Site-archief

Smaak

Anna Enquist

.

Gisteren zat ik naar de onvolprezen podcast van Daniel Dee en Mark Boninsegna te luisteren. In de laatste aflevering bespraken zij dichters Huub Oosterhuis en de nieuwe Dichter des Vaderlands (aan te treden in september) Babs Gons. Hoe je ook over deze podcast denkt, ik weet dat er mensen zijn die er niets van moeten hebben, de heren geven hun eerlijke mening en laten zich niet beïnvloeden door de algemene smaak of heersende meningen. Dat komt, volgens Dee, doordat zij vooral geïnteresseerd zijn in poëzie die schuurt. Een mooi uitgangspunt vind ik, de algemene meningen over poëzie horen we toch wel en een ‘andere’ mening kan zo heerlijk verfrissend zijn. En ondanks dat ze soms met gestrekt been erin gaan worden hun meningen wel onderbouwd en sparen ze ook zichzelf niet.

Met deze uitzending nog in gedachten las ik de bundel ‘De tweede helft’ van Anna Enquist (1945) uit 2000. Een van haar gedichten is getiteld ‘Smaak’ en in dat gedicht neemt Enquist haar eigen smaak op de korrel, op een manier die elke dichter herkenbaar zal overkomen, mij in ieder geval wel en daar hou ik van.

.

Smaak

.

Het gedicht van de goede smaak

kiest woorden met dubbele bodem,

bescheiden binnenrijmen, beeldspraak

aan banden. Breng het groot

op een regiem van stijlfiguur

en stijgkracht, dan groeit het

met beleid, in slank bestek.

.

Het gedicht van mij vreet zich vol

met rotzooi. Niet doen, zeg ik,

niet die bittere prak, dat droevig

rantsoen verzwelgen. Maar het vers

barst uit de krappe ceintuur

van de regels en smijt zich

tegen de bladzij, onder mijn blik.

.

Katrijn

Daan Janssens

.

In 2017 ging de Vlaamse Daan Janssens (1994) als één van de deelnemende dichters mee met de Poëziebus. Omdat ik het interessant vind om na al die jaren eens te kijken hoe het met jonge dichters gaat die destijds meegingen op de Poëziebus ben ik op zoek gegaan.

Daan Janssens is inmiddels stadsdichter van Hoogstraten geweest van 2017-2019 en in 2021 stond hij samen met Babeth Fonchie en Maan Methven bij ‘Vers van het Mes’ bij Perdu. Zij schreven een ‘kleine poëtica’, waarin ze zich uitspraken over hun rol in het poëzielandschap, en optreden in Vlaanderen en Nederland.

Ook was hij een van de makers van de Podcast ‘grensgangers’ (samen met Jens Meijen, Lisa Weeda en Onias Landveld) waarin ze met dichters uit Nederland en Vlaanderen praten over hun werk en het literaire landschap in de twee landen.

Daarnaast is hij mede oprichter van Dans! Dichter! Dans! een VZW die de ontwikkeling bevordert van beloftevolle schrijvers die graag over de disciplinaire grenzen kijken die eigen zijn aan de literatuur.

Het gedicht ‘Katrijn – een gedicht voor onze kerk’ schreef hij als stadsdichter van Hoogstraten.

.

Katrijn – een gedicht voor onze kerk

.

je kan niet ontkennen dat je mij ziet
al hul ik mij in de mistige herfstdagen of klauwt
mijn kruin naar de hoogste middagzon

.

ik ben de oermoeder van deze stad
en ik ben blij dat je weet dat je voor je moeder moet zorgen

.

dat je weet dat eeuwen hun tol eisen
dat ze sporen nalaten – geen groef
in mijn bakstenen lijf is onberoerd
geen schemering zonlicht langs mijn ramenmozaïek
tot in het binnenste van mijn catacomben

.

dat ik
zelfs gehuld in al jouw goede zorgen
steeds statig boven de kruinen van ieders huis reik
dat ik uitkijk op de dagen die komen – en weet
wat er altijd al was

.

want jullie allemaal zijn de kinderen van mijn oeverloze blik

.

Het literaire tijdschrift

Creatief schrijven

.

Ik krijg zo nu en dan de vraag van dichters hoe ze verder kunnen komen met hun poëzie. En met verder komen bedoelen ze dan bekender worden bij een groter publiek. Aan de ene kant liggen er genoeg kansen in het digitale domein. Er zijn vele social media groepen waar poëzieliefhebbers en dichters elkaar ontmoeten en waar ze hun poëzie kunnen delen en publiceren. Zelf ben ik meer dan 15 jaar geleden begonnen met dit blog om bekendheid te geven aan het feit dat ik mijn debuutbundel ‘Zichtbaar alleen’ had gepubliceerd (vandaar de naam van dit blog). Op Facebook zijn vele groepen actief, op Instagram zijn heel veel beginnende dichters actief (lees hierhier en hier mijn columns op de site van Meander over Instagram en poëzie) en via vlogs, blogs en podcasts liggen er ook genoeg mogelijkheden.

Toch bemerk ik ook dat dichters het liefst hun poëzie op papier terug kunnen lezen. Dat is bijvoorbeeld één van de redenen dat MUGzine, het mini-poëziemagazine dat ik samen met Poetry Affairs, BRRT-Graphic.Design en een onafhankelijke redactie uitgeef, ook op papier verschijnt (evenals digitaaloverigens) Gelukkig zijn er in Nederland en Vlaanderen heel wat literaire- en poëzietijdschriften en -magazines die werk opnemen van schrijvers en dichters en dit publiceren (op papier en digitaal).

Een mooi overzicht van al die tijdschriften en magazines vind je op de website van Creatief schrijven. Hier vind je Nederlandse en Vlaamse tijdschriften en links naar hun websites. Ik mag graag deze websites bezoeken maar ook zeker de verschillende tijdschriften en magazines lezen. Dat kan in grote bibliotheken, de Hendrik Conscience Bibliotheek in Antwerpen en de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag gewoon gratis.

Kluger Hans is een goed voorbeelbeeld van een literair tijdschrift. In Kluger Hans #43 staat een gedicht van Elsbet De Pauw (1998). Zij schrijft poëzie, essays en proza. Ze behaalde een master in de Vergelijkende Moderne Letterkunde aan Universiteit Gent en werkt mee aan Pardon!, een zine over intersectioneel feminisme. Haar verscheen o.a. in De Internet Gids, Deus Ex Machina, De Reactor en de Volkskrant.

.

ze sterft in negen aanblikken
of dat hoopte je toch want in deze stad is ze springlevend als gasolie en altijd nabij
je probeert haar te vinden in eender welke gedaante – een magere jongen,
een oude krommerd in trainingsvest, een dertiger met hetzelfde haar
en iedere vergissing krast, haar mond vormt het centrum van de wereld
dat is niet goed, zegt iemand
zo moet je het niet doen

.

maar wanneer het zwijgen zich in haar lippen heeft vastgebeten is het ook in de wereld, ook bij jou koud
dat is niet goed, zeg je tegen jezelf
en je bent bang, omdat je overal in bent gaan leven en nergens meer lijkt uit te kruipen

.

kleine oogjes hebben zich in je gezicht vastgeprikt, zonder masker lijk je op een molletje
‘s avonds woel je door de tunnels onder de grond, voltrek je in je eentje een ondergrondse rouwstoet
door de stad voor alles wat is doodgegaan

.

Bodemdrang

Laura van der Haar

.

De Groningse dichter, schrijver, essayist en archeoloog Laura van der Haar (1982) is voor mij een relatief onbekende naam. Zij debuteerde in 2014 met de bundel ‘Bodemdrang’ waarover ik lees op de website  Literair Nederland dat de dichter een patent heeft op ‘nieuwe woorden’ zoals woestijnhielen, dierenzweet, grasnachten, draaimolenwind en lappig. Dat maakt toch nieuwsgierig. Elders in het artikel lees ik dat “In de gedichten die een terugblik bieden op een vredig beleefd verleden in een landelijke omgeving van eigen maat en eigen grens, is de toon anders. Er klinkt iets van heimwee in door”.

Van der Haar  schreef voor onder meer De Speld, Vice en een veilinghuis en maakte de podcast Het Volkskrantgeluid. In 2018 verscheen haar debuutroman Het wolfgetal waarna nog meerdere titels volgden. Echter geen dichtbundels meer. In 2013 was ze Nederlandfs kampioen Poetry Slam. Uit de bundel ‘Bodemdrang’ komt het intrigerende gedicht ‘afzadelen’.

 

afzadelen

.

bleke ingenieurs van geheugenplaatsen
rochelen gelaten en weten vast
hoe ze buitenboord moeten slapen

.

drinken de dag uit hun glazen
hangen lappig in hun stoel, vragen
of hun hoofd even open mag

.

ze snuiven krampachtig, likken
hard geworden vachten
hangen een beetje de dood uit

.

ze raspen de korst van hun wonden
liegen sluitingstijden en in reflecties
staat er nog altijd iemand achter ze

.

Dwarsdoorsnede

Reistijd Bedtijd IJstijd

.

Marjolijn van Heemstra (1981) publiceerde in 2020 de bundel ‘Reistijd Bedtijd IJstijd’ waarin ze op zoek gaat naar de tijd die ons steeds ontglipt en waar we namen aan geven om het voor onszelf begrijpelijk te maken. Maar ze toont ook hoe de tijd onze kijk op de wereld, de maatschappij en onszelf kan veranderen.

Marjolijn van Heemstra studeerde theologie en werd vervolgens dichter, schrijver, theatermaker, journalist en podcastmaker. Met haar dichtbundels en romans won ze verschillende literaire prijzen. Daarnaast maakt ze regelmatig podcasts (Sør (2018), Stadsastronaut (2019), Als geschiedenis in je opstaat (2022).

De voorstellingen van Marjolijn van Heemstra  zoals bijvoorbeeld Stadsastronaut (2019) zijn poëtisch, persoonlijk en geëngageerd. Ze schrijft en speelt bijna altijd zelf en ze onderzoekt steeds opnieuw hoe we kunnen nadenken over de wereld en onszelf. Zo onderzoekt ze in De Nacht-Wacht, de waarde van de nacht en het donker in een stad met veel te veel lichtvervuiling. Een project waarmee ze het beeld dat we hebben van de duisternis wil verbeteren.

Maar terug naar de bundel ‘Reistijd Bedtijd IJstijd’. In het gedicht ‘Dwarsdoorsnede’ komen al de verschillende aandachtsgebieden en thema’s die hierboven zijn beschreven aan de orde; de tijdsbeleving, de kosmos, de invloed van tijd op de samenleving en op de stad en zelfs het rommelen met die tijd..

.

Dwarsdoorsnede

.

In de darmen van de stad

wordt gerommeld met de tijd.

Als een bloederige buik

liggen dieptelagen open.

.

Een parkeerdek ligt pal in de

middeleeuwse haven,

tussen tempels en galgen

zijn stations uitgehakt, ruim

.

als tombes. In de doorsnede

vol totems en opvallend veel

messen ligt hier en daar

een onverteerd huis

.

naast een ondergrondse akker,

waar het oude water stroomt

en wij een kosmische seconde

denderen langs scherven.

,

 

Stap voor stap

Mark Boninsegna

.

Mark Boninsegna is dichter, schrijver, freelance journalist, kunstenaar en podcastmaker. Regelmatig verzorgt hij poëzieworkshops op scholen voor kinderen in probleemwijken. Hij schreef voor Hand in Hand, Gers! Magazine, Smaak mag, Onze Haven, Noisey en De Havenloods (allemaal in Rotterdam). Hij is oprichter van het online poëziemagazine ‘A Fetisch For Poetry’. Sinds juni 2021 presenteert hij samen met collega dichter en voormalig stadsdichter van Rotterdam, Daniël Dee, de tweewekelijkse podcast ‘De Rotterdamse School en aanverwante zaken’ waarin de twee het laatste poëzie- en literatuurnieuws bespreken.

Eind 2018 werd Mark Boninsegna (1976) benoemd tot gemeentedichter van Lansingerland (gemeente in Zuid Holland bestaande uit de dorpen Berkel en Rodenrijs, Bleiswijk en Bergschenhoek). Voor 2018 was hij al actief als bibliotheekambassadeur van de bibliotheek Oostland. Mark gaf in januari van dit jaar het gemeentedichtersstokje over aan Woes Ploum en als dank voor zijn jarenlange inzet werd de bundel ‘Poëzie is in de buurt’ gepubliceerd met zijn gemeentegedichten.

Uit deze bundel komt het gedicht ‘Stap voor stap’ een gedicht naar aanleiding van 4 en 5 mei (hij schreef elk jaar een gedicht rond deze dagen).

.

Stap voor stap

.

laten we lopen

stap voor stap

in beweging

.

open velden bezoeken

wij ooit verscholen

achter hoeken

.

blikken als staal

verdwenen met jou

-lach als een kind-

.

onbezorgd opgroeiend

met moeders en vaders

vrienden en buren

.

jouw pril geluk

aan jullie hand

stap voor stap

in beweging

.

Blogs over Nederlandse poëzie

Koninklijke Bibliotheek

.

Op de website van de Koninklijke Bibliotheek (KB) de nationale bibliotheek van Nederland, is heel veel informatie te vinden over werkelijk heel veel verschillende onderwerpen die te maken hebben met Literatuur. Zo ook over poëzie. Behalve een pagina met een enorme hoeveelheid informatie over moderne Nederlandse dichters https://www.kb.nl/themas/nederlandse-poezie/moderne-nederlandse-dichters die ik graag mag raadplegen, is er op de website van de KB ook een hele fijne pagina met blogs over Nederlandse poëzie https://www.kb.nl/blogs/nederlandse-poezie .

Vijf pagina’s met blogs van Gerrit Komrij, Jan Bos en Arno Kuipers over de meest uiteenlopende onderwerpen. Van blogs over De Beatrijs (13e eeuw) en Mariken van Nieuwmeghen (1608) tot blogs over de Podcast van Ester Naomi Perquin en Marc van Oostendorp ‘Publieke werken’ en het experimentele ‘stamelgedicht’  Jossie van Jan Hanlo (1912-1969).

In de keuze van Komrij (zoals zijn bijdragen getiteld zijn) kwam ik een gedicht tegen van een dichter die ik niet kende, namelijk Peter Jaspers. Deze Peter Jaspers was het pseudoniem van de vrouwelijke dichter Petronella Buzing (1918 – 1964) en Komrij schrijft over haar: Nooit van gehoord! Nooit zelfs maar horen noemen! En toch, een fijne dichter, jaren vijftig of niet.

Uit de bundel kindergedichten ‘Met rozerood en zonnehoed’ het gedicht ‘Ik wou zo graag’.

.

Ik wou zo graag

.

Ik wou zo graag een toverpen
voor Nederlandse taal.
De woorden, die ik echt niet ken,
verbeterde de toverpen,
onzichtbaar, allemaal.

.

Ik wou zo graag een rubber vel,
het zwembad is zo lang,
dan dreef ik eindelijk es wèl,
gewoon maar op m’n rubbervel
en was ik niet meer bang.

.

Ik wou zo graag een wonderpil.
Dan kon ik voor de klas
de beurten maken die ik wil,
omdat ik door de wonderpil
niet meer verlegen was.

.

Ik wou zo graag met een feeënstaf
naar aardrijkskunde gaan,
dan wist ik er genoeg van af,
dan wees ik met de feeënstaf
de goeie stippen aan.

.

Ik wou zo graag, ik wou zo graag,
gebeurde het nou maar,
het hoeft niet eens meteen vandaag,
maar morgen dan, ik wou zo graag.
Waar woont de tovenaar?

.

Van kop tot teen

Van kop tot teen met Charlotte Van den Broeck en Jeroen Dera

.

In 2018 schreef ik een enthousiaste en positieve recensie van het boek ‘Woorden temmen’ van Kila van der Starre en Babette Zijlstra https://woutervanheiningen.wordpress.com/2018/05/09/woorden-temmen/  . Omdat het zo’n geweldig lees- en doe-boek is. Ik schreef toen onder andere: “Dit is het boek dat elke docent Nederlands in zijn of haar kast zou moeten hebben staan. Als je de jeugd bekend wil maken met poëzie op een speelse, verrassende, intelligente en moderne manier dan hoef je alleen maar de voorbeelden uit dit boek te volgen.” Woorden waar ik nog steeds achter sta. En nu is er dan een tweede deel van Woorden temmen van dichter Charlotte Van den Broeck (1991) en literatuurwetenschapper Jeroen Dera (1986).

Het menselijk lichaam
Van den Broeck en Dera zijn ervan overtuigd dat je poëzie niet alleen met je hoofd, maar met je hele lichaam leest, met al je zintuigen en sensaties. Dat lichamelijke hebben ze heel letterlijk genomen: ieder gedicht in hun poëzie-doe-boek is gekoppeld aan een lichaamsdeel. Zo hoort ‘Graag verlossing’ van Gerda Blees bij de ogen, ‘de rivier’ van Lucebert bij de tong, ‘rib’ van Radna Fabias bij de rib en ‘Als het je overkomt’ van Marieke Lucas Rijneveld bij de knie. Aan de hand van inspirerende lees-, denk-, doe- en schrijfinvalshoeken ga je op poëtische avontuur.
‘Als ik fysiek voel alsof het
bovenste deel van mijn hoofd
wordt weggenomen, weet ik
dat het poëzie is’

Emily Dickinson

Charlotte Van den Broeck en Jeroen Dera presenteren hun nieuwe bundel
Op vrijdag 11 september a.s. vindt om 16.00 uur bij boekhandel Donner in Rotterdam de boekpresentatie plaats van de nieuwe bundel van Charlotte Van den Broeck en Jeroen Dera.

Boekpresentatie met interview met de schrijvers
Miriam Piters, neerlandicus en voormalig bestuurslid van Stichting Poetry International, zal dichter-performer Charlotte Van den Broek en literatuurwetenschapper Jeroen Dera interviewen ter gelegenheid van hun nieuwe boek. Tevens aanwezig is literatuurwetenschapper Kila van der Starre, een van de schrijvers van de eerste bundel in de reeks woorden temmen: 24 uur in het licht van Kila&Babsie.
 
Ontvangst: 16.00-16.15 uur
Interview: 16.15-16.45 uur
Gelegenheid tot stellen van vragen-signeren boeken: 16.45-17.00 uur
Borrel: 17.00-18.00 uur (o.v.)

Entree: toegang gratis (vooraf aanmelden verplicht)
Locatie: Boekhandel Donner, Coolsingel 129, Rotterdam
Podcast
Het gesprek dat Miriam Piters zal voeren met Charlotte Van de Broeck, Jeroen Dera en Kila van der Starre zal worden opgenomen. Na afloop zal deze podcast gratis beschikbaar worden gesteld online.
.

Liefdesgedicht voor Deborah

Ja rozen

.

Vandaag een speciaal liefdesgedicht van Remco Campert voor zijn vrouw Deborah. In 2002 verscheen in een mooi doosje het kleine maar o zo fijne bundeltje ‘Ja rozen’ de mooiste liefdesgedichten van Remco Campert. In dit bundeltje staan gedichten van Campert die eerder in ‘Dichter’ uit 1995 en ‘Ode aan mijn jas’ uit 1997 verschenen. Een aantal gedichten in dit bundeltje ( en misschien wel allemaal) zijn geschreven voor zijn vrouw Deborah. Een bijzondere vrouw zo blijkt ook uit de podcast die op 1 mei 2020 werd uitgezonden in het radio 1 programma ‘Nooit meer slapen’ met Pieter van der Wielen. Luister hier de podcast: https://www.nporadio1.nl/nooit-meer-slapen/uitzendingen/700625-2020-05-01

.

Voor Deborah

.

Als ik doodga

hoop ik dat je erbij bent

dat ik je aankijk

dat je mij aankijkt

dat ik je hand nog voelen kan.

.

Dan zal ik rustig doodgaan.

Dan hoeft niemand verdrietig te zijn.

Dan ben ik gelukkig.

.

%d bloggers liken dit: