Site-archief

Coming

Philip Larkin

.

De Engelse dichter Philip Arthur Larkin (1922 – 1985) was ook schrijver, jazz criticus en werd geassocieerd met the Movement beweging, een groep dichters en schrijvers die zich afzetten tegen de overdadigheid van de romantische New Apocalyptics binnen de Engelse literatuur. De schrijvers van the Movement schreven vooral sobere en rationele poëzie. Toen Larkin het gedicht ‘Coming’ schreef in 1950 was er echter nog geen sprake van the Movement, die term werd in 1954 bedacht door Jay D. Scott, literair redacteur bij de Spectator.

Het gedicht ‘Coming’ werd opgenomen in de verzamelbundel ‘Poems for Gardeners’ die in 2003 werd samengesteld door Germaine Greer.

.

Coming

.

On longer evenings,

Light, chill and yellow,

Bathes the serene

Foreheads of houses.

A thrush sings,

Laurel-surrounded

In the deep bare garden,

Its fresh-peeled voice

Astonishing the brickwork.

It will be spring soon,

It will be spring soon –

And I, whose childhood

Is a forgotten boredom,

Feel like a child

Who comes on a scene

Of adult reconciling,

And can understand nothing

But the unusual laughter,

And starts to be happy.

.

 

Poëzie is een gebaar

Roberto Juarroz

.

In de fijne bundel ‘Poëzie is een gebaar’, uitgegeven ter gelegenheid van de jaarwisseling van 1994-1995,  staan “gedichten van het brede gebaar en gedichten van de bondigheid, gedichten van de humor en van de pijn, gedichten over het leven en de poëzie”.

De dichters die zijn opgenomen in deze bundel hebben gemeen dat ze door de jaren heen door Poetry International zijn uitgenodigd om in Nederland aanwezig te zijn en voor te dragen bij Poetry International, De bundel is dan ook door hen samen met de Novib uitgegeven.

In de bundel bekende namen als Pablo Neruda en Octavio Paz maar ook een groot aantal, voor mij nog, onbekende dichters. Zoals de dichter Roberto Juarroz (1925 – 1995) uit Argentinië.

Juarroz was dichter, essayist en professor in de literatuur. Hij werd bekend door zijn “Poesía vertical” (Verticale poëzie). Hij publiceerde veertien dichtbundels, opeenvolgend genummerd 1 tot 14, onder de verzameltitel “Poesía vertical”. De eerste verscheen in 1958 en de laatste, postuum, in 1997 en ze zijn slechts van elkaar onderscheiden door een volgnummer, evenals de gedichten zelf, die in plaats van titels nummers dragen.

De poezië van Juarroz is sober en soms cryptisch met zinnen als “busco las espaldas de Dios” (“ik zoek de rug van God”). Hij wordt beschouwd als een van de belangrijkste Latijns-Amerikaanse dichters van de twintigste eeuw.

.

Tiende reeks. 44

.

weer voor Laura, in toenadering

.

Ik draai me naar jou om,

in bed of in het leven,

en ik ontdek dat je onmogelijk bent.

.

Dan keer ik me naar mezelf

en vind precies hetzelfde.

.

Vandaar dat wij,

ook al houden we van het mogelijke,

het op een dag in een doos stoppen

zodat het geen hindernis meer is voor het onmogelijke,

waar we niet buiten kunnen om samen door te gaan.

.