Site-archief
Afspraak
Dimitri Verhulst
.
Vandaag op deze voorlaatste zondag van 2017, het op een na laatste gedicht van de dichter van de maand december, Dimitri Verhulst. Dit keer met het gedicht ‘Afspraak’. Dit gedicht doet me ergens denken aan het gedicht ‘Laten wij al afscheid nemen’. Ook in dit gedicht loopt Diomitri Verhulst vooruit op de zaken, op de dingen die nog (misschien wel heel snel al) komen gaan, namelijk het sterven.
.
Afspraak
.
Ik zou willen dat je niet wacht als mijn moment daar is.
Je mag me nog even onderstoppen, maar ook niets meer dan dat.
En als je tijdens dat mij onderstoppen ook nog heel lief lacht
zal ik jouw geveinsd geluk jou voor die keer toch wel vergeven.
Maar daarna moet je gaan, en de deur dichtdoen.
Ga niet naast bed de wisselvallige intervallen
van mijn al rotte adem tellen. Houd mijn hand niet vast
die als een want zal worden neergelegd en waarin eens
mijn hand gezeten en naar die van jou gegrepen had.
Luister niet hoe het in mijn bast beestachtig bonkt en reutelt,
hoe de kanker daar snel nog even aan mijn botten sleutelt
en kijk niet in mijn ogen die gebroken in hun kassen
zich aanpassen aan het aardedonker
van wat geen nacht zal zijn.
Laat mij achter in die kamer, alleen.
Want wij twee mogen enkel van het leven zijn.
Wees zo goed deze banaliteit te negeren, en ga
naar beneden, de tuin in,
hang er je jurken aan de wasdraad en ik zal kijken
door het raam hoe zij mij salueren in de wind.
Bak bijvoorbeeld ajuinen, en laat ze enorm bruinen
in de boter, zodat ik ze ruiken kan tot boven
en denken: mijn god, wat kookt zij goed!
Maar als ik de macht nog in mijn benen heb,
en daar hoop ik op,
zal ik me vastklampen aan de trapleuning
die ik eigenlijk nog eens vernissen moest,
en zeggen: ik ben al naar boven, schat,
tot straks.
.
Opdracht
Dimitri Verhulst
.
Ook op deze zondag in december een gedicht van de Dichter van de maand Dimitri Verhulst. Vandaag koos ik voor het gedicht ‘Opdracht’ uit de bundel ‘Liefde, tenzij anders vermeld’ uit 2001. Opdracht is zo’n gedicht van Verhulst dat je een paar keer moet lezen om het goed tot je door te kunnen laten dringen.
.
Opdracht
.
De vensters behangen met langdurige landschappen,
een zak met slanke handen aan een meisje voeren
van achter de tralies die mijn vingers zijn.
Een ooggetuige van het zwart uithoren
op de hoek van twee nachten
en geduldig wachten
tot de schaduw uit de bomen valt.
Mijn ogen wegens verbouwing sluiten
en haarfijn dromen
dat ik een ver verwant werd van mijzelf.
Van mijn verveling grote vliegers vouwen,
van de vissen de schaliedekker zijn
en van de mens de mens.
Een steentje in de diepte van mijn droefheid gooien
en tellen tot ik de tel kwijt ben.
En herbeginnen.
.
Laten wij al afscheid nemen
Dichter van de maand december
.
Zondag in december, tijd voor een gedicht van de dichter van de maand Dimitri Verhulst. Misschien wel een van zijn mooiste, vind ik. Uit zijn laatste bundel ‘Stoppen met roken in 87 gedichten’ uit 2017 het gedicht ‘Laten wij al afscheid nemen’.
.
Laten wij al afscheid nemen
Laten wij al afscheid nemen,
nu het niet moet,
nu het nog vrolijk kan.
Wij zijn niet donker in ons drinken
deze wijn deugt niet
om wonden mee te wassen,
het zijn geen zorgen
die onze gezangen hebben ingezet.
Houden wij het weerzien warm
en bezoeken wij elkaar
alleen in de herinnering.
Laat ons met honger nog
van tafel gaan, verlaten
vol verlangen. Wij zullen
elkander niet vervelen met ons verval
en sterven stil, zonder tijding,
zonder deining, wetend:
wij zijn in wezen
nooit kapotgegaan.
.
Foto: Peter Lloyd voor De standaard
Wachten in de ochtend
Dichter van de maand
.
Voor de laatste keer dit jaar de dichter van de maand. In december is dit M. Vasalis en voor de maand januari heb ik gekozen voor dichter Hagar Peeters. Maar nu dus nog één keer als dichter van de maand een gedicht van Vasalis. Ik heb gekozen voor het gedicht ‘Wachten in de ochtend’ uit de bundel ‘Verzamelde gedichten’ uit 2006.
.
Wachten in de ochtend
.
Ik zat te wachten in een groot en leeg café
in bont gedoken, rillend in mijn eigen vuur
En alle bleke kelners wachtten mee…
zij spraken weinig, met gedempte stem:
‘ze wacht op hem, ze wacht op hem, op hem…’
er was geen klok, geen tijd, alleen maar duur.
De rode bomen brandden in het park omhoog
en het gebladert rilde in hun naakte brand;
ik zag het, en ik zag een vreemde hand
vóór mij op tafel, mager en die soms bewoog
op ’t rode kleed-de voorhang van een tabernakel.
Toen was ik niets meer dan maar één tentakel
blindelings gestrekt, met één blind oog voorop
en één doof oor, één sprakeloze open mond
gestrekt en zoekend tussen duizend mensen
en afgeleid door geen, één dringend wensen
totdat hij enkel maar die ene vond,
diens oog kon zien, het oor kon horen
en die de mond had uitverkoren
en die de kreet daaruit verstond.
Tot hij daar was….. tot hij daar stond
en ik, nog ganselijk verloren
hem nauw kon zien, hem nauw kon horen.
.
Dichter van de maand December
M. Vasalis
.
Uit de bundel ‘Parken en woestijnen’ uit 1940 koos ik vandaag voor een stemmig gedicht over de dood. Ook dit jaar was de dood en het sterven weer alom. Voor Vasalis was dit ongetwijfeld net zo maar toch wist zij met een knipoog over de dood te dichten.
.
De Dood
.
De Dood wees mij op kleine, interessante dingen:
dit is een spijker – zei de Dood – en dit een touw.
Ik zie hem aan, een kind. Hij is mijn meester
omdat ik hem bewonder en vertrouw,
de Dood.
.
Hij wees mij alles: dranken, pillen,
pistolen, gaskraan, steile daken,
een bad, een scheermes, een wit laken
‘zomaar’- voor als ik eens zou willen
de dood.
.
En vóór hij ging, gaf hij me nog een klein porretje…
‘ik weet niet, of je ’t al vergeten was,
het komt misschien nog wel te pas
voor als je eens niet meer zou willen
sterven,
maar wie let je?
zei de Dood.
.
Dichter van de maand december
M. Vasalis
.
In de fijne bundel ‘Apollo’s reis door Nederland’ uit 1956 waar ik eerder deze week al over schreef, staat een mooi gedicht van Margaretha (Kiekie) Droogleever Fortuyn-Leenmans of zoals de meeste mensen haar kennen M. Vasalis, met als titel ‘Afsluitdijk’. Omdat zij in december mijn dichter van de maand is was het makkelijk kiezen dit keer.
Oorspronkelijk verschenen in ‘Parken en woestijnen’ uit 1940.
.
Afsluitdijk
.
De bus rijdt als een kamer door de nacht
de weg is recht, de dijk is eindeloos
links ligt de zee, getemd maar rusteloos,
wij kijken uit, een kleine maan schijnt zacht.
Vóór mij de jonge pas-geschoren nekken
van twee matrozen, die bedwongen gapen
en later, na een kort en lenig rekken
onschuldig op elkanders schouder slapen.
Dan zie ik plots, als waar ´t een droom, in ´t glas
ijl en doorzichtig aan de onze vastgeklonken,
soms duidelijk als wij, dan weer in zee verdronken
de geest van deze bus; het gras
snijdt dwars door de matrozen heen.
Daar zie ik ook mezelf. Alleen
mijn hoofd deint boven het watervlak,
beweegt de mond als sprak
het, een verbaasde zeemeermin.
Er is geen einde en geen begin
aan deze tocht, geen toekomst, geen verleden,
alleen dit wonderlijk gespleten lange heden.
.
Dichter van de maand december
M. Vasalis
.
Toen ik het lijstje van de dichters van de maand bekeek van het afgelopen jaar, viel me iets op; louter mannen als dichter van de maand. Dat kan natuurlijk niet dus vanaf nu meer vrouwelijke dichters (tenslotte zijn er zoveel prachtige vrouwelijke dichters). Om te beginnen met één van mijn favoriete dichters M. Vasalis.
Ik heb de afgelopen jaren al verschillende malen over haar geschreven en gedichten van haar gedeeld maar nu is ze dus de hele maand december op elke zondag Dichter van de maand. Als eerste gedicht heb ik gekozen voor een minder bekend gedicht van haar uit de bundel ‘Vergezichten en gezichten’ uit 1954, getiteld ‘Vuur’.
.
Vuur
.
Die jong zijn zullen nauwelijks herkennen
het vuur, dat door de schaamte feller aangeblazen,
de oude vrouw, verdwaasd door liefde
het water zoeken doet.
Oude Ophelia, distels in de dorre handen,
de sintelstem die nog te zingen waant.
Maar ’t water is hetzelfde en het oud geboomt
heeft groene blaadjes en het ijle lied
stottert dezelfde woorden. Mooi is het niet.
Maar ’t vuur, dat deze oude fakkel heeft gewijd,
stoort zich aan schoonheid, waardigheid, noch tijd.
.
Ongehoord! Dichterspodium in December
Joz, Gijs, Lisa, Peter en Els
Het laatste Ongehoord! podium van 2016 is op zondag 11 december. We verwelkomen op ons podium dichters Peter W.J. Brouwer, Joz Knoop, Lisa Heinsohn, Els de Groen en Gijs ter Haar. Muziek is er van singer-songwriter Lucia Hakbijl. Proza schrijfster Marjolijn Markus vertelt over haar in januari te verschijnen boek ‘Ik leef in een wereld die ik niet ken’. Uiteraard is er een Open Podium waar je je als dichter voor kunt opgeven (vooraf via Facebook of ter plekke).
Het podium in de bibliotheek van Rotterdam aan de Hoogstraat (naast station Blaak en de Markthal) zal dit keer eenmalig weer een keer zijn op de oude locatie op de eerste verdieping in de Erasmuszaal (voorheen de Glazen Zaal). Toegang is als altijd gratis evenals de koffie en de thee.
.
Gijs
Joz
Peter
Marjolijn
Els
Lisa
Laatste Ongehoord! podium van 2014
Met een bijzondere line up
.
Op zondag 14 december zal in de centrale bibliotheek van Rotterdam het laatste podium van Ongehoord! te bezoeken zijn met dit keer wel een bijzondere line up van dichters. Zo komen de Vlaamse dichters Willy Spillebeen en Hervé Deleu vanuit Menen naar Rotterdam om daar hun poëzie te brengen. Willy Spillebeen (1932) is in Nederland vooral bekend van zijn monografieën en essays over de dichters Nijhoff, Leopold en Gerhard. Hij won in België en Nederland tal van literaire prijzen. Willy Spillebeens oeuvre bezit een opvallende eenheid qua thematiek en levensbeschouwing. De sleutelbegrippen tot de gedichten keren terug in de romans en verhalen. De vaak sterk symbolisch geladen beelden uit zijn poëzie zijn ook terug te vinden in zijn proza en worden daar aangevuld met een naturalistische natuurbeschouwing. Schrijven is de zingeving van zijn bestaan. Willy schrijft nog altijd en zal zijn laatste poëzie brengen.
Hervé Deleu kreeg bekendheid in Nederland (en België) na het winnen van de eerste Ongehoord! Poëziewedstrijd in 2012. Hierna verscheen in zijn woonplaats Menen de bundel ‘De geur van de maan’ uitgegeven door Marcel Vaandrager en pas geleden zijn verhalenbundel ‘De Blonde Engel’.
Naast deze twee heren uit Vlaanderen staan Rinske Kegel, schrijfster, dichter, stemactrice en illustratrice. In 2012 en 2013 was ze eens per maand Dichter bij de Dag bij het Actualiteitenprogramma ‘Dit Is De Dag’ op Radio 1. Meer over Rinske op: http://rinskekegel.blogspot.nl/
Ook op het podium Miguel Santos. Miguel Santos is schrijver, dichter en levensgenieter. Hij woont, schrijft, blogt en werkt in Rotterdam. In vriendenkringen wordt hij vaker ‘dichter’ dan ‘schrijver’ en is een dichtbundel in de maak. Met zijn poëzievoordrachten stond hij op het Rotterdamse kunstplatform Speyksessies, Vuurverhalen en Firma ZINtuig. Daarnaast organiseert hij het poëziepodium Het Nieuwe Dicht en mede de Poetry Slam Rotterdam. Hij is één van de 9 dichters die de bundel ‘Wij dragen Rotterdam’ tot een succes maakte.
En tot slot komt een oude bekende terug op het Ongehoord! podium: Daniel Vis, een jong dichttalent dat opvalt door zijn rauwe toon en succes op het podium. Anno nu kan Vis zichzelf Nederlands Kampioen Poetryslam 2014 noemen. Zijn debuut,’Crowdsurfen op laag water’, verscheen in april van dit jaar bij uitgeverij Prometheus.
Voor de muziek tekent Bryony Burns. Dichteres en muzikante Bryony verzorgd tekst en muziek deze middag.
Het podium heeft plaats in de centrale bibliotheek van Rotterdam (Hoogstraat) op de eerste verdieping in de Glazen Zaal, is gratis toegankelijk, gratis thee en koffie en begint om 14.00 uur. Inloop vanaf 13.30 uur.





















