Site-archief

Jouw hart

Amina Belôrf

.

De Vlaamse (slam)dichter Amina Belôrf (1990) is maatschappelijk assistente en columniste. Ze schrijft poëzie en proza en debuteerde in maart 2020 met haar dichtbundel ‘Zonder het licht te breken’ dat gepubliceerd werd door uitgeverij MAMMOET/EPO. De vader van Amina kwam in 1966 vanuit Marokko naar België om in de steenkoolmijnen te werken. Toen de mijnen sloten werkte haar vader in de haven, de horeca en in fabrieken. Later werd haar vader ziek, Alzheimer en overleed. Amina schreef over zijn levensreis. Dat werd eerst de voorstelling “Atlas-Antwerpen (retour)” en nu de dichtbundel (haar debuut) ‘Zonder het licht te breken’ wat een eerbetoon is aan haar vader.

Amina is ook met een gedicht terug te vinden op de website van de Dichter des Vaderlands  in België. Op deze website staan een groot aantal gepersonaliseerde gedichten voor mensen die de afgelopen twee jaar aan Corona zijn overleden. Deze gedichten worden opgedragen aan deze mensen die steevast met hun initialen worden genoemd. Zo ook de heer F.V.D. waar Amina een gedicht voor schreef.

Mijnheer F. V. D. werd geboren op 18 oktober 1965 en overleed in AZ Sint-Jan te Brugge op 4 mei 2020. Hij was een ondernemer in hart en nieren. Stond steeds paraat voor een ander. Gekend als liefdevolle vader die zijn dochter Manon en haar moeder met de beste zorgen omringde. Hij was de man van het glas halfvol, een levensgenieter. Met een passie voor koken en een groot hart voor zijn medemens.

 

Jouw hart

Voor F. V. D.

.

Als tranen konden wekken
dan viel je nooit in slaap
als droefheid kon doen leven
dan stond je hier weer voor ons.

.

De glazen blijven staan
de lente mist zijn glans
de keuken treurt in leegte
de dag die zingt niet meer.

.

Je dochter zoekt je op
ze spreekt van hoe je rondwaart
in warmte en in waardigheid
voor al wie jou tot liefde is.

.

Zij die je kennen zullen nooit vergeten
hoe jouw handen de ander droegen
hoe je gaf en zal blijven geven
zolang ons hoofd jouw hart herinnert.

.

Nu dragen wij jouw eeuwig leven
en heffen hier jouw lievelingsglas
we zoeken je niet langer
in de kleuren van de lente
want je bent hier, naast ons

.

zolang ons hoofd
jouw hart herinnert.

.

Eens was dit lijf

Laura Mijnders

.

Laura Mijnders (1991) werd geboren in Hardenberg, Overijssel, waar ze voor een groot deel opgroeide in de horeca, wat haar inspireerde tot het omzetten van haar observaties en ervaringen in verhalen en gedichten. Ze beschrijft zichzelf als: Zoekt, schrijft ’s nachts tussen de bomen door. Tattoomevrouw, afgestudeerd Ervaringsdeskundige in de Zorg en ernstig fan van de Muppets.

Het werk van Mijnders werd tot nu toe gepubliceerd in Avier, Schoon Schip, Meandermagazine, op Krakatau.nl en in diverse bloemlezingen. In 2013 behoorde ze tot de 10 genomineerden voor de Groninger Museum Poëzieprijs en won ze de Steen & Been Klaag trofee. Ook was ze in juli 2013 te zien tijdens het festival Dichters in de Prinsentuin. In zowel 2014 als 2015 werd ze genomineerd voor de El Hizjra Literatuurprijs. Ook is ze voorzitter en initiatiefnemer project Dichter bij het Verleden

Op haar website kun je gedichten van haar hand en alles over haar werk lezen. Van haar website nam ik het gedicht ‘Eens was dit lijf iemands dochter’ en de bijbehorende foto.

.

Eens was dit lijf iemands dochter

.

Eens waren het de bietjes,
de geur van kaneel en
warme appelmoes met rijst
de rijksdaalders die men
na een klusje in de stal
verloor, en terug vond
in de voering van een broekzak
van een oudere broer

het was de tuinbroek
van mijn oudste broer
waarin een ieder van ons
groot wilde worden
wanneer je deze
eenmaal bezat, ging men
voorbij aan de naïviteit
ervan, het kinderlijke
opgeheven

nu, verlang ik de dagen aan elkaar
probeer ik de tijd te vangen,
in een betekenis
ik ben slechts nog
een fragment van vroeger
een verkreukeld papieren vliegtuig
neergestort in een breekbaar lichaam
dat is beschadigd, niet langer helemaal het mijne is

eens was dit lijf iemands dochter,
woonde zij in een tuinbroek
door leven omhuld

.

De Koepel

Haarlemse Dichtlijn

.

In Haarlem ligt de voormalige Koepelgevangenis. Als kleine jongen reden we daar regelmatig langs op weg naar mijn opa en oma en ik vond de Koepelgevangenis altijd iets indrukwekkends hebben (en nog steeds wel). De Koepel, zoals het tegenwoordig heet aan de Harmenjansweg 4, wordt verbouwd tot University College, campus met studentenwoningen, horeca en filmhuis. Van gesloten gevangenis naar open campus is een hele metamorfose. In oktober  2018 vindt er een maand lang ‘architectural healing’ plaats om met kunst en cultuur de sfeer van het verleden uit het monument te verdrijven. Daarna begint de verbouwing van zo’n twee jaar.

Onderdeel van deze ‘architectual healing’ is een poëzieproject van de Haarlemse Dichtlijn. Op zondag 14 oktober helpen twintig dichters mee om het gebouw te ‘genezen’. Verspreid over de cellen zullen ze poëzie gaan schrijven. Bezoekers worden aangemoedigd om hen in hun cel te bezoeken. Daar zien ze de dichter aan het werk en mogen ze rekenen op een persoonlijke voordracht van vers geschreven poëzie. Helaas is de toegang niet gratis, maar je krijgt er veel voor terug! Bovendien krijgen de eerste honderd bezoekers via een intekenlijst een korting van 5 euro op de aanschaf van de bundeling van alle gedichten!

De dichters die in de Koepel aanwezig zijn en die je daar kunt ontmoeten tussen 15.00 en 18.00 zijn:
Demi Baltus, Grim Bouwmeester, Lilian Cornielje, Wieke Hart, Peer van den Hoven, Sylvia Hubers, Mischa van Huijstee, Marten Janse, Jan Kal, Eric van Loo, Harmen Malderik, Simon Mulder, Paul Roelofsen, Riet van Schie, John Schoorl, Willemien Spook, Frans Terken, Anneruth Wibaut, Maarten Willems en Pom Wolff.

.

Alvast een voorproefje van één van hen, Anneruth Wibaut, een gedicht uit 2014 getiteld ‘Zonder vleugels’.

.

Zonder vleugels

.

mensen vielen uit de hemel
engelen die vrede kwamen brengen
hoopten we
maar ze hadden geen vleugels

stukken van mensen regenden neer
op onze daken en tuinstoelen
in onze velden en akkers
tussen gras en graan

mensen kwamen tevoorschijn uit de wolken
als vogels hoopten we nog
dat ze geen doden waren

ik heb je zoon gevonden en zijn vrouw
hun dochter ook
ik heb ze gelegd tussen de zonnebloemen
ik zal vrede voor ze zoeken

.