Site-archief
Dag vier
Vakantiegedicht
.
Op dag vier van de vakantiegedichten een gedicht van Fritzi Harmsen van Beek (1927-2009). Het gedicht is getiteld ‘Interpretatie van het uitzicht’ en komt uit haar bundel ‘Geachte muizepoot’ uit 1965.
.
Interpretatie van het uitzicht
.
Verschillende bomen in deze verdoemde tuin
stellen godzijdank nog perk en paal aan
.
een oude man die daar gedurig rond loopt, zonder
hoed, zwart als een krent in grauw gebak van
.
licht en landschap, ja een man van ziekte. Zwak
maar taai en onbeschoft. Hij draait, de afgeleefde
.
kreeft, in kringen om mijn vijvers, der seizoenen dolle
dolle naald deert hem, verstokter, blijkbaar niet.
.
En de verlegen bleke regen al weggebleven is, de doorluchtige
wind, voortvluchtig, in het geheime hout ontweken.
.
En heerst verwildering alom en willekeur haakt
bladerloos aan de ontdane hagen waarlangs aarzelend
.
zijn zachte schunnige verwoesting vaart. En niemand kan
hem keren waar hij zeverend door mijn bezeerde heesters breekt
.
en bevend speeksel kwijlt langs mijn beleefde kleine twijgen.
Van de vlugge lustige vogels geen hulp meer te verwachten is nu
.
de heilige reiger zelfs al ochtendlijk is uitgeweken achter de
geschonden horizon. Het is te hopen dat de mooie rode autobus
.
die alle oude mensen later af komt halen, hem nu spoedig
over rijdt naar ongenadiger terreinen, naar jachtvelden van
.
eeuwig asfalt, waarin overal verchroomde bakken voor zijn
rochels en de uitgekauwde stompen van zijn stinkende sigaren.
.
Want al mijn vijvers liggen dicht, mijn paadjes raken
zeer vertrapt, de schuwe schepselen hebben mijn struikgewas
.
verlaten, mijn heerlijkheid ligt braak. O keer, keer
welluidende wind, verliefde regen weer tot aan mijn
.
haveloze heuvelen.
.
Drogist
En dichter
.
Schreef ik deze week al over het gedicht van Fritzi Harmsen van Beek met de titel ‘Allerzielen 2 november 1974’, vandaag alweer een aan Allerzielen gerelateerd gedicht. De afgelopen twee jaar mocht ik meedoen aan ‘Dichter bij de dood’, een initiatief van Marjon en Liesbeth en de begraafplaats Oud Eik en Duinen in Den Haag, op 2 november (Allerzielen). Op die dag is de begraafplaats niet alleen ’s avonds open voor publiek maar er werd door de organisatie een activiteit met dichters en muzikanten georganiseerd rond de vele bekende Nederlandse dichters, schrijvers, musici en kunstenaars die daar begraven liggen. Bekende namen als Louis Couperus, Pieter Cornelis Boutens, Menno ter Braak, Ferdinand Bordewijk, Aad Nuis en Jan Prins. Maar ook iets minder bekende name. Zo heb ik twee jaar geleden de dichter Dop Bles in het zonnetje gezet en vorig jaar de dichter George Boswell. En mocht je nu gaan denken dat dat helemaal geen bekende Nederlanders zijn, in hun tijd waren ze dat wel degelijk. Zie hiervoor https://woutervanheiningen.wordpress.com/2019/10/26/tranen/ en https://woutervanheiningen.wordpress.com/2018/10/16/voordracht-tijdens-allerzielen/ .
Dit jaar koos ik voor de negentiende-eeuwse drogist en dichter (wat een fijne combinatie) Samuel Johannes van den Bergh (1814 – 1868) . Sam Jan van den Bergh was iemand die leefde voor zijn vak, niet alleen dat van drogist maar zeker ook dat van dichter. Hij schreef in de traditie van Tollens en richtte samen met enkele andere ondernemers in Den Haag het genootschap ‘Oefening kweekt kennis’ op. Naast eigen dichtwerk was van den Bergh ook actief als vertaler uit het Duits, Frans en Engels.
In 1851 verscheen van S.J. van den Bergh samen met J.J.L. ten Kate en illustrator Jacob van Lennep de bundel met jeugdpoëzie ‘Het nachtegaaltje’ en daaruit komt het gedicht ‘De zwaluw’.
.
De zwaluw
Overdenking
(bijna) vergeten dichters
Allerzielen 2 november 1974
Overdenking
Lieve Mamma. Hoe gaat het met je en Pappa,
en Oma en het wéér daarzo? Warm en vrolijk voor
.






