Site-archief
Meisjes van 40
Jolies Heij
.
Dichter en performer Jolies Heij (1964) ken ik al vele jaren. Regelmatig kwam en kom ik haar tegen op podia en andere poëzie-evenementen, zo was ze deelnemend dichter aan de Poëziebustoer van 2019. Jolies studeerde Duitse Taal- en letterkunde in Utrecht en Freiburg im Breisgau in Duitsland. Vanaf 1999 is ze actief als (slam) dichter en sinds 2008 doet ze mee aan diverse slampoetrywedstrijden in Nederland en Duitsland. Ze was winnares van Slam by the Sea, ze deed mee bij Kargadoorslam, U-slam, iPoetry, Slamersfoort, in Delft, Zeist en Vlissingen. Ze won de tweede prijs bij ‘Het woord in de wijk’, een schrijfwedstrijd over de Utrechtse wijk Zuilen.
Ze treed zoals gezegd regelmatig op bij allerlei podia in het land en haar werk werd gepubliceerd bij onder andere Meander, De Contrabas en Pomgedichten. Haar stem klinkt amusant, versneld en bewust articulerend. Ze is serieus en grappig, gebruikt daadkrachtige beelden, schuwt provocaties niet en neemt totaal geen blad voor haar mond. En elke keer als ik haar hoor of zie optreden denk ik: Ik moet eens over Jolies schrijven.
Op 2 juli jongstleden, op de dag van de roos, droegen we beide voor in het Westbroekpark in Den Haag (samen met nog enkele dichters). Opnieuw werd ik gegrepen door haar puntige en ironische poëzie. Ik kocht haar debuutbundel ‘Lolita zei…’ waar ze in 2016 mee ‘debuteerde’ en uit die bundel koos ik het gedicht ‘Meisjes van 40’ waar alles in zit wat me zo inneemt voor Jolies.
.
Meisjes van 40
.
ze raadt korte rokjes aan
ook al staan
haar benen als zuilen
haar spijkerhakkentiktakken
menig gat in de grond
bezaaid met handkussen
.
talloze gulle minnaars
heeft ze achter zich gelaten
.
maar niemand bezat het paspoort
niemand die koning mocht heten
of de bolster strelen
dit territorium ligt braak
nooit door laarzen aangestampt
of door pummels bemest
.
ze doet maar alsof
ze ergens tussen het hangende vel
een onderkomen heeft bewaard
voor koeriers
voor avonturiers
ook rovers
zijn niet te versmaden
.
daarom schikt zij haar lichaam
voordat het verlepte rozen braakt
en kobolds op doorzakpaarden
te gebocheld en afgedankt
.
er schuilt een zekere lijdzaamheid
in dit volharden
.
niemand ziet
hoe zij aaiend het hart
onder de riem draagt
.
meisjes van 40
zijn niks wijzer
hooguit wat aftandser
en zitten beter in hun harnas
.
Blue tits
Phoebe Hesketh
.
Afgelopen zaterdag droeg ik voor tijdens de Dag van de Roos in het Westbroekpark in Den Haag. In dit mooie park vol bomen, struiken, rozen en andere bloemen moest ik denken aan een bundel die ik ooit kreeg van Elisabeth getiteld ‘Poems for gardeners’ samengesteld door Germaine Greer uit 2003. Deze Engelse bundel (hoe kan het ook anders, een dichtbundel over tuinieren), met een collectie gedichten van de antieke oudheid tot de 21ste eeuw staat vol tuingedichten. Over specifieke bloemen en planten, over tuinieren, over bomen en zelfs over gemaaid gras. Maar ook over de dieren in de tuin, zoals de ‘Blue tit’ of Pimpelmees. Het aardige van dit boekje is dan ook nog, speciaal voor de echte natuurliefhebber, dat achterin de bundel informatie staat over het onderwerp van het gedicht. In het geval van de Blue tit over wat de Pimpelmees eet, en waar en wanneer hij nestelt.
De dichter die ‘Blue Tits’ schreef, Phoebe Hesketh (1909-2005) kwam uit Lancashire en was vooral bekend door haar gedichten over de natuur. Zij schreef in haar lange leven 17 dichtbundels.
.
Blue Tits
.
Bobbing on willow branches, blue and yellow
Acrobatic blue tits swing and sway
In careful somersault and neat gyrations
Grub-picking deftly down and bending spray.
.
Now one rebuffs an alien intruder-
Humdrum sparrow, drab among the gold-
Churrs and scolds in azure crested anger,
Scuttles down a twig in blue and bold
Defiance at this urchin gutter-haunter
Till all the blues combine against one grey:
Active whirr and flutter, feathered thunder
Of tiny wings to drive the foe away.
.
Brave blue tit, white-cheeked like a painted toy
Jerking to life from pavement-seller’s string,
Twirls round twigs, his natural trapezes,
Darts to snap a moth upon the wing.
Plumb-as-willow-catkin, primrose-breasted,
This sky-capped morsel magnifies the Spring.
.






