Site-archief
Nuages
Studenten beginnen nieuwe poëzie uitgeverij
.
Afgelopen week kreeg ik een bericht in mijn mailbox van VOX, onafhankelijk magazine van de Radboud universiteit. In dat bericht staat dat twee studenten, Mirjam Rijpma (22) en Robin Chardon (22) een eigen uitgeverij hebben opgericht: Nuages (Frans voor Wolken). De twee richten zich op Nederlands- en Franstalige poëzie en experimentele teksten. ‘We willen deze genres toegankelijker maken voor een jong publiek’ zeggen ze in het artikel op VOX.
Grote uitgeverijen geven vaak prioriteit aan bekende auteurs en populaire genres, daardoor is het voor beginnende schrijvers lastig om een plek te veroveren in de literaire wereld. Precies de reden waarom ik in 2014 een eigen uitgeverij van poëzie ben begonnen met als naam Mugbooks. Later (2020) gevolgd door een mini-poëzietijdschrift MUGzine.
‘Waarom dan niet zelf een uitgeverij beginnen?’, dachten studenten Mirjam Rijpma (Klassieke Cultuur) en Robin Chardon (Literatuur en Samenleving). Door het heft in eigen handen te nemen, creëren ze niet alleen een podium voor hun eigen werk, maar hopen ze in de toekomst ook andere jonge auteurs een kans te geven op de boekenmarkt.
In het artikel leggen ze ook uit waarom ze zich op experimentele poëzie en Franse poëzie, toch niet meteen een erg voor de hand liggende combinatie, richten:
Dat is een bewuste keuze, legt Chardon uit. ‘We hebben voor poëzie gekozen omdat het de meest krachtige en directe vorm van literatuur is. Elk woord draagt betekenis. In een roman kun je betekenissen over een langere tekst verdelen, maar in een gedicht moet elk woord op zichzelf staan en direct aanslaan. Met experimentele teksten bedoelen we teksten waarbij ook aandacht is voor vormgeving, zoals lettertype, taal of illustraties. Dit is voor ons net zo belangrijk als de tekst zelf’, vult Rijpma aan. ‘De manier waarop woorden gepresenteerd worden voegt een extra laag toe. Dat zien wij nog te weinig op de literaire markt.’
Over de keuze voor Franse poëzie zeggen ze: ‘Frans wordt in Nederland vaak onderschat, terwijl het een belangrijke literaire taal is’, zegt Chardon. ‘We willen die zichtbaarheid vergroten. Bovendien schrijf ik zelf veel in het Frans – het voelde vanzelfsprekend.’ Of dat laatste een verstandige reden is zal de tijd leren denk ik.
Ik ben heel benieuwd met welke nieuwe stemmen Robin en Mirjam gaan komen. In ieder geval wens ik ze veel succes, elk initiatief om poëzie meer aandacht te geven en al helemaal experimentele (en Franse) poëzie kan op mijn steun rekenen. Om af te sluiten ben ik op zoek gegaan naar een gedicht van Robin en/of Mirjam maar ik heb niets kunnen vinden. Daarom een mooi voorbeeld van experimentele poëzie van Antony Kok (1882-1969) dat verscheen in 1921 in De Stijl getiteld ‘Stilte + Stem (vers in w)’.
.
Stilte + Stem (vers in w)
.
Wacht
Wacht
Wacht
Wacht
Wachten
Wachten
Wek
Wak
Wek
Wak
Wachten
Wachten
Wekken
Wekken
Wek
Waak
.
Foto: Diede van der Vleuten
Blogs over Nederlandse poëzie
Koninklijke Bibliotheek
.
Op de website van de Koninklijke Bibliotheek (KB) de nationale bibliotheek van Nederland, is heel veel informatie te vinden over werkelijk heel veel verschillende onderwerpen die te maken hebben met Literatuur. Zo ook over poëzie. Behalve een pagina met een enorme hoeveelheid informatie over moderne Nederlandse dichters https://www.kb.nl/themas/nederlandse-poezie/moderne-nederlandse-dichters die ik graag mag raadplegen, is er op de website van de KB ook een hele fijne pagina met blogs over Nederlandse poëzie https://www.kb.nl/blogs/nederlandse-poezie .
Vijf pagina’s met blogs van Gerrit Komrij, Jan Bos en Arno Kuipers over de meest uiteenlopende onderwerpen. Van blogs over De Beatrijs (13e eeuw) en Mariken van Nieuwmeghen (1608) tot blogs over de Podcast van Ester Naomi Perquin en Marc van Oostendorp ‘Publieke werken’ en het experimentele ‘stamelgedicht’ Jossie van Jan Hanlo (1912-1969).
In de keuze van Komrij (zoals zijn bijdragen getiteld zijn) kwam ik een gedicht tegen van een dichter die ik niet kende, namelijk Peter Jaspers. Deze Peter Jaspers was het pseudoniem van de vrouwelijke dichter Petronella Buzing (1918 – 1964) en Komrij schrijft over haar: Nooit van gehoord! Nooit zelfs maar horen noemen! En toch, een fijne dichter, jaren vijftig of niet.
Uit de bundel kindergedichten ‘Met rozerood en zonnehoed’ het gedicht ‘Ik wou zo graag’.
.
Ik wou zo graag
.
Ik wou zo graag een toverpen
voor Nederlandse taal.
De woorden, die ik echt niet ken,
verbeterde de toverpen,
onzichtbaar, allemaal.
.
Ik wou zo graag een rubber vel,
het zwembad is zo lang,
dan dreef ik eindelijk es wèl,
gewoon maar op m’n rubbervel
en was ik niet meer bang.
.
Ik wou zo graag een wonderpil.
Dan kon ik voor de klas
de beurten maken die ik wil,
omdat ik door de wonderpil
niet meer verlegen was.
.
Ik wou zo graag met een feeënstaf
naar aardrijkskunde gaan,
dan wist ik er genoeg van af,
dan wees ik met de feeënstaf
de goeie stippen aan.
.
Ik wou zo graag, ik wou zo graag,
gebeurde het nou maar,
het hoeft niet eens meteen vandaag,
maar morgen dan, ik wou zo graag.
Waar woont de tovenaar?
.







