Site-archief

Dichter draagt voor

Avond

.

In zijn periode als Dichter des Vaderlands maakt Ramsey Nasr (1974) een persoonlijke selectie van eenentwintig hoogtepunten uit de Nederlandstalige literatuur. De periode waarin hij zocht was tussen de 14e eeuw (het Egidiuslied) tot nu. Van deze selectie is in 2013 een bundel verschenen met daarin de gedichten met bij elk gedicht een QR code. Helaas werken de QR codes niet meer, wanneer ik er een scan dan krijg ik de melding ‘This campaign has been archived’ maar niet getreurd want de website waar alle gedichten met de bijbehorende filmpjes te zien en te beluisteren zijn doet het nog. Samen met Shariff Nasr, zijn broer maakte hij de filmpjes op Dichter draagt voor.

Uit de bundel koos ik het gedicht van Willem Kloos (1859-1938) getiteld ‘Avond’. Het gedicht is genomen uit de bundel ‘Verzen, definitieve tekst’ uit 1984. Neem vooral een kijkje op de website Dichter draagt voor want de gedichten voorgedragen door Ramsey Nasr en de bijbehorende bijzondere filmpjes zijn zeer de moeite waard.

.

Avond

.

Nauw zichtbaar wiegen op een lichten zucht
De witte bloesems in de scheemring — ziet,
Hoe langs mijn venster nog, met ras gerucht,
Een enkele, al te late vogel vliedt.

.

En ver, daar ginds, die zachtgekleurde lucht
Als perlemoer, waar ied’re tint vervliet
In teêrheid … Rust — o, wondervreemd genucht!
Want alles is bij dag zóó innig niet.

.

Alle geluid, dat nog van verre sprak,
Verstierf — de wind, de wolken, alles gaat
Al zacht en zachter — álles wordt zoo stil…

.

En ik weet niet, hoe thans dit hart, zoo zwak,
Dat al zóó moê is, altijd luider slaat,
Altijd maar luider, en niet rusten wil.

 

Sidzjo

Koreaanse poëzie

.

Iedere poëzieliefhebber kent de Japanse Haiku, bestaande uit drie regels van respectievelijk 5, 7 en 5 lettergrepen. Maar wie weet dat dat de Haiku afgeleid is van de Koreaanse Sidzjo? De Sidzjo mocht zich gedurende 500 jaar tijdens de Yi-dynastie (1392-1910) over een ongekende populariteit verheugen. De Sidzjo werden meestal gezongen en hun meest oorspronkelijke vorm drukken zij vooral de loyaliteit met de heerser en de ethische waarden van het Confusianisme uit. Later toen deze vorm steeds populairder werd gaan de Sidzjo ook steeds meer over de liefde, de natuur over het leven en over het genot van de drank.

De sidzjo bevat gemiddeld 45 lettergrepen waarvan de eerste twee regels bijna altijd een stelling of vaststelling zijn. In de derde regel volgt dan de conlcusie. Een voorbeeld van een Sidzjo van Chung Cheol (1536-1593) luidt:

.

Aan de wegrand staan twee stenen Boeddha’s naakt en uitgehongerd

gegeseld door regen en wind vorst en sneeuw

En toch benijd ik ze, want de scheiding zoals bij mensen is hen vreemd

.

Dit en nog veel meer staat te lezen in ‘Herfstheuvels’ moderne Koreaanse poëzie in Point, jaargang 8, nummer 37 uit 1996. Ik schreef al eerder over een nummer uit deze reeks. De keuze van de Koreaanse gedichten en de herdichting is in het geval van dit nummer gedaan door Germain Droogenbroodt. Ik koos voor een gedicht van Yu Chi-hwan (1908-1967). Chi-hwang was een vooraanstaand Koreaans dichter die vele bundels uitgaf en die in 1957 de Vereniging van Koreaanse dichters oprichte (de oudste poëzieorganisatie in Zuid-Korea). Vandaag de dag heeft deze vereniging zo’n 1500 leden.

Uit de bundel koos ik voor het gedicht ‘Vaandel’, geen Sidzjo maar wel een voorbeeld van ‘moderne’ Koreaanse poëzie.

.

Vaandel

Dat stemloos geroep,

die zakdoek van eindeloos verlangen

die naar de blauwe occeaan toe wuift.

.

Zuivere, toegewijde ziel, golvend in de wind

op een standaard die haar pure,

rechtlijnige gedachte weergeeft

en haar melancholie uitstrekt,

zoals een reiger zijn vleugels.

.

Ach, wie is het geweest

die daar voor het eerst heeft opgehangen

dat droeve, woelige gemoed?

.

National Justice Museum

Leanne Moden

.

Het leuke van een dagelijks blog schrijven over poëzie is dat je (ik) eigenlijk altijd ‘aan’ sta als het poëzie betreft. Of ik nu op straat ergens een gedicht in de openbare ruimte tegenkom, in een artikel of interview iets lees over poëzie, in een stapel afgedankte boeken een dichtbundel ontdek of ergens in een buitenland ben en daar op poëzie of een gedicht stuit, ik zal er altijd iets mee doen.

Ik schrijf dit omdat ik, bij het zoeken naar een dichtbundel in mijn boekenkast, een A4 papier tegenkom met daarop een gedicht en een afzender (wie dit papier heeft vervaardigd). Het leuke is dat ik niet meteen wist hoe ik hieraan kom. De afzender is het National Justice Museum. Daar moest ik even op zoeken, dat het in Engeland is, dat is duidelijk, en ik weet wanneer ik in Engeland was maar waar dit museum zich nu precies bevond was nog even een verrassing. Het blijkt in Nottingham te zijn waar ik inderdaad een paar jaar gelden was. Toen ik de foto’s zag wist ik ook weer precies waar het was. Het National Justice Museum is zeer de moeite waard.

Het museum is gehuisvest in een voormalig Victoriaanse rechtszaal, gevangenis en politiebureau en is daarom een ​​historische plek waar een persoon kon worden gearresteerd, berecht, veroordeeld en geëxecuteerd. De rechtszalen dateren uit de 14e eeuw en de gevangenis uit ten minste 1449. Op de muren van de binnenplaats zijn de inscripties van de gevangenen en de daar ter dood veroordeelden (die daar ook geëxecuteerd werden) te lezen.

Tegenwoordig is deze rechtszaal, gevangenis en politiebureau dus een museum en in de lobby van het museum vond ik deze A4 met daarop het gedicht ‘Hope’ van Poet in Residence Leanne Moden.

Leanne Moden is een dichter, performer en slampoet gevestigd in Nottingham. Ze trad op tijdens evenementen in het VK en Europa, waaronder recente sets op WOMAD Festival, en het TEDx WOMEN-evenement aan de UCL in 2016. Ze was halve finalist bij de BBC Edinburgh Fringe Slam in 2019. Ze werkt momenteel aan haar eerste volledige theatershow, Skip, Skip, Skip, die over identiteit gaat, muziek en verbondenheid.Haar tweede gedichtenbundel, ‘Get Over Yourself’, werd in 2020 gepubliceerd.

Het gedicht ‘Hope’ is geïnspireerd op Oscar Wilde’s gedicht ‘The Ballad of Reading Gaol’. Dit gedicht van Wilde, schreef hij in ballingschap in Berneval-le-Grand (Frankrijk) , nadat hij uit de gevangenis in Reading Gaol was vrijgelaten op 19 mei 1897. Wilde had opgesloten gezeten in Reading Gaol, na te zijn veroordeeld
voor ‘grove onfatsoenlijkheid met andere mannen’ in 1895 en veroordeeld tot twee jaar dwangarbeid in de gevangenis.

.

Hope

.

Hope is a patch of sky

reflected through shatterproof

glass.

.

Time sunk into wet concrete,

and countless locks –

clicked closed –

between then and now.

.

Worlds shrink to the size of cell.

Days measured in

sun-across-sky shadows

thrown against brick walls;

.

radio programmes,

visiting hours,

the smell of other men.

.

Time shifts,

slips through silent hours

like moonlight

through barbed wire…

.

until it’s time to start again

renew, reflect,

embrace the day.

.

It is easy to ruminate on emptiness

in these crowded places

.

when iron bars

creak cold lullabies

and bleach-stink stings

like thoughts of home.

.

Remember, no matter

how long it takes

there is still a spark of hope:

a patch of sky reflected

through shatterproof glass;

.

The scent of fresh air;

a distant open door.

.

Dichter draagt voor

Ramsey Nasr

.

In 2013 maakte de toenmalige Dichter des Vaderlands Ramsey Nasr (1974) een persoonlijke selectie van 21 poëtische hoogtepunten uit de Nederlandstalige literatuur. Zijn keuze bestond uit gedichten uit de 14e eeuw tot en met de 20ste eeuw en alle eeuwen die daar tussen liggen. Van Bilderdijk tot Beets, van Hooft tot Kloos en van Bredero tot Claus. Het bijzondere echter aan dit project was dat hij bij elk gedicht in de bundel ‘Dichter draagt voor’ een QR code heeft af laten drukken die doorlinkt naar, speciaal voor dit project gemaakte poëzieclips, onder regie van Shariff Nasr, de broer van Ramsey.

Hieronder staat een gedicht uit deze bundel van Albert Verwey (1865 – 1937) getiteld ‘Baders hartewens’. Als je de QR code scande werd je automatisch doorgeklikt naar de clip die bij dit gedicht hoorde. Helaas werkt dit niet meer. Gelukkig staan de clips op YouTube en kun je ze allemaal terug zien onder ‘Dichter draagt voor’. De clip kun je hier bekijken: https://www.youtube.com/watch?v=8i5SE9Bsjkw

.

Baders hartewens

.

Dwars door de tuinen

Van roos en ranken

Zich ’t p[ad te banen,

Dan door de lanen

Van zand en dennen

Vluchtig te rennen

Tot waar de kruinen

Van hoge duinen

In ’t blauwe banken,

En zo te naadren

Met zwellende aadren

In laatste loop

De harde golven.

En, overdolven,

Hun koele doop.

.

 

Fatras

Versvorm

.

Er zijn zoveel verschillende versvormen, ik schreef er al vaak over, en nu kwam ik de Fatrasie of Fatras tegen. De Fatrasie en de daaruit ontstane vorm Fatras, stamt uit de 13e eeuw uit Frankrijk. Maar in tegenstelling tot wat je zou verwachten is deze versvorm opmerkelijk actueel te gebruiken.

Het onderwerp van de fatrasie moet onmogelijk of ondenkbaar zijn. Of anders gezegd: hoe gekker hoe beter. Doel van het gedicht is de lachlust op te wekken, te verwonderen of de lezer in verwarring te brengen. Daarnaast genieten woorden als poep, pies, kut en  lul een duidelijke voorkeur.

De Fatrasie bestaat uit elf versregels volgens het rijmschema AABAAB BABAB. De eerste zes versregels bestaan uit vijf lettergrepen, de laatste vijf uit zeven lettergrepen. De eerste keer dat de vorm gesignaleerd werd, was in de “Fatrasies d’Arras” (vandaar de naam), een uit 55 gedichten bestaand manuscript uit de 13e eeuw.

In de 14e eeuw werd het genre verder ontwikkeld en ontstond de Fatras. De eerste gebruiker van deze doorontwikkelde versvorm was Watriquet Brassenel de Couvin (omstreeks 1325). De Fatras heeft het rijmschema ABAABAABBABAB en telt dus 13 regels. Voorts valt de vorm op doordat deze wat van een rondeel heeft.

Hoewel beide vormen zijn gebaseerd op een zekere lompheid is de Fatras iets verfijnder. Een mooi voorbeeld van een Fatras komt van Frits Criens, die de Fatras en de Fatrasie een nieuw leven gaf in deze tijd.

.

Verklaring
.
We hadden onze zaken snel beklonken
Niet denkend aan mijn plicht tot celibaat
We hadden onze zaken snel beklonken
Dus ligt ze kwijlend onder me te ronken
Onwetend van haar aandeel in de daad
Door liefdespijn was ik al diep gezonken
En zij stond op een hoek naar me te lonken
Een asfaltdistel, onkruid van de straat
Ze leek op jou die mij wreed heeft versmaad
Terwijl ik je mijn jawoord had geschonken
Maar die als maagd nu naar het klooster gaat
Dus lig ik met je lookalike te bonken
Niet denkend aan mijn plicht tot celibaat

.