Site-archief
Voordat
Ingmar Heytze
.
De in 1970 geboren Ingmar Heytze studeerde Algemene Letteren in zijn geboortestad Utrecht, met als specialisatie Communicatiekunde. In 1997 debuteerde bij met ‘De allesvrezer’ (hoewel hij in 1989 al ‘Alleen mijn kat applaudisseert’ publiceerde bij Stichting Lift) en trad hij ook op tijdens de Nacht van de Poëzie en in het culturele seizoen 1999-2000 was hij de eerste “huisfilosoof” van het Utrechtse Centraal Museum.
In 2009 werd hij als eerste benoemd tot stadsdichter van Utrecht. Hij was stadsdichter tot 2011 en toen zijn termijn afliep is er geen nieuwe stadsdichter gekozen. Het Utrechts Dichtersgilde heeft het stadsdichterschap overgenomen.
Heytze schreef en publiceerde inmiddels 16 poëziebundels. Ook schreef hij proza en zijn een aantal van zijn gedichten in de openbare ruimte in de stad Utrecht te lezen. In 2008 ontving hij de tweejaarlijkse C.C.S. Crone-prijs en in 2016 de Maartenspenning.
Uit de bundel ‘Alle goeds’ uit 2001 het gedicht ‘Voordat’.
.
Voordat
.
Voordat ik me terugtrek
bij een vrouw
van rubber of papier
voordat ik niets meer klaarmaak
dan mezelf
wil ik bij jou zijn.
.
Voordat de laatste ronde ingaat
en mijn ziel is weggezwommen
in het glas, mijn zinnen
opgelost in drank,
wil ik bij jou zijn.
.
Voordat mijn gedichten
zijn verjaard tot voorbeeld
van het een of ander,
mijn talenten zijn vervallen
tot verzameld werk,
wil ik bij jou zijn.
.
Voordat het licht
uit mijn ogen sijpelt,
mijn huid verdort tot vel,
voordat ik al mijn goud
veranderd heb in lood,
wil ik bij jou zijn
tot de dood.
.
Notitie
Remco Campert
.
Afgelopen weekend was zijn laatste optreden voor publiek tijdens de Nacht van de Poëzie in Tivoli Utrecht, daarom vandaag een gedicht van deze ‘laatst levende’ vijftiger zoals hij zichzelf ziet; Remco Campert.
.
Notitie
Gauw opschrijven voor ik het vergeet:
in de auto met D. en haar vader
dwars door Amerika’s seizoenen heen
de vochtige zon in Santa Barbera
de kletsnatte sneeuw in Denver
en in alle Best Westerns
het knipperlicht van de televisie
op haar lieve slapen de gezicht
van weer heel jong meisje zijn
maar het schrijven van de woorden
verandert wat ik niet vergeten moet
dat wat geen woorden had
enkel, levend, ademend beeld was
zodat ik nu twee versies van hetzelfde heb
die ik vandaag nog over elkaar kan leggen
maar waarvan morgen als ik weg ben
alleen de woorden resten
die aan iets herinneren
waar geen oog meer weet van heeft.
Uit: Nieuwe herinneringen, 2007
.
Ellen Deckwitz
Liedje
.
Ellen Deckwitz studeerde Nederlands in Groningen en voltooide nadien een research master in de literatuur- en cultuurwetenschap.
Sinds 2000 is Deckwitz actief als dichteres. Ze droeg haar poëzie voor in binnen- en buitenland, onder andere op Lowlands, de Nacht van de Poëzie en Poetry International. Daarnaast verscheen haar werk in verschillende Nederlandse literaire tijdschriften en bloemlezingen en is een gedeelte vertaald en gepubliceerd in het Duits, Zweeds, Engels en Frans. Ellen Deckwitz was een van de juryleden voor de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd 2011-2012.
In 2009 kreeg Deckwitz de Meander Dichtprijs toegekend voor haar poëzie. Eind 2009 won zij het Nederlands Kampioenschap Poetry Slam (ze heeft het record van de meest gewonnen poetry slams in 1 jaar) en voor haar bundel “De steen vreest mij” ontving ze de 25ste C. Buddingh-prijs 2012 voor het beste poëziedebuut van het jaar.
Tegenwoordig woont en werkt Deckwitz in Utrecht waar ze onder andere een van de vijf leden van het Utrechts Dichtersgilde is, dat in 2009 werd opgericht rond Ingmar Heytze.
In Liter nr. 66 uit 2012 verscheen onder meer het gedicht ‘Liedje’.
.
Liedje
.
Laat me je oproepen in de geest
van degene die dit jaren later leest.
Ook al stellen ze zich je blond voor,
.
je ogen grijs en je mond grover
dan ik bedoelde. Laat me uitbeelden
voor wanneer niemand je meer wil,
voor als niemand nog de pen uit
.
mijn handen rukt, verwacht ik je
tong en hef je mijn gezicht alsof
het een kelk is
.
Foto: Nadine Ancher
Dichters in de Nacht
Luister CD
.
De Nacht van de Poëzie (De nacht) geldt al 31 jaar als één van de best bezochte podiumevenementen van de Nederlandse letteren. Tot 2007 werd de Nacht gehouden in de grote zaal van Muziekcentrum Vredenburg in Utrecht. In 2008 verhuisde het naar Vredenburg Leidse Rijn. Door de verbouwing van het muziekcentrum werd de Nacht in 2009 overgeslagen om in 2010 en 2011 in kleinere vorm terug te keren in de Utrechtse Stadsschouwburg. In 2013 werd het georganiseerd in Media Plaza in de Jaarbeurs en in 2014 keert de Nacht terug naar het nieuwe Vredenburg.
Enige tijd geleden kreeg ik de luister CD ‘Dichters in de Nacht’ cadeau. Op deze CD een luisterversie van de jubileumnacht (25 jaar de Nacht) waarop vele bekende dichters zijn te beluisteren die het podium in Vredenburg betraden. Onder hen Gerrit Komrij, Leonard Nolens, Rutger Kopland, Jean Pierre Rawie, Jules Deelder maar ook het duo optreden van Remco Campert en Cees Nooteboom. De CD is uitgegeven door uitgeverij Rubinstein in 2006.
Van de dichter K. Michel, het gedicht ‘Ook de vissen’die op de CD staat.
.
Ook de vissen
Zou je de Haagse Hofvijver overeind zetten
rechtstandig als een majestueuze wand van water
om het licht de diepte te laten doorstralen
om de stad een doorzichtige spiegel te bieden
een oudgouden glans zou over de huizen strijken
en iemand roept als eerste ‘kijk’ en wijst
toeterend komt het hele verkeer tot stilstand
abrupt worden alle vergaderingen opgeschort
en de straten vullen zich met ogen en geroezemoes
een vorstelijk banket, jagers in een herfstbos
zegels en paperassen, gesluierde naakte vrouwen
iedereen ziet in de vijverwand iets anders
maar allemaal blikken ze diep in de tijd terug
En eindelijk kunnen de hofvissen ook eens
over de schubbenhuid van de daken uitkijken
naar de glinsterende torens en ijspaleizen
de bomen bij de duinen, het gele strandzand
‘kijk’ stoten de vissen elkaar aan, ‘dat zilvergrijze
dat schitterende schuimende, woelende weidse
dat zich daar uitstrekt tot aan de einder en verder
dat is nou de zee, ja dat daar is de zee’
Met dank aan Wikipedia en Gedichten.nl
Nog altijd in verzet
Amelisweerd
.
Amelisweerd is van oorsprong een historisch landgoed waar reeën lopen. Met vennen en mooie loofbomen. In 1970 ontdekte Jaap Pontier, een Utrechtse planologiestudent, dat er een dikke streep op de kaart liep op de plek van het landgoed Amelisweerd nabij Utrecht. Dat was de rijksweg A27, die dwars door het bos zou worden aangelegd. Spoedig ontdekte hij dat het bos misschien al in 1971 zou worden gekapt. Met wat studievrienden en belangstellenden uit allerlei hoeken richtte hij de Werkgroep Amelisweerd op, die in maart 1971 een rapport publiceerde. De Werkgroep tekende daarin een alternatief dat door de rand van het bos zou gaan, en niet er dwars doorheen.
In september 1982, vond in het bos een veldslag plaats tussen actievoerders en met pantserwagens uitgeruste politie voorafgaand aan het kappen van de bomen. Dat de felle strijd was mogelijk door de opkomst van bestemmingsplanprocedures en inspraakmogelijkheden. Amelisweerd werd hiermee hét symbool van de strijd rond wegenaanleg in Nederland.
In april 2013 verzamelden zo’n 1000 mensen zich in het bos bij Amelisweerd om te protesteren tegen het plan van minister Schultz van Haegen om de snelweg (die er dus nu zo’n 30 jaar ligt) te verbreden naar twee keer zeven rijstroken. Daarvoor moet een strook bomen aan beide kanten van de weg worden gekapt.
De Vrienden van Amelisweerd en de actiegroep Kracht van Utrecht leggen zich nog niet neer bij de verbreding van de A27 bij Amelisweerd. Op hun website is ook ruimte voor creatief verzet tegen de verbreding van de A27. Op http://www.vriendenvanamelisweerd.nl lees je meer.
Hieronder een gedicht tegen het verder oprukkende asfalt van Ingrid van Tellingen.
.
Als bomen wijken.
.
Als bomen wijken
Voor kale wegen
Waar auto’s razen
Een kunstwerk neergezet
Om iets te maken wat er niet is.
.
Als bomen wijken rust verdwijnt
Vogels niet meer zingen
Eekhoorn, reëen, wilde zwijnen,
Teruggedrongen zijn.
.
Voor bomen wijken
Wil ik opduiken
Om te zien, te ruiken
Hoe het is, hoe het was
Zoals het altijd hoort te zijn.
.
Als bomen wijken
Bos verdwijnt
Onze heilige koe verschijnt
Ach die bomen kunnen wij missen
Zolang er zuurstof is in flessen.
.



















