J. Slauerhoff
Serenade
.
In de bundel ‘Serenade’ van J. Slauerhoff uit 1954 kwam ik een alleraardigst briefje tegen. Blijkbaar was deze bundel ooit een Sinterklaas geschenk. Hoewel de eerste druk van deze bundel reeds uit 1930 stamt werd hij in 1954 in een vijfde druk opnieuw gedrukt “met dit voorbehoud dat de enkele door de Slauerhoff-Commissie geplaatste naamvals-n’s volgens nieuwere inzichten niet werden gehandhaafd en een paar door haar geschrapte t’s bij een gebiedende wijs enkelvoud weer werden geplaatst”. Kom daar tegenwoordig nog maar eens om.
In de bundel las ik een grappig gedicht van Slauerhoff waarvan ik meteen wist, dit ging ik gebruiken voor dit blog. Het is getiteld ‘De schalmei’ (dit is een blaasinstrument met een rechte conische boring waarvan de toon wordt gevormd door een dubbelriet).
.
De schalmei
.
Zeven zonen had moeder:
Allen heetten Peter,
Behalve Wanjka die Iwan heette.
.
Allen konden werken:
Eén was geitenhoder,
Een vlocht sandalen,
Eén zelfs bouwde kerken;
Maar Iwan die Wanjka heette
Wilde niet werken.
.
Op een steen in de zon gezeten
Bespeelde hij zijn schalmei.
.
“O, mijn lieve,
Mijn lustige,
Laat mij spelen.
In de schaduw van mijn
Korte rustige vallei
Laat andren werken,
Sandalen maken of kerken.
Wanjka heeft genoeg aan zijn schalmei.”
.
Geplaatst op 26 februari 2018, in Dichtbundels, Favoriete dichters en getagd als . dubbelriet, 1930, 1954, 5e druk, blaasinstrument, conische boring, De schalmei, dichtbundel, dichter, gedicht, gedichten, handgeschreven, J. Slauerhoff, naamvals-n, poëzie, poëziebundel, Sint, Sinterklaas, Slauerhoff-Commissie, taalveranderingen. Markeer de permalink als favoriet. 3 reacties.






Wel Sint, die is mooi !
Ik ben zelf dol op oude muziek. Laat een schoon lied klinken, terwijl het zweet van het harde werk langzaam in de herberg de mensen moed staat te drinken.
een was geitenhoeder. Leuk gedicht, onverwacht speels voor Slau.