Site-archief

Kerstgedicht 2021

Henk Houthoff

.

Henk Houthoff (1941) is behalve gerenommeerd Rotterdams dichter en tekenaar, heeft zijn leven lang als drukker en graficus bij verschillende kranten gewerkt. In 2010 verscheen zijn eerste dichtbundel ‘Brand op Zee’ bij uitgeverij Douane met als ondertitel ‘keukentafelgedichten’. Hij functioneerde lang als verbindingsschakel tussen de wat oudere Rotterdamse dichters en een jongere generatie. Zo publiceerde hij veel in het literaire blad Passionate. In de bundel ‘Brand op zee’ dicht deze Rotterdamse cultdichter onder andere over beschonken nachtbrakers, een gediplomeerde pantervrouw, een mandarijn met een te groot gebit, een geoliede vechtmachine en een man met glanzend tarzanhaar. Houthoff liet zich inspireren door andere cultdichters als Riekus Waskowsky, C.B. Vaandrager en vooral de Amerikaanse dichter Weldon Kees.

In Passionate jaargang 3 uit 1996 verschenen een aantal gedichten van Houthoff, waaronder het gedicht ‘Kerst. En omdat het vandaag eerste Kerstdag is hier dit gedicht.

.

Kerst

.
Vanmorgen trof ik een landschap aan
waaruit alle dingen waren weggehaald
ezels, vogels, verzakte boerderijen
alsof ze niemand hadden toebehoord

.
dit uitzicht was voor mij vervreemd
in door kou versteende plaatsen
keken bultenaren spottend langs mij heen

.
op geleende ribben ben ik teruggeschaatst
en vond mijn huis onverwacht bewoond
in mijn bed een slapend kind
in de keuken drie kaartende melaatsen

 

.

 

Het souper

Martinus Nijhoff

.

Op deze eerste kerstdag waarop er ongetwijfeld weer bij heel veel gezinnen en families uitgebreid gedineerd gaat worden, dacht ik dat het wel toepasselijk zou zijn om een gedicht over eten en eenzaamheid te plaatsen. Want juist op dagen als deze voelen mensen die vaak al eenzaam zijn, zich nog een tikkeltje meer eenzamer dan normaal. Ik wil iedereen dan ook een heel mooie kerst toewensen met de overweging om ook eens aan al die mensen te denken die het minder hebben, die misschien alleen zijn of weinig familie of vrienden hebben. En als het kan daar ook wat aandacht aan te besteden, door middel van een kaartje of een bezoekje.

Het gedicht dat ik hierbij heb uitgezocht is van de Haagse dichter, toneelschrijver, vertaler en essayist Martinus Nijhoff (1894 – 1953) die als taak van de poëzie zag om “iets menselijks te brengen in een ontmenselijkte, nieuwe, technologische wereld”, waarmee hij destijds zijn tijd al ver vooruit was.

.

Het souper

.

’t Werd stil aan tafel. ’t Was of wijn en brood

Werd neergeslagen uit den greep der handen.

De kaarsvlam hing lang-wapperend te branden

En ’t raam sprong open door een donkren stoot.

.

Als water woelden in den nacht den landen

Onder het huis; wij voelden hoe een groot

Waaien ons aangreep, hoe de wieken van de

Vaart van den tijd ons droegen naar den dood.

.

Wij konden ons niet bij elkaar verschuilen:

Een mensch, eenzaam, ziet zijn zwarte eenzaamheid

Dieper weerkaatst in de oogen van een ander –

.

Maar als de winden langs de daken huilen,

Vergeet, vergeet waar ons zwak hart om schreit,

Lach en stoot glazen stuk tegen elkander.

.