Site-archief

Barts kale praat aap

Johnny van Doorn

.

Sinds ik, jaren geleden, voor het eerst hoorde (maar vooral zag) van Johnny van Doorn (1944-1991), oftewel Johnny the self-kicker, was ik diep onder de indruk van zijn performance en zijn poëzie. Ik schreef daarom al over hem en de gedichten ‘Een kwiek sexfestijn‘, ‘KOMTOCHEENSKLAARKLOOTZAK‘ en ‘Götterdämmerung’.

Vandaag wil ik daar weer zo’n pareltje aan toevoegen uit de bundel ‘Droom vrijuit’ uit 2014. In het hoofdstuk Verspreid gepubliceerd staan gedichten van Van Doorn. Dit gedicht, samen met nog een gedicht van zijn hand, werd gepubliceerd in het tijdschrift ‘Ratio in 1965. Het gedicht is getiteld ‘Barts kale praat aap’.

.

Barts kale praat aap

.

Zichtbaar de mondadem van R.J.’s exibielen,

De wortels van flats onderaards vertakt,

Het gekrakeel als grillige figuren in

Het vriesvast vizier & ondersteund door

Gestikulaties met lichaam, vliegtuig,

Stenguns, boordwapens & benagst bijeen

Ondergronds in massieve schuilholen,

Op- en onder de korst van de Planeet…

Leeft de Kale-Praat-Aap in Amerikaanse

Legerkostuums, Wehrmachthelmen, Homofiele

Onderkleding, Zomer- en Winterdracht

(Zich monotoon voortplantend in systemen…-

Een fantastisch schouwspel de schim-

Melplekken op aarde gereflekteerd,

Miljoenen mieren opeengehoopt en

Mechanieke zwevers boven zeeën,

Gereflekrteerd in het verhoornde

Oog.

.

Kon je maar beiden zijn, in wisseling…

C.O. Jellema

.

Cornelis Onno Jellema (1936 – 2003) was dichter, literatuurcriticus en essayist. Hij debuteerde in 1961 met poëzie in De Gids maar zijn werk kreeg niet veel aandacht. Dat veranderde in 1981 toen de bundel ‘De schaar van het vergeten’ werd gepubliceerd. In zijn vroege werk zocht Jellema naar een relatie tussen de verteller in het gedicht, en de wereld buiten die verteller. Later speelt de tijd een belangrijke rol. In enkele bundels probeert hij een synthese tussen voelen en denken, ofte wel emotie en ratio, te bewerkstelligen. De gedichten van C.O. Jellema zijn kenmerkend door een strakke vorm, en geregeld maakt hij gebruik van de sonnetvorm.

Zo ook in het gedicht ‘Kon je maar beiden zijn, in wisseling…’ uit de bundel ‘Ongeroepen’ uit 1991.

.

Kon je maar beiden zijn, in wisseling…

.

Kon je maar beiden zijn, in wisseling

van lied en echo, voorgaand en geleid,

voorstelling van hoorbare werkelijkheid

die, in haar klank voorbij, herinnering,

.

zich nestelt in het oor van ieder ding

en ’t is Eurydice die zich bevrijdt

met oogopslag, gestalte blijkt – de tijd

de wederkeer nu van een beweging

.

wier richting, strevend derwaarts, tegenstroom

ontketent in atomen van bestaan:

er rest in ’t goedgesprokene dat nooit

.

verdelgbaar residu – noem het jouw droom:

’t voorziet in niets en wil toch verder gaan.

Gestold geruis wordt water als het dooit.

.

c-o-jellema-istanbul-1998