Site-archief

Zonder mensen geen muziek

Alfred Schaffer

.

Ik weet dat ik nog wel eens kritisch ben op de CPNB, de club die het Nederlandse boek propagandeert. Mijn kritiek richt zich dan vooral op het feit dat de Poëzieweek, die ene week per jaar dat poëzie en dichters in de spotlight staan, niet meer wordt ondersteund door het CPNB. Misschien vraag je je af waarom dat erg of jammer is. Met een landelijk opererende club als het CPNB achter je weet je dat er in alle bibliotheken, boekhandels, op de social media en in de pers aandacht wordt gegenereerd voor poëzie. Zonder het CPNB (en dan vooral de middelen die het CPNB heeft om dit te doen) verword de Poëzieweek en de Landelijke Gedichtendag tot een evenement in de marge. En dat is toch al een vertrouwde plek voor poëzie dus die extra aandacht wordt node gemist. En niets dan lof voor het miniconsortium van organisaties die toch de Poëzieweek op de kaart willen blijven zetten maar het verschil tussen een poëzieweek met de CPNB en zonder de CPNB is pijnlijk groot.

In België is dat anders, daar is het Poëziecentrum als grote landelijke partij betrokken bij alle initiatieven en acties alsmede met de communicatie rondom de Poëzieweek. Als je de website van de Poëzieweek opent en bij de activiteiten kijkt staat pas op pagina 5! de eerste activiteit in Nederland (er staan 12 activiteiten op 1 pagina). Dat zegt genoeg lijkt me. Als het zo doorgaat zal de Poëzieweek in Nederland een kwijnend bestaan tegemoet zien.

Nu wil ik hier niet met zuur en azijn dit bericht eindigen. De CPNB geeft wel aandacht aan poëzie. Niet meer aan de week maar met af en toe een gedicht bij een activiteit door het jaar heen. Zo sturen ze hun partners en stakeholders sinds drie jaar elke december een nieuwjaarsgedicht toe speciaal geschreven voor de gelegenheid. Dit jaar is dit gedicht geschreven door Albert Schaffer (1973) en getiteld ‘zonder mensen geen muziek’. En omdat dit gedicht meer lezers verdient dan alleen degene die bevoorrecht zijn het van de CPNB te mogen ontvangen, deel ik het graag hier met jullie.

.

zonder mensen geen muziek

.

waarom de laatste dag gelijk is aan de eerste

als je zogenaamd verdwaald bent

in een bos, of nachtblind en besluiteloos

tot stilstand komt op een immense kruising

in een supergrote stad waar alles 24/7 open is.

er past veel stilte in een hoofd maar is dit nu

de wereld die verdween, of die zich niet heeft aangediend?

vroeger was je een prinses en wilde je dat alles

goed zou komen, nu was nu dus tekende je

elfjes, schapen, dinosaurussen, honden

en eenhoorns, beren, uilen, alles wat kon praten.

misschien dat je nog eens een lichaam ziet vanbinnen

en een hart vasthoudt, misschien wordt je onthaald

als held door mens en dier omdat je

rijkdom bracht en brandhout, uren lopen verderop.

misschien raak je je eigen nabestaande, ontploft

de ruimte en ontstaan er nieuwe sterren en planeten.

gewoon een liedje zingen, veel te moeilijk

met je dunne, hoge stem maar

toch, wat doet de geest kalmeren

komend jaar. denk daar maar over na

en neem de tijd, gek genoeg heb je geen haast.

.

 

Vakantiegedicht

Ingmar Heytze

.

In de vakantie neem ik altijd een korte pauze op dit blog. Dan deel ik elke dag gewoon een gedicht maar zonder al teveel duiding, informatie, of in relatie met de categorieën die ik op dit blog heb. In realiteit komt het neer op het gedicht van een dichter, als het kan heeft het een relatie met de vakantie of reizen of rust, waar het gedicht uitkomt, uit welke bundel bijvoorbeeld en wie het heeft geschreven.

Daar begin ik zo half augustus mee maar voor dat het zover is wil ik alvast vakantievierders in de stemming brengen door het delen van een vakantiegedicht van Ingmar Heytze dat te lezen is op de website van het Poëziecentrum in Gent.

Wat ik erg leuk vind aan dit gedicht is dat het begint met een quote van een groot (woord)kunstenaar Wim T. Schippers dat ook meteen de titel verklaart.

.

De grote vacantie

.

Vacantie moet met een c, vind ik, anders is het geen vacantie.

Wim T. Schippers, interview in Onze Taal, 1996

.

Minder gestampte pot, oké,

meer Méditerranée, maar dan de leegte

in de letter ‘c’, alles opeens veel meer vacant –

de klapperende deuren van een uitgestorven

restaurant, tuimelkruid over het strand,

het thema van Monsieur Hulot

uit de buizenradio in je achterhoofd

maar dan op een eenzame mondharmonica.

Vacantie is een hoofd vol vragen: is de zon

soms kouder, de vis te taai, liggen er haaien

voor de kust? Waar is iedereen naar toe?

Waarom hier vandaan?

.

 

 

Vakantiepoëzie

Stefan Hertmans

.

Deze week een willekeurige keuze van moderne Nederlandstalige dichters met een gedicht om de vakantie (die voor sommige mensen net voorbij is en voor sommige mensen net begonnen is) door te komen. De eerste dichter in dit kader is de Vlaamse dichter Stefan Hertmans (1951). Van hem koos ik het gedicht ‘Slijper’ uit de bundel ‘Melksteen’ uit 1986, een uitgave van Poëziecentrum Gent.

.

Slijper

.

knelde zo ooit, woordavond

in april, dit potlood

tussen duim en vingers,

zwarte gepunte lijster

van de ademnood.

.

omdat hij zwijgend schreeuwde

zijn lang omzwachtelde

met elke hand vogel

gewaande hoornsteendood,

.

drong als een voelhoorn,

in grafieten leden,

langs oren en aders,

schreef zich rood.

.

Een pissebeds achtkantig lied

Herlinda Vekemans

.

In Gent kocht ik de dichtbundel ‘versneden’van Herlinda Vekemans. Haar debuutbundel. Na gepubliceerd te zijn in De Revisor, Dietse Warande en Belfort, En er is, Poëziekrant, Rottend Staal, Digther en Nieuwzuid werd deze bundel uitgegeven door Poëziecentrum Gent in 2005.  In 2006 gevolgd door de bundel ‘Buiging’, in 2011 ‘Schrikdraad’en in 2015 door ‘Kwartet voor het einde van de tijd’. Olivier Messiaen (1908-1992), waarin het leven en werk van de Franse componist Olivier Messiaen centraal staat. Vekemans (1961) geeft medisch en academisch Engels aan studenten en biomedische onderzoekers van de Universiteit van Leuven. In 2009 verschijnt poëzie van haar hand in ‘Het liegend Konijn’ en in 2010 in ‘Vlaanderen.

In de bundel ‘versneden’ wordt nogal wat versneden en met elkaar vermengd, volgens de regels van bestaande verhoudingen maar ook in nieuwe en uitdagende combinaties. De bundel bestaat uit 3 hoofdstukken: proloog, De stervende Galliër, Versneden en Epiloog, De stervende Galliër. Uit het laatste hoofdstuk het gedicht ‘Een pissebeds achtkantig lied’.

.

Een pissebeds achtkantig lied

.

And other strains of woe, which now seem woe

William Shakespeare, , sonnet 90

.

amper zand en zwart en bar al

en dor en droog de leeftocht door

en scherp schrapend in oor onder

en strak van blik de ogen kwijt

en arm aan regen en boswee

en mergloos en weesmoe en dicht

met stofpootjes vol net niet nat

aarddonker de zonzolder op

.

 

Gesluierde schandaaltjes

SMS poëzie

.

In 2008 werd een SMS-Poëziewedstrijd georganiseerd onder de titel ‘Gesluierde schandaaltjes’ in opdracht van BASE in het kader van Odegand. De 34 bekroonde gedichten werden in een klein bundeltje gepubliceerd in een oplage van 8.000 stuks en de productie lag in handen van het PoëzieCentrum Gent. Ik denk dat zoiets tegenwoordig niet meer gedaan zou worden, misschien onder de titel App-gedichtenwedstrijd. Via de beperking van (destijds) 160 karakters werden deelnemers gestimuleerd en gevraagd kernachtig te formuleren onder het motto ‘in der beschränkung seigt sich erst der Meister’.

De oogst was volgens de inleider rijk en gevarieerd en soms ook wat ondeugend (het thema was ‘1001 nachten’) en uit de vele inzendingen werden dus 34 gedichten gepubliceerd. De winnaar van deze wedstrijd werd Boris Cruyssaert, de tweede prijs (met een trilogie) Hilde van Cauteren en derde prijs ging naar Antoine Fonck.

Omdat het zulke korte gedichtjes zijn plaats ik ze hier alle vijf.

.

Mijn woorden zeilen, sluipen

gesluierd, van hiel tot keel,

openen je honing

met tong van kaneel. Tot je lijfje

haremsgewijs hijgt. En zwijgt.

.

Boris Cruyssaert

.

hij greep haar bij het nekvel als

een kat en dwong haar zijn

genade te betalen. maar zij temde

hem: ze betaalde met verslavende

taal, met altijd nog een verhaal

.

zo koopt zij dagen van de dood:

zij schikt haar taal,

laat haar verhalen

dralen tegen het daglicht aan

.

hoe ze hem met haar wendingen

behaagt en subtiel de plot verdaagt

naar een volgende nacht: zo

kluistert zij hem aan haar lippen,

zo handelt zij taal voor tijd

.

Hilde van Cauteren

.

het laatste / allerlaatste sprookje /

van 1001 nacht / gaat over

een meisje in Irak / dat de ogen

afwendt / van het been dat /

naar zij zich herinnert /

zij gisteren nog / had

.

Antoine Fonck