Site-archief

Douzijn

Versvorm

.

De douzijn is een versvorm die begin eenentwintigste eeuw geïntroduceerd werd door Frits Criens en inmiddels enige navolging heeft gevonden. Het douzijn is een twaalfregelig gedicht bestaande uit twee vijfregelige strofen en tot slot een distichon ( een gedicht of een strofe van een gedicht van twee regels). De eerste strofe wordt in de tweede strofe gespiegeld.

Rijmschema: abaab babba cc

Metrum: Pentameter

.

Een voorbeeld van Frits Criens uit De tweede ronde (2007)

.

Afvalrace

.

Vandaag kwam ik mijn ex op fitness tegen
Het eerste weerzien sinds een jaar of tien
Zij was niet echt tot een gesprek genegen
Haar nieuwtjes waren hopeloos belegen
En zij was erg afwezig bovendien

.

Haar huid leek een gedroogde appelsien
En had een vale lijkenkleur gekregen
Van ronde vormen was niets meer te zien
Was zij intussen ernstig ziek misschien
Hoeveel, vroeg ik me af, zou zij nog wegen

.

Ze leek wel terminaal, de arme stakker
Maar zei, toen ik dat vroeg: Ik sonjabakker

.

Distichon

Sinterklaas 3.0

Probeer eens wat anders

.

Het is 2 december en bijna pakjesavond. Ook voor mij is dit een periode dat ik weer rijmend moet dichten. Sinterklaasgedichten moeten rijmen. Ooit maakt ik een gedicht voor mijn broer dat niet rijmde voor Sinterklaas. Hoon, spot en onbegrip werden over mij uitgestort (okay, lichtelijk overdreven maar enig onbegrip was er wel).

Waarom deed ik dat destijds? Ik wilde eens wat anders dan de standaard aabb aabb rijmpjes. Tegenwoordig rijm ik voor Sinterklaas abab cdcd efef etc.

Toch zou ik graag eens iets anders doen. Bijvoorbeeld een Sinterklaasgedicht in een Douzijn of een Ben (voor de rijmschema’s bekijk je  https://sites.google.com/site/versvormen/versvormen/ben)

Zo zou ik graag een keer een Sinterklaasgedicht in Jambe maken. Dit is een oude versvoet die heel veel gebruikt wordt in de Nederlandse poëzie. Misschien volgend jaar.

.

Een voorbeeld van een jambe (een combinatie van een onbeklemtoonde en daarna een beklemtoonde lettergreep) is het volgende gedicht van Jan Engelman.

.

Vera Janacopoulos
Cantilene

Ambrosia, wat vloeit mij aan?
uw schedelveld is koeler maan
en alle appels blozen
de klankgazelle die ik vond
hoe zoete zoele kindermond
van zeeschuim en van rozen
o muze in het morgenlicht
o minnares en slank gedicht
er is een god verscholen
violen vlagen op het mos
elysium, de vlinders los
en duizendjarig dolen