Site-archief
Skyfall
Lord Alfred Tennyson
.
Soms komen werelden bijeen waarvan je misschien niet zo snel verwacht dat ze bij elkaar komen. Dat gevoel kreeg ik toen ik afgelopen week naar de James Bond film Skyfall zat te kijken. M. het grote opperhoofd van de 00 agenten, citeert tijdens een ‘hearing’ door de, voor haar verantwoordelijke, minister een strofe uit het gedicht ‘Ulysses’ van Lord Alfred Tennyson.
Het is overigens niet de eerste keer dat dit gedicht redelijk prominent in een film voorkomt. Al eerder was het te horen in Dead poets society, maar dat is een film (qua titel en inhoud) waar je een dergelijk gedicht eerder verwacht dan in een actiefilm.
Het gebruik van deze strofe sluit echter heel mooi aan bij waar het in deze scene van de film omgaat. Hoewel Ulysses en zijn zeemannen niet meer zo sterk zijn als in hun jeugd, zijn ze “sterk in wil” en worden ondersteund door hun vastberadenheid om verder “meedogenloos te streven, te zoeken, te vinden, en niet toe te geven”.
.
Ulysses
It little profits that an idle king,
By this still hearth, among these barren crags,
Matched with an aged wife, I mete and dole
Unequal laws unto a savage race,
That hoard, and sleep, and feed, and know not me.
I cannot rest from travel;
I will drink Life to the lees.
All times I have enjoyed
Greatly, have suffered greatly, both with those
That loved me, and alone; on shore, and when
Through scudding drifts the rainy Hyades
Vext the dim sea. I am become a name;
For always roaming with a hungry heart
Much have I seen and known–cities of men
And manners, climates, councils, governments,
Myself not least, but honored of them all,–
And drunk delight of battle with my peers,
Far on the ringing plains of windy Troy.
I am a part of all that I have met;
Yet all experience is an arch wherethrough
Gleams that untraveled world whose margin fades
For ever and for ever when I move.
How dull it is to pause, to make an end,
To rust unburnished, not to shine in use!
As though to breathe were life! Life piled on life
Were all too little, and of one to me
Little remains; but every hour is saved
From that eternal silence, something more,
A bringer of new things; and vile it were
For some three suns to store and hoard myself,
And this gray spirit yearning in desire
To follow knowledge like a sinking star,
Beyond the utmost bound of human thought.
This is my son, mine own Telemachus,
To whom I leave the scepter and the isle,
Well-loved of me, discerning to fulfill
This labor, by slow prudence to make mild
A rugged people, and through soft degrees
Subdue them to the useful and the good.
Most blameless is he, centered in the sphere
Of common duties, decent not to fail
In offices of tenderness, and pay
Meet adoration to my household gods,
When I am gone. He works his work, I mine.
There lies the port; the vessel puffs her sail;
There gloom the dark, broad seas.
My mariners, Souls that have toiled, and wrought, and thought with me,
That ever with a frolic welcome took
The thunder and the sunshine, and opposed
Free hearts, free foreheads–you and I are old;
Old age hath yet his honor and his toil.
Death closes all; but something ere the end,
Some work of noble note, may yet be done,
Not unbecoming men that strove with gods.
The lights begin to twinkle from the rocks;
The long day wanes; the slow moon climbs; the deep
Moans round with many voices. Come, my friends,
‘Tis not too late to seek a newer world.
Push off, and sitting well in order smite
The sounding furrows; for my purpose holds
To sail beyond the sunset, and the baths
Of all the western stars, until I die.
It may be that the gulfs will wash us down;
It may be we shall touch the Happy Isles,
And see the great Achilles, whom we knew.
Though much is taken, much abides; and though
We are not now that strength which in old days
Moved earth and heaven, that which we are, we are,
One equal temper of heroic hearts,
Made weak by time and fate, but strong in will
To strive, to seek, to find, and not to yield.
.
Met dank aan http://www.poets.org, sparknotes.com en Youtube.
De cirkelgang van de tijd in een lichaam
Jelena Sjvarts
.
Jelena Sjvarts (1948 – 2010) was een dichteres uit Sint Petersburg die op jonge leeftijd begon met dichten. Haar eerste officiële bundel kon echter pas in 1989 verschijnen. Jelena Sjvarts werd tijdens de periode van de ‘stagnatie’ niet gepubliceerd. Wel was ze bekend in undergroundkringen. Haar gepassioneerde voordrachten waren populair. Ze interesseerde zich voor drama. Ze studeerde theater, muziek en film, en voor haar levensonderhoud vertaalde ze toneelstukken. Sjvarts was een excentrieke, talentvolle dichteres met een flink oeuvre. Haar werken zijn geschreven in dezelfde sfeer als het werk van o.a. Chlebnikov en Koezmin.
.
De cirkelgang van de tijd in een lichaam
.
Dit meisje is door iemand grootgebracht,
in haar ogen kabbelt lichtblauw water,
in haar liezen is het donker, splijt de nacht,
en ook een roze sterre staat er.
.
En in haar hart, hoe laat zou het daar zijn?
Ergens tussen wolf en hond.
Kobalt en schemerig golft het satijn
daar waar een naald het centrum wondt.
.
In haar hoofd begroet een tuin het wonder
van weer een nieuwe dageraad,
maar in haar nek gaat rood de zon al onder
en nacht kruipt in haar ruggengraat.
.
Uit: Optima, 1997 (vertaling Peter Zeeman)
.
Met jou, na een film
Oud gedicht
.
Ik heb in mijn kast een paar notitieboekjes waarin ik vroeger mijn gedichten schreef. Netjes in blokletters, zodat ik ze nu kan kan teruglezen ( mijn handschrift was destijds niet altijd even leesbaar).
Uit het laatste notitieboekje vandaag het een na laatste gedicht dat uit ca. 1988 / 1989 moet zijn met de titel ‘ Met jou, na een film’ . Heerlijk onduidelijk met zinnen waarvan ik me nu afvraag; Waarom? Maar ach, ook wel weer leuk om te delen.
.
Met jou, na een film
.
Natuurlijk
ik weet mij te redden
met pauzes
.
en een pauze
.
maar mijn verlangen
laat zich niet betalen,
niet onderbreken voor
koffie en ijs,
pinda’s en popcorn
toch is jouw intensiteit,
voor mij,
die van na de pauze
.
Filosofie van de liefde
Percy Bysshe Shelley
Om Percy Bysshe Shelley (1792 – 1822) zou ik bijna een nieuwe categorie starten; dichters met intrigerende namen. Toch maar niet doen misschien. Wat ik wel ga doen in ieder geval is een prachtig gedicht plaatsen van Shelley namelijk ‘Love’s philosophy’. Dit gedicht wordt gebruikt in de film ‘In & Out’ uit 1997 van Frank Oz met Kevin Kline, Joan Cusack, Matt Dillon en Tom Selleck. In & Out werd bekend als een van de mainstream pogingen om een gay film van zijn tijd te zijn.
.
Love’s philosophy
Rotklank
Rotterdam Klankbord
.
Op zoek naar poëzie op het web kwam ik op de website http://www.rotklank.nl/. Een bijzonder website waar veel op valt te genieten die, zoals ik, oog heeft voor de rafelranden van de poëzie. Of zoals ze zichzelf etaleren: Plat Rotterdams Klankbord en online magazine. Op een zwarte achtergrond (waarom?) staan in een aantal rubrieken allerlei kunstzinnige uitingen over Rotterdam en van Rotterdammers. Wie de website precies runt is me niet helemaal duidelijk geworden, veel verder dan Rotterdam Klankbord ben ik niet gekomen.
De website oogt wat rommelig, waarschijnlijk door de hoeveelheid informatie die overal op de pagina’s te zien is maar biedt zeker een aantal interessante rubrieken. Ik vind de rubriek ‘Klinkerdichter’ en dan de subrubriek ‘Dichten’ erg aardig. Beeldpoëzie op zijn Rotterdams.
Hieronder een voorbeeld.
Daarnaast staat er een heel fout filmpje op de site onder het motto Poëzie in de nacht, wij zijn de nacht. Op elke pagina is de Quote ROTator zichtbaar met quotes als: ‘Stem op de schouderpartij! Voor draagvlak en kracht’ (rond de verkiezingen) en “Er zijn vele wegen, maar de juiste weg, is de weg ertegen; niet de weg eronder, dat is onderkruiperij; niet de weg erover, dat is pluimstrijkerij, maar de weg ertegen, tegen alle wegen in en dat is van de wijsheid nog maar het begin”. (Bertus Aafjes).
Een aardige website om eens te bezoeken kortom.
Charles Baudelaire
The Jewels / Les Bijoux
.
In de categorie ‘poëzie en film’ vandaag de film ‘The reader/ la Lectrice’ en het gedicht The Jewels van Charles Baudelaire.
The film ‘The reader’ uit 1988 of ‘La Lectrice’ zoals de film eigenlijk heet (het is een Franse film) is gebaseerd op de roman van Raymond Jean met dezelfde titel, geregisseerd door Michel Deville. De film gaat over Constance die haar vriend voorleest uit een boek waarin Marie haar diensten aanbiedt als voorlezer van boeken. In het verhaal lopen de twee verhaallijnen en de twee personen van Constance en Marie , beide gespeeld door de actrice Miou-Miou, op een gegeven moment door elkaar en krijgt de film iets ongrijpbaars.
In de film wordt behalve het gedicht van Charles Baudelaire ook werk van Duras, Tolstoi, Lewis Carrol en Markies de Sade voorgelezen. Naast Miou-Miou speelt Patrick Chesnais een hoofdrol. Hij kreeg voor zijn rol de César award (de Franse Oscar).
.
Les Bijoux
La très chère était nue, et, connaissant mon coeur,
Elle n’avait gardé que ses bijoux sonores,
Dont le riche attirail lui donnait l’air vainqueur
Qu’ont dans leurs jours heureux les esclaves des Mores.
Quand il jette en dansant son bruit vif et moqueur,
Ce monde rayonnant de métal et de pierre
Me ravit en extase, et j’aime à la fureur
Les choses où le son se mêle à la lumière.
Elle était donc couchée et se laissait aimer,
Et du haut du divan elle souriait d’aise
À mon amour profond et doux comme la mer,
Qui vers elle montait comme vers sa falaise.
Les yeux fixés sur moi, comme un tigre dompté,
D’un air vague et rêveur elle essayait des poses,
Et la candeur unie à la lubricité
Donnait un charme neuf à ses métamorphoses;
Et son bras et sa jambe, et sa cuisse et ses reins,
Polis comme de l’huile, onduleux comme un cygne,
Passaient devant mes yeux clairvoyants et sereins;
Et son ventre et ses seins, ces grappes de ma vigne,
S’avançaient, plus câlins que les Anges du mal,
Pour troubler le repos où mon âme était mise,
Et pour la déranger du rocher de cristal
Où, calme et solitaire, elle s’était assise.
Je croyais voir unis par un nouveau dessin
Les hanches de l’Antiope au buste d’un imberbe,
Tant sa taille faisait ressortir son bassin.
Sur ce teint fauve et brun, le fard était superbe!
— Et la lampe s’étant résignée à mourir,
Comme le foyer seul illuminait la chambre
Chaque fois qu’il poussait un flamboyant soupir,
Il inondait de sang cette peau couleur d’ambre!
.
The Jewels
My well-beloved was stripped. Knowing my whim,
She wore her tinkling gems, but naught besides:
And showed such pride as, while her luck betides,
A sultan’s favoured slave may show to him.
When it lets off its lively, crackling sound,
This blazing blend of metal crossed with stone,
Gives me an ecstasy I’ve only known
Where league of sound and luster can be found.
She let herself be loved: then, drowsy-eyed,
Smiled down from her high couch in languid ease.
My love was deep and gentle as the seas
And rose to her as to a cliff the tide.
My own approval of each dreamy pose,
Like a tamed tiger, cunningly she sighted:
And candour, with lubricity united,
Gave piquancy to every one she chose.
Her limbs and hips, burnished with changing lustres,
Before my eyes clairvoyant and serene,
Swanned themselves, undulating in their sheen;
Her breasts and belly, of my vine and clusters,
Like evil angels rose, my fancy twitting,
To kill the peace which over me she’d thrown,
And to disturb her from the crystal throne
Where, calm and solitary, she was sitting.
So swerved her pelvis that, in one design,
Antiope’s white rump it seemed to graft
To a boy’s torso, merging fore and aft.
The talc on her brown tan seemed half-divine.
The lamp resigned its dying flame. Within,
The hearth alone lit up the darkened air,
And every time it sighed a crimson flare
It drowned in blood that amber-coloured skin.
.
Boerol
Zaterdag 5 juli 2014
.
Op 5 juli ga ik voordragen op Boerol in Maasland. Boerol is een cultuurfestival in de polder met theater, beeldende kunst, toneel, film, land-art, poëzie en veel muziek. Boerol is voor iedereen en helemaal gratis. De locatie is midden in de polder (Midden-Delfland) op het terrein van Boerderij Het Kraaiennest in Maasland (hoek Laan van Zeestraten/Burgerdijkseweg, Maasland).
In 2008 zag dit bijzondere festival het levenslicht. Kwamen er toen zo’n 1300 bezoekers, de laatste editie in 2013 trok al 3000 bezoekers. Om je een idee te geven wat er allemaal te zien is hier een aantal namen:
Theater: Potdoosie, De Jonge Honden, Wilde Spinazie en op vrijdagavond, de avond voor Boerol is er een speciale uitvoering van Het Houten Huis / Speeltheater Holland van het programma ‘Droogland’. Hiervoor wordt een toegangsprijs(je) gevraagd van € 7,50
Kunst: Mindful tekenen, De Fantasiespiegel, Flashtab en Hardrock House en vele andere
Muziek: Mala Vita, Scotch, Michel Ebben en Menno Smit, My Blue Van en vele andere
Poëzie: Stichting Verzet de Zinnen uit Delft heeft een mooi poëzieprogramma samengesteld met de volgende dichters: Menno Smit, Joz Knoop, Irene Siekman, Mark Boninsegna, Robbert Meijntjens, Kobus Carbon, Edwin de Voigt, Tim van den Eijk, Rick Baggermans en natuurlijk ikzelf.
Zoals je ziet treden maar liefst 3 dichters en de uitgever van ‘Wij dragen Rotterdam’ hier op. Heb je nog geen exemplaar dan is er op 5 juli vast nog wel eentje te koop.
Voor het hele programma, alle ins and outs en nog veel meer kijk je op http://boerol.nl/
.
Hier wat foto’s van de 2013 versie.
Christy Brown
My left foot
.
Christy Brown (1932 – 1981) was een Iers schrijver, schilder en dichter die aan een serieuze hersenverlamming leed. Hij wist zijn handicap echter te overwinnen door te leren hoe hij met zijn linkervoet kon tekenen en schrijven. Hij is vooral bekend geworden voor zijn autobiografie My left foot, die in 1989 ook verfilmd (Met Daniel Day-Lewis in de hoofdrol) en bekroond werd met een Oscar.
Christy Brown werd in Crumlin, Dublin geboren als één van 22 kinderen (waarvan er 13 wisten te overleven). Hoewel hij gehandicapt was en jarenlang nauwelijks kon bewegen of spreken bleef zijn moeder met hem praten, werken en hem onderwijzen. Toen hij vijf jaar oud was kon hij alleen zijn linkerenkel bewegen. Op een dag pakte hij met zijn linkervoet een krijtje en begon daarmee te tekenen. Zijn moeder leerde hem het alfabet en dat was het begin van zijn schrijverschap.
Toen Browns moeder tijdens de bevalling van haar 21ste kind in het ziekenhuis lag ontmoette ze Katriona McGuire, die in de verpauperde binnenstad van Dublin werkte bij dokter Robert Collis. Ze vertelde Dr. Collis over het unieke verhaal van Christy en zijn moeder. Collis bezocht Brown en onderzocht hem. Hij stelde vast dat Collis hersenverlamming had en besloot dat hij het eerste behandelingscentrum in Ierland zou oprichten voor hersenverlamde mensen, en dat Brown zijn eerste patiënt zou worden. Dankzij hun voorliefde voor literatuur werden Brown en Collis levenslange vrienden. Collis kende ook veel Ierse dokters en auteurs, waaronder Cecil Day-Lewis, de vader van acteur Daniel Day-Lewis, die later Christy zou vertolken in de film “My Left Foot” (1989). Christy stelde Brown voor aan deze auteurs en hielp hem ook zijn debuutroman te schrijven: “My Left Foot” (1954).
Behalve deze roman schreef Christy Brown een paar dichtbundels. Uit de bundel ‘Of snails and skylarks’ het gedicht ‘Girl in the wind’.
.
“Girl in the wind
blowing wide open
the closed doors of my life –
which way are we going?
Standing against the lurid sky
on the stark brink of ocean
arms outstretched
as if your love and hunger
would embrace the world
and I in my inner room
playing my poetic premutations
can only look and ask the unanswerable.
Brave and cunning I speak to my typewriter
knowing it will not answer back
knowing it will not reply
what I ask and do not want to hear
as you with the vast sunset merge
a multitude of dreams away
uniquely alone and outside of me
in the purity and rarity of this moment
immeasurably beyond my love and my rage
and with the dying call of gulls
the echo resounds:
Girl in the wind
throwing aside
the tight shutters of my life –
which way are we going?”
.
Cloths of Heaven
Seb Lester
.
Van mijn broer kreeg ik de volgende tip over een toepassing van een beroemd gedicht van W.B. Yeats getiteld ‘Aedh Wishes for the Cloths of Heaven’. Seb Lester is een grafisch ontwerper en kunstenaar uit Lewes in Groot Brittanië. Lester heeft ontwerpen en typografieën gemaakt voor veel grote bedrijven als Apple, Nike, Intel, The New York Times, de Olympische Winterspelen in Vancouver en de laatste heruitgave van J.D. Sallingers ‘The catcher in the rye’.
Tegenwoordig houdt Lester zich vooral bezig met prints in gelimiteerde oplages. Zo is ‘Cloths of Heaven’ als print te verkrijgen maar ook als geborduurd kunstwerk. Of zoals hij zelf zegt over dit kunstwerk: “Ik wilde proberen om de afdruk eruit te laten zien als een prachtig en tijdloos mooi stukje zeer decoratief handwerk. Ik heb me laten inspireren door de middeleeuwen, de renaissance en 18de – eeuwse bronnen , maar ik heb ook geprobeerd om persoonlijke , progressieve en oneerbiedige ideeën te integreren . Het resultaat is een stilistische hybride kunstwerk waarvan ik denk dat het alleen in de 21e eeuw kan ontstaan.”
Aedh Wishes for the Cloths of Heaven
.
Had I the heavens’ embroidered cloths,
Enwrought with golden and silver light,
The blue and the dim and the dark cloths
Of night and light and the half light,
I would spread the cloths under your feet:
But I, being poor, have only my dreams;
I have spread my dreams under your feet;
Tread softly because you tread on my dreams.
.
Dat dit een beroemd gedicht is blijkt uit het feit dat het in 1899 voor het eerst werd gepubliceerd in de bundel ‘The wind among the reeds’ en tot op de dag van vandaag gebruikt wordt in boeken en films. Zo komt het gedicht voor in de films ‘Equilibrium’, ’84 Charing Cross Road’ en ‘Dasepo Naughty Girls’. Daarnaast wordt het in de laatste aflevering van serie 3 van ‘Ballykissangel’ geciteerd door de hoofdpersoon en verscheen het in het fotoboek ‘In Flagrante’ van Chris Killip en in de romans ‘A widow for one year’ van John Irving en ‘The secret intensity of everyday life’ van William Nicholson.
.
Meer voorbeelden en informatie over Seb Lester op zijn website http://www.seblester.co.uk/




















