Site-archief
Integratie
Geplaatst door woutervanheiningen
Anouk Smies
.
Anouk Smies (1975) publiceerde gedichten op onder andere Krakatau, de Optimist, Ooteoote, Deus Ex Machina, Meander, Mugzine en de Contrabas. Ze debuteerde in 2013 met de bundel ‘Citaten van een roofdier’. Haar tweede bundel, ‘Wie heeft een middelpunt nodig’, werd in 2017 genomineerd voor de J.C. Bloemprijs. In 2018 kwam haar derde bundel ‘Onbeschoft, zo wit’ uit. In 2021 volgde haar vierde bundel ‘De drang om niemand af te maken’. En nu is er een nieuwe bundel van haar hand verschenen bij uitgeverij Opwenteling getiteld ‘Mijn cloud, die de uwe is’.
Op haar website staat te lezen: “In ‘Mijn cloud, die de uwe is’ speelt het idee de hoofdrol. In haar vijfde bundel duwt Anouk Smies de lezer door nauwe ruimtes van bezwering en techniek. In deze poëzie valt het grote gelijk samen met de wachtmuziek van de eigen bubbel. Alles buiten de data is propaganda.”
Prachtige woorden maar je weet na lezing nog steeds niets. Daarom een voorbeeld. Uit deze bundel nam ik het gedicht ‘Integratie’.
.
Integratie
.
Wees subversief
Was botten in rivieren
Wis films die in fantasie blijven steken
Schrap uw voorkeur voor fossielen en geschiedenis
.
In de afgelopen veertig jaar trilde techniek in uw binnenzak
terwijl die binnenkort door de binnenzak van uw cellen zwemt
.
Wees onbevreesd
Visualiseer hoe een laser de blinde vlek van uw zelfbeeld scalpeert
.
Ontspan
Als de Dalai Lama zegt dat een programmeur als AI-programma reïncarneert
bewijst hij dat bovenmenselijke intelligentie
de kwinkslag integreert
.
Geplaatst in Dichtbundels, Favoriete dichters, MUGzine
Tags: 1975, 2013, 2017, 2018, 2021, Anouk Smies, bezwering van techniek, bubbel, Citaten van een roofdier, data, de Contrabas, de drang om niemand af te maken, De Optimist, debuut, Deus ex Machina, dichtbundel, dichter, gedicht, gedichten, gedichtenbundel, het idee, Integratie, J.C. Bloemprijs, Krakatau, Meander, Mijn cloud die de uwe is, MUGzine, Onbeschoft zo wit, Ooteoote, poëzie, poëziebundel, propaganda, uitgeverij Opwenteling, Wie heeft een middelpunt nodig
De drang om niemand af te maken
Geplaatst door woutervanheiningen
Een recensie
.
Begin van dit jaar publiceerde uitgeverij Opwenteling de bundel ‘de drang om niemand af te maken’ van Anouk Smies (1975). Deze Rotterdamse dichter debuteerde in 2013 met de bundel ‘Citaten van een roofdier’ en inmiddels is dit alweer haar 4e bundel. Op de omslag van deze sober maar verder mooi vormgegeven bundel staat de titel van links naar rechts en en daarnaast in spiegelschrift nogmaals. De letter is wat klein maar de naam van de auteur staat rechtsboven duidelijk vermeld.
Voor deze bundel interviewde Anouk Smies een oorlogsveteraan, medewerkers van het Huis voor Klokkenluiders en een sekteverlater. De bundel begint met een citaat van Jean de Boisson: “Men kan de mensen verdelen in twee grote groepen: zij die zich door hun gevoel laten bedriegen, en zij die zich door hun verstand laten misleiden”. Zonder op de conclusie vooruit te lopen kun je je afvragen of beide niet twee kanten van dezelfde medaille zijn. En je kan je afvragen bij welke van deze twee groepen de geïnterviewden ( in het geval van het Huis van Klokkenluiders; de klokkenluiders zelf) behoren.
De bundel bestaat uit 4 hoofdstukken: Oorlogsveteraan, Klokkenluider, Dichter en Tijdsgeest wat bij mij meteen de vraag deed rijzen waar de sekteverlater was gebleven. Maar daarover later meer.
In het eerste hoofdstuk, de oorlogsveteraan. In dit hoofdstuk is de oorlog alom aanwezig. In vaak hallucinerende taal en beelden brengt Smies de oorlog dichtbij, soms tussen droom en werkelijkheid dan weer in alledaagse dingen. De herinneringen van de oorlog liggen steeds vlak onder de oppervlakte en kunnen (en worden) elk moment zichtbaar en invoelbaar. Zoals in het gedicht ‘zwart’.
.
Stel jezelf nu de vraag of je op durft te kijken
Als je opkijkt zul je nooit in je leven meer een kleur omschrijven
Je zult je niet afvragen of dat een groot verlies is
Het verlies is al uitbesteed
.
In deze gedichten spreekt een oorlogsveteraan die de smerigheid, het geweld, de ontsporing en de zinloosheid van de oorlog aan den lijve heeft ondervonden. De zinnen zijn indringend en de situaties soms moeilijk voor te stellen.
In het tweede hoofdstuk de klokkenluiders. Een iets ander beeld, dit hoofdstuk is iets minder opgebouwd uit traumatische gebeurtenissen en gewelddadigheid. Hier worden meer processen beschreven, mechanismen, het deel uitmaken van een groep zonder er verantwoordelijk voor te zijn. Toch is in deze gedichten een zekere mate van traumaverwerking aan de orde. Het besef van de eigen daden die (achteraf bezien) niet goed waren. De wisseling tussen het toen (de actieve deelname) naar het nu ( de actieve schaamte). Daar hebben de gedichten in het eerste hoofdstuk en het tweede hoofdstuk iets gemeen. In de situatie het besef dat er iets niet klopt, dat er zaken gebeuren waar je deel van uitmaakt maar waar je het eigenlijk niet mee eens bent, geen deel van wil uitmaken.
In dit hoofdstuk is er sprake van beeldspraak, metaforen en raadselachtige zinnen waar je toch de achterliggende gedachte van begrijpt: En legt de betrokkene zijn ogen in een bakje / terwijl hij tekent voor akkoord (uit het gedicht ‘Genade’). Het bewustzijn van de eigen daden, de twijfel aan die daden en het dan toch uitvoeren. De beschrijving van de innerlijke strijd en worsteling is steeds aanwezig. Het woordgebruik is veelzeggend: mythes, alfamannetje, mietjes, kuddedieren, buigzaamheid; woorden die extra betekenis geven aan de worsteling van de hoofdpersonen, de klokkenluiders.
In het hoofdstuk ‘dichter’ is er ruimte voor lucht en vrijheid, voor introspectie op het eigen leven en werk als dichter. Ogenschijnlijk staat dit hoofdstuk los van de eerste twee terwijl in de taal de verbintenissen heel duidelijk zijn. Ook hier is ruimte voor de twijfel, het kwaad, de zinloosheid van onderdelen van het bestaan.
In het laatste hoofdstuk ‘tijdsgeest’ komt dan toch nog de sekteverlater aan het woord. Een Jehova’s getuige in het gedicht ‘Het hart der Jehova’s is verraderlijk en nietsontziend. In een staccato opgeschreven gedicht wordt in niet mis te verstane bewoordingen een dwingende, valse en onderdrukkende religie gefileerd. En dan valt er iets op zijn plaats, ook hier het terugkijken, de boosheid over wat was, het adresseren van het eigen falen, het domweg (op)volgen van wat anderen vinden of zeggen. Hier manifesteert dit verbindende thema van deze bundel zich.
In het gedicht dat volgt op het Jehova gedicht ‘herkenning’ komt een stukje van de oplossing naar voren, meteen in de eerste strofe:
.
Ik ben een meestervervalser
Succes blijft een keuze
waaruit voortvloeit dat
ik in een quantumspong mijn ware zelf kan zijn
.
En dan is er aan het einde van de bundel het gedicht ‘De zee hoopt’.
.
De zee hoopt
.
Ik houd van het strand
op de dagen dat het me aan Duinkerke doet denken
.
Een vlakte zou niet gezellig mogen zijn
Geen dagopvang voor afval of plezier
.
Geen agenda vol natte gele strookjes
.
Het is gezond
om je verwachtingen
niet op zandophopingen te projecteren
.
Het is goed
om in de naakte natuur
de dagelijkse sleur
als Tell Sell uit te zetten
.
Kijk ik ontkleed me
en wacht tot de wind
van mijn borsten clusterbommen snijdt
.
Tot mijn buikholte
de lever strikt van zijn verslavingen scheidt
.
De zee hoopt
op het geweld dat ik kan zijn
.
En met deze toch troostrijke en positieve woorden leg ik de bundel opzij. Een volwassen bundel vol bijzondere en schurende poëzie, die onderwerpen aansnijdt die niet altijd leuk zijn of hoopvol, maar die een stem geven aan hen die hun verleden met zich meetorsen maar een richting zoeken, een uitweg, een verklaring en toch ook hopen op een betere toekomst. Koop, leen of lees deze bundel, in bijzondere taal neemt Anouk Smies je mee in een wereld die je waarschijnlijk niet kent of niet eerder zo bezag.
.
Geplaatst in Dichtbundels, Dichter in verzet, Favoriete dichters, Gedichten in thema's, Recensies
Tags: 1975, 2013, 4e bundel, alfamannetje, alledaagse dingen, Anouk Smies, beeldspraak, buigzaamheid, Citaten van een roofdier, de drang om niemand af te maken, De zee hoopt, dichtbundel, dichter, dichter in verzet, dwingende religie, gedicht, gedichten, gedichtenbundel, geweld, hallucinerende taal, herkenning, Jean de Boisson, Jehova's Getuige, kuddedieren, kwaad, metaforen, mietjes, mythes, onderdrukking, ontsporing, oorlog, Oorlogsveteraan, optimisme, Pijn, poëzie, poëziebundel, raadselachtige zinnen, recensie, Rotterdam, Rotterdamse dichter, schurende poëzie, Sekteverlater, sektevrlater, smerigheid, thema, tijdsgeest, twijfel, uitgeverij Opwenteling, valsheid, verwerking, werkelijkheid, worsteling, zinloosheid, zwart
Talkshowhost
Geplaatst door woutervanheiningen
Anouk Smies
.
In verband met de Amerikaanse verkiezingen heb ik de afgelopen tijd nogal eens gekeken naar talkshows. Wat me is opgevallen is dat talkshows vooral meningenprogramma’s zijn. Zelfs de zogenaamde kenners of specialisten geven vooral meningen over de gebeurtenissen. Nu is dat niet zo verwonderlijk, zeker niet als er weinig echt hard feitelijk nieuws is maar als je veel van dit soort programma’s achter elkaar kijkt valt het op dat je feitelijk niet veel meer weet dan voorheen. Vermakelijk is het overigens wel, reden om soms toch te blijven kijken.
Naar aanleiding van weer een talkshow herinnerde ik me dat ik een gedicht had gelezen over talkshows op de fijne en informatieve website http://www.rotterdamsedichters.nl/ van Anouk Smies. Deze website geeft een grote, zo compleet mogelijke bloemlezing van Rotterdamse poëzie, zowel oud als nieuw.
Anouk Smies (1975) debuteerde in 2013 met ‘Citaten van een roofdier’, een bundel die de jury van de C. Buddingh’-prijs fascineerde door de weerbarstige, onnavolgbare beeldspraak. Haar tweede bundel ‘Wie heeft een middelpunt nodig’ (2016) werd genomineerd voor de J.C. Bloemprijs. In 2018 kwam haar derde bundel uit: ‘Onbeschoft, zo wit’. Anouk Smies publiceerde eerder op Krakatau, de Optimist en de Contrabas. Ze schrijft poëzie en levensbeschouwelijke verhalen voor kinderen, werkte mee aan de blogspot ‘Het is altijd anders als je denkt’ en is eigenaresse van Tekstbureau PURUS. Daarnaast beslaat ze vijftig procent van het tekst en beeld spugend samenwerkingsverband Collectief 15.
.
Van binnen zijn we allen een talkshowhost
.
Het vandaag anders aanpakken
Kreten wikkelen in een koeltas
Een jas liegen rond je lach
en geen sluiting repareren
.
Een echo opvangen
met de inhaler in je mond
die door je bloed laten treinen
.
Iets bedenken dat plat is en toch rond
terwijl een kind de maan
in je handpalm krast
.
Je afvragen waar je jezelf
het laatst prematuur zag ontstaan
Als talkshowhost-alsnog
aan de millenniumgrens verdwijnen
.
Geplaatst in Dichtbundels, Favoriete dichters, websites over poëzie
Tags: 1975, 2013, 2016, 2018, Amerikaanse verkiezingen, Anouk Smies, blog, C. Buddingh' prijs, Citaten van een roofdier, Collectief 15, de Contrabas, De Optimist, dichtbundel, dichter, eigenares, feiten, gedicht, gedichten, gedichtenbundel, Het is altijd anders als je denkt, J.C. Bloemprijs, Krakatau, levensbeschouwelijke verhalen voor kinderen, meningen, Onbeschoft zo wit, onnavolgbare beeldspraak, poëzie, poëziebundel, Rotterdam, Rotterdamse dichter, Rotterdamse poëzie, Rotterdamsedichters.nl, Tekstbureau PURUS, Van binnen zijn we allen een talkshowhost, vermakelijk, Wie heeft het middelpunt nodig






