Site-archief

Voetbalpoëzie

Voetbal en gedichten

.

Nu het Wereldkampioenschap voetbal in Brazilië rap dichterbij komt lijkt het me een goede zaak eens een stuk te schrijven over voetbal en poëzie. Misschien staan de gedichten van de spelers die het Europees kampioenschap van 1988 wonnen nog in het geheugen of zijn er lezers van Hard Gras onder de lezers van dit blog. Hoe dan ook, er is wel wat te vertellen over voetbal en poëzie.

Om maar met het EK van 1988 te beginnen, in 1989 verscheen van de hand van Theun de Winter het boek ‘Nederland-Duitsland: Voetbalpoëzie’ met bijdragen van o.a. Hans van Breukelen, Ruud Gullit, Johnny Rep, Ruud Krol, Stanley Menzo, Jan Wouters, Wim Suurbier, Frans de Munck, Arnold Mühren, Johan Neeskens, Jan Mulder, Jules Deelder en Theo van Gogh.

.

voetbalpoezie

 

.

Ook Nico Scheepmaker publiceerde in de bundel Nederland-Duitsland (1989) een gedicht over de overwinning, met een verwijzing naar een beroemde slotregel uit een sonnet van J.C. Bloem (1887-1966): ‘Voorbij, voorbij, o en voorgoed voorbij’.

.

2-1 & 1-2

De wedstrijd was het juiste spiegelbeeld
van die 2-1 in het gedoemd verleden.
Eerst werd ik in de Hel gevierendeeld,
en daarna kwam ik in de Hof van Eden.

Twee-een verliezen of met 2-1 winnen:
ontgoocheling of een waanzinnig feest.
Je kunt er maar het best niet aan beginnen,
dan is je leven wel zo kalm geweest.

Ik vond het jammer dat wij toen niet wonnen,
want winnen is het doel van elke sport.
Maar anderzijds is voetbal maar verzonnen:
geen mens die er veel menselijker door wordt.

Natuurlijk was ik blij met onze zege,
als journalist was ik zelfs dubbel blij.
Wij hadden immers iets cadeau gekregen:
kopij, kopij, o en voorgoed kopij!

.

Maar ook een dichter als Elly de Waard heeft haar liefde voor voetbal, of in dit geval voor de voetballer Pierre van Hooijdonk in een gedicht vastgelegd. Hieronder het Typoscript van het gedicht van Elly de Waard (1940), oorspronkelijk geschreven naar aanleiding van het wereldkampioenschap voetballen 1994, maar voor de gelegenheid (tijdens een uitzending van het tv programma Laat De Leeuw) aangepast voor Pierre van Hooijdonk, oktober 1999.

.

VP Elly

Maar niet alleen Oranje inspireerde dichters, ook een groot voetballer als Abe Lenstra kreeg een eigen gedicht van Rutger Kopland in het NRC van 11 juni 1994 (vandaag op de dag af 20 jaar geleden).

.

Abe

 

.

En natuurlijk mag Jules Deelder niet ontbreken. De voetballiefhebber (Sparta) onder de dichters met het gedicht over Sparta.

.

Vroeger of later
Ga je dood
Dat staat als een paal
Boven water
Zo oud als Sparta
Word je nooit

En als je gaat
Is het je tijd geweest
Dat is één ding
Dat zeker is

Zo niet
Ofter een hemel is
Maar álster één is
Dan zal je zien
Dat de Hemelpoort
– Oh brok in ons keel –
Verdacht veel weg heeft
Van Het Kasteel

.

deelder-sparta

 

Met dank aan dbnl.org

Palet

Eenvoudige poëzie uit deze eeuw

.

Vandaag uit mijn boekenkast een curieus boekje onder de titel Eenvoudige poëzie uit deze eeuw (en even voor de goede orde, dat was dus de vorige eeuw want uit 1967). Verzameld door A.C. Bosch en uitgegeven door J.B. Wolters te Groningen.

Een bloemlezing voor “ongeschoolde” lezers en daarmee worden leerlingen in de laagste drie klassen van de middelbare scholen bedoeld door meneer Bosch. De criteria bij het bijeenbrengen van de gedichten waren dan ook eenvoud en begrijpelijkheid. De gedichten komen uit het tijdvak 1900-1950.

Wie staan er dan zoal in zul je je afvragen? Nou dat zijn niet de minste: J. C. Bloem, Achterberg, Hanlo, Lucebert, A. Roland Holst, Slauerhoff, Jos Vandeloo, Leo Vroman en ga zo maar door. Me dunkt, niet de minste. En als je dan naar de inhoud kijkt, daar hoef je tegenwoordig niet meer mee aan te komen bij middelbare scholieren, snappen ze niks van. Misschien daarom is dit juist zo’n heerlijke bundel.

Als hommage aan de overleden Leo Vroman, zijn gedicht ‘Bloemen’ uit deze bundel.

.

Bloemen

.

Als alle mensen eensklaps bloemen waren

zouden zij grote bloemen zijn met lange snorren.

Vermagerende vliegen, dode torren

zouden blijven haken in hun haren.

Tandestokers, steelsgewijs – ontsproten,

zouden zwellen tot gedraaide tafelpoten,

katoenen knoppen zouden openscheuren

tot pluche harten die naar franje geuren.

.

en op de bergen zouden gipsen zuilen staan

die gipsen druiven huilen.

.

Op het water dreven bordkartonnen blaren,

de vlinders vielen uit elkaar tot losse vlerken

en van geur verdorden alle perken

als alle mensen eensklaps bloemen waren

.

Origineel uit: gedichten, Querido, Amsterdam

.

Palet

Afbeelding : Nederlandse Poëzie Encyclopedie

J.C. Bloem

De Dapperstraat

.

Pas nog prachtig voorgedragen door Adriaan van Dis bij De Wereld Draait Door en voor iedereen die alleen de laatste zin kent of de eerste zin van de derde strofe, hier het hele gedicht van J.C. Bloem (1887-1966).

.

De Dapperstraat

.

Natuur is voor tevredenen of legen

En dan: Wat is natuur nog in dit land?

Een stukje bos ter grootte van een krant,

Een heuvel met wat villaatjes ertegen.

.

Geef mij de grauwe stedelijke wegen,

De in kaden vastgeklonken waterkant,

De wolken, nooit zo schoon dan als ze, omrand

Door zolderramen, door de lucht bewegen.

.

Alles is veel voor wei niet veel verwacht.

Het leven houdt zijn wonderen verborgen

Tot het ze, opeens , toont in hun hoge staat.

.

Dit heb ik bij mijzelve overdacht,

Verregend op een miezerige morgen,

Domweg gelukkig, in de Dapperstraat.

.

Bloem, J.C.

De weg naar het graf

J.C. Bloem

.

Insomnia

.
Denkend aan de dood kan ik niet slapen,
En niet slapend denk ik aan de dood,
En het leven vliedt gelijk het vlood,
En elk zijn is tot niet zijn geschapen.
.
Hoe onmachtig klinkt het schriel “te wapen”
Waar de levenswil ten strijdt mee noodt,
Naast der doodsklaroenen schrille stoot,
Die de grijsaards oproept in haar schoot,
.
Evenals een vrouw, die een zich gaf,
Baren moet, of ze al dan niet wil baren,
Want het kind is groeiende in haar schoot
.
Is elk wezen zwanger van de dood,
En het voorbestemde doel van ’t paren
Is niet minder dan de wieg het graf.

.

 

O en voorgoed voorbij

Langs graven van Nederlandse schrijvers

.

Uitgeverij de Arbeiderspers heeft een bijzonder aardig boekje uitgegeven in opdracht van het Fonds Perzik van Onsterfelijkheid (genoemd naar een roman van Jan Wolkers). Deze stichting streeft behoud, herstel en instandhouding van graven en grafmonumenten van Nederlandse schrijvers na. De  titel van dit boek: ‘O en voorgoed voorbij’. De titel komt uit een beroemde dichtregel van de dichter J.C. Bloem ‘Voorbij, voorbij, o en voorgoed voorbij’. Deze regel staat dan ook op de grafsteen van Bloem te vinden op het kerkhof van Paasloo.

.

In dit boek worden 21 graven van beroemde Nederlandse schrijvers en dichters beschreven en behandeld. Zoals wellicht bekend ben ik een groot liefhebber van begraafplaatsen. Om hun rust maar vooral om hun cultuur historische waarde en schoonheid. Elke begraafplaats is anders, buitenlandse begraafplaatsen zijn weer anders dan Nederlandse begraafplaatsen en de cultus rond de dood en het begraven van mensen is ook overal verschillend.

.

In dit geval viel mijn oog op een gedicht van A. Roland Holst dat hij schreef over Simon Vestdijk. Vestdijk was getroffen door een depressie en daarna door de ziekte van Parkinson, het hetgeen hem nog depressiever maakte. Adriaan Roland Holst bezocht hem regelmatig thuis in Doorn en na zijn laatste bezoek schreef hij een gedicht.

.

Hij zat wat voorovergebogen

Toen hij mij voor het laatst aankeek

Ik wist niet dat twee open ogen

Zo leeg zijn konden. Ik ontweek

Zijn blik niet, kon die niet ontwijken.

Het was kort voor zijn laatste reis.

Doodstil zat hij naar mij te kijken

Uit een hel van ijs.

.

ISBN: 978 90 295 8409 8

.

 

Foto’s Werry Crone

Waar het hart vol van is

Willem Wilmink

Op zoek naar een boek met gedichten voor mijn dochter in de bibliotheek (uiteraard want een goede collectie, duidelijk overzichtelijk en altijd bereikbaar en voorradig) kwam ik het boek ‘Waar het hart vol van is’ van Willem Wilmink tegen.

Niet direct wat ik zocht maar toen ik erin begon te lezen kon ik het ook weer niet wegleggen. Willem Wilmink neemt je mee langs vergeten dichters, verteld waarom bepaalde gedichten zo in elkaar zitten zoals ze in elkaar zitten, geeft aanwijzingen, achtergronden en uitleg.

Kortom een zeer lezenswaardig boek en niet alleen voor kinderen/jongeren.

Uit het boek een mooi stukje uit een gedicht ‘Huiswaarts reizende’ van de dichter J.C. Bloem die ook aan de orde komt over de liefde voor ouders;

.

Deze liefde kent geen gaan en keeren

kent geen afstand en gewiekten tijd;

de ééne drang van haar begeren

is hongeren naar eeuwigheid

.

ww

Een aanrader! Allemaal naar de bibliotheek en lezen maar!