Site-archief
Ernstig genoeg
Uitreiking van Diploma’s
.
In de bundel ‘Ernstig genoeg, liedjes en gedichten vanaf 1986′ van Willem Wilmink uit 1995 staat een mooi gedicht, een sonnet over het uitreiken van diploma’s aan middelbare scholieren. Vooral de laatste zinnen maken dit gedicht tot een klassieker.
.
Uitreiking van diploma’s
Onder de meisjes menig stevig stuk,
maar er zijn ook van die nog hele tere,
onder de jongens veel in herenkleren,
en allen, allen stralend van geluk.
Niet langer meer gebukt onder het juk
van heel veel saais om uit het hoofd te leren:
niemand zal ooit nog bij hen informeren
naar passé défini of overdruk.
Maar ’t is meteen ook de examenklas,
die vol saamhorigheid en warmte was,
waarvan men zich zo zorgeloos ontdoet.
Nu slaat voor ’t laatst de grote schooldeur dicht,
en kijk, daar gaan ze: blij en doelgericht
een toekomst met veel heimwee tegemoet.
.
Zomer
Toon Tellegen
.
Omdat de zomer maar voortduurt (en wat mij betreft mag dat nog lang duren) een gedicht over de zomer van Toon Tellegen. Ik weet dat ik veel mensen een plezier doe met de poëzie van Toon Tellegen dus wie weet, maak ik hem dichter van de maand. Nu hier het gedicht ‘Zomer’ uit de bundel ‘Gewone gedichten’ uit 1998.
.
Zomer
.
Zomer.
De zon schijnt.
De hemel bloeit.
Mensen kijken omhoog, gaan op hun tenen staan,
klimmen op elkaars schouders
en plukken God.
‘God is mooi,’ zeggen ze, ‘mooier dan ooit.’
Ze zetten hem in vazen
op hun tafels en voor hun ramen,
en God bloeit en geurt een middag en een avond-
dan leggen ze hem tussen de bladzijden van een schrift,
onder een ijzeren gewicht
voor later, in de winter,
als er niemand is.
.
De Coninck
Nog maar eens
.
Omdat de ‘Herman de Coninckzondag’ alweer een paar maanden achter ons ligt en ik sindsdien eigenlijk geen gedicht meer van hem heb geplaatst, vind ik het tijd weer eens aandacht aan deze geweldige dichter te besteden. Nog altijd één van mijn favoriete dichters en daarom een gedicht uit de bundel ‘De lenige liefde’ zonder titel.
.
Je truitjes en je witte en rode
sjerpen en je kousen en je directoirtjes
(met liefde gemaakt, zei de reklame)
en je brassières ( er steelt poëzie in
die dingen, vooral als jij ze draagt) –
ze slingeren rond in dit gedicht
als op je kamer.
.
kom er maar in, lezer maak het je
gemakkelijk, struikel niet over de
zinsbouw en over de uitgeschopte schoenen,
gaat u zitten
.
(intussen zoenen wij even in deze
zin tussen haakjes, zo ziet de lezer
ons niet) hoe vindt u het,
dit is een raam om naar de werkelijkheid
te kijken, alles wat u daar ziet
bestaat, is het niet helemaal
als in een gedicht?
.
Horloge
J. Bernlef
.
Uit de bundel ‘Aambeeld’ uit 1998 van J. Bernlef het gedicht ‘Horloge’.
.
Horloge
.
Ik zat op de huisbank van een Zuid-Afrikaan
toen jou alles afgenomen werd
verder was ik nooit van je vandaan
.
Terwijl mijn gastheer krakend koersen controleerde
en zijn dikke dochter zocht naar gave popmuziek
wat zag jij toen, in je laatste val?
.
Dit gedicht even duidelijk als de dood
een open boek, een afgesloten hoofdstuk
woorden weggevloeid in aarde, als water
.
Voor jou werd het nooit meer later
op je horloge dat ik nu verder draag
de tijd die voor jou noch mij bestaat
.
Toon Tellegen
Een dansschool
.
Van Toon Tellegen zo’n gedicht dat je denkt, ja, zo had ik het ook graag gezegd. Uit de bundel ‘Een dansschool’ uit 1992 het laatste gedicht zonder titel.
.
De een zei, heel zachtjes:
‘Zal ik maar weggaan?’
‘Ja,’ zei de ander, nog zachter.
.
‘Zal ik nog terugkomen?’
vroeg de een, bijna onhoorbaar.
Ja, dacht de ander
en schudde haar hoofd.
.
Eén pot nat
Jules Deelder
.
Gisteren de voorlopig laatste editie van de Poëziebus 2016 daarom vandaag op maandag de dichter van de maand juli, Jules Deelder. Ik heb dit keer gekozen voor zijn gedicht ‘Eén pot nat’ uit de bundel ‘Moderne gedichten’ uit 1979.
.
Eén pot nat
Het is allemaal één popt nat
.
sprak de kat
die bij de wieg van Lao-tse
te spinnen zat.
.
Hoe of wat
Dit en dat
Bol of plat
.
Het is allemaal één popt nat,
.
sprak de rat
die aan het lijk van Lao-tse
te knagen zat.
.
.
De profundis
Ida Gerhardt
.
Gewoon omdat ik zin had in een gedicht van Ida Gerhardt, het gedicht ‘De profundis’ uit de bundel ‘Het sterrenschip’ uit 1979.
.
De profundis
.
Hadden wij nimmer nog zwanen gezien,
zouden wij hen op het water ontwaren,
o, wij zouden van vreugde vervaren –
lachen en schreien misschien.
.
Hadden wij nimmer nog zwanen gezien,
vlogen zij òver met ruisende slagen,
o, wij zouden dit duister verjagen –
eindelijk bevrijd zijn misschien.
Geluk is mogelijk
Nog eentje dan
.
Omdat ik het toch niet kan laten nog een gedicht(je) van Remco Campert, een gedicht dat ik als advies aan iedereen zou willen meegeven; ‘Geluk is mogelijk’. Uit de bundel ‘Betere tijden’ uit 1970.
.
Geluk is mogelijk
.
Sla het telefoonboek open
kijk nou, allemaal namen
en elke naam een nummer, een adres-
.
word gelukkig, als je kan!
.
27 gedichten en geen lied
Ramsey Nasr
.
Hoewel hij Dichter des Vaderlands was en de tweede stadsdichter van Antwerpen, treed hij tegenwoordig vooral weer op als acteur van de Toneelgroep Amsterdam. Productie van zijn poëzie staat op een laag pitje. Hij is dan ook niet voor niets dichter, schrijver, essayist, acteur, regisseur en librettist (tekstschrijver van muzikale stukken). Toch blijft Nasr voor mij vooral dichter. Daarom uit zijn bundel ’27 gedichten en geen lied’ uit 2000, het gedicht ‘Wie weet mij eindelijk’.
.
Wie weet mij eindelijk
Wie weet mij eindelijk, welke dodentolk,
Te doen bedaren in gezworen haat.
Ik volg de vaderen om vroeg en laat
Mijn land te zien. Ik leef tegen een volk
dat zebrapaden aanlegt over wonden,
Dat boven onze botten steen op steen
Bewoont, dat leven wil voor zich alleen.
Leeft dan in angst. Ons bloed wordt niet geronnen.
Op hoeveel scherven vlees weerkeert het recht.
En opgeblazen domme wraak en gal
Is wat er rest, als hersenen gaan denken.
‘Men mag een mens een leven niet ontschenken.
Ik hoop dat ik geen bommen maken zal.’
.
Dichters van deze tijd
Johnny the self-kicker
.
Hoewel de de titel anders doet vermoeden is de bundel ‘Dichters van deze tijd’ heel erg een momentopname. De bundel dateert namelijk uit 1969. In deze bundel veel vijftigers en dichters die in de jaren 60 actief waren zoals Johnny van Doorn alias Johnny the self-kicker. Van hem het gedicht dat oorspronkelijk in Podium 1964/1965 verscheen getiteld ‘Getuigenissen 5’.
.
Getuigenissen 5
.
Toen ik erachter kwam wie
Deze vreemde snuiter was
Merkte ik op dat een
Arsenaal van kleinzielige
Verlangens en zorgen als
Sneeuw voor de zon verdween
En dan te bedenken dat ik
Jaren in de waan verkeerde
Dat ik absoluut over
Hem de meerdere was
Die vond dat hij terstond
Van zijn frustraties
Moest worden genezen
Voordat het te laat
Zou zijn geweest &
Omdat ik telkens be-
Stookt werd door zijn
Geniale spraakwaterval
En gefascineerd door
Het van kleur veranderend
Aureool om zijn markant
Fluoriserend hoofd
Voelde ik op een
Bepaald moment
Mezelf in mezelf
Verdwijnen en omgekeerd &
Toen ik na die gewaar-
Wording mezlef in de
Spiegel zag was er
Een gelijkenis aan-
Wezig met verlichte
Individuen als de
Dalai Lama en Sri Sri
Sri Sivabalyogi Maharay
(wonende op de Banner-
Ghatta Road te Bangelore
In India) die men ten
Tijde van Zucht Naar
Waarheid kon bereiken
Via het nummer
Van zijn ROODVIOLET
Geschilderde telefoon
.














