Site-archief

Uitgesproken

Marc Tritsmans

.

Ik heb heel veel respect voor dichters die full time dichter zijn en voor wie alles moet wijken (betaald werk vooral) om zich volledig op de poëzie te kunnen storten. De meeste dichters die ik ken hebben er, zoals ook de meeste kunstenaars, gewoon een betaalde baan naast om van rond te komen. Want laten we wel zijn, van poëzie leven, ik geef het je te doen.

Wat ik heel leuk vind is om te lezen wat dichters ‘ernaast’ doen. Vaak is dit iets wat wel raakvlaken heeft met poëzie (docent Nederlands, columnist/schrijver van proza, redacteur van een tijdschrift of bij een literaire organisatie, taalwetenschapper, vertaler) maar leuker is het als het eigenlijk ver af staat van wat poëzie is. Zoals Leo Vroman (bioloog en hematoloog), Pierre Kemp (plateelschilder en loonadministrateur bij de kolenmijnen), Jan Lauwereyns (neurowetenschapper), Samir Hanssen (Nanoschaaltechnoloog) en Johann Wolfgang von Goethe (natuurwetenschapper). Maar er kan een nieuwe dichter aan dit zeer summiere lijstje worden toegevoegd worden namelijk tandheelkundige en dichter Marc Tritsmans (1959) die ook nog werkt als milieu- en duurzaamheidsambtenaar .

Deze Vlaamse dichter debuteerde in 1992 met de bundel ‘De wetten van de zwaartekracht’ waarna meerdere bundels volgden. De belangrijkste literaire prijs die hij kreeg was de Herman de Coninckprijs voor ‘Studie van de schaduw’ in 2011. Hij publiceerde verschillende gedichten in ‘Hollands Maandblad’, ‘NWT’ en ‘De Tweede Ronde’ en hij staat met maar liefst 7 gedichten in ‘Nederlandse poëzie van de 19de tot en met de 21ste eeuw in 2000 en enige gedichten’ samengesteld door Gerrit Komrij.

Uit de dichtbundel ‘Studie van de schaduw’ uit 2010 komt het liefdesgedicht ‘Uitgesproken’.

.

Uitgesproken

.

praat met mij en doe dat
honderduit, vertel me zwijgend
waarover een leven gaat
hoeveel tederheid er nodig is
en adem gulzig tot het eind
spreek dit lichaam zonder
een spoor van schroom, spreek
het, spel het volledig uit
laat me duizelen breng me
in totale ademnood geef je
eindelijk helemaal bloot

.

De stem van de dichter

Pierre Kemp

.

Een bloemlezing van poëzie en proza geschikt om voor te dragen, zo luidt de ondertitel bij de in 1962 door J.B. Wolters in Groningen uitgegeven bundel ‘De stem van de dichter’. Blijkbaar was er destijds in het curriculum van de scholen nog plaats voor voordracht (kom daar maar eens om tegenwoordig). De bundel beslaat een grote ruimte in tijd, van Vondel, Bredero, Constantijn Huygens en Bilderdijk naar Multatuli, Gerhardt en Vasalis. Bekende gedichten en minder bekende gedichten.

In het voorwoord staat het doel van het voordragen beschreven: Het doel van het voordragen is: anderen te laten genieten van een kunstwerk. De voordrager moet niet de ontroering opdringen, die het kunstwerk bij hem gewekt heeft, hij moet de bewogenheid en de visie van de maker vertolken. Hij is uitsluitend medium tussen de maker en de toehoorder; een beter medium dan het gedrukte woord, dat de levende taal slechts (gebrekkig) aanduidt.

Een paar dingen vallen me op: blijkbaar was poëzie in 1962 exclusief van mannen (ik denk van niet) en over de keuze van het medium (beter of slechter) valt ook nog wel een discussie te voeren. Dat wil ik hier niet doen, al is het maar omdat het medium dat ik gekozen heb voor mijn website per definitie vooral gericht is op het gedrukte woord.

Een dichter die in de bundel voorkomt is Pierre Kemp (1886 – 1967). Kemp is een dichter die ik graag lees maar eigenlijk weinig lees (dat heb je soms). Een dichter met een bijzonder leven; een mooi detail uit zijn leven vind ik het feit dat hij altijd zwart droeg, hij werkte in de staatsmijn Laura waar hij loonadministrateur was, zodat het kolengruis op zijn kleding niet zou opvallen.

In ‘De stem van de dichter’ is het gedicht ‘Najaarsstemming’ van zijn hand opgenomen dat oorspronkelijk verscheen in ‘Phototropen en Noctophilen’ uit 1947.

.

Najaarsstemming

.
Alles lijkt zo verloofd buiten en ik ben gehuwd.
Het beeld van de haan in het landschap is niet nieuw,
het beeld van de kippen in de weide is niet oud
en alles is vanmorgen in groen gebiesd met goud.
Maar ik kleed me om en op de pijpen van
mijn broek speld ik de blaadren, die ik grijpen kan
en over de revers van mijn zwarte jas
een slinger donkergele dahlia’s.
Want ook ik wil vandaag zijn wat groen, wat goud;
verloofd en gehuwd en vooral niet oud.
.
.

Brief aan de spiegel

Pierre Kemp

.

Via Facebook werd ik gewezen op een artikel dat verscheen http://www.literatuurmuseum.nl/artikelen/het-noodzakelijke-cliche-van-een-dichtende-forens over Pierre Kemp (1886 – 1967). Ik weet niet veel over deze Limburgse dichter, ik las eens een artikel over hem en bekeek een documentaire over zijn leven. Wat me ervan is bij gebleven, is dat hij een muze had, een vrouw die niet zijn vrouw was, en dat hij zijn poëzie vooral in de korte treinreizen schreef tussen de mijn Laura, waar hij werkte als loonadministrateur en zijn huis in Maastricht.

In het zeer lezenswaardige artikel staat ook te lezen dat hij altijd in het zwart gekleed ging zodat het kolengruis niet zichtbaar was. Kemp heeft veel gedichten geschreven (19 bundels) en zijn werk werd o.a. bekroond met de P.C. Hooft-prijs en de Constantijn Huygensprijs voor zijn hele oeuvre.

Uit zijn verzameld werk uit 1976 het gedicht ‘Brief aan de spiegel’.

.

Brief aan de spiegel

.

spiegel, als ik straks nog maar een lege onderbroek ben

en hemd, waarin vergolft mijn laatste harteklop;

als ik van het bestaande niets meer erken

dan wat nog welt uit mijn zingende kop

van onder het eerzame, schaarse haar,

kom ik nog eens vorsend voor je staan

en kijken wij elkander nog eens heel lang aan.

Tot dan,

je incomplete luisteraar

en leeggelopen man!

.

oldman-300x200

Pierre Kemp

Stadswandeling

.

Op zondag 23 augustus 2015 (van 11.00 – 13.00) organiseren Centre Céramique en de Vereniging Literaire Activiteiten Maastricht een literaire stadswandeling door Maastricht en Wyck aan de hand van zestien gedichten van de Maastrichtse dichter Pierre Kemp. Tijdens de wandeling wordt u getrakteerd op poëzie van Pierre Kemp bij de plekken in de wijk waar hij gewoond en gewerkt heeft. De wandeling is een kans bij uitstek om kennis te maken met de dichter die zoveel speelse en originele gedichten schreef.
Het startpunt van de wandeling is het Centre Céramique, ingang Plein 1992, Maastricht. Aanmelden en reserveren kan via info@vlammaastricht.nl. Prijs: € 5,00   VLAM-leden gratis (inclusief de wandelbrochure ‘Pierre Kemp. Nobel oud kind’).

Pierre Kemp (1886 – 1967) was plateelschilder en later loonadministrateur bij de kolenmijnen maar daarnaast dichter. In 1914 debuteerde Kemp met de bundel ‘Het wondere lied’. Decennia lang reisde Kemp met de trein heen en weer tussen Maastricht en Eygelshoven, op weg naar zijn werkplek bij de kolenmijn Laura. Kemp, meestal onberispelijk gekleed in donkere stemmige tinten, schreef tijdens die korte treinreizen honderden korte gedichten. Vele daarvan kwamen terecht in uitgaven als ‘Stabielen en passanten’ (1934), de bundel die ‘Kemps tweede debuut’ wordt genoemd, vanwege de lichtere toon en de speelse, bescheiden verzen, en ‘De Engelse Verfdoos’ (1956).

Pierre Kemp kreeg voor zijn werk onder andere de Comstantijn Huygensprijs (1956) en de P.C. Hooft-prijs (1958).

.

Gang

Ik, de zon en de weg
en de zon, de weg en ik
in zonderlinge samenhang
op dit ogenblik.

Ik ruik geen bloemen, ik zie
geen bomen, geen vogels, geen heg.
Ik voel maar een gaande man in de zon
op een weg.

.

kemp omslag

kemp01