Site-archief

GeenPunt

De Rotterdamse taalglossie

.

Van mijn collega bibliotheekdirecteur in Rotterdam kreeg ik GeenPunt, De Rotterdamse taalglossie. Dit is alweer de tweede editie van een magazine  vol interessante taalfeitjes en – weetjes, inspirerende interviews, praktische taaltips én prachtige poëzie. Wat wil je ook als Derek Otte, tot begin dit jaar stadsdichter van Rotterdam (inmiddels heeft Dean Bowen het stokje van hem overgenomen), de eindredacteur van deze glossie is. In GeenPunt dus op een aantal manieren aandacht voor poëzie. Het leuke van Derek Otte is dat hij op verschillende manieren aandacht besteed aan poëzie, niet alleen maar de wat bekendere poëzie van beroemde dichters maar ook aan cafés in de stad die bordjes hebben hangen met volkspoëzie. Soms verzonnen door de kroegbazen zelf (opvallend alle vier vrouwen!) in andere gevallen bestaand of door klanten verzonnen.

Maar ook mooie foto’s van straatpoëzie, gedichten in de openbare ruimte, stukjes over straatnamen die naar dichters verwijzen (Aagje Deken, Bilderdijk, Frederik van Eeden) maar ook Elfjes die gemaakt werden door deelnemers aan de taalsafari en de taalklassen. Daarnaast nog heel veel interessante informatie maar ik beperkt me hier even tot de stukken over poëzie. GeenPunt is een prachtig initiatief en een geweldig magazine met voor elk wat wils. Ik hoop dat dit een lange traditie van magazines over taal mag worden.

Daarom hier niet alleen een Elfje en een cafégedicht maar ook een gedicht van Frederik van Eeden met begeleidende foto’s.

.

Elfje

.

Creatief

Dingen maken

Gedachten los laten

Voelen hoe het is

Gemis

.

Cafégedicht

.

Iedereen praat

over mijn zuipen

maar niemand

over mijn dorst.

.

Zonnebloem

.

Ik ken een plant, niet fraai van loof

niet schoon, niet rank gesteeld.

Haar vorm is lomp, haar bloem is grof,

geen dichter zingt er ooit zijn lof

of nam haar tot zijn beeld.

.

Toch heeft zij iets wat mij behaagt.

Zij keert zich naar het licht,

van af het eerste morgen-uur

wendt zij naar ’t vrolijk zonnevuur

haar groot en geel gezicht.

.

Ik wilde dat ik als die bloem

naar ’t licht mij wenden kon.

Zij draagt de kleur der vrolijkheid

en richt haar kelk ten allen tijd

naar ’t helder licht der zon.

.

 

Literaire kunst

Ballade en romancen

.

Balladen en romancen zijn niet zeer lange, lyrisch-epische gedichten in strofenvorm, waarin op eenvoudige wijze een belangwekkend gebeuren verhaald wordt. Oorspronkelijk was ‘ballade’ de naam van een Provencaals of Italiaans danslied, terwijl de naam ‘romance’ in feite betekende; gedicht in het Romaans. (in tegenstelling tot gedichten in het Latijn). MiddelNederlandse anonieme balladen zijn bijvoorbeeld:

Lied van heer Halewijn

Van twee Conincskinderen

Het daghet in den oosten

In de Romantiek werd het genre opnieuw beoefend maar nu zien we naast gespannen, donkere en vaak droevig eindigende ballade een minder gespierde, soms sentimentele en gewoonlijk blij eindigende vorm naar voren komen; de romance. Voorbeeld A.C.W. Staring : Ada en Rijnoud.

Het verschil tussen ballaade en romance is dus vooral een sfeerverschil (vergelijk ook de termen in de klassieke muziek). De Romantiek is ook de tijd waarin de oude volksliederen (waarbij heel wat balladen) wederom gelezen en uitgegeven worden. In navolging hiervan vinden we cultuurballaden en romancen bij dichters als Goethe, Schiller, Heine, Bilderdijk en Staring.

De tekst van Het lied van de heer Halewijn is hier te lezen: http://www.cambiumned.nl/poeziehalewijn.htm

%d bloggers liken dit: