Site-archief
De reiskameraad
Ida Gerhardt
.
In de bundel ‘De adelaarsvarens’ uit 1988 van Ida Gerhardt (1905-1997) staat een reisgedicht dat mooi aansluit bij de gedichten die ik in het kader van de vakantiepoëzie dezer dagen deel. Het gedicht is getiteld ‘De reiskameraad’.
.
De reiskameraad
.
Op een onaards uur vertrokken,
wars van alles, zonder reisplan,
elke overlegging mijdend
en mij weidend in mijn vrijheid
bij het dansen van de draden,
weet ik feestelijk in mijn jaszak
het kompas, dat onder Arkel
ik als kind eens op een morgen
heb gevonden in de wegberm.
.
Dat mijn trots was, dat het nog is,
dat ik Boreas gedoopt heb.
Waaraan nooit iets gemankeerd heeft.
Of ik zuidwaarts ga of zigzag,
onomkoopbaar, onverbiddelijk
richt zich de magneetnaald noordwaarts.
Eindelijk reizen wij weer samen,
twee die bij elkander horen,
twee die aan elkaar gewaagd zijn.
.
De actrice
Simon Carmiggelt
.
Vele wat oudere mensen zullen schrijver en journalist Simon Carmiggelt (1913 – 1987) kennen als de schrijver van Kronkels. Een groot aantal van hen zal ook weten dat Carmiggelt actief was als dichter. Eerst onder het pseudoniem Karel Bralleput en later onder zijn eigen naam. Uit de bundel ‘Het jammerhout’ dat voor het eerst werd gepubliceerd in 1948 komt het gedicht ‘De puber’.
.
De puber
.
Ik ben verliefder dan ik zeg.
Als onheil drukt het op mijn maag.
Ik kus haar – ja, dat doe ik graag.
Maar eig’lijk wil ik ook wel weg.
.
Want geurig is de eenzaamheid.
O – ’s avonds zwerven in haar straat
en vrezen dat ze met een ander gaat…
Als ‘k aanbel, sterft die heerlijkheid.
.
Soms is er twist, omdat ze zei:
‘Vandaag heb ‘k niet aan je gedacht.’
Wrange confessie! Een doorwaakte nacht
scheidt ons van de verzoeningshuilpartij.
.
Daat staat Oom Karel. Hij lacht zuur
en zegt: ‘die kinderen zijn gek.
Capitulantje met je varkensnek,
hoed af – dit is de liefde puur.
.





