Maandelijks archief: oktober 2015

Kluger Hans

Literair tijdschrift

.

Via Facebook werd ik weer eens gewezen op het bestaan van het tijdschrift Kluger Hans. Alleen door de naam al zou je nieuwsgierig worden naar wat er achter schuil gaat. Kluger Hans is een in België in 2008 opgericht literair tijdschrift, dat zich richt op jong talent.

Het tijdschrift verschijnt vier keer per jaar, daarnaast publiceert men ook literair werk online en organiseren ze evenementen onder de naam ‘literaire schurft’. Volgens eigen zeggen wordt er nadrukkelijk gezocht naar thema’s met een maatschappelijke inslag, eigenzinnige en authentieke teksten die de verbeelding prikkelen, stimuleren en verwarren en de de verwondering bevorderen.

Als literair magazine kenmerkt men zich door een keuze voor maatschappelijke betrokkenheid en artistieke vorm en inhoud met een oog voor nieuwe namen en talent.

In het tijdschrift staan nieuwe verhalen, essays en poëzie en op de website van Kluger Hans http://www.klugerhans.net/ kun je van alles alvast een voorproefje krijgen.

Uit het aprilnummer van dit jaar twee gedichten over utopie van Ingrid Strobbe.

.

I.

Het ziet er zo (vanuit de lucht) uit:

eerst de kleuren

de vlakken grijs en groen

het bouwmateriaal legt een dorp aan

de straten krijgen namen

de nummering van huizen

een postbode voor het kind dat op geen van hen lijkt

.

dan de mensen en de honden

een kat zo nu en dan naar de overkant

piepende remmen van opa’s

en oma’s kapster in het kapsalon

het kapsel spiegelend

.

een wandeling in de straat aan de hand van voetstappen

een meter door een stap gemeten

aan de hand een kind

een dier

snuffelend bij straatverlichting in het daglicht

springend in de plas van vrolijkheid

om het nieuwe huis dat in afmetingen er over heen gebouwd

er over heen beschermd

.

II.

In mei smijt de mens het ei

eigeel de kleverige nacht

eiwit de dreigende gedachten

het plan valt in een ongeplande slaap

per ongeluk het ongeluk van het wapen dat niet past

dat op een kussensloop elk gedicht uit het hoofd slaat

.

de man in het grootste bed strikt een laatste wens als veters rond haar

poten

.

haar pantoffels zuchten zacht

de trap af

.

de trap op

vanuit de lucht af gezien is het een drama

en toch zingt de maan haar troostend lied

toch ziet de zon dit door de vingers

.

Utopie

Endre Ady

Verwant van de dood

.

Endre Ady (1877 – 1919) was een Hongaars dichter die zijn poëzie in een volkse stijl schreef en wiens werk sterk beïnvloed werd door dichters als Charles Baudelaire en Paul Verlaine. In zijn gedichten maakte hij vaak gebruik van het Symbolisme en thema’s als God, Hongarije en het gevecht tot overleven.

Ik ken Endre Ady als dichter al sinds 1998 toen ik voor de eerste maal de bibliotheek in Hatvan bezocht. Deze Hongaarse zusterstad van Maassluis heeft haar bibliotheek vernoemd naar deze beroemde Hongaarse dichter. Het is een heel normale zaak in Hongarije om bibliotheken naar beroemde schrijvers en dichters te noemen, heel anders dan in Nederland waar dat naar mijn weten nog nooit is gedaan.

In vertaling zijn er een aantal gedichten van Endre Ady verschenen waaronder het gedicht ‘Verwant van de dood’ in vertaling van Ankie Peypers uit 1969.

.

Verwant van de dood

.

Ik ben een verwant van de dood

en bemin de vluchtige liefde.

Ik houd ervan haar te kussen

die weggaat.

.

Ik houd van de zieke rozen

vrouwen die verwelkend

verlangen naar zonovergoten kwijnende

najaarstijd.

.

Ik houd van de trieste uren,

van hun spokende, wenkende roep.

.

Van de grote dood, de weerspiegeling

van de heilige dood.

.

Ik houd van hen die wenen,

ontwaken, verre reizen doen.

Van de kilbeijzelde ochtend

boven het veld.

.

Van de gelatenen die versagen,

van tranenloos verdriet en vrede.

Gelatenheid, de haven voor wijzen,

dichters, misdeelden.

.

Ik houd van hen die ontgoocheld zijn,

die kreupel, in de val gelokt,

niet meer geloven; van de bedrukten:

van de wereld.

.

Ik ben een verwant van de dood

en bemin de vluchtige liefde.

Ik houd ervan haar te kussen

die weggaat.

.

Endre_Ady

 

Drijvende dichtregels

Op het Merwedekanaal

.

Toen de Tour de France dit jaar Utrecht aandeed schreef stadsdichter van Utrecht, Els van Stalborch. de dichtregel ‘Behind the dikes we all bike’. Deze regel werd als drijvende dichtregel in het Merwedekanaal in Utrecht geplaatst.

De dichtregel van Stalborch is uitgekozen uit de zestig (Engelstalige) regels geschreven door het Utrechts Stadsdichtersgilde. Als onderdeel van het Gildeproject rond de Tour werd de dichtregel vervolgens levensgroot (2m hoog 45m lang) uit hout en piepschuim gefrabiceerd, zodat het kunstwerk goed zou blijven drijven en ook goed zichtbaar zou zijn vanuit de lucht. Het doel van de actie was dat de regel gespot zou worden door een van de helikopters die rondvlogen gedurende de Tourstart, en dit is ook gelukt.

.

Merwedekanaal

drijvende regels

Lozenges

Gedichten in vreemde vormen

.

In 1965 gaf Colleen Thibaudeau een alleraardigst boekje uit met de intrigerende titel ‘Lozenges’. Om daar maar mee te beginnen; een Lozenge () is een ruitvormig leesteken dat nog maar weinig gebruikt wordt.  De lozenge werd vroeger wel eens gebruikt om spaties aan te geven bij woorden waar onduidelijk was of deze aan elkaar hoorden of niet. In de huidige spelling is dit niet meer nodig.

Colleen Thibaudeau (1925 – 2012) was een Canadees dichteres en schrijfster van korte verhalen die in veel tijdschriften en magazines gedichten publiceerde. Behalve ‘Lozenges’ publiceerde ze nog de bundels ‘Ten Letters’ (1975), ‘My Granddaughters Are Combing Out Their Long Hair’ (1977), ‘The Martha Landscapes’ (1984), ‘The “Patricia” Album’ (1992) en ‘The Artemesia Book’ (1991).

Het boekje ‘Lozenges’ staat vol met gedichtjes in de vorm van een object en heeft dit ook als titel. Voorbeelden zijn een kroon, een trein, een hockeystick en een pop.

Hieronder twee voorbeelden van een ballongedicht en een kaarsgedicht.

.

ballon

kaars

lozenges

Voor het hele boekje on-line ga je naar http://colleenthibaudeau.com/lozenges-poems-in-the-shape-of-things/

Telefoonseks

Herman de Coninckzondag

.

In de bundel ‘De gedichten’ van Herman de Coninck staan in het laatste gedeelte de zogenaamde ‘verspreide gedichten’. Gedichten die overal en nog ergens zijn gepubliceerd. Het gedicht dat begint met ‘Telefoonseks’ is gepubliceerd in 1995 in Nu dus.

.

Telefoonseks. Trek je je slipje uit?

Hou je hoorn erbij dat ik het hoor?

Kun je je benen zo opendoen dat ik hoor

dat je nat bent?

.

Je hebt een lange buik, aan weerszijden waarvan

wij aan tafel zitten, jij met je hoofd, ik van tussen

je benen komend met ook een hoofd.

Banket. In je navel zout voor de radijsjes.

.

Mijn verbeelding is zo groot als mijn gemis.

Het zou elkaar kunnen vullen. Zoiets als een glas

waarvan je drinkt en dat even vol blijft.

Het staat op een lege tafel

op een schilderij in een leeg huis.

.

telefoonseks

 

Afscheid

Adriaan Morriën

.

Adriaan Morriën (1912-2002) was dichter, essayist, vertaler en criticus. In 1935 debuteerde hij met een gedicht in het, door Menno ter Braak, E. du Perron en Marice Roelants opgerichte, tijdschrift Forum.

Morriën was een bijzonder man binnen de letteren. Zo schreef hij vertalingen, literaire beschouwingen en recensies voor onder andere Het Parool en werkte hij bij het Instituut voor Vertaalkunde van de Universiteit van Amsterdam. Maar hij was ook betrokken bij de oprichting van het Fonds voor de Letteren en werkzaam als redacteur van een aantal literaire tijdschriften waaronder Tirade. Daarnaast was hij adviseur van de uitgeverijen van Oorschot en De Bezige Bij.

Maar hij was ook dichter. Tijdens zijn leven publiceerde hij meer dan 15 poëziebundels waaronder zijn ‘Verzamelde gedichten’ in 1994 waaruit het volgende gedicht afkomstig is.

.

Afscheid

.

Zul je voorzichtig zijn?

.

Ik weet wel dat je maar een boodschap doet

hier om de hoek

en dat je niet gekleed bent voor een lange reis

.

je kus is licht

je blik gerust

en vredig zijn je hand en voet

.

Maar achter deze hoek

een werelddeel

achter dit ogenblik

een zee van tijd

.

Zul je voorzichtig zijn?

.

AM

Met dank aan het ANP Historisch Archief

Duingedicht

Tussen Scheveningen en Kijkduin

.

Ik woon vlak bij Scheveningen en al wandelend door de duinen tussen Scheveningen en Kijkduin kwam ik dit bouwwerk tegen. Of het een functie heeft en welke dat dan is weet ik nog steeds niet. Volgens mij is het er vooral neergezet om de fietsenstalling ‘smoel’ te geven maar het gedicht op de ronde betonnen wand mag er zijn. En het past mooi in de categorieën Gedichten op vreemde plekken en Gedichten in de openbare ruimte.

.

Terugkeer naar het stille strand

bijzaken verwaaien

.

Zee golft door in duinen

branding ruist in de kruinen

.

Hier is ruimte

om lief te hebben

.

IMG_1378

Poëzie uit Estland

Indrek Mesikepp

.

Op http://www.wordswithoutborders.org/ kwam ik een mooi gedicht tegen van de Estlandse dichter Indrek Mesikepp (1970) in vertaling van de Noord Ierse Miriam McIlfatrick getiteld ‘I wish there was a god’.

Mesikepp is in Estland een bekend dichter, hij heeft 5 bundels gepubliceerd en hij ontving in 2004  the Estonian Cultural Endowment’s Award voor poëzie. Zijn werk is o.a. vertaald in het Russisch, Fins, Bulgaars en Zweeds en hij is naast dichter sinds 2000 editor van het literaire magazine ‘Looming’ en Rock DJ.

Miriam McIlfatrick woont sinds 1991 in Estland. Veel van haar tijd besteedt ze aan het vertalen van poëzie uit Estland voor performances over de hele wereld. Haar vertalingen verschenen in vele journals en magazines. Eigen werk verscheen in vertaling in Estland.

.

[ I wish there was a god] 

I wish there was a god
who would see to it
that we
who work in Finland as bus drivers
small-town hairdressers
overwrought nurses
rock band roadies
liquor store assistants
dressmakers and decorators
would never know
the persistence of power freaks
the attention of moneylenders
the support of legal experts
that we would be spared
the taunts of rich folks’ kids

that those
who are paid for their words
would never learn our names

that our private lives
and our private parts
would not be touched by the art lot
who would like to connect with us
collect ideas and experience
for their books
films and stage lives

I wish there was a god
who would preserve us
from interesting people
I wish there was the sort of god
who would preserve us from a god
we invent for ourselves
to protect us from all of them
and from selecting someone
from among ourselves
who would not let us become
religious fanatics or fascists
that he would give us peace
dull workday peace

there is no god of that sort

.

Mesikepp

Miriam

Allerheiligen, bezeten woorden

Levenslang lezen

.

Enige tijd geleden kreeg ik de vraag of ik een toepasselijk gedicht had of wilde schrijven voor de bundel ‘Allerheiligen, bezeten woorden’ met als thema de vergankelijkheid, het mysterie en de kracht van het leven. Nogal vaag misschien maar als je de bundel leest ben je er snel achter dat het hier gaat om een combinatie Halloween, Edgar Allen Poe, Dracula, vampiers en griezelen. Eem echte bundel voor jeugd en jongeren dus.

Zelf sta ik er met het gedicht ‘Levenslang lezen’ waar ik Dracula laat leven op het lezen van boeken. Het gedicht kun je lezen op dit blog, kijk hiervoor bij 30 december 2014.

Daarom uit deze bundel een gedicht van een collega dichter Mattie Goedegebuur met de titel ‘Takkewijf’.

.

Takkewijf

.

mijn haren waaien

als een bos sprokkelhout

terwijl ik omzichtig

onzichtbaar voor

witte wieven

hen beloer

als zij uitgaan

uit versgestorvenen

en rondspieden

naar onbedachten

als vers aanstaand lijk

.

heimdall

Verzetsgedichten

Garmt Stuiveling

.

Ik kreeg de bundel ‘Bij Nederlands bevrijding’ van Garmt Stuiveling in handen met houtgravures van Jan Th. Giessen. Het betreft hier een uitgave van vlak na de oorlog met gedichten die in de jaren 1941 tot 1945 zijn geschreven. In drie hoofdstukken: Tijdens de bezetting, In memoriam en Bij Nederlands bevrijding.

De bundel is na de bevrijding gepubliceerd en uitgegeven door W.G. Breughel te ‘s-Graveland in een oplage van 4900 stuks. Hieronder het eerste gedicht uit de bundel getiteld ‘Vorstenverrader en verradersvorst’.

De hele bundel is on-line te lezen via het geheugen van Nederland op http://www.geheugenvannederland.nl/ en dan zoeken op Garmt Stuiveling.

.

Verzetsgedicht

2015-09-13 16.00.04