Site-archief
Dichter van de maand Maart
Armando
.
Na mijn oproep om dichters te noemen die dichter van de maand Maart zou kunnen zijn kreeg ik veel reacties (waarvoor mijn dank). Bekende en minder bekende dichters, zelfs voor mij (nog) onbekende dichters. Uit de 16 suggesties heb ik gekozen voor de kunstschilder, beeldhouwer, dichter, schrijver, violist, acteur, journalist, film-, televisie- en theatermaker Armando (1929) of Herman Dirk van Dodeweerd zoals zijn echte naam luidt.
Armando is een kunstenaar in de meest ruime zin des woords. Aan al zijn activiteiten is al af te lezen dat we het hier hebben over iemand die meer is dan alleen dichter. Toch mocht hij juist voor zijn schrijverschap verschillende prijzen ontvangen zoals De Herman Gorterprijs, de Ferdinand Bordewijkprijs, De Multatuliprijs en de VSB-Poëzieprijs. Armando debuteerde in 1964 met de bundel ‘Verzamelde gedichten’ en in 2017 verscheen zijn voorlopig laatste bundel ‘Liever niet’. Alle reden dus om Armando dichter van de maand te maken.
Ik wilde Maart beginnen met een gedicht uit zijn meest recente bundel ‘Liever niet’ getiteld ‘De waarheid’.
.
De waarheid
.
Wee het veel te smalle bospad,
het stramme struikgewas,
wee de gaten in de bodem.
De jaren zijn in de boeien geslagen,
langs de straten slapen de vochtige lichamen,
stapels op een hoop verzameld.
Hier heeft iets plaatsgevonden
dat op de vage waarheid lijkt.
.
Before sunrise
Poëzie in films
.
Het is alweer enige tijd geleden dat ik aandacht gaf aan poëzie in films op dit blog. Vanaf vandaag daarom de komende tijd weer een aantal voorbeelden. Vandaag betreft het de film ‘Before sunrise’ uit 1995 met Ethan Hawke en Julie Delpy. De film gaat over twee jonge mensen die elkaar ontmoeten in de trein en een nacht samen doorbrengen in Wenen waarvan ze beide weten dat dit de enige nacht zal zijn die ze met elkaar doorbrengen.
In het videofragment citeert Hawke een zin uit het gedicht ‘As I walked out one evening’ van W.H. Auden (1907 – 1973). Daarna doet hij Dylan Thomas na die dit gedicht van Auden voordraagt.
Hier het fragment en de hele tekst van het gedicht.
.
As I Walked Out One Evening
.
As I walked out one evening, Walking down Bristol Street, The crowds upon the pavement Were fields of harvest wheat. And down by the brimming river I heard a lover sing Under an arch of the railway: "Love has no ending. "I'll love you, dear, I'll love you Till China and Africa meet, And the river jumps over the mountain And the salmon sing in the street, "I'll love till the ocean Is folded and hung up to dry And the seven stars go squawking Like geese about the sky. "The years shall run like rabbits, For in my arms I hold The Flower of the Ages, And the first love of the world." But all the clocks in the city Began to whirr and chime: "O let not Time deceive you, You cannot conquer Time. "In the burrows of the Nightmare Where Justice naked is, Time watches from the shadow And coughs when you would kiss. "In headaches and in worry Vaguely life leaks away, And Time will have his fancy Tomorrow or today. "Into many a green valley Drifts the appalling snow; Time breaks the threaded dances And the diver's brilliant bow. "O plunge your hands in water, Plunge them in up to the wrist; Stare, stare in the basin And wonder what you've missed. "The glacier knocks in the cupboard, The desert sighs in the bed, And the crack in the teacup opens A lane to the land of the dead. "Where the beggars raffle the banknotes And the Giant is enchanting to Jack, And the Lily-white Boy is a Roarer, And Jill goes down on her back. "O look, look in the mirror, O look in your distress; Life remains a blessing Although you cannot bless. "O stand, stand at the window As the tears scald and start; You shall love your crooked neighbor With all your crooked heart." It was late, late in the evening, The lovers they were gone; The clocks had ceased their chiming, And the deep river ran on.
Rorschach
Dichter van de maand
.
Vandaag van de dichter van de maand januari Ingmar Heytze een gedicht uit zijn verzamelbundel ‘Alle goeds’ uit 2001. In ‘Alle goeds’ zijn drie bundels uit zijn beginjaren opgenomen te weten ‘De allesvrezer’ uit 1997, ‘Sta op en wankel’ uit 1999 en ‘Aan de bruid’ uit 2000.
Afgelopen week zappte ik langs een ietwat vreemde film op televisie en bleef daar hangen door de uiterst amateuristische manier waarop de film gemaakt was. Wat de titel van de film was weet ik eigenlijk niet maar het ging (onder andere) over een futuristische speurder en een soort van agent met een kap over zijn hoofd van textiel met vlekken daarop met de naam Rorschach.
Toen ik in ‘Alle goeds’ aan het bladeren was en ik het gedicht ‘Rorschach’ tegen kwam wist ik welk gedicht ik op zondag ging plaatsen.
.
Rorschach
.
Ik zwoer dat ik je niet zou schrijven.
Toen ik aan een brief begon,
een zware, zwarte brief om ’s nachts
te posten in een regenbui,
liep alles uit tot inktpatronen.
Lange zinnen dreven samen
tot een donkerblauwe brij.
Woorden vielen uit elkaar.
Letters gingen kopje-onder
en verdronken in de kantlijn.
Vlekken stolden tot jouw ogen.
Later kwam je mond omhoog
uit het papier en zei: je moeite
is ontroerend, maar je doet
altijd zo moeilijk, kijk,
de liefde is van brandhout
en een inktvlek is een inktvlek
en voorgoed voorbij.
.
Slechtste poëzie in het universum
Paula Nancy Millstone Jennings
.
In de, van oorsprong, radio comdey ‘The Hitchhiker’s guide to the Galaxy’ van Douglas Adams, komt de naam voor van Paul Neil Milne Johnstone als zijnde de dichter van de slechtste poëzie in het universum, op de voet gevolgd door de poëzie van de Azgoths of Kria en de Vogons. Johnsone had met Adams op school gezeten en ze hadden zelfs een prijs voor Engels gewonnen met neprecensies over hun eigen gedichten. Toen The Hitchhiker’s Guide to the Galaxy een hit werd (boeken, graphic novels, film, toneelstuk) verving Adams de naam van Johnstone voor die van het fictieve personage Paula Nancy Millstone Jennings. Paul Neil Milne Johnstone werd later redelijk succesvol in de poëziewereld als redacteur en festival organisator.
Een voorbeeld van een gedicht van Paul dat in alle navolgers aan Paula werd toegewezen:
.
The dead swans lay in the stagnant pool.
They lay. They rotted. They turned
Around occasionally.
Bits of flesh dropped off them from
Time to time.
And sank into the pool’s mire.
They also smelt a great deal.
.
Een voorbeeld van hele slechte Vogon poëzie:
.
See, see the underground sky
Marvel at its big black depths.
Tell me, Amy do you
Wonder why the human ignores you?
Why its foobly stare
makes you feel stiff.
I can tell you, it is
Worried by your huftled facial growth
That looks like
A cheese.
What’s more, it knows
Your prissy potting shed
Smells of grapes.
Everything under the big underground sky
Asks why, why do you even bother?
You only charm noses.
.
In 2012 werd er in Londen zelfs een Vogon Poetry Slam georganiseerd. Voor de slechtste poëzie of zoals ze daar adverteerden ‘a celebration of Geekery and gut-wrenchingly bad poetry’.
.
Poëzie en film
Artificial intelligence
.
Het is alweer even geleden dat ik schreef over films die een gedicht als basis hebben. De film AI, Artificial Intelligence uit 2001 is zo’n film. AI (van regiseur Steven Spielberg) is een film over een robot die een echte jongen wil zijn (zoiets als Pinocchio). Dr. Know (met de stem van Robin Williams) citeert in de film uit het gedicht ‘The Stolen Child’ van William Butler Yeats. (Een slimme referentie in een film die veel van de donkere elementen van een sprookje bevat). Yeats publiceerde dit gedicht in 1889 in ‘The Wanderings of Oisin and Other Poems’. Zijn gedicht is gebaseerd op deze Ierse legende en heeft betrekking op faeries die een kind bedriegen om met hen mee te komen.
.
The Stolen Child
.
Where dips the rocky highland
Of Sleuth Wood in the lake,
There lies a leafy island
Where flapping herons wake
The drowsy water rats;
There we’ve hid our faery vats,
Full of berrys
And of reddest stolen cherries.
Come away, O human child!
To the waters and the wild
With a faery, hand in hand,
For the world’s more full of weeping than you can understand.
Where the wave of moonlight glosses
The dim gray sands with light,
Far off by furthest Rosses
We foot it all the night,
Weaving olden dances
Mingling hands and mingling glances
Till the moon has taken flight;
To and fro we leap
And chase the frothy bubbles,
While the world is full of troubles
And anxious in its sleep.
Come away, O human child!
To the waters and the wild
With a faery, hand in hand,
For the world’s more full of weeping than you can understand.
Where the wandering water gushes
From the hills above Glen-Car,
In pools among the rushes
That scarce could bathe a star,
We seek for slumbering trout
And whispering in their ears
Give them unquiet dreams;
Leaning softly out
From ferns that drop their tears
Over the young streams.
Come away, O human child!
To the waters and the wild
With a faery, hand in hand,
For the world’s more full of weeping than you can understand.
Away with us he’s going,
The solemn-eyed:
He’ll hear no more the lowing
Of the calves on the warm hillside
Or the kettle on the hob
Sing peace into his breast,
Or see the brown mice bob
Round and round the oatmeal chest.
For he comes, the human child,
To the waters and the wild
With a faery, hand in hand,
For the world’s more full of weeping than he can understand.
.
Charles Bukowski over Truman Capote
Nuestros amantes
.
Ik weet niet hoe het jullie vergaat maar als er in een film een verwijzing zit naar een dichter, een gedicht of iets dat met poëzie te maken heeft, dan ben ik altijd meteen wakker (als ik dat al niet was natuurlijk). Vanuit een niet aflatende nieuwsgierigheid naar alles wat met poëzie te maken heeft wil ik dan ook altijd de fijne details weten. Dit gebeurde me ook weer afgelopen zaterdag. Op Netflix waren we de Spaanse film ‘Nuestros Amantes’ uit 2016 of ‘Our lovers’ zoals de Engelse titel luidt, aan het bekijken toen de twee hoofdpersonen het ineens hadden over hun favoriete schrijvers Charles Bukowski en Truman Capote. De regelmatige lezer van dit blog weet dat Charles Bukowski één van mijn favoriete dichters is uit het Engelse taalgebied.
In de film werd gesproken over een gedicht dat Bukowski geschreven zou hebben over Capote. Dat ben ik dus gaan uitzoeken. Het betreft hier het gedicht ‘Nothing but a scarf’ dat verscheen in ‘Come on in’ en hoewel het lijkt alsof Bukowski de vloer aanveegt met het schrijverschap van Capote blijkt uit de laatste twee zinnen toch een zekere waardering en respect.
.
Nothing but a Scarf
.
long ago, oh so long ago, when
I was trying to write short stories
and there was one little magazine which printed
decent stuff
and the lady editor there usually sent me
encouraging rejection slips
so I made a point to
read her monthly magazine in the public
library.
I noticed that she began to feature
the same writer
for the lead story each
month and
it pissed me off because I thought that I could
write better than that
fellow.
his work was facile and bright but it had no
edge.
you could tell that he had never had his nose rubbed into
life, he had just
glided over it.
next thing I knew, this ice-skater-of-a-writer was
famous.
he had begun as a copy boy
on one of the big New York
magazines
(how the hell do you get one of those
jobs?)
then he began appearing in some of the best
ladies’ magazines
and in some of the respected literary
journals.
then after a couple of early books
out came a little volume, a sweet
novelette, and he was truly
famous.
it was a tale about high society and
a young girl and it was
delightful and charming and just a bit
naughty.
Hollywood quickly made a movie out of
it.
then the writer bounced around Hollywood
from party to party
for a few years.
I saw his photo again and again:
a little elf-man with huge
eyeglasses.
and he always wore a long dramatic
scarf.
but soon he went back to the New York and to all the
parties there.
he went to every important party thereafter for years
and to
some that weren’t very
important.
then he stopped writing alltogether and just went
to the parties.
he drank and doped himself into oblivion almost
every night.
his once slim frame more than doubled in
size.
his face grew heavy and he no longer looked
like the young boy with the quick and dirty
wit but more like an
old frog.
the scarf was still on display but his hats were
too large and came down almost to his
eyes;
all you noticed was his
twisted
lurid
grin.
the society ladies still liked to drag him
around New York
one on each arm
and
drinking like he did, he didn’t live
to enjoy his old age.
so
he died
and was quickly
forgotten
until somebody found what they claimed was his secret
diary / novel
and then all the famous people in
New York were very
worried
and they should have been worried because when it
was published
out came all dirty
laundry.
but I still maintain that he never really did know how to
write; just what and
when and about
whom.
slim, thin
stuff.
ever so long ago, after reading
one of his short stories,
after dropping the magazine to the floor,
I thought,
Jesus Christ, if this is what they
want,
from now on
I might as well write for
the rats and the spiders
and the air and just for
myself.
which, of course, is exactly what
I did.
.
Gedichten in films
Sophie’s Choice
.
Het is alweer enige tijd geleden dat ik regelmatig schreef over poëzie in films. Vanaf vandaag zal ik weer wat vaker aandacht besteden aan wat je een ‘gelukkig huwelijk’ zou kunnen noemen. Ik weet niet hoe het jullie vergaat maar altijd wanneer er poëzie of een gedicht in een film voorkomt luister ik ineens scherper, wil ik weten welk gedicht van welke dichter het hier betreft.
Een gedicht kan ook een heel duidelijke functie hebben in een film, om iets te verduidelijken, om iets van een context te voorzien of om bij te dragen aan de sfeer, het onderwerp of het gewicht van het onderwerp. In het volgende voorbeeld is dit aan de orde. In de film Sophie’s choice leest Kevin Kline in bed het gedicht ‘Ample make this bed’ van Emily Dickinson voor.
Als je kijkt naar de analyse van het gedicht van Dickinson dan begrijp je waarom de regisseur gekozen heeft voor juist dit gedicht.
“This poem is in two contexts, one is that the poet speaks about a sensual moment that she is going to spend with her companion, or is imagining about it, where she wants everything perfect and ready. The way she is paying attention to the small details shows her anticipation about the moment that is yet to come. She wants nothing to disturb her on that day, or ever.”
.
Hieronder de scene uit de film waarin Kevin Kline het gedicht voorleest aan Meryl Streep (met speciale Spaanse ondertiteling) en de geschreven tekst.
Ample make this bed.
Make this bed with awe;
In it wait till judgment break
Excellent and fair.
Be its mattress straight,
Be its pillow round;
Let no sunrise’ yellow noise
Interrupt this ground.
.
Met dank aan https://beamingnotes.com
Mont Ventoux
Jan Kal
.
De Mont Ventoux is vooral bekend onder wielerliefhebbers (als Col van de buitencategorie) en onder de lezers van het gelijknamige boek van Bert Wagendorp (dat inmiddels ook verfilmd is). Minder bekend is het gedicht met deze titel van Jan Kal.
Jan Pieter Kal (1946) is vooral bekend van zijn vele sonnetten. Hij groeide op in Haarlem, maar verhuisde naar Amsterdam voor een studie medicijnen. Aan studeren kwam hij niet toe door een alles overheersende liefde, maar die bracht hem wel tot het schrijven van sonnetten. Jan Kal kan van weinig poëzie maken. Hij heeft een eigen spontane, weemoedige toon, waarin ook zijn humor een plaats heeft.
Kal debuteerde in 1974 met de bundel ‘Fietsen op de Mont Ventoux’ waaruit ook dit gedicht is genomen. Hij heeft inmiddels 16 bundels het licht laten zien met ‘Een dichter in mijn voorgeslacht’ uit 2015 als laatste.
.
Mont Ventoux
.
Dichten is fietsen op de Mont Ventoux,
waar Tommy Simpson nog is overleden.
Onder zo tragische omstandigheden
werd hier de wereldkampioen doodmoe.
.
Op deze col zijn velen losgereden,
eerste categorie, sindsdien tabu.
Het ruikt naar dennegeur, Sunsilk Shampoo,
die je wel nodig hebt, eenmaal beneden.
.
Alles is onuitsprekelijk vermoeiend,
de Mont Ventoux opfietsen wel heel erg,
waarvoor ook geldt: bezint eer ge begint.
.
Toch haal ik, ook al is de hitte schroeiend,
de top van deze kaalgeslagen berg:
ijdelheid en het najagen van de wind.
.
foto: Annet Hogenesh
The Waste Land
T.S. Eliot
.
Vorige week bezocht ik het filmhuis voor de film ‘Problemski Hotel’ naar het boek van Dimitri Verhulst. Een bijzondere film, dramatisch en komisch tegelijk. In deze film citeert de hoofdpersoon Bipul enige keren een aantal zinnen uit het gedicht ‘The Waste land’ van T.S. Eliot (1888 – 1965) en dan met name de regels uit de eerste strofe ‘April is the cruelest month’. De eerste 7 regels van de eerste strofe bevatten deze regels. In deze regels noemt T.S. Eliot April een wrede maand terwijl wij hier in het Westen April zien als de maand dat de Lente begint.
In dit gedicht spreekt een getormenteerd mens. Een dichter die aan depressies lijdt. In plaats van het mooie nieuwe te zien voelt de dichter hier een pijnlijke opluchting en brengt dit pijnlijke herinneringen bij hem boven. In de rest van het gedicht werkt hij dit (zijn depressie) verder uit. In de film verwijzen deze regels naar de problemen en uitzichtloosheid van de vluchtelingen in de opvang (het Problemski Hotel).
T.S. Eliot droeg dit gedicht op de dichter Ezra Pound. Het gedicht bestaat uit 5 delen. Als je het gehele gedicht wil lezen kan dat op http://www.poetryfoundation.org/poem/176735 Ik plaats hier het eerste gedeelte.
.
The waste Land

















