Site-archief
Flessenpost
Stoppen met roken in 87 gedichten
.
Het komt voor dat ik voor mijn boekenkast sta en dan een dichtbundel zie waar ik bij aankoop en lezing heel erg enthousiast over was, maar helemaal vergeten was dat ik de bundel had. In het geval van ‘Stoppen met roken in 87 gedichten’ van Dimitri Verhulst uit 2017 weet ik nog heel goed dat ik de bundel kocht en waarom. Tijdens de 35e Nacht van de Poëzie 2017 in Utrecht lazen meer dan twintig dichters poëzie voor. Op Radio 1 werden deze voordrachten uitgezonden door de VPRO. Een van die dichters was de Vlaamse dichter Dimitri Verhulst (1972) en ik herinner me dat ik meteen werd getroffen door zijn voordracht van het gedicht ‘Laten wij al afscheid nemen’.
Nu ik de bundel weer ter hand neem en lees ben ik opnieuw onder de indruk van het dichterschap van Verhulst. Daarom wil ik graag opnieuw een gedicht delen uit de bundel. Het zijn de nummers 1 en 2 uit het hoofdstuk ‘Flessenpost’ dat ook nog de gedichten 3 en 4 omvat.
.
1.
laat mij het zijn die subiet overblijft
wanneer je gaat
zo ben jij het die het wordt bespaard
te zien dat winters blijven komen
ook als wij ons niet meer kunnen warmen
aan elkaar
.
laat mij je overleven, zij het niet te lang
zodat ik je missen kan
en ik zal er mij van vergewissen dan
dat het duister zuigt, de leegte trekt
niets ergers dan te moeten wachten
en toch klaar te zijn voor het vertrek
.
laat mij het zijn die straks alleen ontbijt
met stompe tanden naast de krant
ik kom je dagelijks tekort
sleep mij van spleen naar wee
en wil vooral niet dat het beter wordt
mijn lief, mijn lief, mijn lief
.
2.
geef mij de rouw, ik zal ze dragen
voorbij mijn kunnen, in alle koppigheid
ik drentel door mij al te lange dagen
van kop tot teen gehuld in ochtendgrijs
en ik zal drinken hoewel ik ’t niet verdraag
op ons, dat we mochten, eventjes bestaan
.
ga jij mij voor maar in die domme dood
ons bed ligt slechter dan het graf
ik zal naar je tasten in de nacht
je wordt de leegte die mijn schoot niet past
de mens een muur die duizend malen horen zal
hoezeer ik jou heb liefgehad
.
geef maar aan mij de eenzaamheid
en ik zal onbedaarlijk wenen
wanneer ik met mezelf ga spelen
aan ons denkend, hoe het was,
‘k zal van je dromen in detail
en daarna komen en kapotgaan bovenal
Afspraak
Dimitri Verhulst
.
Vandaag op deze voorlaatste zondag van 2017, het op een na laatste gedicht van de dichter van de maand december, Dimitri Verhulst. Dit keer met het gedicht ‘Afspraak’. Dit gedicht doet me ergens denken aan het gedicht ‘Laten wij al afscheid nemen’. Ook in dit gedicht loopt Diomitri Verhulst vooruit op de zaken, op de dingen die nog (misschien wel heel snel al) komen gaan, namelijk het sterven.
.
Afspraak
.
Ik zou willen dat je niet wacht als mijn moment daar is.
Je mag me nog even onderstoppen, maar ook niets meer dan dat.
En als je tijdens dat mij onderstoppen ook nog heel lief lacht
zal ik jouw geveinsd geluk jou voor die keer toch wel vergeven.
Maar daarna moet je gaan, en de deur dichtdoen.
Ga niet naast bed de wisselvallige intervallen
van mijn al rotte adem tellen. Houd mijn hand niet vast
die als een want zal worden neergelegd en waarin eens
mijn hand gezeten en naar die van jou gegrepen had.
Luister niet hoe het in mijn bast beestachtig bonkt en reutelt,
hoe de kanker daar snel nog even aan mijn botten sleutelt
en kijk niet in mijn ogen die gebroken in hun kassen
zich aanpassen aan het aardedonker
van wat geen nacht zal zijn.
Laat mij achter in die kamer, alleen.
Want wij twee mogen enkel van het leven zijn.
Wees zo goed deze banaliteit te negeren, en ga
naar beneden, de tuin in,
hang er je jurken aan de wasdraad en ik zal kijken
door het raam hoe zij mij salueren in de wind.
Bak bijvoorbeeld ajuinen, en laat ze enorm bruinen
in de boter, zodat ik ze ruiken kan tot boven
en denken: mijn god, wat kookt zij goed!
Maar als ik de macht nog in mijn benen heb,
en daar hoop ik op,
zal ik me vastklampen aan de trapleuning
die ik eigenlijk nog eens vernissen moest,
en zeggen: ik ben al naar boven, schat,
tot straks.
.
Laten wij al afscheid nemen
Dichter van de maand december
.
Zondag in december, tijd voor een gedicht van de dichter van de maand Dimitri Verhulst. Misschien wel een van zijn mooiste, vind ik. Uit zijn laatste bundel ‘Stoppen met roken in 87 gedichten’ uit 2017 het gedicht ‘Laten wij al afscheid nemen’.
.
Laten wij al afscheid nemen
Laten wij al afscheid nemen,
nu het niet moet,
nu het nog vrolijk kan.
Wij zijn niet donker in ons drinken
deze wijn deugt niet
om wonden mee te wassen,
het zijn geen zorgen
die onze gezangen hebben ingezet.
Houden wij het weerzien warm
en bezoeken wij elkaar
alleen in de herinnering.
Laat ons met honger nog
van tafel gaan, verlaten
vol verlangen. Wij zullen
elkander niet vervelen met ons verval
en sterven stil, zonder tijding,
zonder deining, wetend:
wij zijn in wezen
nooit kapotgegaan.
.






