27 gedichten en geen lied

Ramsey Nasr

.

Hoewel hij Dichter des Vaderlands was en de tweede stadsdichter van Antwerpen,  treed hij tegenwoordig vooral weer op als acteur van de Toneelgroep Amsterdam. Productie van zijn poëzie staat op een laag pitje. Hij is dan ook niet voor niets  dichter, schrijver, essayist, acteur, regisseur en librettist (tekstschrijver van muzikale stukken). Toch blijft Nasr voor mij vooral dichter. Daarom uit zijn bundel ’27 gedichten en geen lied’ uit 2000, het gedicht ‘Wie weet mij eindelijk’.

.

Wie weet mij eindelijk

Wie weet mij eindelijk, welke dodentolk,
Te doen bedaren in gezworen haat.
Ik volg de vaderen om vroeg en laat
Mijn land te zien. Ik leef tegen een volk
dat zebrapaden aanlegt over wonden,
Dat boven onze botten steen op steen
Bewoont, dat leven wil voor zich alleen.
Leeft dan in angst. Ons bloed wordt niet geronnen.
Op hoeveel scherven vlees weerkeert het recht.
En opgeblazen domme wraak en gal
Is wat er rest, als hersenen gaan denken.
‘Men mag een mens een leven niet ontschenken.
Ik hoop dat ik geen bommen maken zal.’

.

nasr

Geplaatst op 29 juni 2016, in Dichtbundels, Favoriete dichters en getagd als , , , , , , , , , , , , , , , , , , . Markeer de permalink als favoriet. 1 reactie.

  1. akismet-b413a666ae21255b787c580c8a2f8ce1's avatar akismet-b413a666ae21255b787c580c8a2f8ce1

    Geen Mens is meer dan z’n grens voorbij! Schrijf ik indachtig Ramsey Nasr

    Groet Joshua Hoogveld

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.