Site-archief

Aan Bertolucci

Pier Paolo Pasolini

.

Al eerder schreef ik over filmregisseur en dichter Pier Paolo Pasolini (1922-1975) en de bundel ‘De as van Gramsci’. In deze bundel uit 1957, in mijn vertaling door Karel van Eerd, die ook voor het nawoord tekende, uit 1989, staat het gedicht ‘Aan Bertolucci’. De Bertolucci die het hier betreft is Attilio Bertolucci (1911-2000).

Attilio Bertolucci dichter en schrijver en de vader van filmregisseurs Bernardo en Giuseppe Bertolucci. Op 18 jarige leeftijd, in 1929, publiceerde Bertolucci zijn eerste poëtische bundel, ‘Sirio’. In 1932 kreeg hij met zijn werk ‘Fuochi di Novembre’ (November branden) lof van Italiaanse dichters als Eugenio Montale .

In 1951 publiceerde hij ‘La capanna indiana’ ( De Indiase hut) en won hij de Viareggio-prijs voor literatuur. In deze periode bouwde hij een vriendschap op met Pier Paolo Pasolini. In 1971 werd ‘Viaggio d’inverno’ (Winterreis) gepubliceerd, een van Bertolucci’s mooiste werken. Dit werk bracht een opmerkelijke verandering van stijl in Bertolucci’s poëzie: terwijl de eerste werken, volgens Franco Fortini , werden gekenmerkt door “de keuze voor een nederige taal voor pastorale situaties”, was ‘Viaggio d’inverno’ complexer en werd gekenmerkt door een onzekerheid. van gevoelens.

Zijn laatste werk was ‘La Lucertola di Casarola’ (De hagedis van Casarola) uit 1997, een verzameling werken uit zijn jeugd en andere ongepubliceerde gedichten. En over deze dichter en vriend van Pasolini schreef de laatste het gedicht ‘Aan Bertolucci’.

.

Aan Bertolucci

.

Het verleden leeft: ook hier. Hier, het oude boerenland,

hierboven hervonden, waar het voor ons eeuwiger is.

Het zijn de laatste dagen, of zeg maar, de laatste jaren

van geploegd land met rijen stronken langs de sloten,

van sneeuwslijk rondom de moerbeien zojuist gekapt,

van nog groene dijken langs droge greppels.

Ook hier: waar de heiden christen was, en met hem

zijn grond, het land dat hij bebouwde.

Een nieuwe tijd zal dit alles tot niets terugbrengen:

en daarom kunnen we er om rouwen: met zijn duistere

barbarenjaren, zijn Romaanse aprilmaanden.

Wie het straks niet meer kent, dit land dat overleefde,

hoe zal die ons kunnen begrijpen? Zeggen wie wij zijn geweest?

Maar wij zijn het die hém moeten begrijpen,

opdat hij geboren wordt, al is hij te laat voor deze dagen van licht,

voor deze wintereinden die versteld doen staan,

in het zacht en stormig Zuiden, in het donkerbewolkte Noorden…

.

DURF!

Elianne van Elderen

.

Ik las het digitale magazine DURF!, een magazine dat wordt gepubliceerd door CUBISS  en daarin las ik een gedicht van Elinanne van Elderen. Op zoek naar meer van haar werk kwam ik terecht op haar Tumblr pagina.  Elianne is 18 jaar en studente Klassieke talen (Grieks en Latijn in Nijmegen) en creative writing (Arnhem). Zoals ze schrijft op haar Tumblr pagina:  “Er zit iets gevaarlijks in de verveling van de jeugd. Soms schrijf, dicht, of open ik wat”. Dat leek me een goed idee en daarom in de categorie Jonge Dichters hier een gedicht van haar hand. Uit de DURF! het gedicht zonder titel.

.

Ze zingt ‘Forever Young’ – slow version mee
met een Vlaams accent. Het woord ‘incoherent’
kende ik nog niet
toen het al van toepassing was
op de antwoorden die ik gaf
in vriendenboekjes op de basisschool.

Mijn lievelingskleur was paars
nu niet meer, Ilse droeg die kleur maillot
toen we ruzie maakten.

Mijn lievelingseten was wortelstamp
nu niet meer, Daniël moest een keer kotsen
toen hij dat gegeten had bij het kerstontbijt in groep vijf.

Mijn lievelingsdier was een vlinder

nu niet meer, ik ving er ooit een in een jampot

toen brandde ik hem dood met een vergrootglas.

Ik heb in de jaren daarna vooral LEGO-paleizen, Barbiepoppen,

theekopjes van mijn oma, een Nintendo 3DS, nieuw stucwerk,

mijn sleutelbeen, een robotische dinosaurus, de garagedeur,
dromen, draai-kiepraammechanismen en jouw telefoonscherm
kapot gemaakt.

Ik zeg dat al mijn badschuimkastelen instorten
en dat in verval raken ook maar een synoniem is
voor verdwijnen. Peter Pan staat los
van zijn schaduw en jij niet meer achter
de tweets die je schreef toen je twaalf was.

Hij rent weg en ik tel tot tien.

Ik kijk steeds vaker tussen mijn vingers door.
Er liggen frambozenvlekken op hun schoenenneuzen

en leugens op hun tongen. Elke keer
wanneer hun mond open gaat
probeer ik er een uit
te halen. Het lukt me bijna
nooit.

De stoppels op je kin zullen voor het eerst
de kans krijgen om te groeien.
Wij groeien ook maar vooral uit elkaar.

 

.

Puberpoëzie

Vragen

.

Al eerder besteedde ik aandacht aan de website puberpoezie.nl waar pubers hun gedichten kunnen plaatsen. Ook werd ik gevraagd om als jury op te treden bij hun gedichtenwedstrijd. Ik werd toen al verrast door de kwaliteit van de gedichten op deze site.

Binnenkort start ik op Dichterskring.nl een bespreking van gedichten van leden van de Dichterskring en zal ik inzenders van puberpoëzie behandelen op deze website. Maar meer daarover later. Vandaag van de puberpoëzie website een gedicht van Carline (18 jaar) met de titel ‘Vragen’

.

Vragen

.

 

 

 

Wat kraken de kraaien, waar schuilen

sterren overdag, waarom schreeuwen vaders,

welk weer is echt

waarom krijsen kinderen, wie brandt

de coniferen plat, waar verblijft de winter

in de zomer, denkt de tijd ook wel eens

dat hij te laat zal komen?

.

wanneer barsten de wolken, wie maakt

de luchten grijs, waar schuilt de zon voor

branden kaarsen ooit eens aan

waarom knappen snaren, wie loopt

er ’s nachts door de straat, waar halen

lampen dat licht vandaan en wanneer

gaan ze uit?

.

wie breekt de glazen, waarom knelt

de kou soms om je nek, waarom wil

de zon iedereen verbranden

waar ben je, en hoe gaat het, en draag

je nog je vaders sjaal, en hoe

gaat het in de liefde,

heb je al veel vrienden gemaakt?

.

en hoe hoog is nou eigenlijk

de hemel?

 

puberpoezie