Site-archief
Hoe heter hoe beter
Els Moors
.
De Vlaamse dichter en schrijver Els Moors ( 1976) woont en werkt in Brussel. Haar met lof overladen poëziedebuut ‘Er hangt een hoge lucht boven ons’ uit 2009 werd genomineerd voor de C. Buddingh’-prijs en bekroond met de Herman de Coninckprijs voor het beste debuut. Bij het balanseer verscheen in 2013 de dichtbundel ‘Liederen van een kapseizend paard’. Deze bundel werd bekroond met de J.C. Bloem-poëzieprijs 2015 en met de Prijs Letterkunde van de provincie West Vlaanderen. De bundel werd ook vertaald naar het Frans. In 2015 verscheen bij Brueterich Press de naar het Duits vertaalde bundel ‘Lieder vom pferd über Bord’.
Moors is onder meer docent Creative Writing in Brussel, Antwerpen en Arnhem ArtEZ en redacteur van het literaire tijdschrift “nY”. Sinds 2016 is zij een van de Nederlandstalige dichters in de poule van het ambitieuze, Europese poëzieproject ‘Versopolis’. Ook was zij van 2018-2020 Dichter des vaderlands van België. De gedichten die ze ambtshalve schreef, zijn gebundeld in ‘Knalpatronen’, waarin de gedichten ook in het Frans en Duits zijn opgenomen, en soms in het Arabisch en Afrikaans.
Uit deze bundel ‘Knalpatronen’ uit 2020 nam ik het gedicht ‘Hoe heter hoe beter’.
.
Hoe heter hoe beter: klimaatlied
.
auto’s die drijven op een zee van plastiek
naar hete planeten vandaag ben ik ziek
ik heb koorts van de liefde
ik heb koorts van de brand
ik heb koorts van mijn moeder
geen boom op haar strand
is veilig voor ‘t water
dat komt waar het gaat
hoe heter hoe beter
en ja ook op straat
zee doet niet mee en is morgen kapot
één chimpansee later en dan ben ik god
ik heb koorts van de liefde
ik heb koorts van de brand
ik heb koorts van mijn moeder
geen boom op haar strand
is veilig voor ‘t water
dat komt waar het gaat (x2)
.
Foto: Guy Kokken
Vergane liefde
Jelle Ravestein
.
Afgelopen woensdag mocht ik voor de tweede keer voorzitter van de jury zijn die de stadsdichter van Maassluis ging kiezen. In een overvolle Hooftzaak waren drie kandidaten die meedongen naar de titel stadsdichter van Maassluis. De avond werd gepresenteerd door de huidige stadsdichter Jaap van Oostrum. Naast de drie kandidaten, werd door een aantal mensen op het open podium een gedicht voorgedragen. De kandidaten hadden vooraf een stadsgedicht, een vrij gedicht en een motivatie ingestuurd.
De jury bestond uit Neerlandica Gerry Hanneman, wethouder van Cultuur Corinne Bronsveld en mijzelf dus. De kandidaten Mary Koreneef, Jelle Ravestein en Jaap van der Hoest droegen allen de twee gedichten voor en nadat het huiskoor van De Hooftzaak het publiek vermaakte met liedjes trok de jury zich terug om een beslissing te nemen. Het was nog geen eenvoduige beslissing, alle drie de kandidaten hadden sterke punten. Uiteindelijk werd Jelle Ravestein als winnaar en stadsdichter van Maassluis 2018-2020 gekozen. Hieronder één van de gedichten waarmee hij meedong naar deze titel.
.
Vergane liefde
.
De vensters huilen onzichtbaar
waar muur en dak moeten schragen.
Binnenkamers heerst de stilte
van slechts nog dragen zonder klagen.
.
Dit huis gebouwd op dromen
van nooit meer laten gaan.
Zijn fundamenten wankelen
of er nooit liefde heeft bestaan.
.
Hier huizen jaren van herinnering
van hoe het was, zou moeten zijn.
De muren vertellen hun verhaal
van ooit zo goed, vertrouwd en fijn.
.
Nu woont er kille onverschilligheid
gepaard met ‘laat mij maar begaan’.
Krakende vloeren zijn verlaten.
.










