Site-archief

Voor de spiegel

Liane Bruylants

.

Vanaf vandaag ben ik even een weekje op vakantie. Daarom, zo als altijd de komende week elke dag een gedicht zonder al teveel omhaal. Vandaag begin ik met een gedicht van de Vlaamse dichter Liane Bruylants (1921-2009). Het gedicht ‘Voor de spiegel’ komt uit haar bundel ‘Droomgestalten’ uit 1976, als deel van ‘De Bladen voor de Poëzie’.

.

Voor de spiegel

.

Ik zat naast hem: aan de wand

weerkaatste de spiegel ons beeld.

Het was als een tijdloos verband

waarin niets van onszelf bleef verheeld.

.

Hij dacht dat ik, dromend, niet wist

wat hij me zwijgend verborg

en wat hij sinds lang had beslist

maar steeds nog niet zeggen dorst.

.

Steelsgewijs keek ik hem aan

toen hij zijn hoofd van me boog

en kon het niet langer bestaan

te verzwijgen hoe hij steeds loog.

.

Hij ging. Zijn afscheid was koel

als van een die weet wat hij wil.

Niets had zin n u noch doel:

wij scheidden zonder geschil.

.

.

 

Ver reeds is de tijd

René Verbeeck

.

Na al die gedichten op bijzondere plekken is het weer eens tijd een voor bijzonder gedicht. Een liefdesgedicht van de dichter René Verbeeck. Verbeeck was voor de oorlog een actief dichter. Met André Demedts, Pieter G. Buckinx en Jan Vercammen richtte hij het tijdschrift ‘De Tijdstroom’ (1930-1934) op. Hij was oprichter van uitgeverij Eenhoorn (Mechelen, 1936). Hij stichtte in 1937 de poëziereeks ‘De Bladen voor de Poëzie’, waarvan hij tot 1944 de leiding had. Begin 1943 verhuisde hij met de reeks naar de collaborerende uitgeverij Steenlandt. Hij zat na de oorlog 22 maanden gevangen.

Uit de bundel ‘De zomer staat hoog en rijp’ uit 1965, het gedicht ‘Ver reeds is de tijd’.

.

Ver reeds is de tijd

.

Ver reeds is de tijd toen het nestelen begon

tegen een bergflank van de Ardennen.

.

maar zie hoe wild en fier zij is,

nog kregen de jaren haar niet klein,

.

van liefde als hars en bosgrond krachtig

is zij nooit verzadigd

.

en dank noch medelijden

stillen de honger van haar hart.

.

de dienstmaagd van man en kinderen

heeft de minnares niet omgebracht:

.

het wilde meisje houdt mij omstrengeld

in mijn zomerse vrouw.

.

Verbeeck-René-0