Site-archief
Ja
K. Schippers
.
Vandaag is het weer eens tijd voor een liefdesgedicht. Dit keer het gedicht ‘Ja’ van K. Schippers (1936-2021) uit zijn bundel ‘Een leeuwerik boven een weiland’ uit 1980.
.
Ja
.
Ik heb je lief zoals je soms
gelijk een gouden zomerdag bent
nee nee nee
ik heb je lief zoals je bent
nee nee
ik heb je lief zoals
nee
ik heb je lief
.
Ik houd van mensen omdat
Simon Vinkenoog
.
Het is alweer 15 jaar geleden dat schrijver, dichter en voordrachtskunstenaar Simon Vinkenoog (1928-2009) overleed. In 2010 verscheen de bundel ‘Ja!’ bloemlezing met de laatste 19 gedichten. Deze laatste 19 gedichten schreef Vinkenoog in 2008 en 2009 en verschenen nooit in een losse bundel en werden in deze bloemlezing opgenomen in het hoofdstuk ‘Laatste gedichten 2008-2009’.
Omdat het tweede Kerstdag is wil ik heel graag het gedicht ‘Ik houd van mensen omdat’ hier delen. In dit gedicht toont Vinkenoog zich de grote vrijheidslievende geest die van mensen hield. In een tijd van polarisatie, waarin mensen zich meer en meer tegen andere mensen afzetten om wat men denkt, hoe men eruit ziet of waar men vandaag komt is een boodschap van openheid, nieuwsgierigheid en menslievendheid wel op zijn plaats. Daarom hoop ik op beter tijden. Poëzie kan u redden, ook vandaag.
.
Ik houd van mensen omdat
.
Ik houd van mensen omdat
ik van tevoren niet weet
wat ik van ze verwacht
.
Zijn ze hard zijn zij zacht
geslepen gespannen eenzelvig
of anderszins verdacht
gemaskerd of vermomd
.
Ik houd van mensen
tot wie ik ronduit
het woord kan richten
.
Niets vanzelfsprekender
dan het verlichten
van inzichten –
.
niet te openbaren
tevoorschijn te halen
naar boven te toveren…
.
Simon Vinkenoog
Over Hans Lodeizen
.
In de categorie Dichters over dichters, vandaag een gedicht dat schrijver, dichter en voordrachtskunstenaar Simon Vinkenoog (1928-2009) schreef over een andere dichter namelijk Hans Lodeizen (1924-1950).
Simon Vinkenoog schreef in zijn eenmanstijdschrift ‘Blurb (1950-1951) in de zesde aflevering uit 1951: “Voor vele jongeren, Mijne Heren, en luistert goed, want dit kan u wellicht een critische dienst bewijzen, is Lodeizen – die kort na het verschijnen van zijn bundel overleed. Niet aan het verschijnen echter – de voorlichter (of hoe gij dat noemt) van deze generatie: als wij tien uwer moesten slachten, ophangen of wurgen om hém terug te krijgen: geloof niet dat wij een ogenblik zouden aarzelen.” Een nogal pittige uitspraak aan de geadresseerden en dat waren in dit geval een aantal gevestigde ‘heren’ in het toenmalige Nederlandse literaire leven dat zich, naar de mening van Vinkenoog, in een enquête van Elseviers Weekblad (25 november 1950) met volkomen onbegrip had uitgelaten over (het ontbreken van) vernieuwingstendenties in de Nederlandse poëzie van dat moment.
Één van de aangesproken kandidaten om geslacht, gehangen dan wel gewurgd te worden (de uitgever A.A.M. Stols) belde Vinkenoog direct en gretig voor een afspraak wat nog dat jaar resulteerde in de door Stols uitgegeven bloemlezing ‘Atonaal’, waarin Vinkenoog in zoverre Lodeizen ‘terug kreeg’ dat deze te midden van andere ‘jongeren’ met vijf pagina’s nagelaten poëzie mocht bijdragen aan deze eerste manifestatie in bloemlezing – vorm van de beweging der Vijfigers.
Het gedicht ‘Hans Lodeizen’ werd gepubliceerd in 1957 bij diezelfde uitgeverij A.A. Schols, in de bundel ‘Onder (eigen) dak’ van Vinkenoog. Later werd dit gedicht ook nog opgenomen in de bloemlezing ‘Ja’!’ die een jaar na de dood van Simon Vinkenoog verscheen waaronder ook 19 nog ongepubliceerde gedichten.
.
Hans Lodeizen
.
Ze hebben je nu in de schouders gebeten
en een dichter van je gemakt
Je eigennaam staat in hun boeken
naast de hunnen en de onzen.
.
Je bent ontweken en vergeten,
niet meer varend in het schip
der liefde, met de vrienden
van vlees en tanden in het bloed.
.
Je naam staat in hun boeken en kranten,
je bent geen minnaar meer
en waar je woont is het alle dagen zondag:
niet de Zondag van stervelingen
als jij en ik en niet die van kerkgangers,
leven, liefde, pijnloze dagen.
.
In het graf waar je ligt met de open wonde,
in het vlees dat rot met een glimlach
vieren de letters het feest van de aarde
en bovengronds je naam in hun boeken
en je fotoos lachen in hun kranten
met de onze vaders en de weest gegroeten.
.
Bloot
Dubbel-gedicht Vinkenoog en Krol
.
Deze keer een Dubbel-gedicht over de naakte mens of de blote mens. Twee gedichten van twee heel verschillende dichters; Simon Vinkenoog (1928 – 2009) en Gerrit Krol (1934 – 2013). In ‘Ja!’ een bloemlezing met de laatste 19 gedichten van Simon Vinkenoog uit 2010 staat het gedicht ‘Bloot’ zoals alleen Vinkenoog over bloot kon dichten. In de bundel ‘Over het uittrekken van een broek’, uit 1970 staat het intrigerende gedicht ‘Over het nut van borsten voor een vrouw en het gebruik van haar achterwerk’. Twee gedichten over het blote lichaam.
.
Bloot
.
O naakte praal in de overgave
tussen eenzaam geboren worden
en samen het bloot willen delen
.
Tussen fluks getweeën uit de kleren
en voor het eerst weer uit de schede
om altijd opnieuw te willen betreden
het tweedelig pad naar het smelten
.
Jouw blote gevoelens en mijn blote begeren
jouw blote lijnen en mijn blote verlangen
.
om altijd aan te blijven hangen:
die blote blik in je blote ogen
en die ene verrukking
bij de aanraking
het neervlijen en het blote strelen
.
mijn blote handen reikend
naar niets dan vervulling en vrede
.
Onze blote huid waaronder
de geaderde geheimen
en die raadselachtige rode bloedsomloop
dat levend festijn
waar je altijd bij wilt zijn
.
O schoot zo groot
de diepte waarin ik stoot
is meer dan levensgroot
.
O kloot o dood
o krullende rede
eeuwig vaarwater
voor mijn briesende bede
.
Over het nut van borsten voor een vrouw en het gebruik van haar achterste
Goblin
Merlijn Huntjens
.
In 2013 stond hij op een podium van Ongehoord! in Maassluis en sindsdien volg ik hem, tegenwoordig is hij stadsdichter van Heerlen, en consulent Literatuur bij het Huis van de kunsten in Limburg. Ik heb slechts zijn kleine bundel ‘Ja, blokfluit’ in huis maar telkens als ik hierin lees word ik vrolijk.
De bijzondere, iet wat bevreemdende gedichten toveren altijd een glimlach op mijn gezicht. Toch eens informeren bij hem of er al nieuw werk van hem is, ik las ergens dat hij twee bundels heeft gepubliceerd maar ben er nog niet achter hoe de andere is getiteld.
Merlijn Huntjens (1991) heeft samen met theatraal performer Nina Willems (1986) PANDA (“Poetry And New Dramatic Arts”) opgericht. Dit is een multidisciplinair kunstenaarscollectief dat op eigen initiatief of in opdracht projecten bedenkt en uitvoert. Daarnaast heeft Merlijn aan verschillende Poetry Slams meegedaan.
Uit ‘Ja, blokfluit’ het gedicht ‘Track #5: Goblin’.
.
Track #5: Goblin
.
Al lig je zo goed,
de kleine staat er.
Hij lacht,
hij pakt je bij je slurf,
ademt in je mond, in je neus,
hij liegt.
.
De lichten, lampen, het kunstmatige helder;
ze zijn niet prettig noch fijn noch lekker geil.
achter elk sterrenlicht, achter elke prettige maan,
schuilt een fuckertje, een demon, een goblin,
van het zwart.
.
Guide to change
Judith Herzberg
.
Van de NBD Biblion (de organisatie die onder andere ervoor zorgt dat bibliotheekboeken van een harde kaft worden voorzien) kreeg ik deze week een lijvig boekwerk met de titel ‘Guide to change’ . In eerste instantie kon ik weinig wijs uit het meer dan 200 pagina’s tellende boekwerk en heel eerlijk, ik ben er nog steeds niet helemaal achter wat nu precies de bedoeling van dit pak papier is.
Voorin wordt een tipje van de sluier opgelicht: ‘Deze gids beschrijft de reis van verwarring via verbinding, naar vernieuwing.’ Wel, die verwarring klopt. Verder staat er nog: ‘Deze gids leidt u langs managementfilosofen, interviews, diy-vragen kunst en poëzie naar nieuwe inspiratie, inzichten en wijsheden’.
Dus ook poëzie. Ik ben op zoek gegaan en inderdaad er staat ook poëzie in dit boekwerk. Daarom deze post want een gedicht van Judith Herzberg deel ik graag.
.
Ja
.
Hij loopt met iets zwaars voor haar uit.
Zij blijft staan.Zij roept, van de straat, hem iets na,
hij, terwijl hij een huis binnen gaat,
een kort ‘ja’.
.
Niet van jaha van moeders die zich vervelen
niet het ja van oja goed want bijna vergeten
niet het ja van wees maar gerust
niet een ja als een knal
niet een ja uit twee delen
zo’n ja waar een nee onder schuilt
niet een ja van: ik ben zo terug
niet een ja van: hou me niet tegen.
.
Niet een ja half als vraag;
dat zien we nog wel
een misschien, een vermoeden-
.
Maar een dag-in-dag-uit ja
een ja ten overvloede.
.
Meisjes tegen de jongens
Merlijn Huntjens
.
Tijdens het Ongehoord! podium van afgelopen zondag kocht ik het bundeltje ‘Ja, blokfluit’ van Merlijn Huntjens. Dit kleine maar bijzonder aardige bundeltje met 10 tracks en 1 bonustrack is zeer de moeite waard van het lezen en aankopen.
In een soms merkwaardige stijl neemt Merlijn je mee in zijn gedachtenwereld.
Hieronder een mooi voorbeeld.
.
Meisjes tegen de jongens (Track#7)
.
Slijp je zwaarden en kijk goed om de hoek,
het is ongelofelijk maar een feit is geboren
.
Heden ten dage ontstaat het ultieme duel: de
meisjes tegen de jongens
.
Maanden gestreden en weken geknokt.
Bloed ontbrak maar kwijl was overal.
.
Het was de meisjes tegen de jongens.
Geen kant won, maar geluidshinder was alom.
.
.











