Site-archief
En wat ik haast vergeten zou
Bas Belleman
.
Journalist, essayist, dichter, vertaler en Shakespeare-kenner Bas Belleman (1978) studeerde cultuur- en wetenschapsstudies aan de Universiteit Maastricht. Naast recensies over proza in Trouw schreef hij over poëzie in Passionate Magazine, de Groene Amsterdammer en het poëzietijdschrift Awater. Ook was hij columnist van dagblad De Gelderlander, schreef hij essays en columns voor Filosofie Magazine en verzorgde hij de programmering van de Maastricht International Poetry Nights. Enkele jaren was Belleman jurylid van de AKO Literatuurprijs. In 2021 verscheen poëzie van Bas in MUGzine #7.
In 2003 debuteerde hij met de bundel ‘Nu nog volop ventilatoren’, deze bundel werd genomineerd voor de Cees Buddingh’-prijs voor beste debuutbundel, gevolgd jij door ‘Hout’ in 2006 en ‘De drift van Sneeuwwitje’ in 2014. In 2020 verscheen de Nederlandse vertaling ‘Shakespeares Sonnetten’ met daarin de 154 sonnetten en ‘A Lover’s Complaint’. In 2021 won hij voor dit werk de Filter vertaalprijs.
Uit zijn debuutbundel ‘Nu nog volop ventilatoren’ onder redactie van Gerrit Komrij, koos ik het laatste gedicht uit de bundel getiteld ‘En wat ik haast vergeten zou’.
.
En wat ik haast vergeten zou
.
Nog even dit:
.
het woord ‘vervreemdend
.
(een tafel een pen een scheur
in de vitrage voor het raam en ergens
ter lande valt een bonte vogel dood;
zéér vervreemdende regels!)
.
sturen we met liefde naar
de Eeuwige Papierversnipperaar.
.
Het is wat het is
Erich Fried
.
Iedereen heeft wel stopwoordjes of stopzinnetjes die je met enige regelmaat gebruikt. Ik ook. Vaak zijn dit stoplappen of clichés, dooddoeners of holle frasen. Een zinnetje dat ik wel eens gebruik is ‘Het is wat het is’. Helemaal waar natuurlijk maar het zegt eigenlijk ook niets. In een artikel in het blad filosofie magazine van Elke Wiss schrijft zij: “Gebruiken we dit zinnetje om controle te ervaren waar we die niet hebben? Bedienen we ons ervan om stiltes te ontwijken? Ongemak niet te hoeven voelen? Gooien we het in de strijd als we het gespreksonderwerp zat zijn en dat willen veranderen?”. En ook nog: ” Wat betekent het dat iets is wat het is? Hoe langer ik erover nadenk, hoe groter de error in mijn hoofd. Zeggen we er eigenlijk wel iets mee? En zo ja, wat dan? Starend naar dit zinnetje komt een andere dooddoener in me op: niets is wat het lijkt. Ook niet als het is zoals het is.”
Filosoof Paul van Tongeren hoort er vooral gelatenheid in zo lees ik op blijmeteenboek.nl. Sommige dingen zijn niet te veranderen, dus aanvaard het maar. De uitspraak herinnert hem aan het principe achter stoïcijnse wijsheden. Weet het verschil wanneer je wel iets kan doen en doe dan wat en wanneer dat niet kan en houd je dan onverschillig. Dooddoeners noemt hij het, ‘met het aureool van een zekere wijsheid.’
Hij schrijft ook: “Ik lees de uitspraak als een open aanvaarden van de realiteit: oké, dit is dus zoals de zaken ervoor staan. Om mezelf vervolgens de vraag te stellen: en wat ga ik met dit gegeven dóen?” En hgierna vervolgt hij met het aanhalen van een gedicht van Erich Fried (1921-1988) vertaald door Remco Campert.
En dat is precies de reden dat ik dit stukje schrijf. Ik kwam het gedicht tegen in een verzamelbundel en vroeg me af wat nu toch precies de betekenis was van deze zin. Het gedicht ‘Es ist was es ist’ zoals het in het Duits heet is oorspronkelijk verschenen in ‘Liebesgedichte, Angstgedichte, Zorngedichte’ in 1983. Zoals geschreven vertaald door Remco Campert (1929-2022).
.
Het is wat het is
.
Het is onzin
zegt het verstand
Het is wat het is
zegt de liefde
Het is ongeluk
zegt de berekening
Het is alleen maar verdriet
zegt de angst
Het is uitzichtloos
zegt het inzicht
Het is wat het is
zegt de liefde
Het is belachelijk
zegt de trots
Het is lichtzinnig
zegt de voorzichtigheid
Het is onmogelijk
zegt de ervaring
Het is wat het is
zegt de liefde
.
Es ist was es ist
.
Es ist Unsinn
sagt die Vernunft
Es ist was es ist
sagt die Liebe
.
Es ist Unglück
sagt die Berechnung
Es ist nichts als Schmerz
sagt die Angst
Es ist aussichtslos
sagt die Einsicht
Es ist was es ist
sagt die Liebe
.
Es ist lächerlich
sagt der Stolz
Es ist leichtsinnig
sagt die Vorsicht
Es ist unmöglich
sagt die Erfahrung
Es ist was es ist
sagt die Liebe
.
Nietzsche
De zon verzinkt
.
In zo’n grappig klein kastje, zeg maar mini boekenkastje in een tuin ergens bij mij in de wijk, lagen wat tijdschriften. Die kom je zelden tegen in dit soort kastjes, meestal staan er hele oude, vrijwel onleesbare boeken of romans in, maar in dit geval lagen er ook een aantal Filosofie Magazines. Op de cover van één van die magazines stond de intrigerende kop (vond ik tenminste) ‘Dat alles ben ik’ de wanhopige poëzie van Nietzsche.
Ik wist niet dat Nietzsche (1844-1900) ook dichter was (maar een dag niets geleerd is een dag niet geleefd nietwaar) dus heb ik het artikel met veel belangstelling gelezen. De schrijver van het artikel Maarten Doorman gaat in op de gedichten (en de vertaler Ard Posthuma en inleider Piet Gebrandy van de bundel) en stelt dat de poëzie van Nietzsche niet tot de beste van de Duitse dichtkunst behoort en aanleunt tegen de poëzie van Hölderlin, Novalis en Heine.
De filosofen Martine Prange en Mariëtte Willemsen, zo schrijft Doorman , betogen in de essays waarmee de bundel besluit dan ook dat Nietzsches gedichten vooral de moeite waard zijn voor verder begrip van zijn filosofie. Als dichter kan hij niet tippen aan Goethe, stelt Prange. Maar ze benadrukt diens invloed op Nietzsches werk.
Op zoek naar gedichten van Nietzsche (de bundel ken ik niet) kwam ik uit bij de geweldige website dbnl.org alwaar ik, in vertaling van Khalil Touqâne en in het Duits het gedicht ‘De zon verzinkt’ ( Die Sonne sinkt) vond.
.
De zon verzinkt
1









