Site-archief

Slam- en Spoken word poëzie

Mini cursus Spoken word en Slam poëzie

Op de website van adazing.com kwam ik een goed artikel tegen over de verschillen en overeenkomsten van slam poëzie en Spoken word poëzie. Ook biedt dit artikel een minicursus Spoken word of Slam poëzie, waar je overigens als voordragend dichter ook veel aan kunt hebben. Voor het gemak heb ik het vertaald en kun je het hier lezen.

Mensen hebben verschillende opvattingen over slam-poëzie en Spoken word. Sommigen noemen ze poëzie, anderen een gescripte vorm van poëzie en sommigen een vorm van rap of hiphop. Wat je opvatting ook is, beide bevatten ze elementen van poëzie, ook al gaat het om uitvoering. In werkelijkheid worden slampoëzie en Spoken word door elkaar gebruikt. Dat komt door de overeenkomsten tussen beide. Ook zijn de verschillen tussen de twee klein in vergelijking met hun overeenkomsten.

Slam-poëzie staat bekend als een vorm van gesproken poëzie die wordt uitgevoerd in een slam. Het wordt uitgevoerd als een wedstrijd tussen dichters tijdens een evenement. Gewoonlijk wordt bij een slam  het publiek gevraagd om de prestaties van elke dichter te beoordelen. Het hangt er ook van af hoe het het publiek aanspreekt.

Spoken word verwijst naar een gedicht dat is geschreven en moet worden uitgevoerd (uitgesproken). Het verwijst naar poëzie die is geschreven voor uitvoering op het podium. Het kan worden uitgevoerd waar de dichter maar wil of waar hij een platform heeft om op te treden.

Waar zitten dus de verschillen tussen Slam-poëzie en Spoken word? Slampoëzie wordt uitgevoerd als een vorm van competitie met andere dichters. Spoken word is meestal geen wedstrijd is, het kan gewoon een optreden zijn om een ​​publiek te vermaken. Slam-poëzie komt voor in evenementen die bekend staan ​​​​als een poëzie-slam. Maar Spoken word kan bij elke bijeenkomst of evenement die je maar bedenkt voorkomen, zelfs in een klaslokaal.

Het is echter beide uitvoeringspoëzie. Dat houdt in dat je het gedicht hardop voorleest, lichaamstaal, gebaren en gezichtsuitdrukkingen gebruikt om de boodschap goed over te brengen. Je hebt ook een vergelijkbare voorbereiding nodig om ze te schrijven en uit te voeren. Daarom hebben ze dezelfde elementen, procedures en stappen voor schrijven en uitvoeren.

Welke elementen, procedures en stappen worden hgier bedoeld?

Concrete taal: Gesproken woordpoëzie maakt gebruik van concrete taal. Het bevat woorden en zinnen die je publiek een duidelijk begrip van het onderwerp geven. Het maakt het gedicht ook helder en levendig. Ook gebruikt het een taal die de zintuigen aanspreekt.

Houding:  Je moet het uitvoeren op een manier die de meningen en gevoelens erachter verspreidt. Je moet je gedicht kunnen uitspelen. Het is de houding die je uitstraalt waardoor het echt gesproken woordpoëzie wordt en niet alleen een voordracht.

Herhaling: het gaat om het herhalen van enkele zinnen of woorden om nadruk te leggen. Dergelijke woorden of zinnen blijven gemakkelijk in de hoofden van je publiek hangen. Het draagt ​​​​ook bij aan het spannend maken van het gedicht.

Literaire middelen: Spoken word bevat literaire middelen. Ze helpen om Spoken word meer te maken dan alleen simpele zinnen. Ze laten het publiek dus zien wat je bedoelt en drukken emoties uit. Ze omvatten vergelijkingen, metaforen, personificaties, enz. Hier geldt echter dat er niet teveel van dit soort literaire middelen moeten worden imngezet om het helder en duidelijk te houden.

Ritme: Dit verwijst naar een geluidspatroon dat wordt geleverd met het benadrukken van verschillende lettergrepen. Het geeft een soort flow aan het gedicht. Het gebruikt ook geluid om de betekenis te versterken. Je kunt sommige geluidsmiddelen zoals onomatopee, alliteratie en consonantie gebruiken om ritme te creëren.

Rijm: het gaat om het gebruik van dezelfde klanken aan het einde van een regel. Je kunt er echter voor kiezen om geen rijm te gebruiken. Het is jouw stijl. Maar zoals ook bij literaire middelen; gebruik het met mate.

Hoe schrijf je slam poëzie of Spoken word poëzie?

Kijk hoe anderen optreden: Om gesproken poëzie effectief te schrijven en uit te voeren, moet je anderen zien optreden. Je kunt een Poetry Slam bijwonen of online bekijken. Let op degenen die het meest indruk op je maken en waarom ze dat deden. Let ook op hun woordgebruik, ritme en stroom van de gesproken woorden. Sommige mensen geven er misschien de voorkeur aan deze stap te nemen voordat ze hun gedichten schrijven. Anderen geven er de voorkeur aan dit te doen nadat ze klaar zijn met schrijven om inspiratie op te doen voor het uitvoeren ervan. Dus kijk hoe anderen optreden wanneer het jou uitkomt.

Kies een onderwerp: Voordat je je gesproken woordgedicht schrijft, moet je een onderwerp kiezen. Je moet een onderwerp kiezen waar je gepassioneerd over bent, omdat het gedicht met emoties wordt uitgevoerd. Je kunt er ook een kiezen die een speciale herinnering is. Het is echter het beste als het niet te breed maar specifiek is. Een onderwerp over ‘liefde’ kan bijvoorbeeld worden beperkt tot ‘je eerste liefde ontmoeten, of hoe je van je moeder houdt’. Het kan ook gericht zijn op uw ervaringen, zoals ‘deel uitmaken van een grote familie’. Het kan ook de vorm hebben van een vraag als “Wat is angst?” Het punt is dat wat je ook kiest, je passie moet uitlokken terwijl je optreedt. Schrijf al je ideeën op: als je eenmaal je onderwerp hebt geselecteerd, neem dan de tijd om ideeën op te schrijven. Als je aan het brainstormen bent, schrijf dan op wat er in je opkomt. Schrijf al je gedachten en gevoelens over het onderwerp op. Je kunt ook pauzes nemen en er later op terugkomen. Verder helpt het ook als je een pen en een klein dagboekje in je zak of tas hebt. Op die manier kun je gemakkelijk willekeurige ideeën neerleggen waar je ook bent. Het is normaal dat je afdwaalt als je aan het brainstormen bent. Dat betekent niet dat je het niet goed zult doen.

Schrijf je eerste concept: nadat je klaar bent met het schrijven van je ideeën, moet je je eerste concept opschrijven. Kies de woorden of zinnen die betrekking hebben op je onderwerp. Kies het beste uit de berg ideeën die je in eerste instantie hebt opgeschreven. Neem ook woorden op die passen bij het verhaal dat je wilt doorgeven. Begin met eenvoudige zinnen tot je het kader voor je gedicht hebt. Als je eenmaal hebt begrepen wat het verhaal vertelt, ben je klaar om te gaan.

Gebruik literaire middelen: Nu je een raamwerk hebt om mee te werken, kun je literaire middelen gebruiken. Ze geven een flow aan je gesproken woorden. Voeg ze toe in de juiste delen van je gedicht. Kies ook zaken zoals vergelijkingen, metaforen, enz. Controleer op zinnen die beter klinken met een literair middel. Wis je originele regels echter niet. Geef de vervanging ernaast aan of schrijf een andere kopie met de vervanging. Het kan helpen omdat de originele regel nog steeds nuttig kan zijn.

Maak gebruik van herhalingen en woordspelingen: Het toevoegen van herhalingen en woordspelingen kan je gesproken woorden een boost geven. Wanneer je enkele woorden of regels herhaalt, worden ze benadrukt. Ook blijft het zich herhalen in de geest van je publiek en wordt het daardoor gedenkwaardig. Bovendien creëren woordspelingen een mix van gevoelens bij je publiek. Het verbetert ook de creativiteit van je gedicht.

Verbeter het geluid: je schrijft je gesproken woorden op om het hardop voor te lezen, dus zorg ervoor dat het goed klinkt. Je hebt geen rijmschema nodig, maar je kunt rijm gebruiken om het geluid te verbeteren. Ook kan het ritme van je gesproken woord verbeteren als je poëtische middelen gebruikt. Ze omvatten alliteratie, onomatopee, enzovoort.

Herzie je gedicht: Nadat je klaar bent met het verbeteren van je gedicht, hoef je het alleen maar te herzien. Het zou je moeten helpen om je gedicht af te ronden. Neem eerst een pauze (erg belangrijk!). Het zal je helpen je stuk met frisse ogen te herzien. Als je het herziet, zul je waarschijnlijk zien wat je op een betere manier had kunnen schrijven. Lees het hardop, eerst voor jezelf en daarna voor een vriend. Probeer het meerdere keren te doen. Voer ook eventuele correcties uit die je opmerkt. Bovendien moet je je gesproken woorden op papier hebben. Het moet op de juiste manier kunnen worden doorgegeven aan je publiek. Nadat je je gedicht hebt geschreven, moet je het onthouden. Dat maakt het makkelijker om het uit te voeren. Maar het helpt om veel te oefenen om een ​​geweldige presentatie te geven.

Houding: Oefen de juiste houding voor je presentatie. Je zult rechtop moeten staan, met opgeheven hoofd. Houd er rekening mee dat de juiste houding je zelfvertrouwen uitstraalt. Je publiek zal dus sneller willen zien wat je te bieden hebt. Daarom is het verstandig te oefenen, omdat je misschien nerveus bent, vooral als het je eerste keer is. Je kunt echter elke houding gebruiken die je gesproken woorden verklaren tijdens je optreden.

Oogcontact: Maak van tijd tot tijd oogcontact met je publiek. Het zal hun aandacht trekken en zal ook helpen om dat deel te benadrukken. Maak niet de fout om met een stuk papier het podium op te gaan. Zelfs als je het verbergt, zal je publiek merken dat je naar iets anders kijkt.

Volume en toonhoogte: Je volume en toonhoogte moeten je gesproken woorden duidelijk maken. Ze kunnen ook enkele woorden of regels benadrukken. Je stem moet luid genoeg zijn zodat je publiek je kan horen. Maar het helpt als je niet te snel spreekt.

Pauzeren: Pauzeer wanneer het nodig is. Zeg niet alleen de woorden van begin tot eind zonder pauzes. Een korte pauze telkens wanneer een punt de lijnen scheidt, is essentieel. Je kunt echter naar eigen goeddunken pauzes gebruiken om je punt te maken.

Gezichtsuitdrukking: Je gezichtsuitdrukking moet de sfeer van het gesproken woord weerspiegelen. Als er op verschillende punten verschillende stemmingen zijn, moet je gezichtsuitdrukking gemakkelijk kunnen veranderen om ze weer te geven.

Gebaar: Je kunt verschillende gebaren gebruiken om duidelijker uit te drukken wat je wil overbrengen. Het geeft ook weer wat het gedicht inhoudt. De manier waarop je je lichaam beweegt of je handen gebruikt, zegt veel over het gedicht en benadrukt een punt.

Conclusie. In wezen zit het belangrijkste verschil tussen slampoëzie en Spoken word in de gebeurtenissen waarbinnen ze worden uitgevoerd. Verder bereid je je voor beide optredens op dezelfde manier voor. Daarom hebben ze dezelfde elementen en hetzelfde kader bij het schrijven ervan. Dus je kunt het gedicht dat je hebt geschreven gebruiken als een Spoken wordtekst om mee te dingen naar een poëzie slam. Op deze manier kun je gemakkelijk je gedicht of tekst schrijven, onthouden, oefenen en ten slotte uitvoeren als Spoken word of slam-poëzie.

.

Nederland 2010

Rob Schouten

.

In de bundel ‘Zware pijnstillers’ van dichter Rob Schouten (1954) uit 2012 las ik het gedicht ‘Nederland 2010’. En er vielen mij een paar dingen op. Allereerst dat er weinig is veranderd in 10 jaar, hooguit dat de Trèveszaal niet meer in gebruik is. Maar andere zaken als het afzetten tegen andere culturen, de spruitjesmentaliteit vanuit de jaren ’50 maar vooral onze zogenaamde vrijheidsdrang (alles moet kunnen) dat juist in deze periode weer zo opspeelt blijkt 10 jaar geleden ook al actueel te zijn.

.

Nederland 2010

.

Angst, stress en walging ja, het jongste vuil,

enfin de klassenstrijd is afgeblazen,

dus toeteren maar tegen de tzigane,

de muezzin die ons stellig verwenst.

.

Gebrek aan oorlog overweldigt ons,

vreemden sluipen langs dichtgeslagen luiken

waarachter onze wissewasjes snorren,

de jaren vijftig doen ons nog een keer.

.

Een stel ontsteekt in woede als agenten

ze opdragen het neuken nú te staken

op het stadhuisbordes! Wij, partizanen!

.

En in de Trèveszaal zet men zich in

om het aards leven te veraangenamen.

O Pompeji! O straffe diarree!

.

Na Slauerhoff’s dood

Dichters over dichters

 

In de rubriek ‘Dichters over dichters’ vandaag een gedicht van de dichter Willem de Mérode (pseudoniem van Willem Eduard Keuning) die leefde van 1887 tot 1939. Hij wordt beschouwd als de belangrijkste Nederlandse calvinistische dichter van zijn generatie. P.J. Meertens noemt hem een christelijk renaissancedichter en Hans Werkman, biograaf van Willem de Mérode schreef over hem: “De dichter doorleefde de tragedie van een onmogelijke liefde; hij schreef in de spanning van jongensliefde en een mystieke beleving van christelijk geloof”.

Die calvinistische en christelijke inslag komt heel duidelijk terug in het gedicht ‘Na Slauerhoff’s dood’ dat hij schreef in 1936 (13 dagen na het overlijden van Slauerhoff) en dat ik nam uit ‘Verzamelde gedichten’ uit 1987 dat in twee banden verscheen. Dit gedicht staat in het tweede deel. Beide banden werden mogelijk gemaakt met financiële steun van het ministerie van WVC (kom daar nog maar eens om).

J.J. Slauerhoff en Willem de Mérode hadden wat levensbeschouwing betreft weinig met elkaar gemeen. Het pessimistisch scepticisme van de eerste stond lijnrecht tegenover het reformatorisch, orthodox christen-zijn van de ander. Toch hadden beide dichters ook overeenkomsten zoals hun liefde voor de Chinese lyriek.

.

Na Slauerhoff’s dood

.

Dichter, je bent besproken en bezongen

Door hen die over dood lichtzinnig baazlen,

Alsof je een weekje thuis was met de maazlen.

Straks zullen zij weer met die flinke jongen

Er één op drinken, naar de meisjes gaan

En (’t leven is geen lol) landerig vertrekken

Om in de Stille Zuidzee te ontdekken

Dat de aarde bezig is met te vergaan.

.

Misschien heb jij ’t verschriklijke beseft

Dat je God overal zoekt en nergens treft,

Tot Zijn gelaat de duisternis deed wijken

En jij, Hem ziende, duister moest bezwijken?

.

Dit is zoo droef dat je bewonderaars preeken

En niemand één woord over God dúrft spreken.

.

Moeders en roken

Dubbel-gedicht

.

Toen ik in de bundel uit 1999 ‘Familie duurt een mensenleven lang’ De honderd mooiste Nederlandstalige gedichten over vaders, moeders, dochters en zonen, samengesteld en ingeleid door Menno Wigman, het gedicht ‘Moeder’ van Gerrit Achterberg las, deed het me denken aan een gedicht dat ik ooit las van Nannie Kuiper. Na enig zoeken (waar vind je die tussen zovele andere bundels) kwam ik hem tegen. Het betreft hier de bundel ‘Ik heb alleen maar oog voor jou’ een bundel gedichten voor jongeren en volwassenen.

Opvallend genoeg hebben beide gedichten niet 1 maar 2 overeenkomsten. Ze gaan beide over een moeder en beide over roken. Het gedicht ‘Moeder’ van Gerrit Achterberg is genomen uit de bundel ‘Verzamelde gedichten’ uit 1991 en het gedicht ‘wat is ze kwaad’ van Nannie Kuiper is uit 1997.

.

Moeder

.

Ik zat met moeder aan de haard. zij breide

en ik deed niets dan sigaretten roken.

Ze zei; Jongen, je moet niet zoveel roken;

Je moet er vanaf morgen mee uitscheiden.

.

Ik ben het haardvuur nog wat op gaan stoken;

horende hoe het zachtjes in mij schreide,

omdat het niet kon worden uitgesproken,

wat zich vlakbij voor eeuwig wou bevrijden.

.

wat is ze kwaad

.

wat is ze kwaad

mijn moeder

nu ze net

ontdekt heeft

dat ik peuken rook

in bed

.

en in haar handen

ligt mijn nachtrust

tussen al die

stukjes sigaret.

.

Kwatrijnen en Rondeel

Dubbel-gedicht

.

Ik heb besloten dat een Dubbel-gedicht ook twee gedichten kan bevatten die in vorm een overeenkomst hebben. Nu is een kwatrijn een heel andere vorm dan een rondeel, klopt, maar het zijn beide vaste versvormen. En dus is het vandaag een Dubbel-gedicht van vaste versvormen.

Het eerste gedicht is een kwatrijn, of eigenlijk zijn drie kwatrijnen. Een kwatrijn is een gedicht of een strofe van een gedicht van vier versregels en twee rijmklanken. Het woord is afgeleid van het Franse quatrain, van quatre, voor vier. Het rijmschema is meestal a-a-b-b, maar ook a-b-a-b en andere schema’s zijn mogelijk.

De ‘Drie kwatrijnen’ zijn geschreven door Hendrik Marsman (1899 – 1940) en verschenen in ‘Verzamelde gedichten’ uit 1967. De Drie kwatrijnen stammen uit de tweede periode (1929 – 1933).

Het tweede gedicht is een rondeel. Het belangrijkste kenmerk van een rondeel is de vele herhalingen: regels 1, 4 en 7 zijn hetzelfde en regels 2 en 8 zijn hetzelfde. Daarnaast kent een rondeel een vast rijmschema: a-b-a-a-a-b-a-b.

Het gedicht ‘Rondeel’ is van dichter D.A.M. Binnendijk ( 1902 – 1984). Dick Binnendijk was docent, dichter en literatuurcriticus. Het gedicht ‘Rondeel’ verscheen in Forum, een literair tijdschrift dat verscheen tussen 1932 en 1935, en later in ‘Nieuwste Dichtkunst’ De Uilenreeks No. 1 uit 1934.

.

Drie kwatrijnen

.

Zonder weerklank

.

Volk, ik ga zinken als mijn lied niet klinkt;

ik moet verdrogen als gij mij niet drinkt;

verzwelg mij, smeek ik  maar zij drinken niet

wees mijn klankbodem, maar zij klinken niet.

.

Verbittering

.

De namen van wie eens mijn vrienden waren

werden tot as tussen mijn tanden en ik spuw ze uit.

eenzaam schijnt men te moeten zijn in deze dode landen;

het leven dooft in kaars na late nachtkaars uit.

.

Voor het inslapen

.

In deze kleine kamer vind ik soms nog vrede.

al wat daarbuiten ligt heeft voor mij afgedaan;

wat rest mij  nog, dan ‘Krieg und Frieden’ lezend,

tot mijn verwoeste dromen in te gaan?

.

Rondeel

.

Geen vrucht, hoe glanzend aan haar tak,

Kan ‘t geeslen van de buien weren

Die in de herfst ten buit begeeren

Wat voordien aan haar greep ontbrak.

.

Geen vlaag, die in den nacht opstak,

Zal de geheime gloed bezweren

Der vruchten, glanzend aan den tak,

Die alle buien wreed bezeeren.

.

Zoo geen vermeetle hand verbrak

Des harten ongeschonden zegel,

Waarmee ‘t zich hecht aan eigen regel —

Een spaart zijn onweerstaanbre knak

Geen vrucht, hoe eenzaam aan haar tak.

.