Site-archief

Zwembadladdermaker

Ruth Lasters

.

Voor het minipoëziemagazine dat ik samen te Marieanne en Bart maak bepalen we van te voren altijd een richting. Die richting is niet maatgevend maar kan tot inspiratie leiden bij de dichters die we vragen. Enige tijd geleden tijdens een brainstorm over mogelijke richtingen kwamen we op beroepen en dagbestedingen die te gek zijn voor woorden (daar hebben we nog geen actie op genomen maar hij staat op de longlist van richtingen). We kwamen erop omdat er zoveel beroepen en functies zijn die je voorhoofd doen fronzen of waarvan je denkt; Hoe dan?

Ik moest hieraan denken toen ik de nieuwste bundel van Ruth Lasters aan het lezen was. Daarover zo meer. Ruth Lasters (1979) schrijft romans en poëzie. Voor de periode 2022-2023 was Lasters benoemd als één van de vijf Stadsdichters van Antwerpen. In september 2022 nam zij echter ontslag als stadsdichter van Antwerpen nadat haar kritische gedicht ‘Losgeld’, dat zij samen schreef met haar leerlingen beroepsonderwijs, geweigerd werd door het stadsbestuur. Over datzelfde weerbarstige stadsbestuur schreef ik al eerder in dit bericht.

Haar nieuwe bundel ‘Tijgerbrood’ “gaat over het verlangen om voor altijd toevlucht te kunnen zoeken, op te lossen in pure vorm, in woordenloosheid. De auteur is haar vroegere compartimenten kwijt. De dichter, leerkracht, kindervrije vrouw, partner, pacifist, klimaattobber en kunstliefhebber werden samengekneed tot één wezen dat haar hoop, bekommernissen en angsten meer en meer durft te erkennen als die van iedereen. Als brood leven is, zoals men zegt, is tijgerbrood een leven in camouflagevel om als observator ongehinderd de stem te kunnen opvangen van de hele maatschappij” zo lees ik op de website van haar uitgever.

Die observatorrol lees ik terug in de bundel. In ‘Tijgerbrood’, om terug te komen op beroepen waar je van alles over kan denken en van vinden, staat het gedicht ‘Porie’. In dit gedicht kwam ik meteen al twee beroepen/functies tegen waarvan ik dacht: zouden ze bestaan? En klopt de veronderstelling van de dichter dat, wanneer je beseft dat beide beroepen in één persoon vertegenwoordigd kunnen zijn, je dan ‘onomkeerbaar volwassen’ bent? De vragen die dit gedicht stelt zet aan tot nadenken. Terwijl de aanleiding juist zo’n oppervlakkige was, namelijk onbegrijpelijke beroepen.

.

Porie

.

Als je beseft dat de zwembadladdermaker

en de brandladderfabrikant een en dezelfde is,

dan ben je het dus: onomkeerbaar volwassen.

.

Als je je erover verbaast dat het kan, dat evacuatieladders

vervaardigd voor het ‘hopelijk nooit

 

vaker besteld worden, duurder zijn, van groter

.

economisch belang dan treden voor in fris opspattend chloorwater.

Vooral in de zomer als die laatste soort aldoor trap-op-trap-af

.

wordt gebruikt, moet zo’n maker

van zelden echt betreden vluchtladders

toch soms bevreemd in een onwerkelijk aangevoelde seconde

.

als in een uitvergrote porie vallen

waardoor de dag de lederhuid in slingert van talg-

naar talgklier. Om heraansluiting met alles te vinden

.

volstaat één aanraking, één door een ander

teruggestreken armhaar, maar het gebeurt niet. Iedereen is

.

zwemmen.

.

Dromen drinken als ontbijt

Winnaars AMAI award

.

Poëzie is niet saai (ik verkondig dit al jaren) en een bewijs hiervan voor mij is het succes en de aandacht voor en van dichters op Instagram. Poëzie op social media doet het altijd al goed; in tegenstelling tot het kunnen publiceren van een dichtbundel bij een uitgeverij of in een poëzie- of literair tijdschrift is social media de meest democratische en toegankelijke manier om met poëzie naar buiten te treden. En Instagram is hierbij, volgens mij, koploper.

Voor de website van Meander zal ik de komende maanden vaker artikelen schrijven over dichters en poëzie op Instagram. Maar een drijvende kracht achter het succes van Instagramdichters is zeker AMAI (Alle Monden Award Instagram) en de dichters awards die zij al enige jaren jaarlijks uitreiken. Zo ook dit jaar.

Op 26 maart jongstleden werden de winnaars van de AMAI 2022 bekend gemaakt. Voor de publieksprijs en de juryprijs werd een longlist van 50 gedichten, 25 poëtische quotes en 25 spoken words samengesteld (uit de ruim 1900 inzendingen). Degene die op de longlist stonden werden door een vakjury beoordeeld en het publiek kon stemmen op hun favoriet. De vakjury bestond dit jaar uit Lieke Marsman, Tanja Helderman, Merel Morre, Meliza de Vries (winnaar van 2021), Francis Broekhuijsen en Yke Schotanus.

De winnaar van het publiek was Inge Zwerver (@wadwicht) met het gedicht ‘Glans’ en de winnaar die door de vakjury werd gekozen was Christianne Scholtens (@dromendrinkenalsontbijt).  Winnaars Spoken word waren @JesseLaport (publiek) en @Suzannekrijger (vakjury). Winnaars quotes: Dempsey Hendrickx (@woordwoeler) Publiek en Saskia van Laere (@therapoezie) vakjury.

Op de website van AMAI kun je alle winnaars met hun winnende inzendingen bekijken en beluisteren. Hieronder het gedicht dat door de vakjury en de publieksjury als beste werden gekozen.

.

Christianne Scholtens

.

Ik adem de zee in

en alles in mij drijft

naar de oppervlakte.

Dat ik van je hou,

natuurlijk. Maar ook

hoe moe ik ben. Dat

ik altijd heimwee

heb naar dit gevoel

van ruimte, naar

longen vol met thuis.

.

Ik probeer echt heel

hard om niet bang te

zijn; bijna alles wat ik

eigenlijk niet durfde,

heb ik toch gedaan.

Maar: mensen en hun

blikken en hoe diep

een klif kan zijn.

.

Ik wil hier blijven, waar de wind is, waar ik

zien kan, waar ik schelpen in mijn zakken stop

tot elke stap mij rammelend aan rust herinnert.

.

Jij lacht met een woord

voor geluk dat ik nog niet

eerder heb gehoord. En

meer dan blijven wil ik jou.

*

Inge Zwerver

.

Glans

.

ik wil zo graag

de glans terug

.

het simpele

het blije

.

niet het moeten

maar ’t vrije

.

ergens tussen

taak en tijd

.

raakten we

het kwijt

.

 

Weet je nog hoe je moet drijven?

Sanne de Kroon

.

In 2020 deed dichter Sanne de Kroon (1997), Master of Arts Taalwetenschappen en dichter, mee met de Nijmeegse Literatuurprijs. De Nijmeegse Literatuurprijs is een initiatief van De Gelderlander, de Openbare Bibliotheek Zuid-Gelderland, Nieuwe Oost | Wintertuin, Poëziecentrum Nederland en literair tijdschrift Op Ruwe Planken. Het geheel staat onder leiding van de Stichting Literaire Activiteiten Nijmegen.

Het doel van de Nijmeegse Literatuurprijs is literair talent uit Nijmegen en omgeving een duwtje in de rug geven. De beste inzendingen worden gepubliceerd, winnende auteurs worden aan een podium geholpen. De winnaar van de hoofdprijs krijgt 250 euro. De ingezonden teksten werden kritisch bekeken door een jury. Uit de longlist van 11 inzendingen werd een shortlist gekozen van drie auteurs: Dat zijn Sanne de Kroon (met drie gedichten), Tamar Slooves  (met het verhaal ‘Daar praten we niet over’) en Esther van Raay (met het verhaal ‘Dirk’). De jury bestond in 2020 uit Heidi Koren (schrijver/dichter), Frederik van Dam (Radboud Universiteit) en Marijn Hogenkamp (uitgeverij Atlas Contact).

Tamar Slooves werd winnaar maar Sanne de Kroon ( die de publieksprijs kreeg) werd tweede met haar gedichten. Over het gedicht ‘Weet je nog hoe je moet drijven?’ schreef de jury: Met het tweede gedicht zet deze dichter de lezer meteen bij de eerste regel stil. “Mijn vader leeft al een jaar onder water”. Het is raak. ‘Weet je nog hoe je moet drijven?’ laat zien waar geworsteld
wordt en hoe dat eruit ziet vlak voordat iemand kopje onder gaat. Korte zinnen, boordevol oersterke beelden. Met dit gedicht toont de inzender zich dichter en dat smaakt naar meer!

.

Weet je nog hoe je moet drijven?

.

Weet je nog hoe je moet drijven?
Mijn vader leeft al meer dan een jaar onder water.
De dagen drijven aan hem voorbij.
Soms kan hij ze grijpen.

.
Laten we samen een metafoor bouwen,
die sterk genoeg is om je gewicht te dragen.
Moeilijk zal het niet zijn, want
je wordt met de dag lichter.

.
Je praat steeds meer over anorexia.
Niet voor jezelf, maar
er zijn mensen die zich helemaal niet goed voelen,
zonder dat daar een reden voor is.
Ze draaien hun schouders als ze door een deur moeten,
denkend dat ze niet zullen passen.

.
Maar papa, we weten toch al lang dat happiness
een theesmaakje is,
dat je plafond een magneet is en elk bed
gemaakt is van blijfzand.
Iedere keer dat je opstaat,
is een kleine overwinning.

Op een dag zal ik een enorme broccoli in de tuin planten,
die diepe wortels zal maken die alles zullen overwoekeren.
Mijn vader zal hem in minuscule stukjes snijden.
Bouillonblokjes uit zijn wikkels halen en
op zijn handen laten smelten als bruisballen.
En eindelijk zal alles soep zijn.

.