Site-archief

Brug

Hans Wap

.

Ik denk dat de meeste mensen Hans Wap (1943) kennen als  beeldend kunstenaar. Wap is dan ook een veelzijdig mens want beeldend kunstenaar is te kort door de bocht als je leest wat hij allemaal doet: actief als zeefdrukker, vervaardiger van houtsnedes, grafisch ontwerper, illustrator, wandschilder, tekenaar, schilder, dichter, en vervaardiger van gouaches. Wap volgde een opleiding aan de Academie voor Beeldende Kunsten te Rotterdam van 1963 tot en met 1965, en vestigde zich nadien als beeldend kunstenaar in Rotterdam.

Hans Wap debuteerde in 1967 als Hans Melchior Wap bij uitgeverij De Arbeiderspers met ‘Schoten en Filtersigaretten’. Inmiddels is zijn oeuvre uitgegroeid tot een tiental bundels. De eerste paar bundels verschenen allemaal in de jaren ’70 van de vorige eeuw waarna hij zich op de kunst toelegde want in de jaren ’80 en ’90 verscheen er geen poëzie van zijn hand. Pas in 2001 verscheen de bundel ‘Een huismus op stelten’.

In 2008 verscheen de bundel ‘De laatste lemming’ en daaruit heb ik het gedicht ‘Brug’ genomen omdat ik bij het lezen van het gedicht meteen aan Rotterdam moest denken.

.

Brug

.

een idee overbrengen
zonder natte voeten

hele landstreken aan elkaar zetten
met hout, metaal en beton

een ezelsbrug
om de knoop in mijn zakdoek te onthouden

het enige dat ertoe doet
is de volgende regel

die van niets
naar nergens gaat

en de regel daarna
die kant nog wal raakt

bruggen dwingen
scheepvaart tot stoppen

leggen verkeer te land
lam

de kapitein
steekt er nog eentje op

en vaart feilloos
tussen twee pijlers door

.

De zangeres zonder stem

Hans Wap

.

In de jaren ’70 van de vorige eeuw kwam onder de leiding van poëziefanaat Martin Mooij, bij de sectie letteren van de Rotterdamse Kunststichting de Sonde-reeks uit. De reeks liep van 1971 met de eerste uitgave ‘Pat’ van Leyn Leynse tot de laatste uitgave in 1987. Koos Teeuwkens sloot de Sonde-reeks af met het 56ste deel maar liefst in de serie, die een prachtige dwarsdoorsnee vormt van wat er in Rotterdam tussen 1971 en 1987 op literair gebied gebeurde.

In de Sonde-reeks verschenen bundels van Dirk Kroon, Rien Vroegindeweij, Cor Vaandrager en Jules Deelder (een verzameling humor) maar ook van vele namen die inmiddels bijna of helemaal vergeten zijn.

In mijn bezit heb ik (volgens telling) het 17e deel uit 1974 van Hans Wap getiteld ‘De zangeres zonder stem’. Een bundel die zelfs is opgenomen in de Research Library van het Rijksmuseum.

Hans Wap (1943) is een Nederlands beeldend kunstenaar, actief als zeefdrukker, vervaardiger van houtsnedes, grafisch ontwerper, illustrator, wandschilder, tekenaar, schilder, dichter, en vervaardiger van gouaches, een veelzijdig man kortom. Als dichter is hij minder bekend dan als kunstenaar maar hij publiceerde in 1967 ‘Schoten en filtersigaretten’ in 1971 ‘Van wie is dat gekke koppie’ en in 1973 de telexrol ‘5 Electrische dichters. En in 1974 dus ‘De zangeres zonder stem’.

In ‘De zangeres zonder stem’ een bonte verzameling gedichten die doen denken aan Vaandrager en Deelder. Recht voor zijn raap en soms zo panklaar gebracht zoals ‘Leuk’.

.

Leuk

.

Leuk voor in de auto

deze zwerver met baard

compleet met ophanglusje

f 1,98

.

Maar ook een gedicht getiteld ‘Poëzie’ waarin de dichter zich aan het begin en einde de vraag stelt die jij misschien ook had na het lezen van ‘Leuk’.

.

Poëzie

.

Wat heeft het nog met poëzie te maken als

de kamer als een waanzinnige

om je heen draait

als overvloedig bewijs

dat de fles weer groter was

dan de glazen

.

of als je op een paardeharen matras

ligt te naaien

na een jarenlange vegetarische opvoeding

met een voldoende hoeveelheid grass

eet zelfs de meest verstarde planteneter

zijn hond op

.

ja, zo is dat

maar wat heeft het nog met poëzie te maken

.