Categorie archief: poëzietijdschrift

Terug naar het begin

Sholez Rezazadeh in Mugzine

.

De nieuwste editie van MUGzine is uit! In #21 hebben de dichters Bauke Vermaas, Sholez Rezazadeh en Frans Terken bijdragen geleverd. De illustraties zijn dit keer van Danièle Knirim (@hier_vandaan op Instagram). Uiteraard is er een nieuw poëtisch voorwoord en zorgde dichter Bauke Vermaas dit keer voor de @l.uule.

De nieuwe editie is zoals altijd gratis te downloaden op de website maar als je de papieren versie wil ontvangen word dan donateur. Voor twee tientjes per jaar ontvang je 5 edities van MUGzine in je brievenbus plus de extra’s die we elk jaar bedenken (GUM, ansichtkaart, Special).

Om alvast in de stemming te komen hier een gedicht van Sholez Rezazadeh (1989) kwam in 2015 vanuit Iran naar Nederland. Drie jaar na haar aankomst tekende ze een contract voor haar romandebuut ‘De hemel is altijd paars’ (2021) dat bekroond werd met de Debutantenprijs van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde 2022 en met de Bronzen Uil Publieksprijs 2021. Het stond bovendien op de longlist van de Libris Literatuur Prijs 2022 en de Hebban Debuutprijs 2022. Haar tweede roman ‘Ik ken een berg die op me wacht’ verscheen in 2023 en is genomineerd voor European Union Prize for Literature. Naast proza schrijft Sholez ook columns voor het Financiële Dagblad en dus ook poëzie.

Voor haar werk ontving Sholez de Agora Lettera (2018) schrijversprijs voor proza, de El Hizjra literaire prijs (2019) voor poëzie en de Debutantenprijs van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde (Engels: Debutantenprijs van de Vereniging voor Nederlandse Letterkunde ) (2022), voorheen de van der Hoogt-prijs.  Voor het Groningse festival Terug naar het begin, schreef ze het gelijknamige gedicht dat ook in editie 5 in 2022 van De Gids verscheen. 

.

Terug naar het begin
.
Neem me terug
naar de zomermiddagzon
naar het harde gelach van de stenen
die het geluid van mijn kleine stappen herhalen
naar de zachte stilte van het steegje
in het middagdutje
naar de straten die de taal van mijn blik begrijpen
de regen die ruikt naar het haar van mijn geliefde
naar de rust die druppel voor druppel uit mijn droge keel drupt
terwijl de tijd zweet
op de opgedroogde rimpels in mijn voorhoofd
als een rivier
die niet meer verder wil

breng me terug
naar een stukje warm brood gewikkeld in een schone doek
naar een gepelde, gesneden appel
een ketel die fluit
een pan die al uren op het vuur staat
naar de geur van de handen die ik kende

naar iemand die op mij wacht

totdat ik aan zal komen en alles als een bliksem zal omarmen
totdat ik mijn mond zal openen
en alle appels en broden lach voor lach, stuk voor stuk op zal eten
met schoenen in de kleur van de zonsopkomst
met een hoofd dat naar herfst ruikt
zal ik door alle seizoenen heen dansen
tot het eind van de vlaktes

neem me terug
zodat ik de gebroken stukken uit mijn verstoorde dromen opruim
ze op de plank leg
één voor één
met vingers druipend van gesmolten moed
leeg van de vrees
om uit elkaar te vallen
zonder een plakkerige angst
om niet meer in elkaar te passen

neem me terug
naar een plek waar ik het kronkelende lichaam van het lachen aanraken kan
ader voor ader, haar voor haar
waar ik de kleuren van de zon van haver tot gort ken
en het accent van alle golven versta

neem me terug
om mijn stem op te halen
de schaduw van hoop
die van nergens naar nergens is gestegen
om me heen te slaan
om achter elk raam een vuur te branden
mijn gisteren, mijn heden te plukken en in mijn zak te stoppen
om de doorn die in mijn voetzool is gezonken eruit te trekken
en door te lopen
door het donkerste deel van de zee
met de waterdruppels die tussen mijn sleutelbenen komen
op het zand dat zo zacht is
als de wangen van een verre droom

een ongegronde boom
met gevallen fruit
die niet tegen de winternacht kan
met bladeren die onder de wind bezweken zijn
dit is mijn verhaal NIET

neem me terug
naar het heldere hoofd van een zaadje onder de grond
dat een bos wil worden
dat met open ogen over de lente droomt
en de taal van de vogels verstaat
mijn verhaal is DIT

mijn verhaal is geen verhaal van vertrek
geen verhaal van terugkeer
mijn verhaal is alles wat het waard is om voor op te staan
opnieuw in stukken te breken
opnieuw voor te rennen
opnieuw voor te verdwalen
opnieuw te begraven
opnieuw te ontkiemen

mijn verhaal zit in mijn stem, mijn ogen, mijn longen
neem me terug
naar een verhaal dat we kennen.

 

Viralen en MUG

Bauke Vermaas

.

In het begin van de Coronatijd (eerste kwartaal van 2020) bedachten Marianne en ik, dat we de wereld iets mooier wilde maken, een tegenwicht bieden tegen de eenzaamheid, het thuisblijven en het onheil van wat ‘misschien’ nog ging komen. In Engeland had ik het idee opgedaan iets kleins te willen maken met poëzie, op A6 formaat met poëzie en tekeningen, gekopieerd met een nietje erdoor en dan verspreiden door her en der een exemplaar achter te laten.

Van dat idee werd het al snel professioneler toen Marianne aanhaakte en met haar ervaring met het maken van een digitaal magazine DURF, werd het idee verder uitgewerkt. Bart van Brrt.graphic.design werd aangehaakt voor de vormgeving en in plaats van zelf te gaan kopiëren lieten we deel 1 van MUGzine drukken. In diezelfde tijd kwam Viralen op de markt. Een digitaal literair e-journaal van uitgeverij Kublakhan.nl met klinkende namen die de eerste editie vulde zoals Ilja Leonard Pfeijffer, Radna Fabias en Charlotte Van den Broeck.

Opvallend was dat elke keer wanneer wij een MUGzine publiceerde, Viralen net daarvoor kwam met een uitgave met vrijwel dezelfde kleur als onze MUGzine. Toeval maar wel opmerkelijk. Waar Viralen alleen digitaal was en te kopen voor € 3,33, werd MUGzine vanaf het begin op papier gedrukt en digitaal gratis aangeboden. Viralen ging vanaf het eerste nummer voor bekende namen waar wij met MUGzine juist vanonder af wilde beginnen met goeie dichters en illustrators die (nog) niet heel erg bekend waren bij een groot publiek. De guerrilla tactiek die we van plan waren hebben we wel uitgevoerd. In boekhandel en bibliotheken en bij festivals en poëziepodia lieten we nummers van MUGzine achter, voor de vinder.

Nu zijn we vier jaar verder en MUGzine is volwassen geworden. Met mooie en goeie dichters, vaak nog niet heel bekend bij het grote publiek maar soms ook namen die dat wel zijn, bijzondere kunstenaars en illustratoren en een vaste nieuwe vorm van een kort gedicht de Luule. Ter vergelijking, waar in maart MUGzine 21 al weer wordt gepubliceerd op de website mugzines.nl en op papier, stopte Viralen na vier nummers. Nu is het natuurlijk helemaal geen wedstrijd en Viralen bracht goeie schrijvers en dichters. Wij gaan gewoon door met een prachtig klein poëziemagazine maken. In editie 21 onder andere gedichten van Bauke Vermaas (1979). Bauke Vermaas is stadsdichter van Zwolle en zij publiceerde eerder gedichten in onder andere Ballustrada, De Poëziekrant, Hollands Maandblad, Kluger Hans en Deus Ex Machina. Het gedicht ‘Thuis’ verscheen in Hollands Maandblad 4 van 2021.

.

Thuis

.

de eerste nacht in een nieuw huis eindigt met ontdekken

aan welke kant van het bed de zon opkomt, hoe koud

een tegelvloer in de ochtend en waar was het koffiezetapparaat

– en als je daar toch staat, die dozen naar zolder: daar zit geen heden in –

.

         de zware tuindeur die me weerhield om buiten binnen te laten

         de leistenen vloer en verbazing over de snelheid van gaten in een sok

         de groeiende fietsen waar de kleine schuur elk jaar krapper omheen

         de dakkapel, de zolderkamer, vuurwerk kijken in het hoge bed

         de lamp boven de lakens waar het kind haar blik op had gericht

.

de eerste nacht in dit nieuwe huis kraakt de trap zoals ik hoopte

dempt de hoogte van de kamers gedachten, snurken, hoesten

de eerste ochtend naar beneden glijden langs de krullen van de leuning

mijn voet past precies in het kuiltje onderaan de trap

.

Voor je het weet..

#21

.

Na het succes van de special van MUGzine, die in grote getale werd verspreid via bibliotheken in Noord- en Zuid Holland in januari tijdens de Poëzieweek, is het in maart alweer tijd voor de eerste reguliere editie van MUGzine in 2024. In deze 21ste editie staan gedichten van Sholeh Rezazadeh, Frans Terken, Bauke Vermaas en Yannick Moyson. De illustraties zijn dit keer van Danièle Knirim (@hier_vandaan op Instagram). Natuurlijk een kraakverse @L.uule en wie weet een nieuwe rubriek (under construction).

We beginnen 2024 met een nieuwe vormgeving, onze vormgever Bart van @Brrt.graphic.design maakt voor elk nieuw jaar dat MUGzine bestaat een nieuw ontwerp voor de omslag. Wil je zelf een keer een Luule inzenden? Dat kan, stuur je Luule naar mugazines@yahoo.com . Wil je de papierenversie van MUGzine elke keer op papier via de post ontvangen? Wordt dan jaardonateur.

Een van de dichters in #21, de Vlaamse dichter Yannick Moyson, was ook een van de deelnemende dichters aan het bijzondere project #Weesgedichten. Hieronder zijn gedicht en een foto van dit gedicht op het raam van Schepen (wethouder) Caroline De Meerleer van Aalst.

.

Wanneer het even niet meer gaat

sta dan stil voor een poos

haal adem, met je palm op je borst

tot net zoveel tellen die nodig zijn

om te voelen dat het klopt

Met de hand op het hart beloof ik je

dat je het allemaal even mag ondergaan

tot de zonsopgang je zinderend zin geeft

om te stralen als nooit tevoren

.

 

Ontmoeten

Lianne Keemink

.

Afgelopen vrijdagavond werd in de gemeente Lansingerland een nieuwe gemeentedichter gekozen en afscheid genomen van Woes Ploum, die de afgelopen twee jaar gemeentedichter was. De nieuwe gemeentedichter is Lianne Keemink (1988) is studentendecaan en docent creatief schrijven NTI. Tijdens een gezellige avond in theater het Web in Bleiswijk, waar ook dichter Nyk de Vries optrad met het saxofoonkwartet Artvark, werd ook de glossy van Woes Ploum gepresenteerd met daarin foto’s en gemeentegedichten van de afgelopen twee jaar die Woes met een laserprinter op hout publiceerde. Bibliotheek OOstland organiseerde de verkiezing van de gemeentedichter voor de 3e keer.

Hieronder twee gedichten; een van de nieuwe gemeentedichter Lianne Keemink ‘Ontmoeten’ en een van de oude gemeentedichter Woes Ploum ‘Vergeetachtig’, en wat foto’s van de uitreiking en van het optreden van Nyk de Vries en Artvark ‘Tagelyk’ (Tegelijkertijd).

.

Ontmoeten

.

Zoals een gelovige God vindt
in psalm en knie op donker hout
zoals iemand in rouw
een geliefde spreekt in stilte
zoals de mens iets vindt
in stroken ritselende kleur
in handenvol kruiden en zout
op de tong

in communie met het maken
kunst, eten, kinderen?

zo spreek ik (met) jou
in een verbinding met niets
anders dan wij
en iets onverklaarbaars

 

*.

.

honderd gedachten negentig gedichten

zeventig namen zestig gezichten

vijftig wis veertig waarachtig

dertig mooi twintig prachtig

maar geen tien

zal je zien

want

ik

VERGEETACHTIG

.

 

 

Nu we er toch zijn

Erwin Hurenkamp

.

De Poëzieclubkeuze van poëzietijdschrift Awater is dit keer de debuutbundel van Erwin Hurenkamp getiteld ‘Nu we er toch zijn’. Deze bundel heeft als rode draad een dystopische wereld waar we met zijn allen op afstevenen, een wereld die het ene moment wordt geteisterd door hevige neerslag waardoor de woestijn die deze wereld is verandert in een grote modderstroom waarin feitelijk niet meer te leven is. ‘Nu we er toch zijn’ is geen weerspiegeling van onze huidige wereld maar een verkenning van de wereld zoals die zou kunnen zijn en die steeds waarschijnlijker wordt.

Erwin Hurenkamp (1993) studeerde literatuurwetenschappen en Cultural Analysis in Amsterdam. Gedichten van hem werden eerder gepubliceerd in Hard // hoofd en De Optimist.  Uit deze bundel met vooral prozaïsche gedichten koos ik voor een gedicht dat meer op een klassiek gedicht in de vrije vorm lijkt dan op de meeste prozagedichten in deze bundel getiteld ‘Kyrie 1.1’.

.

Kyrie 1.1

.

Valt de avond, tillen wij je op. Je zwalkt stomdronken

met je door stuifmeel benevelde kop

langs de bedden, raakt hier en daar iets aan:

.

salvia’s, floxen, kattensnorren. Gebruiksbloemen zijn we

allemansliefjes, bevriende havens, sloeries-

.

een hotel waarin de kamers doorgaans overdag

en tegen uurtarief worden verhuurd.

.

Je blijft maar rennen.

.

 

Vandaag begint het!

Poëzieweek 2024

.

Vandaag is de Poëzieweek 2024 begonnen. Wat ooit in 2000 begon met de Landelijke of Nationale Gedichtendag en in 2013 werd uitgebreid naar de Poëzieweek (en nu op naar de maand van de poëzie wat mij betreft) heeft als doel iedereen in Nederland en Vlaanderen de kans te geven in die week in aanraking te komen met poëzie. Dat kan op heel veel manieren, ik schreef er de afgelopen maanden al een paar keer over.

Ook schreef ik over de twee grote activiteiten waar ik persoonlijk direct bij betrokken ben: Weesgedichten en de MUGzine special. Afgelopen week vrijdag heb ik namens mijn bibliotheek samen met een paar collega’s en vrijwilligers bij verschillende mensen in het werkgebied van mijn bibliotheek weesgedichten op ramen van adoptieouders aangebracht. Ontzettend leuk om te doen en wat me opviel was de variëteit aan gedichten en dichters die men had geadopteerd. Ja de plaatselijke dichters die konden worden toegevoegd aan de lijst van gedichten waren allemaal geadopteerd maar opvallend genoeg ook meerdere Vlaamse dichters.

Zelf heb ik voor het raam van mijn woonkamer, bij de bibliotheek Den Haag, een gedicht van de Vlaamse dichter Shari Van Goethem (1988) geadopteerd.

Naast dit bijzondere initiatief dat werd overgenomen in samenwerking met de bedenkers van Weesgedichten, de Bibliotheek Aalst in België, komt vandaag ook de special van MUGzine uit. In de bibliotheken in Zuid- en Noord-Holland kun je gratis deze special ophalen. In deze special gedichten van de Vlaamse Lut de Block (1952), Meliza de Vries (1982), Anne van de Dool (1993), Lemuel de Graav (1998), Marianne Hermans (1973) en van mijzelf het gedicht ‘Wolk’. Deze editie werd mogelijk gemaakt door Probiblio, de ondersteuningsinstelling voor openbare bibliotheken in Noord- en Zuid-Holland. In deze special staat ook een bericht over de Wolk app voor poëzie.

Ik wens iedereen een geweldig mooie Poëzieweek toe. Heb je geen idee waar je naartoe wil of kan kijk dan op de website van de Poëzieweek 2024 bij activiteiten. Om dit bericht niet zonder gedicht af te sluiten, een gedicht dat ook als ansichtkaart te krijgen is deze Poëzieweek van Judith Herzberg (1934), getiteld ‘Daglicht’ uit haar bundel ‘Zeepost’ uit 1963.

.

Daglicht

.

Uit chaos van lakens en
voorgevoel opgestaan, gordijnen
open, de radio aan, was
plotseling Scarlatti
heel helder te verstaan:
Nu alles is zoals het is geworden,
nu alles is zoals het is
komt het, hoewel, misschien
hoewel, tenslotte nog in orde.

.

Je lippen zijn zo zacht

Eva Meijer

.

Meestal debuteren dichters na een periode van schrijven, voordragen, publiceren in tijdschriften of digitaal. Een enkele keer komt een debuut na een lang leven van publiceren van alles behalve poëzie. Zo’n geval is Eva Meijer (1980 ). Meijer is filosoof, kunstenaar, schrijver, en singer-songwriter. Ze schreef vijftien boeken – romans, essays en academische filosofie – en haar werk is vertaald in meer dan twintig talen. Haar werk werd meerdere keren genomineerd voor verschillende prijzen (Libris Literatuurprijs,  de ECI Literatuurprijs, de Vondel vertaalprijs en de International Dublin Literary Award) en ze won de Lezersprijs van de BNG Bank Literatuurprijs en de Halewijnprijs.

En nu, na alles wat ze al heeft bereikt op muzikaal, filosofisch en literair gebied, is er haar debuut als dichter met de bundel ‘Het witste woord’ dat pas geleden verscheen. Hoewel de bundel goed onthaald werd (zo was het de clubkeuze van poëzietijdschrift Awater) is er ook wel wat kritiek te horen. Zoals op het gedicht ‘Zee me’ (al zo vaak gedaan en daardoor niet verrassend of origineel) en op het eenregelige gedicht ‘Misschien’ dat wat nietszeggend is.

Gelukkig is er ook veel te genieten in deze bundel. Onder andere het gedicht ‘Je lippen zijn zo zacht’. Een liefdesgedicht Dat mij zeer kan bekoren.

 

Je lippen zijn zo zacht

.

Je lippen zijn zo zacht. Wat schud je met je hoofd?

Je vingers om mijn pols. Je zegt: niet weggaan. En gaat weg.

Je lippen zijn zo zacht.

.

Wat zich uitvouwt om ons heen. De regen en de velden, geel en grijs

en grijs en groen – je zij, je arm, je bovenbeen. Dat blauwe overhemd.

Het gras is hoog, het buigt.

.

Je lippen zijn zo zacht, je houdt mijn hand zo vast.

De hond loopt door een plas. We missen woorden voor het blijven.

.

Waarom kijk je naar het pad? En schuin en niet naar mij.

En ook niet naar de vogels.

Je huid zit achter stof.

.

Waarom kijk je zo naar mij? Er valt motregen op je woorden.

Je moet nog leren om te blijven. Leren kijken naar dat ene.

.

Maar we hebben alle tijd. En je lippen zijn zo zacht net als je ogen.

.

Groots in het klein

Internationale invloeden in MUG

.

Iets kleins kan iets groots in zich hebben, een gedachte, een idee, ongeacht de vorm of omvang is groot niet altijd beter of mooier dan klein. Dat bewijst de nieuwe editie van MUGzine ‘Zwart-witte herfst’. En wanneer je denkt aan het kleine in de poëzie dan kom je al snel terecht bij de tanka, een kort Japans gedicht. De tanka is een lyrisch gedicht, bestaande uit vijf regels met doorgaans 5-7-5-7-7 lettergrepen, zonder bedoeld rijm of vastgestelde maat. Deze dichtvorm is gebruikt door Jan Lauwereyns (1969) in zijn bijdragen voor MUGzine #19 die nu uit is op papier en op mugzines.nl

De tanka’s met intrigerende titels als ‘Spinnenvamp’, ‘Donsdekendildo’ en ‘Pijnboomschaamhaar’ zijn allemaal nog niet gepubliceerd en verschijnen in de nieuwe roman die de Vlaamse dichter, werkzaam en woonachtig in Japan, Jan Lauwereyns aan het schrijven is.

Maar er is veel meer te genieten in de nieuwe MUG #19. Poëzie van Hava Güveli (1980) met Turks-Nederlandse wortels, Jasmijn Lobik (1997) die het afgelopen jaar twee poëziewedstrijden won en Micha Hamel (1970) van wie dit jaar de bundel ‘is daar iemand’ verscheen.

Het artwork wordt dit keer verzorgd door de Italiaanse Valentina Cozzi (op Instagram @a.mlcl ) met bijzondere collages. Natuurlijk een voorwoord over de zwart-witte herfst van onze redactie filosoof  Marianne en een nieuwe Luule. De grafische vormgeving is, zoals altijd, verzorgd door BRRT.graphic.design.

Elk nieuw exemplaar van MUGzine in het jaar (5x) via de post ontvangen? Word dan donateur. Lees hier hoe je dat doet.

Van Micha Hamel uit zijn nieuwe dichtbundel ‘is daar iemand’ waarin hij het leven beschrijft in een psychiatrische kliniek waar hij in 2009 belandt, een gedicht.

.

daar heb je die vrouw weer

ze is aan mij toevertrouwd

dus ik moet mijn best doen

.

ze oogt toeschietelijk vandaag

ze glimlacht en ze heeft vanmorgen een krultang ontmoet

ze knoopt haar doktersjas open

en vist een gerookte makreel uit haar binnenzak

.

deze is voor jou

hij is jouw gids en jouw alles

jouw paradigma en jouw bronzen makker

.

ik weet niet hoe het verder moet

.

help eerst jezelf voordat je iemand anders helpt

.

dát

.

Dikke editie

Poëzie thuis ontvangen

.

Hij is uit. MUGzine #18 in een extra dikke editie van maar liefst 20 pagina’s. Poëzie van Rotterdamse makelij van dichters Daniël Dee, Myrte Leffring, Hans Wap, Peter Swanborn, Hester Knibbe en Amber Rahantoknam. In deze nieuwe MUGzine krijg je een doorkijkje van Rotterdamse poëzie in verschillende stijlen anno nu. De gedichten worden aangevuld met artwork van Andries Hoogenraad en natuurlijk wordt je getracteerd op een knetterverse  Luule en een voorwoord van onze redactiefilosoof.

Wil je nou dit kleinood vijf keer per jaar in je brievenbus vinden zodat je op elke gewenste plek en op elk moment de nieuwste en meest diverse poëzie tot je kan nemen, word dan donateur. Dat kan al vanaf € 20,- per jaar (meer mag) en dan heb je geen omkijken meer, dan ontvang je vijf keer jaar elke nieuwe MUGzine via de post.

Wij zijn aan het nadenken over wat geinige merchandise voor MUGzine en @Luule. Daarover binnenkort meer. Maar nu dus eerst nummer 18. Een voorproefje van de eerste dichter die voor de tweede keer in MUGzine staat wat een unicum is en voorlopig niet meer gaat gebeuren, Daniël Dee (1975). Uit zijn laatste bundel ‘[Plak hier uw titel]‘ uit 2019 het gedicht ‘En gesp je revolverholster om’.

.

En gesp je revolverholster om

hart van me je had slechts één taak
pompen tot in het oneindige

waarom tref ik je nu dan hier aan
onder de blubber op de bodem van de put

haveloos laveloos korstjes vastgekoekt aan
de mondhoeken van de hele nacht projectielbraken

schuimbekkend schuine moppen tappend
alle duivels uit de hel vloekend

waarom liet je haar niet links liggen
waarom kon je je klep niet houden

breek uit die kooi van verontwaardiging
wees een kerel een koiboi als john ween

niet zo jammer niet zo jammer
tuimelkruid rolt stilletjes langs de saloon

o hart van me brekebeen blubberkop
je had slechts één eenvoudige taak

zet je voeten evenwijdig aan de schouders
knieën lichtgebogen en pief paf poef

hart van me één ding weten we zeker
je bent het breken nog niet verleerd

.

Het orakel

Menno van der Beek

.

In literair tijdschrift Liter, nummer 104 uit 2022 lees ik het gedicht ‘Het orakel’ van de Rotterdamse dichter Menno van der Beek (1967). Een wonderlijk maar mooi gedicht met een boodschap waarvan ik nog niet zeker ben wat ie nou precies is. Menno Van der Beek werd opgeleid tot organisch chemicus. Hij is werkzaam als computerprogrammeur. Vanaf 2002 is hij medewerker aan een langlopend her-vertaalproject van alle Hebreeuwse psalmen.

Van der Beek is poëzieredacteur van het literaire tijdschrift Liter. Hij was onder andere ook medewerker van Woordwerk (een netwerk van schrijvers, dat samenwerkt met vormgevers en fotografen), Zulma (tijdschrift voor jong literair en grafisch talent), Meander en Rottend Staal.

Van der Beek debuteerde in 1999 met de bundel ‘Vergezocht’ waarna nog een aantal bundels zouden volgen. Zijn laatste bundel is uit 2020 en heeft als titel ‘Naar de maan’, een in oblong formaat gedrukte bundel waarin een cyclus staat (tien kwatrijnen met een staartregel) waarin bespiegelingen zijn opgetekend, genoteerd in de laatste tellen voor het vertrek, van iemand die misschien wel naar de maan gaat. Gedichten van Van der Beek zijn daarnaast opgenomen in verschillende bloemlezingen.

.

Het orakel

.

Jij zei niet veel, je ging de deur uit met

je zware aktentas met initialen

en links en rechts een cijferslot: je hebt

het allemaal al van tevoren aan zien komen

.

want het was jouw idee, dat ik met hem ging praten:

hij was een kennis van je, deze psychiater,

.

die van mijn kleine ziel geen groot probleem maakte-

in plaats daarvan leerde de man mij schaken

.

en hij had ook een Vliegend Hert, een dode kever,

twaalf centimeter groot gestold op tafel liggen:

.

die tor in plastic gieten, had hij zelf gedaan,

en net niet goed, het blok zat vol met belletjes.

.

Het leek mij helder, dat het ding voor mij was,

maar toen ik het op die manier ook vastpakte

.

zei hij geen woord- ik mocht het beest weer neerleggen

en ik was uitgeschaakt, dus ik ging bij hem weg:

.

de koning, die moest dood, zoveel was duidelijk,

en wie iets wil bewaren, die moet rustig gieten

.

want anders krijg je belletjes en daarom werkt het niet.

.