Site-archief
Dood werk
Maarten van der Graaff
.
Maarten van der Graaff (1987) is dichter en romanschrijver. Hij studeerde Religie en kunst aan de Universiteit van Utrecht. Hij debuteerde in 2013 met de bundel ‘Vluchtautogedichten’. In 2014 krijgt hij voor deze bundel de C. Buddingh’-prijs. ‘Dood werk’, zijn tweede bundel, verscheen in het voorjaar van 2015. Deze bundel werd in 2017 bekroond met de J.C. Bloemprijs. Hij publiceerde poëzie en proza in verschillende tijdschriften en is veel op de podia te vinden. Hij is redacteur en medeoprichter (samen met mede dichter Frank Keizer) van het online literair tijdschrift ‘Samplekanon’ op https://samplekanon.com/ . Samen met Keizer schreef hij een essay over Nederlandse poëzie dat je hier (in twee delen in het Engels) kan lezen: http://www.babelsprech.org/niederlande-12/
Uit zijn bundel ‘Dood werk’ komt het gedicht ‘Lijst met rituelen’. In een recensie over deze bundel las ik: “Zijn toon is illusieloos en zelfverzekerd. Hij probeert enige samenhang aan te brengen in de hem omringende werkelijkheid en zijn leven.” In het gedicht ‘Lijst met rituelen komt dit goed tot zijn recht, oordeel zelf.
.
Lijst met rituelen
Voor CAConrad
.
Overgiet een grijze Kadett met cognac.
Ga in de grijze Kadett naar Umbrië.
Stap in Umbrië uit de Kadett.
Begraaf een gedicht van Pasolini
onder een kurkeik of een jeneverbes.
Er blijft iets ongezegd.
Vernietiging heeft ons gekozen,
vernietiging heeft zich geopend.
Overgiet de grijze Kadett met siroop.
Reis in de grijze Kadett naar een loofbos.
Voer daar de leer- of werkstraf uit
van een vreemde.
Begraaf een gedicht van Dickinson.
Vernietiging heeft ons gemaakt.
Kom klaar in een pretpark.
Teken een cirkel op de serre
van een politicus.
Ga naar het stadskantoor
en leg je onder een klok op de grond,
met je voeten naar Kaapstad.
Lees de gedichten van Snoek.
Verbrand drie dagen later
een zijden voorwerp.
Vernietiging gaat in ons op.
Omklem Pascal en het Kussenboek,
wandel een kerk in.
Denk aan het boerenleven.
Schrijf iets over de geur van religie,
het middenklassegeloof van je ouders.
Vernietiging is onze mondigheid.
Wacht tot je psycholoog op vakantie is.
Zet een tent op in haar tuin.
Ga in een vaalgeel gewaad in de tent zitten.
Neem een vel papier en noteer de titel
Civiele liederen.
Schrijf drie dagen lang civiele liederen.
Gebruik deze regels:
Er is geen eenheid in de riten van mijn massacultuur.
De geschiedenis laat mij blind achter.
Kom zonder gewaad de tent uit.
Ruik de ochtendlucht.
Ontmenselijk jezelf: trek vulgair
en fluitend de stad in.
.
Liefde in tijd van brand
Mark Boog
.
Bij uitgeverij Cossee verscheen in 2019 de bundel ‘ Liefde in tijden van brand’ van Mark Boog (1970). Mark Boog is dichter en romanschrijver. In 2001 verscheen van zijn hand ‘Alsof er iets gebeurt’ waar hij de C. Buddingh’-prijs voor ontving. In 2002 werd zijn bundel ‘Zo helder zagen we het zelden’ genomineerd voor de J.C. Bloemprijs en voor de bundel ‘De encyclopedie van de grote woorden’ ontving hij de VSB Poëzieprijs in 2005.
’Liefde in tijden van brand’ is een bundel met liefdesgedichten. Op de achterflap van de bundel staat: “Het is een kunst om liefdesgedichten te schrijvende daarbij clichés te mijden als de duivel wijwater”. Als een liefhebber en beoefenaar van dit genre kan ik dit helemaal beamen.
Mark Boog geeft als geen ander het genre een nieuw aangezicht. De titelloze gedichten zijn verrassend en soms moet je ze een paar keer lezen voor je de essentie leest, voor je het hoe en het waarom van het liefdesgedicht tot je kan nemen.
Een bepaald gedicht had meteen mijn aandacht door de eerste zin van het gedicht dat mij meteen deed denken aan mijn laatste e-bundel XX-XY https://woutervanheiningen.wordpress.com/2016/10/15/gratis-poezie/
.
x = ik, y= jij, het is waar
want het staat er, er staan
waarheidstekens in, die
staan er niet zomaar.
Wij berekenen ons. Rond
beklagenswaardig variabel ons
zwermt de waarheid, talrijk, één,
exact. O, assenstelsel! O,
ons naar ondenkbare limieten
onophoudelijk neigen,
ons zijn, ons willen zijn.
.
Toen je me ten huwelijk vroeg
Sylvie Marie
.
De Vlaamse dichter Sylvie Marie (1984), pseudoniem van Sylvie De Coninck, publiceert sinds 2005 gedichten in literaire tijdschriften en staat regelmatig op het podium waar ze haar poëzie voordraagt. In 2009 kwam haar debuutbundel uit getiteld ‘Zonder’, in 2011 de opvolger ‘Toen je me ten huwelijk vroeg’, in 2013 ‘Speler X’ en in 2014 ‘Altijd een raam’.
Met de bundel ‘Toen je me ten huwelijk vroeg’, werd ze genomineerd voor de Herman de Coninckprijs, de J.C. Bloemprijs en de Eline Van Haarenprijs. Voor ‘Altijd een raam’ kreeg ze in 2017 de laatste provinciale prijs Letterkunde van de provincie Oost-Vlaanderen.
Tussen november 2009 en juni 2011 schreef Sylvie Marie als huisdichteres regelmatig gedichten voor het weekblad Humo. Tegenwoordig werkt ze als leerkracht literaire creatie aan de academies van Tielt en Ieper en geeft ze regelmatig workshops poëzie.
Uit haar bundel ‘Toen je me ten huwelijk vroeg’ koos ik het gedicht ‘beginnen’.
.
beginnen
.
hij zou haar bloemen moeten brengen,
een vaas en kraanwater. een rood tafellaken
en kaarslicht om samen naar te kijken. het is dat
hij zich geen blijf weet met zijn houding. bij haar
komen er blozende kaken. krijgt hij het niet
altijd goed gezegd. hoe zou zij zich voelen
als ze er bij iemand naakt lijkt bij te zitten?
zou ze ook geen zaken zoeken om achter
te verdwijnen: haren, handen en vrolijke
verhaaltjes waarin de hoofdpersonages eerst
heel veel hindernissen moeten overwinnen
vooraleer ze in elkaars armen mogen vallen?
er zijn sprookjes die nooit eindigen
op ‘en ze leefden nog lang en gelukkig’.
sommige sprookjes verlangen
‘er was eens’.
.
Zwarte zwanen
Paul Marijnis
.
In het kader van de (bijna) vergeten dichters vandaag aandacht voor dichter, schrijver en journalist Paul Marijnis (1946 – 2008). Marijnis debuteerde pas in 1993, toen hij 47 was met de roman ‘De zeemeermin’. Hij is de auteur van een klein oeuvre dat bestaat uit drie romans, een verhalenbundel en twee dichtbundels te weten ‘Gilette’ uit 1998 en ‘Rode zoenen’ uit 2002. Voor de laatste ontving hij in 2003 de J.C. Bloem-poëzieprijs.
Uit de bundel ‘Gilette’ het gedicht ‘Zwarte zwanen’.
.
Zwarte zwanen
.
Een vlugge glimp van witte lingerie
onder roetwolk van rokken: zwarte zwanen
die, gekoppeld in een zelfde rêverie,
als kanten schuitjes door de vijver varen:
kokette weduwen die niet om hun doden
blijven treuren – zwart is in de mode.
Eén kijkt soms even of haar spiegelbeeld
zich onder water net zo erg verveelt.
.
Vreemden
Ester Naomi Perquin
.
In 2007 debuteerde Ester Naomi Perquin bij Uitgeverij van Oorschot met de dichtbundel ‘Servetten halfstok’. In 2009 volgde ‘Namens de ander’ en begin 2012 verscheen haar laatste bundel ‘Celinspecties’. Deze bundel werd bekroond met de VSB Poëzieprijs 2013. Voor haar werk ontving ze verder de Liegend Konijn Debuutprijs, de Anna Blamanprijs, de Lucy B. en C.W. van der Hoogtprijs en de J.C. Bloemprijs.
Om haar studie aan de Schrijversvakschool te kunnen financieren is ze enige tijd cipier geweest. In ‘Celinspecties’ geeft Perquin een stem aan gevangenen, aan misdadigers – maar ook aan slachtoffers, getuigen en rechters.
Van 2007 tot 2009 was ze de 3e stadsdichter van Rotterdam, ze volgde hiermee Jana Beranová op. Uit de bundel ‘Namens de ander’ het gedicht ‘Vreemden’.
.
Vreemden
.
Zoals je jezelf op een foto waarop je ruggelings staat afgebeeld
herkent maar omdat het onnatuurlijk blijft
liever niet meer bent – zo is de ander
.
precies zoals je zelf al denkt: het is niet goed teveel te weten,
geheimen tekenen verstand, geven iets om handen
.
leg tussen jezelf / de ander een diepe zee en verf je haren,
hou je onhoorbaar voor elke poging tot elkaar, verzet je
tegen nadering met rotsvast uitgesproken namen.
.
geef volle ruchtbaarheid en ga een oorlog aan, wees
te allen tijde onveranderbaar. Val met niemand samen.
.
Nachtzwemmen
Hagar Peeters
.
Hagar Peeters (1972) is begonnen als rapdichter (als dat al een woord is) waar ze, op het Double talk festival, al in 1997 opviel. In 1999 debuteerde ze met de dichtbundel ‘Genoeg gedicht over de liefde vandaag’ welke genomineerd werd voor de NPS Cultuurprijs. Ze won de J.C. Bloemprijs en de Jo Peters poëzieprijs in 2004 en werd in 2005 genomineerd voor de Anna Bijns prijs. Ze publiceerde inmiddels 7 dichtbundels en werd in 2005 door Nederlandse en Vlaamse scholieren verkozen tot jeugddichter des Vaderlands (van beide ‘Vaderlanden’ vermoed ik).
Over haar poëzie schreef Arie van den Berg in 1999 in het NRC: “Het gebruik van beeldspraak is beperkt in ‘Genoeg gedicht over de liefde vandaag’. Wat niet wil zeggen dat de dichteres om beelden verlegen zit. Ze plukt ze met schijnbaar gemak uit het alledaagse. Stof wordt dan ‘pakmedannetjes in het licht’ en in ‘Vertweezaming’ wil de ik ‘niet van je neusbrug skiën’ en ook niet ‘in je blauwe ogen pootjebaden’. Ze lijken naïef soms, de metaforen van Peeters, maar ook in hun argeloosheid zijn ze doorgaans trefzeker.”
.
Nachtzwemmen
.
De maan rolt een loper
van licht op het water.
We waden ernaar
naakt in het donker
raken niet verloren
langs de baan van de maan
van licht door het water
alleen zichtbaar
voor dat van elkaar
in ons lichaam.
.