1961).

Keuls behoorde niet tot een groep dichters (dat wilde hij niet en vond het eigenlijk maar een onzinnig onderscheid), hij werd geïnspireerd door Kloos en Gorter en vooral ook door Franse dichters als Beaudelaire en Verlaine. In 1925 verscheen een interview met hem in het onafhankelijk literair tijdschrift ‘Den Gulden Winckel’ dat de ondertitel droeg ‘Maandschrift voor de Boekenvrienden in Groot-Nederland’ waarin hij spreekt over zijn poëzie , zijn werk als criticus en zijn inspiratiebronnen https://www.dbnl.org/tekst/_gul001192501_01/_gul001192501_01_0055.php

Ik ben in het bezit van zijn laatste bundel ‘Achterwaarts’ uit 1964 waarin naast zijn eigen gedichten ook een aantal door hem vertaalde gedichten zijn opgenomen. Zoals het gedicht ‘Rondeel’ van de Franse dichter Charles d’Orléans (1391 – 1465) die beschouwd werd als één van de beste Franse dichters in de hoofse traditie.

.

Rondeel

.

Nu de blijdschap ging verloren

Deze mei, kleed ik mij zwart.

Zo verdrietig werd mijn hart

Dat ik moet zijn zuchten horen;

Ik gedraag mij naar behoren

Tonend het gewaad der smart.

Nu de blijdschap ging verloren

Deze mei, kleed ik mij zwart.

Ach niets kan mij nog bekoren,

’t Is de tijd die ons benart,

Stage regen ons verstart

En de dag blijft ongeboren,

Nu de blijdschap ging verloren.

.

Eén voor één

Karine Martel

.

De Franse dichter Karine Martel (1968) publiceerde onder andere de bundels ‘Après’ (2003) en ‘Texture’  (2001). In 2006 was ze te gast bij Poetry International. Samen met dichter Arjen Duinker publiceerde ze tijdens Poetry International de bundel ‘En dat? Oneindig’ met van elk 40 gedichten waarvan niet duidelijk was wie welke gedichten had geschreven. Daarnaast zijn een aantal van haar gedichten vertaald in het Nederlands door dichter Arjen Duinker voor de bundel ‘Ze kwamen om een dichter te zien’ uit 2009. Zo ook het gedicht ‘Un a un’ of zoals het in het Nederlands is getiteld ‘Eén voor één’.

.

Eén voor één

.

Eén voor één gaan de knopen los,

De hemel steekt af met een zijden draad.

In de uitsnijding het ritme blauw,

Vergetelheid heeft gehoefde vingers.

.

Aan wat antwoordt de stilte?

.

Eén voor één verdijnen de sterren,

Drukken ze zich in de korrelige huid.

De lippen omcirkelen de corolla’s,

Verluchten de ruiten van velijn.

.

Wat zingen de sporen van de kussen?

.

Eén voor één vallen de vingers uiteen,

De stift trekt hun vorm.

In een traliewerk van avonturen

De gladde jade van een ivoren tuniek.

.

Pak mijn hand, de rivier is breed!

.

Eén voor één smelten de doorns,

De bloes gaat open naar de nacht.

De vier van paarlemoer ontdane cirkels

Met een blinde naald doorprikt.

.

km

Charles Baudelaire

Voorbijgangster

.

Charles Baudelaire (1821 – 1867) was een Frans dichter en kunstcriticus die vooral bekendheid kreeg door zijn poëziebundel ‘Les fleurs du mal’ uit 1857. Hoewel Baudelaire vaak gerekend wordt tot de symbolisten waarbij verbeeldingskracht, fantasie en intuïtie centraal  werden gesteld, zijn er ook duidelijk tekenen van de Romantiek (waar de subjectieve ervaring als uitgangspunt werd genomen)  en het Realisme (stroming waarin men poogt de werkelijkheid zo authentiek mogelijk weer te geven) in zin werk terug te vinden. Charles Baudelaire wordt gezien als één van de belangrijkste dichters van de Franse literatuur in de 19e eeuw.

Hieronder het gedicht ‘À une passante’  uit ‘Les fleurs du mal’ in het Frans en in de Nederlandse vertaling.

.

À une passante

La rue assourdissante autour de moi hurlait.
Longue, mince, en grand deuil, douleur majestueuse,
Une femme passait, d’une main fastueuse
Soulevant, balançant le feston et l’ourlet ;
Agile et noble, avec sa jambe de statue.
Moi, je buvais, crispé comme un extravagant,
Dans son oeil, ciel livide où germe l’ouragan,
La douceur qui fascine et le plaisir qui tue.
Un éclair… puis la nuit ! – Fugitive beauté
Dont le regard m’a fait soudainement renaître,
Ne te verrai-je plus que dans l’éternité ?
Ailleurs, bien loin d’ici ! trop tard ! jamais peut-être !
Car j’ignore où tu fuis, tu ne sais où je vais,
Ô toi que j’eusse aimée, ô toi qui le savais !

.

.

Aan een voorbijgangster

 

De straat rondom mij was vervuld van oorverdovend leven.

Groot, slank, gekleed in rouw, met droeve majesteit,

Ging mij een vrouw voorbij, die met een fraaie hand

De schulprand van haar rok oplichtte en liet dalen;
Soepel en vol gratie, haar been een beeldhouwwerk.

Ik, als een dwaas verstard, dronk uit haar ogen,

Als een loden lucht waarin storm kan ontstaan,

De zoetheid die betovert en het genot dat doodt.

 

Een bliksemflits… dan duister!… -Vluchtige schoonheid,

Wier blik mij plotseling weer deed geboren worden,

Zal ik je ooit nog zien, nog vóór de eeuwigheid?

 

Elders, ver weg van hier! te laat! of nooit misschien!

Want ik weet niet waarheen jij vlucht, jij niet waarheen ik ga,

O jij die ik beminnen zou, o jij die dat goed wist

.

Met dank aan Wikipedia en http://poezie-log.blogspot.nl/

.

Fleurs-du-mal_titel

Charles-Baudelaire

 

passante

“Charles Baudelaire – À une passante – Zoeterwoudsesingel 55, Leiden” by Tubantia

Arthur Rimbaud

De tuin van de Franse poëzie

.

In 2011 verscheen van Paul Claes de bloemlezing ‘De tuin van de Franse poëzie, een canon in 100 gedichten’. In deze lijvige bundel (440 pagina’s). In deze bundel staat van elke dichter die is opgenomen een korte biografie, een typering van het werk, een bibliografie en commentaar door Claes.

Van Arthur Rimbaud (1854 – 1891) zijn (vanzelfsprekend) meerdere gedichten opgenomen. Van het gedicht ‘De slaper in het dal’ zegt Claes: Een antimilitaristisch anthologiestukje van een voorlijke adolescent. Oordeel zelf.

.

De slaper in het dal

.

Een plek vol groen waar een rivier door zingt

Die ’t kruid met flarden zilver onbesuisd

Bespat; vanaf het fier gebergte blinkt

De zon: een klein dal dat van stralen bruist.

 

Een jong soldaat, blootshoofds, met open mond,

De nek in blauwe kers gedompeld, ligt

In openlucht te slapen op de grond,

Bleek in zijn groene bed vol plenzend licht.

 

Zijn voeten in het lis, zo slaapt hij. Zwakjes

Lachend zoals een ziek kind, soest hij zachtjes:

Natuur, wieg hem vol warmte: kou heeft hij.

 

De geuren doen zijn neusvleugels niet trillen;

Hij slaapt in de zon, één hand op zijn stille

Borst, rechts twee rode gaten in de zij.

.

Tuin der

 

 

arthur-rimbaud

Gelukkige liefde bestaat niet

Louis Aragon

 

Na de Russische, Ierse en Vlaamse dichters vind ik het tijd dat ook dichters uit andere (Europese) landen eens aan de beurt moeten komen. Natuurlijk zijn er op dit blog tal van voorbeelden te vinden van Poolse, Duitse, Franse, Portugese en Hongaarse dichters maar niet in een aparte categorie. Daar komt vanaf vandaag verandering in. Te beginnen met de Franse dichters.

Al eerder schreef ik over Louis Aragon in de categorie Dichter in verzet. Louis Aragon (1897 – 1982) was (samen met André Breton en Philippe Soupault) één van de grondleggers van de surrealistische beweging. Aragon was ook een vertegenwoordiger van het socialistisch realisme. Daarnaast was hij lid van de Académie Goncourt.

Aragons eerste gedichten zijn geïnspireerd door het surrealisme. Zijn eerste dichtbundel, ‘Feu de joie’ (1919), toont het optimisme aan het begin van de surrealistische beweging. Deze gedichten zijn ook een mooi voorbeeld van een jonge dichter die zich afzet tegen de maatschappij en daarbij de extreme kanten van het anarchisme opzoekt.

In de jaren dertig krijgt zijn poëzie een meer realistische ondertoon, bijvoorbeeld met zijn bundel ‘Hourra l’Oural’ (1934) waarin zijn bewondering voor de Sovjet-Unie duidelijk naar voren komt. Tijdens de Tweede Wereldoorlog nam Aragon actief deel aan het literair verzet en schreef hij verzetspoëzie.Deze poëzie bezorgde Aragon, en ook vele andere Franse schrijvers, eveneens een nieuwe inspiratie, die gepaard ging met een terugkeer naar meer traditionele vormen en naar een voor de mensen eenvoudigere poëzie. Daarvan getuigt bijvoorbeeld de bundel ‘Les Yeux d’Elsa’.

Na de oorlog keerde Aragon zich meer en meer van het realisme  af en hervatte hij zijn militante poëzie met onder andere ‘Les Yeux et la mémoire’ (1954) en ‘Mes caravanes’ (1954).  Een van zijn laatste bundels, ‘Les Chambres’, behandelt de thema’s van de veroudering en de dood. Aragon stelt hierin het leven voor als een reis van kamer tot kamer, waarbij men glijdt van plaats naar plaats, wat een soort angst veroorzaakt.

Een van de bekendste dichtregels van Louis Aragon is wel ‘Il n’y a pas d’amour heureux’ uit het gelijknamige gedicht, uit de bundel ‘La Diane Française’ ‘ uit 1945. Hieronder het gedicht in het Frans en in een vertaling van Philippe Opsomer.Wat ik bijzonder vind is dat in de twee Nederlandse vertalingen die ik heb kunnen vinden de laatste regel uit het oorspronkelijk gedicht niet is mee vertaald. Ik zou het vertalen met ‘Maar wel onze liefde voor elkaar’.

.

Gelukkige liefde bestaat niet

Niets wat een mens bezit

Behoort hem werkelijk toe
Noch zijn kracht, noch zijn zwakheid
Noch zijn hart
En wanneer hij zijn armen opent
Lijkt zijn schaduw op een kruis
En als hij het geluk omarmen kan
Maakt hij het zomaar stuk
Zijn leven lijkt een vreemde scheiding
Die bijzonder pijnlijk is

Gelukkige liefde bestaat niet

Je kan zijn leven vergelijken met het leven
Van soldaten zonder wapen
Voorbereid op een andere lotsbestemming
Wat voor zin heeft het dat ze ’s ochtends opstaan
Als we ze bij het vallen van de avond terugvinden
Helemaal ontredderd en ontwapend
Zeg deze woorden en houd je tranen in

Gelukkige liefde bestaat niet

Mijn mooie liefde, mijn dierbare liefde, mijn verscheurde hart
Ik draag je in me, als een gekwetste vogel
Onwetend bekijken mensen ons wanneer we voorbijkomen
En herhalen zij de woorden die ik tot jou gericht heb
Woorden die in jouw ogen onmiddellijk verdwijnen

Gelukkige liefde bestaat niet

Net wanneer we geleerd hebben wat het leven inhoudt
is het te laat en huilen onze harten eensgezind
Het minste genot vervult je met veel spijt
Veel verdriet voor een eenvoudig wijsje
Heel wat geschrei voor een liedje op gitaar

Gelukkige liefde bestaat niet

.

Il ný a pas d’amour heureux

 

Rien n’est jamais acquis à l’homme Ni sa force
Ni sa faiblesse ni son coeur Et quand il croit
Ouvrir ses bras son ombre est celle d’une croix
Et quand il croit serrer son bonheur il le broie
Sa vie est un étrange et douloureux divorce
Il n’y a pas d’amour heureux

 

Sa vie Elle ressemble à ces soldats sans armes
Qu’on avait habillés pour un autre destin
A quoi peut leur servir de se lever matin
Eux qu’on retrouve au soir désoeuvrés incertains
Dites ces mots Ma vie Et retenez vos larmes
Il n’y a pas d’amour heureux

 

Mon bel amour mon cher amour ma déchirure
Je te porte dans moi comme un oiseau blessé
Et ceux-là sans savoir nous regardent passer
Répétant après moi les mots que j’ai tressés
Et qui pour tes grands yeux tout aussitôt moururent
Il n’y a pas d’amour heureux

 

Le temps d’apprendre à vivre il est déjà trop tard
Que pleurent dans la nuit nos coeurs à l’unisson
Ce qu’il faut de malheur pour la moindre chanson
Ce qu’il faut de regrets pour payer un frisson
Ce qu’il faut de sanglots pour un air de guitare
Il n’y a pas d’amour heureux

 

Il n’y a pas d’amour qui ne soit à douleur
Il n’y a pas d’amour dont on ne soit meurtri
Il n’y a pas d’amour dont on ne soit flétri

Et pas plus que de toi l’amour de la patrie
Il n’y a pas d’amour qui ne vive de pleurs
Il n’y a pas d’amour heureux
Mais c’est notre amour à tous les deux

.

aragon

 

aragon2

 

Met dank aan Wikipedia en http://www.vissenaken.be

 

 

%d bloggers liken dit: