Site-archief

DURF!

Elianne van Elderen

.

Ik las het digitale magazine DURF!, een magazine dat wordt gepubliceerd door CUBISS  en daarin las ik een gedicht van Elinanne van Elderen. Op zoek naar meer van haar werk kwam ik terecht op haar Tumblr pagina.  Elianne is 18 jaar en studente Klassieke talen (Grieks en Latijn in Nijmegen) en creative writing (Arnhem). Zoals ze schrijft op haar Tumblr pagina:  “Er zit iets gevaarlijks in de verveling van de jeugd. Soms schrijf, dicht, of open ik wat”. Dat leek me een goed idee en daarom in de categorie Jonge Dichters hier een gedicht van haar hand. Uit de DURF! het gedicht zonder titel.

.

Ze zingt ‘Forever Young’ – slow version mee
met een Vlaams accent. Het woord ‘incoherent’
kende ik nog niet
toen het al van toepassing was
op de antwoorden die ik gaf
in vriendenboekjes op de basisschool.

Mijn lievelingskleur was paars
nu niet meer, Ilse droeg die kleur maillot
toen we ruzie maakten.

Mijn lievelingseten was wortelstamp
nu niet meer, Daniël moest een keer kotsen
toen hij dat gegeten had bij het kerstontbijt in groep vijf.

Mijn lievelingsdier was een vlinder

nu niet meer, ik ving er ooit een in een jampot

toen brandde ik hem dood met een vergrootglas.

Ik heb in de jaren daarna vooral LEGO-paleizen, Barbiepoppen,

theekopjes van mijn oma, een Nintendo 3DS, nieuw stucwerk,

mijn sleutelbeen, een robotische dinosaurus, de garagedeur,
dromen, draai-kiepraammechanismen en jouw telefoonscherm
kapot gemaakt.

Ik zeg dat al mijn badschuimkastelen instorten
en dat in verval raken ook maar een synoniem is
voor verdwijnen. Peter Pan staat los
van zijn schaduw en jij niet meer achter
de tweets die je schreef toen je twaalf was.

Hij rent weg en ik tel tot tien.

Ik kijk steeds vaker tussen mijn vingers door.
Er liggen frambozenvlekken op hun schoenenneuzen

en leugens op hun tongen. Elke keer
wanneer hun mond open gaat
probeer ik er een uit
te halen. Het lukt me bijna
nooit.

De stoppels op je kin zullen voor het eerst
de kans krijgen om te groeien.
Wij groeien ook maar vooral uit elkaar.

 

.

Achterover opgroeien

Maartje Smits

.

Hoewel dichter Maartje Smits (1986) zichzelf op haar website http://www.maartjesmits.nl omschrijft als een schrijvend detective is zij voor mij toch echt een dichter. In 2009 is Maartje afgestudeerd aan de Gerrit Rietveld Academie, bij de afdeling Beeld & Taal. In 2011 voltooide ze haar Master in Design aan het Sandberg Instituut. Naast dat ze columns voor De Groene Amsterdammer schrijft geeft ze les aan de Gerrit Rietveld Academie en op ArtEZ (Arnhem). Haar achtergrond op de Rietveld Academie (Beeld & Taal), komt vooral naar voren in de vele gedichten die ze van clips heeft voorzien en die je kunt vinden als je op haar naam googeld en zoekt op video’s.

In 2012 stond ze al eens, onder andere samen met de toen nog volledig onbekende Marieke Rijneveld, op het podium van Ongehoord!  In 2016 was ze één van de Poëziebusdichters. Na haar debuutbundel ‘Als je een meisje bent’ in 2015 volgde in 2017 de poëziebundel ‘Hoe ik een bos begon in mijn badkamer’. Uit haar debuutbundel ‘Als je een meisje bent’ het gedicht ‘Achterover groeien’.

.

achterover opgroeien

.

het begint met onderwaterlikken
koprollen de tong naar buiten
elkaar proberen te raken
achterover opgroeien maar desgevraagd
het gevolg ervan binnenstebuiten
keren
borsten wegbidden
een jaar lang vergeving vragen
uitdijen tot stilstand verzuipen
het zwembad heet nu spleasure centrum
de abdicatie van je vrouwelijkheid
de haak
de badmeester
de buurjongen
vergeten
vergeten

.

Mensen zeggen dingen

Pieter Seinen

.

De Arnhemse rapper, dichter en filosoof Pieter Seinen (1989) was in 2016 halve finalist van de NK Poetry Slam, deelnemend dichter van de Poëziebus en hij trad op met ‘Mensen zeggen dingen’. Mensen Zeggen Dingen organiseert Spoken Word evenementen op locatie en festivals. Iedere vorm van woordkunst krijgt bij hen een podium. Ze richten zich vooral op Spoken Word, waarin ze de combinatie zoeken van literatuur, theater, rap, cabaret en improvisatie. Met zijn ritmische, vaak humoristische en cynische teksten en zijn stijl van performen past Pieter Seinen dan ook heel goed bij ‘Mensen zeggen dingen’.

Op de website van Pieter http://www.pieterseinen.nl kun je zijn teksten lezen waaronder deze ‘Leuk dat je werk hebt’ uit begin 2015.

.

Leuk dat je werk hebt

.

De banenmarkt is als een slecht middelbareschoolproject
dat per se gedaan wordt met z’n zessen tezamen.
Met drie personen heb je de taken van echte noodzaak gedaan
dus moet de rest maar enquêtes gaan maken.

De banenmarkt is net een wachtkamer.
Zo van: “Alstublieft een puzzel dat zal u effe vermaken.”
Je hebt mensen met banen om geld te verplaatsen.
Managers managen het aantal managementlagen.

Er zijn mensen met banen om mensen te helpen aan banen,
mensen met banen om je ongevraagd te bellen met vragen.
Zit je net lekker. Pak je bestek van de tafel.
Belt er iemand om over abonnementen te praten.

En als hij dan hard genoeg z’n best heeft gedaan
stap je over naar een firma die hetzelfde maakt.
Leuk dat je werk hebt, maar wat heb je er aan?
Heeft het naast je salaris nog een enkele waarde?

Zonder makelaar kan je appartementen betalen,
zonder reisorganisatie kan je naar plekken toe gaan,
zonder reclame voor fruit is er trek in bananen,
zonder bestuur weet ik best hoe ik pallets opstapel.

Je baan is als etiketten van flesjes afhalen.
Het houdt je bezig maar je kan het net zo goed laten.
Leuk dat je werk hebt, maar wat heb je er aan?
Heeft het naast je salaris nog een enkele waarde?

.

 

Gewoontedier

Else Kemps

.

Else Kemps  (1995) is zo rond haar negende begonnen met het onderkliederen van haar K3-dagboeken met odes aan een onbereikbare jeugdliefde. Inmiddels studeert ze Creative Writing aan Artez Hogeschool voor de Kunsten in Arnhem. Het liefst schrijft ze over jongeren die gemiddeld drie keer per week een grens overgaan, sporadisch ook over dode cavia’s in een sokkenla. Op dit moment woont ze in Arnhem in een huis waar ze maar liefst vier keer in de afstand van grond tot plafond past.

Dat staat te lezen op haar website http://hardcoreindestiltecoupe.blogspot.nl/. Dit jaar was Else Kemps (die ook elke week bij Giel Beelen op radio 3FM een gedicht voordraagt en de winnaar was van de Turing poëzieprijs) te zien en te horen op het Zomerpodium van Ongehoord! in de Jacobustuin in Rotterdam. Daar liet ze zien en horen dat, hoewel vooraf wat zenuwachtig, ze gemaakt is om haar bijzondere poëzie op haar heel eigen toon voor te dragen.

Van haar blog uit 2014 het gedicht ‘Gewoontedier’.

.

Gewoontedier

.

er zijn een aantal dingen die je eerder over mij had moeten weten:

 

dat ik het liefste slaap

met mijn handen op je buik

en mijn kop in het zand, en dan dingen zeg als:

de toekomst is een fase, we groeien

er wel overheen

.

dat ik mezelf de put uit lieg

als ik ganzenbord met je speel,

de regels niet onthouden kan

en soms langer stilsta dan nodig is

.

dat ik een gewoontedier ben

en mijn vriendjes al drie jaar verlies in dezelfde maand

aan dezelfde vijverrand met dezelfde reden

.
dat een ongedebuteerde dichter me leerde: verlies is een bezit

totdat het wordt vergeten

en dat ik sindsdien muren bouw om alles

dat dreigt weg te lopen.

.

ek

                                                                                                                               Foto: Rob Hilz

 

Proletarische dichtkunst

Martien Beversluis

.

Afgelopen weekend bracht ik een bezoek aan de nieuwe Paagman vestiging in het centrum van Den Haag in het oude pand van De Slegte. In de boekwinkel zijn nog altijd op de eerste verdieping tweedehands boeken en antiquaren boeken te koop. Ik mag daar altijd graag in de sectie poëzie rondsnuffelen.

In de poëziekast kwam ik een bijzondere dichtbundel tegen. De bundel ‘Arbeiders-noodlot’, Proletarische dichtkunst. Een bloemlezing uit de moderne Duitsche arbeiderspoezie der laatste jaren. In Nederlandsche verzen omgezet door Martien Beversluis. uit 1930, uitgegeven door H. ten Brink in Arnhem.

Martien Beversluis (1894 – 1966) werd in 1922 lid van de SDAP (voorloper van de PvdA) en werd in 1928 literair medewerker voor de VARA. Voor deze omroep verzorgde hij het radioprogramma ‘Internationale socialistische poëzie’. In dit kader moet denk ik ook zijn bemoeienis te plaatsen zijn met de bundel ‘Arbeiders-noodlot’. Duitse Arbeiderspoëzie in Nederlandse verzen omgezet.

In de jaren dertig werd hij lid van de communistische partij en in de oorlog (1941) bij de NSB. In de jaren na de oorlog krijgt hij een publicatieverbod en uiteindelijk blijft hij tot zijn dood actief als dichter van voornamelijk religieus getinte verzen.

Uit deze bundel het gedicht’Aan de draaibank’.

.

boeka

 

boekc

 

boekd

 

boekb

 

Vrouw Holle

Tjitske Jansen

.

Tjitske Jansen (1971) studeerde cum laude af in Beeldende kunst en Theater, aan de Hogeschool voor de kunsten in Arnhem. Voordat ze begon te dichten was ze onder meer werkzaam als koopvrouw op de markt, kokshulp, serveerster en administratief medewerker. In 2003 brak ze door als dichter met haar debuutbundel ‘Het moest maar eens gaan sneeuwen’  waarvan er meer dan 10.000 werden verkocht.

.

Haar   stijl kenmerkt zich door een eenvoudig taalgebruik, waar veel referenties aan de kinderwereld in voorkomen, vaak gepaard met laconieke humor (zelf gaf Tjitske Jansen ooit aan de gedichten die ze schrijft kinderlijk of puberaal te vinden) Ook een hoofdfiguur uit een sprookje die zich aan zijn/haar rol houdt maar in het gedicht een andere kant krijgt. Bijvoorbeeld Vrouw Holle (zie hieronder) die verliefd wordt. Ze snijdt echter wel de grote thema’s als liefde, dood en verbondenheid aan in haar werk.

.

Uit haar debuutbundel het gedicht ‘Vrouw Holle’ speciaal voor Lune.

.

Vrouw Holle

Ik kijk liever naar de maan
dan naar de mens.
De mens,
ik word er zó moe van.
Dat roepende, smekende,
lachende, verlangende,
niet wetende,
willen wetende
ik hou van jou zeggende,
of denkende,
op schoenen
of op eelt lopende,
van de een naar de ander rennende,
met sieraden en muziek beklede mens.
Ik kijk liever naar de maan
die altijd hetzelfde is:
onverschillig.
trouw.

De maan heeft geen woorden nodig
om te zeggen:
ik ben er
en morgennacht ben ik er weer

Misschien zit er een wolk voor,
misschien zie je me niet omdat je binnen bent,
omdat je binnen naar dwaze liedjes ligt te luisteren
of omdat er tranen voor je ogen zitten,
tranen omdat je denkt dat je alleen bent,
maar je bent niet alleen,
want ik ben er,
en gisteren was ik er ook,
en morgen ben ik er weer.

 

.

tjitske jansen foto is vrij van auteursrechten

Dichter van Dienst

Eenzame doden vergezellen op hun laatste tocht

.

Stel: Er sterft een dakloze. Na onderzoek blijken er geen nabestaanden bekend te zijn. In een dergelijk geval krijgt de overledene een anonieme begrafenis. Sinds 2002 echter wordt in Amsterdam en daarbuiten aan die overledenen, waar anders niemand en niemand anders hun uitvaart zou bezoeken, een bijzonder saluut gebracht. Dichters schrijven voor iedere eenzame uitvaart een gedicht en lezen dat bij de uitvaart voor.

Het idee hiervoor komt van de, toenmalige,  Groningse stadsdichter Bart FM Droog.Sinds 2006 is in Amsterdam deze taak  ondergebracht in een stichting, die als doel heeft: een waardig en respectvol afscheid bieden aan overledenen, die het ontbreekt aan familie, vrienden of een sociaal netwerk. Dit vanuit de gedachte dat ieder mens de moeite waard is om over na te denken en het verdient om met speciaal voor hem of haar gekozen woorden begraven te worden.

Inmiddels heeft dit initiatief verder voet aan de grond gekregen in Den Haag, Rotterdam, Utrecht, Nijmegen, Zaanstad, Hengelo, Arnhem maar ook in buitenlandse steden als Antwerpen, Londen en Melbourne.

Stichting De Eenzame Uitvaart beijvert zich in het bekend maken van deze mooie taak voor dichters en onderhoudt de website http://www.eenzameuitvaart.nl/de-stichting/ van de stichting.

Behalve met fondsgelden en bijdragen van gemeenten kunnen ook particulieren bijdragen aan het werk van de stichting. Op de website lees je alle informatie en verslagen (al 164) van de eenzame uitvaarten in Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht.

.

eenzameuitvaart