Site-archief
Zeemanslied
Hans Dorrestijn
.
Vandaag voor de laatste keer Hans Dorrestijn als dichter van de maand februari. Nogmaals uit de bijzonder aardige bundel ‘De liefde wandelt vreemde wegen’ uit 1997 het gedicht (lied) ‘Zeemanslied’.
.
Zeemanslied
Golven hoog te loef, te lij.
We varen klif en klip voorbij.
Giek en gaffel buigen krom.
Haal op, haal om.
Pekbroek, tuig, het ruime sop.
De zeeman heeft een haringkop.
Haal om, haal op.
Opperbram hoog in de mast.
Daar tuimelt me de varensgast.
Haal op, hou vast.
Haring hom en haring kuit.
Het bloed spat alle kanten uit.
Haal om, haal op.
Het bloed spuit alle kanten op
Haal om, haal uit.
.
Waterman
Hans Dorrestijn
.
Toen ik de bundel ‘De liefde wandelt vreemde wegen’ van Hans Dorrestijn aan het doorlezen was, op zoek naar passende gedichten voor de zondagen in februari, kwam ik een gedicht tegen waarvan ik meteen wist; dit wordt hem. Als Waterman hoef je dan eigenlijk niet eens verder te lezen. Dat heb ik natuurlijk wel gedaan Maar mijn keuze stond vast. Daarom hier het gedicht ‘Waterman’.
.
Waterman
.
Kijk, daar zwemt waarachtig Tristan van de Woude,
de beroemde waterman. Die maakt zijn sterrenbeeld waar.
Hij doorliep het aquarium in slechts twee jaar
en deed toen examen en slaagde cum laude,
summa cum laude welteverstaan.
En toen is hij onder water gegaan.
.
Een briljante student, maar te geniaal.
Een viskundig genie dat in zijn vak is verdwenen.
Mij heeft zich verloofd naar verluidt met een moeraal.
– De naam in ’t Latijn klinkt veel beter: murene –
.
Dat was vreemd, heel erg vreemd al met al.
Tristan met zijn hangsnor lijkt op een heel ander soort vis.
Uiterlijk vertoont hij meer overeenkomst met een meerval
(Siluris glanis).
Maar wie ben ik om hierover scherp te slijpen:
genieën zijn er om niet te begrijpen.
.







