Site-archief

Barkruk

Dag vijf

.

Vandaag als vakantiegedicht iets uit MUGzine. Ik schreef al eerder dat ik in opmaat naar een nieuw nummer van MUGzine (#28 verschijnt medio augustus) gedichten zal delen uit oudere nummers. Uit MUGzine #3 uit 2020 daarom het gedicht ‘Barkruk’ van de Vlaamse dichter Lies Jo Vandenhende (1988).

.

Barkruk

.

Ik kwam hier vandaag om mezelf te vinden

en achter te laten

in de constellatie die mensen vormen

met hun verdriet en de stad

die voor ze zichzelf kent

weer een ander is

waar gevels gezichten met beugels

we alles recht willen zetten

.

nooit is er iemand die zucht

dat ze niet meer te redden vallen

dat we onze façades zandstralen en doen alsof

de brandtrap een veilige uitweg

maar zelfs dan moet je durven springen

meestal zit er een meter tussen ons en de dingen

.

of ik tel het aantal nooduitgangen

of ik ga er met mijn rug heen zitten

.

 

Poëzie in de ruimte

Ada Limón

.

De maan is misschien wel het onderwerp geweest van evenveel gedichten als er sterren aan de hemel zijn. Maar zijn koude neef, Europa – een van de grootste van de vele manen die rond Jupiter cirkelen, het zijn er maar liefst 95 – krijgt in literaire kringen iets minder aandacht.

Tot nu. Op verzoek van NASA heeft de Amerikaanse dichter Ada Limón (1976) een gedicht van 21 regels geschreven, ‘In Praise of Mystery: A Poem for Europa’,  dat helemaal naar zijn interplanetaire muze zal reizen. De Space Administration zal het gedicht mee laten reizen op de Europa Clipper , een onbemand ruimtevaartuig dat in de herfst van 2024 in de baan van Jupiter zal worden gelanceerd om wetenschappelijke observaties uit te voeren. Leuk weetje: iedereen heeft ook de mogelijkheid om een naam toe te voegen aan de ‘boodschap in een fles’ op de website van NASA, die samen met het gedicht van Limón in het ruimtevaartuig zal worden geëtst.

De Clipper zal een afstand van 3,5 miljard kilometer afleggen en in 2030 op zijn bestemming aankomen. Wetenschappers geloven dat zich onder het ijskoude oppervlak van Europa water bevindt, en mogelijk de omstandigheden om leven mogelijk te maken. Limón zinspeelt hierop in haar vrije vers en schrijft: “En het is niet de duisternis die ons verenigt, niet de koude afstand van de ruimte, maar het offer van water, elke druppel regen.”

Ada Limón werd in 2022 door de Librarian of Congress uitgeroepen tot de 24e Poet Laureate van de Verenigde Staten . Dit maakte haar de eerste Latina die Poet Laureate (zeg maar dichter des vaderlands) van de Verenigde Staten werd. Limón debuteerde in 2005 met de bundel ‘Lucky Wreck’  welke door Jean Valentine (Poet Laureate van 2008-2010) gekozen als winnaar van de Autumn House Poetry Prize in 2005, terwijl haar tweede bundel ‘This Big Fake World’ , de winnaar werd van de Pearl Poetry Prize in 2006.

.

In Praise of Mystery: A Poem for Europa

.

Arching under the night sky inky

with black expansiveness, we point

to the planets we know, we

.

pin quick wishes on stars. From earth,

we read the sky as if it is an unerring book

of the universe, expert and evident.

.

Still, there are mysteries below our sky:

the whale song, the songbird singing

its call in the bough of a wind-shaken tree.

.

We are creatures of constant awe,

curious at beauty, at leaf and blossom,

at grief and pleasure, sun and shadow.

.

And it is not darkness that unites us,

not the cold distance of space, but

the offering of water, each drop of rain,
.

each rivulet, each pulse, each vein.

O second moon, we, too, are made

of water, of vast and beckoning seas.
.

We, too, are made of wonders, of great

and ordinary loves, of small invisible worlds,

of a need to call out through the dark.

.

 

Literaire tijdschriften

Van Awater tot De Zingende Zaag

.

Een tijdje geleden las ik een masterscriptie over literaire tijdschriften door V.J. Drost uit 2008 met als titel ‘De functie van het literaire tijdschrift in de literaire wereld’ en als ondertitel ‘Onderzoek naar de functie van 10 gesubsidieerde Nederlandstalige literaire tijdschriften in de periode van 2002 tot en met 2007 voor de Nederlandse literaire uitgeverijen.

Een van de conclusies die ik trok na het doorgelezen te hebben was dat de nadruk bij deze 10 gesubsidieerde grote bladen ligt op proza en dat men, wanneer men poëzie plaats, er een grote voorkeur is voor bepaalde dichters per tijdschrift. Zo verscheen van Drs. P. 23 maal poëzie in De Tweede Ronde maar in geen enkel ander van de 10 tijdschriften.  Piet Gerbrandy kwam in 5 tijdschriften een paar keer voor maar wel 10 maal in Hollands Maandblad. Hetzelfde geldt voor Ingmar Heytze al werd hij ook 5 maal opgenomen in Passionate en Leo Vroman met maar liefst 15 plaatsingen in Hollands Maandblad.

Een andere voorzichtige conclusie die ik hieruit trek is dat literaire tijdschriften duidelijk hun favoriete dichters kennen en deze zijn, vrijwel altijd bekend of gearriveerd. Gelukkig zijn er momenteel volgens Wikipedia maar liefst 34 literaire tijdschriften van Awater tot de Zingende Zaag, nog altijd actief. Feitelijk zijn het er meer want MUGzine staat (nog) niet in deze lijst. Slechts een aantal van deze tijdschriften (op papier en digitaal) afficheert zichzelf als poëzietijdschrift.

Een groot deel van deze poëzietijdschriften heeft (gelukkig ook) aandacht voor jonge, wat mider bekende en talentvolle nieuwe dichters. Awater is een goed voorbeeld maar ook MUGzine durf ik hier wel te noemen. Het aardige ook is dat er wat deze tijdschriften betreft geen grens bestaat tussen Nederland en Blegië (Vlaanderen). Voor de allround breed georiënteerde poëzieliefhebber is er dan ook genoeg te kiezen.

En omdat er altijd wat te kiezen is wil ik dit stuk besluiten met een gedicht  van een nieuwe dichter die afgelopen jaar in MUGzine stond (in #3) Marie-Anne Hermans met het gedicht ‘Tot stilstand’.

.

Tot stilstand

.

Zittend op een boomstam wrikken we

onszelf los. Deze omgevallen liefde

is niet helemaal naar wens gegaan.

.

Een verdwaalde padvinder op badslippers

flipflopt voorbij, de zorgen op zijn rug.

.

Binnenin mij waait en wiekt

de vlinderjacht nog onbestendig.

.

Als we op een boomstam zitten,

zijn we prettig in de omgang.

.

Dat frambozen zoeter smaken in de herfst

wil ook niemand geloven.

.

O kus mij, omarm mij

Hans Lodeizen

.

Gelukkig lijkt het erop dat er vanaf deze week weer wat meer mogelijk is als het gaat om ontmoeting en intermenselijk verkeer. Om iedereen een hart onder de riem te steken dacht ik maar weer eens een liefdesgedicht te plaatsen. Dit keer van Hans Lodeizen (1924 – 1950), de op jonge leeftijd overleden dichter die niet meer achterliet dan één bundel en een aantal nagelaten gedichten. Hoewel Lodeizen geldt als een van de Vijftigers schreef Peter Berger over Lodeizen en zijn poëzie in het boek ”t Is vol van schatten hier’ uit 1986:

“Weliswaar vertoont Lodeizen een zekere verwantschap met deze naoorlogse dichters (de Vijftigers), maar bij lezing van zijn werk valt het eigen, persoonlijke karakter op. ‘De gedichten van Hans Lodeizen, met hun sfeer van jong-zijn en kleurige feestelijkheden, lijken in hun luchtige elegantie een beetje boven de wereld te zweven. Ze zijn licht en onaards, maar toch zeer autobiografisch.”

Uit de bundel ‘Het innerlijk behang en andere gedichten’, samengesteld door J.C. Bloem, Jan Greshoff en Adriaan Morriën en gepubliceerd 6 jaar na zijn dood (1956) staat het gedicht ‘3’ waarin de beginzin voor veel mensen momenteel heel na aan het hart zal liggen.

.

3

.

o kus mij, o omarm mij

ik heb lang in de regen gestaan

ik heb lang op de bus gewacht

ik heb geen taxi kunnen krijgen

ik heb lang wakker gelegen

ik heb ontzettend gedroomd

ik heb niets gegeten

ik heb gestolen

.

o kus mij, o omarm mij

ik ben de witte slanke jongen

ik ben degene die droomde

ik ben de schim in de regen

ik ben de danser, de dirigent

ik ben de man bij het avondrood

ik ben het lichaam

ik ben de enige

.

MUG #3

Nieuw nummer

.

Vanaf vandaag is de nieuwe editie van het leukste en kleinste poëziemagazine van Nederland en België verkrijgbaar en te lezen via http://mugzines.nl. Dit keer met bijdragen van dichters Lies Jo Vandenhende, Serge van Duijnhoven, Joz Knoop, Marie-Anne Hermans en Wouter van Heiningen en afbeeldingen van grafisch kunstenaar Marjoke Schulten.

Gratis te lezen op de website en verkrijgbaar op papier via de email.

Altijd een papieren MUG zine ontvangen?
Van verschillende kanten krijgen we de vraag of de papieren MUGzine niet altijd toegestuurd kan worden. Vanaf nu kan dat door donateur te worden. Wanneer je donateur wordt (met een minimum van € 20,- per jaar) ontvang je van ons per jaar minimaal 5 edities van MUGzine.
Hoe doe je dit? Heel eenvoudig, stuur een mailtje met je naam en adres naar mugazines@yahoo.com en we mailen je alle informatie. Als je nu donateur wordt ontvang je de eerste drie edities meteen al.
Wil je liever een los nummer ontvangen of een los nummer in een cadeau enveloppe  dan kan dat natuurlijk ook. Ook hiervoor stuur je een mail naar mugazines@yahoo.com
.
Als voorproefje hier een gedicht van dichter Serge van Duijnhoven (1970). Serge is schrijver, dichter en historicus. Hij is de oprichter van het tijdschrift ‘MillenniuM’ en de ‘Stichting Kunstgroep Lage Landen’. Daarnaast is hij frontman van het muzikale gezelschap ‘Dichters Dansen Niet’. Uit zijn bundel ‘Vuurproef’ van Dichters dansen niet het gedicht ‘Leonard leidt de dans’. Een lied voor Maria B. die zich eens Marita maar meestal Marieke liet noemen. Dit gedicht is een improvisatie op de tekst ‘Marita / Please find me / I am almost thirty’ die Leonard Cohen begin jaren zestig in een vlaag van wanhoop en stoned van de heroïne op de toiletmuur kalkte van een nachtbar in Montreal.
.
.
Leonard leidt de dans
.
Niet denken dat er geen liefde is
kan bestaan zonder afgunst
er resteert geen afgunst
.
als je dit begreep zou je nu
beginnen te rillen terwijl ik
mijn gedachten in een houdgreep
.
dwing mijn ogen moedwillig
van je afwend en mijn blik fixeer
op het moordwapen dat hier
.
krijgshaftig aan de wand hangt
niet als een eng symbool of
mene teken maar slechts als
.
eerbetoon aan bloederige
veldslagen en antieke deugden
dit alles zonder bijbedoelingen
.
of nijd maar alleen in de hoop
dat mijn indruk van jou zo
op klassieke wijze
.
van buiten naar binnen
kan beginnen met
vervagen
.

Ze legt haar lippen te luister

Dimitri Verhulst

.

Ik werd vanmorgen wakker en ik voelde de behoefte aan schoonheid, aan ware poëzie, aan iets moois dat ik vandaag wilde delen. Staand voor mijn boekenkast kwam ik uit bij de bundel van Dimitri Verhulst ‘Stoppen met roken in 87 gedichten’ met daarin uit het hoofdstuk ‘De dochters worden wakker’ het gedicht 3.

.

3

.

De jacht is open op de dromen.

Ze opent de blinden en verzint

dat ze kan vrijen met het licht.

Zij is tezelfdertijd een vrouw,

tezelfdertijd een man,

en zij bemint zichzelf in evenwicht.

Ze legt haar lippen te luister

aan het vuile woord dat ze graag fluistert

wanneer ze koude ruiten likt.

Wat het vel veel beter weet:

de aanraking heeft een hekel

aan de zienden.

Zij sluit haar ogen

en laat zich wild bekruipen

door het onbekende.

Buiten tuchtigt de natuur

de wereld met haar wetten.

Maar in haar valt het licht nu in.

.

Gedichten op vreemde plekken

Deel 67: Het Kaaiengedicht in Antwerpen

.

Meer dan 500 Antwerpenaren spraken hun liefde uit voor de Schelde en haar kaaien. Zij deden dit door regels voor het Kaaiengedicht aan te brengen. Deze woorden inspireerden Stadsdichter Peter Holvoet-Hanssen tot een woordenstroom van ’t Stad. Op de vooravond van een nieuwe toekomst voor de Scheldekaaien werd dit gedicht ‘Welkom Pierewaaiers’ op de waterkeringsmuur geschilderd. Dat 3,2 kilometer lange lint van beton draagt van de Rijnkaai tot de Ledeganckkaai 6 300 tekens van liefde voor deze kaaien. Het Kaaiengedicht verbindt de noord en de zuidkant van de kaaien van Antwerpen.

.

Wie het hele gedicht wil lezen kan natuurlijk naar Antwerpen afreizen, wat ik zeer aanbeveel, maar je kunt ook het boekje Welkom Pierewaaiers kopen met de hele tekst. Of je kijkt hier http://www.onzekaaien.be/downloads/kaaiengedicht/Welkom_Pierewaaiers_Mail.pdf  waar de tekst integraal is weergegeven.

Het gedicht is ook integraal te lezen in de dubbeldichtbundel (met extra’s zoals stadsessay) ‘Antwerpen/Oostende’ (Uitgeverij Promethues, Amsterdam).

.

Nieuw gedicht

Deel 1

uit het drietal prozagedichten dat ik heb geschreven voor mijn voordracht tijdens het lanceerfeest van Strak #3

.

Reasons to be cheerful part one

 .

Second love

 .

De Burger King bij het station

niet heel romantisch maar wel

goed te vinden. Een tafel met

zicht op de deur. Ze heeft

zich opgedoft, zojuist gedoucht

 .

dan stapt hij binnen, jasje,

jeans en een sjaaltje. Dat laatste

doet haar denken aan haar grootvader.

Haar telefoon gaat. Ik draag een

rood jasje en een kokerrok, zegt

 .

ze. Hij ziet haar, loopt op haar

af en zegt: ‘Serge’ terwijl hij haar

drie keer zoent. Wat  wil je drinken?

Thee? Een thee en een Gin-tonic graag!

Hij kijkt haar aan en vraagt: Heb je

ook je anus laten bleken?

STRAK

Fotoverslag

.

Tijdens het lanceerfeest van Strak #3 werd een deel van de middag georganiseerd door de stichting Ongehoord! Een drietal dichters trad namens Ongehoord! op aangevuld met een gastoptreden van Rineke Minderman.

Optredende dichters: Rotterdamse Keet, Upperfloor en Wouter van Heiningen

Hieronder wat foto’s van het Ongehoord! gedeelte.

.