Site-archief
Namen noemen
Joan Armatrading
.
In de jaren ’80 luisterde ik veel naar de Engelse zangeres, songwriter en gitarist Joan Armatrading (1950). Dat begon met de single die ze uitbracht in 1980 getiteld ‘Rosie’. Toen ik meer van haar ging luisteren bleek ze over een breed scala aan muzikale invloeden te beschikken. Maar vooral haar teksten spraken me bijzonder aan. Vaak waren het prachtige liefdesliedjes maar ook maatschappelijk geëngageerde nummers. En soms iets van een heel andere aard.
Op haar album ‘The Key’ uit 1983 staat bijvoorbeeld het nummer ‘(I love it when you) call me names’. Het nummer gaat over de verschillende voorkeuren die mensen er op na houden als het gaat om (seksuele) genoegens. In dit geval de SM-achtige praktijken die beginnen met het noemen van namen (uitschelden), elkaar fysiek pijn doen en de bijbehorende verkleedpartijen. Joan is er duidelijk over: It’s their way of loving not mine.
.
(I Love It When You) Call Me Names
.
I just wanna see you at night
Don’t come round my house in the day
I love it when we start up a fight
And I love it when the fight ends your way
.
I love it when you call me names
.
I can’t wait to see you again
I know you’re gonna slap my face
you beat me up then beat me again
and over and over and over and over
And over and over
.
I love it when you call me names
.
Big woman
And a short short man
And he loves it
When she beats his brains out
He’s pecked to death
But he loves the pain
And he loves it
When she calls him names
.
She’s wearing heavy leather with lace
He dresses up in cowboy taste
They punish then they think up a crime
It’s their way of loving not mine
.
I love it when you call me names
.
Het is het huis dat niet goed alleen kan zijn
Jana Arns
.
De Vlaamse dichter Jana Arns (1983) is daarnaast ook muzikante en fotografe, en dat nooit los van elkaar. Ze maakt deel uit van het ensemble Aranis, waarmee ze al 15 jaar in binnen- en buitenland optreedt. Met haar debuutbundel ‘Status: het is ingewikkeld’ (2016) won zij de Prijs Letterkunde Oost-Vlaanderen 2017. Ook opvolger ‘Nergens in het bijzonder’ (2018) werd zeer goed ontvangen.
In haar bundel ‘Het huis dat niet goed alleen kan zijn’ uit 2019 beschrijft Arns het gevecht met anorexia nervosa en de zorgen van elke ouder om een kind dat niet meer onder de vleugels past. Geïnspireerd op schilderijen van Edward Hopper geeft Arns een stem aan de verstilling; subtiel, sensitief en bomvol empathie mag de dag slecht zitten. Gemorst licht laat het stof dansen, een lichaam gaat onvermijdelijk in achteruit.
Haar uitgever schrijft over deze bundel: “Binnen woelt de wereld, buiten woedt een oorlog. Van loopgraven in een Spaans strand tot landen die niet naar school kunnen. Het is thuis dat we sneuvelen. Daar sluimert ten slotte een echtscheiding, tussen muren in afwachting van een nieuwe laag over de laatste jaren.” In vier cycli dicht Arns gevoelig over pijn zonder dit te verzachten. Een bundel vol herkenning, mededogen, en poëzie. Een mooi voorbeeld van dat mededogen lees je in het gedicht ‘Dochter’.
.
Dochter
.
Ze zet de tijd luider.
Groeit uit haar dagboeken.
.
Draagt de week binnenstebuiten
om niet naar huis te moeten.
.
Ze kleurt enkel nog met lippenstift,
buiten de lijnen met oogpotlood.
.
Ze wil later alles worden. Behalve ons.
Wij zijn de horden op haar baan.
.
Ze raakt ons met de zool
en woorden die gewassen mogen worden.
.
Wij krijgen de groei niet uit haar kleren.
.
Jana Arns
Twaalf ribben
.
Opnieuw een dichter op verzoek, dit keer op verzoek van Luce Rutten. De Gentse Jana Arns (1983) is muzikant (dwarsfluit), fotograaf en dichter. Met haar debuut ‘Status: het is ingewikkeld’ uit 2016 won zij de prijs Letterkunde Oost-Vlaanderen 2017. Haar tweede bundel ‘Nergens in het bijzonder’ verscheen in februari 2018 . Ze publiceerde in De poëziekrant, Deus ex Machina, Gierik & NVT, Meander, Het Gezeefde Gedicht, Het Liegend Konijn en won de eerste prijs van de Literaire Prijzen Stad Sint-Truiden (2018) én Literatuurprijs Zeist (2018). Ze was ook meermaals genomineerd voor de Melopee poëzieprijs. Enkele gedichten werden opgenomen in de bloemlezing ‘De 100 beste Nederlandstalige gedichten’ van de VSB Poëzieprijs uitgegeven door De Arbeiderspers 2018.
Samen met dichters Roel Richelieu van Londersele en Charles Ducal maakte ze de voorstelling ‘Het muzikale huwelijk’ en met dichters Frouke Arns en Astrid Arns vormt ze ‘Drie maal Arns en daarmee BASta!’.
Met het gedicht ‘Twaalf ribben’ won met ze de Literatuurprijs Zeist 2018
.
Twaalf ribben
Ons kind is bang voor suikerspinnen.
Het spiegelpaleis in haar hoofd is beslagen.
Zij is de schim binnen dit spookhuis.
met rijstkorrels na de komma,
tafels gedekt met breuken.
Samen snijden ze het brood van de korsten.
Lopen op eetstokjes over onaangeroerde borden.
Zij is twaalf ribben,
aangelengd met water.








