Site-archief
Ongehoord! podium
Zondag 24 september 2017
.
Tijdens de afgelopen zomerperiode reed de Poëziebus weer door Nederland en Vlaanderen met aan boord 20 dichters. Een aantal van deze dichters komt nu naar het podium van Ongehoord! om daar ook hun kunsten te vertonen. In september, de Jongerenmaand in de bibliotheek van Rotterdam, hebben we ons programma dan ook gericht op jonge én talentvolle dichters. Daarnaast hebben we een jonge getalenteerde zangeres die de muziek verzorgd en één getalenteerde maar iets oudere dichter. Uiteraard is er ook weer een open podium en we verwachten nog dat er nog een dichter wordt toegevoegd aan deze line up.
Wie komen er op zondag 24 september vanaf 14.00 uur op de 4e etage van de centrale bibliotheek in Rotterdam:
.
Anne-Fleur van der Heijden
Ook al doet haar naam anders vermoeden, Anne-Fleur van der Heiden (1987) is geen grachtengordelmeisje, maar geboren in Rotterdam-Zuid. Anne-Fleur studeert in het laatste jaar poëzie aan de Schrijversvakschool Amsterdam, de school ligt wel aan de grachtengordel. In januari verschijnt haar debuutroman ‘Klaproos’ bij uitgeverij Nieuw Amsterdam.
.
Giovanni Baudonck
Giovanni is een Belgo-Mauritiaan afkomstig uit Gent.
Hij maakt deel uit van Transfo Collect, een platform voor theatermakers en acteurs in samenwerking met het RITS en De Kriekelaar waar hij actief is als coach/begeleider.
Verder is Giovanni ook zanger en woordkunstenaar.
Zo schrijft hij poëzie en kortverhalen in het Frans, Engels en Nederlands
De laatste jaren geeft hij ook Slam workshops als freelancer en heeft hij al op verschillende slam podia’s gestaan in heel Vlaanderen.
Verder is hij één van de coaches van Capital Slam 2017 waarbij hij doorheen heel Vlaanderen honderden jongeren in aanraking liet komen met Slam en Spoken Words.
.
Tijdelijke Toon
.
Tijdelijke Toon is dichter, boom en labrador in één. Een podiumbeest met zijn wortels ver naast zijn schoenen, zijn hoofd in de wolken en weinig geld. Tijdens het optreden mag hij niet gevoerd worden!
.
Adriana Kobor
Dichteres, geboren in Hongarije 1988, actief in Nederland en België sinds 2006. Haar gedichten trachten de grenzen van de taal te verkennen en te verleggen. Het grootste deel van haar werk is in het Engels, maar ook haar verzen en verhalen geschreven in andere talen krijgen de aandacht van auteurs en publiek.
.
June Bobbe
June Bobbe is 19 jaar oud. Zij heeft haar havo diploma gehaald op de Havo/vwo voor muziek en dans (Codarts) met als hoofdvak zang. Na het behalen van haar diploma besloot ze niet verder te gaan met zingen maar het als hobby te houden. Dit jaar heeft ze haar propedeuse Communicatie behaald op de Hogeschool Rotterdam. Volgend jaar wil ze verder gaan studeren op de universiteit maar is er nog niet uit over welke studiekeuze, vandaar dat ze dit jaar een tussenjaar heeft genomen om een jaar naar het buitenland te gaan. Voordat het zover is komt ze naar het podium van Ongehoord!
.
Martin Beversluis
Martin was van augustus 2015 tot augustus 2017 de zevende stadsdichter van Tilburg. Bij zijn installatie in 2015 verscheen ook meteen Martin’s nieuwe bundel ‘Meandertaler’ bij uitgeverij Blikvorm. Dat maakt hem de eerste stadsdichter in Nederland en Vlaanderen die al bij zijn installatie een dichtbundel presenteert.
Beversluis debuteerde in 1995 met de bundel ‘De Zeisloper’. Hij speelde als dichter in de band Listening Principles, en speelde met die band onder andere in het voorprogramma van Jan Akkerman tijdens Queenspop 1998 in Tilburg, en op het Terschellingse Oerol-festival in 1999. Beversluis werkte daarna samen met zeefdrukker/ beeldend kunstenaar John Dohmen. Uit deze samenwerking ontstonden de bundels ‘Rijpen onder invloed’ (2005) en ‘Blauw van jou’ (2007).
Sinds 2007 is Martin Beversluis succesvol actief als slamdichter in de Nederlandse Poetry Slam. In 2009 stond hij in de Finale van het Nederlands Kampioenschap Poetry Slam en in 2011 in de Halve Finale. Op 5 november 2011 presenteerde Martin Beversluis zijn zevende bundel: ‘Talisman’, die verscheen bij Uitgeverij teleXpress in Tilburg.
Sinds 2014 werkt Martin Beversluis samen met DJ Underground Tacticz als Meandertaler. Met Meandertaler stond hij onder andere op de Uitmarkt 2014 in Amsterdam.
Een bundel met de Tilburgse Stadsgedichten van Martin Beversluis staat gepland voor najaar 2017.
.
Van deze laatste wat oudere maar zeker zeer getalenteerde dichter het gedicht”Schermmensen’ met dank aan http://fleursdumal.nl
.
Schermmensen
En op een ochtend
waren we kleiner
enkel een wandelend
schermpje van vier bij acht
centimeter met echt alle
communicatie bij de hand
verleerden we langzaam onze taal
onze tongen hingen er slapjes bij
want we scholden liever
ons schermpje vol
dat was anoniemer
starend in een nieuwe wereld
die onvoorstelbaar groot
toch klein en handzaam is
vier bij acht centimeter
voldoende om een mens
in op te bergen het laat
zelfs nog wat ruimte
voor vage fantasie
maar ook die zullen we weldra
in kaart kunnen brengen
we zullen haar van alle kanten
aandachtig bestuderen
en uiteindelijk besluiten
dat dat schermpje
nog een centimeter kleiner kan.
.
Endre Ady
Verwant van de dood
.
Endre Ady (1877 – 1919) was een Hongaars dichter die zijn poëzie in een volkse stijl schreef en wiens werk sterk beïnvloed werd door dichters als Charles Baudelaire en Paul Verlaine. In zijn gedichten maakte hij vaak gebruik van het Symbolisme en thema’s als God, Hongarije en het gevecht tot overleven.
Ik ken Endre Ady als dichter al sinds 1998 toen ik voor de eerste maal de bibliotheek in Hatvan bezocht. Deze Hongaarse zusterstad van Maassluis heeft haar bibliotheek vernoemd naar deze beroemde Hongaarse dichter. Het is een heel normale zaak in Hongarije om bibliotheken naar beroemde schrijvers en dichters te noemen, heel anders dan in Nederland waar dat naar mijn weten nog nooit is gedaan.
In vertaling zijn er een aantal gedichten van Endre Ady verschenen waaronder het gedicht ‘Verwant van de dood’ in vertaling van Ankie Peypers uit 1969.
.
Verwant van de dood
.
Ik ben een verwant van de dood
en bemin de vluchtige liefde.
Ik houd ervan haar te kussen
die weggaat.
.
Ik houd van de zieke rozen
vrouwen die verwelkend
verlangen naar zonovergoten kwijnende
najaarstijd.
.
Ik houd van de trieste uren,
van hun spokende, wenkende roep.
.
Van de grote dood, de weerspiegeling
van de heilige dood.
.
Ik houd van hen die wenen,
ontwaken, verre reizen doen.
Van de kilbeijzelde ochtend
boven het veld.
.
Van de gelatenen die versagen,
van tranenloos verdriet en vrede.
Gelatenheid, de haven voor wijzen,
dichters, misdeelden.
.
Ik houd van hen die ontgoocheld zijn,
die kreupel, in de val gelokt,
niet meer geloven; van de bedrukten:
van de wereld.
.
Ik ben een verwant van de dood
en bemin de vluchtige liefde.
Ik houd ervan haar te kussen
die weggaat.
.
De jeugd eist
György Dalos
.
Hoewel György Dalos vooral bekend is van zijn romans kwam hij in 1980 naar Poetry International met zijn poëzie. Dalos is een Joods Hongaars dichter/schrijver. Hoewel hij in de jaren 60 studeerde aan de Lomonossov universiteit in Moskou, was hij in de jaren 70 een van de drijvende krachten achter de anti-communistische beweging in Hongarije. Vanaf 1987 woont hij in Wenen en Berlijn. In 2010 ontving Dalos de Leipzig Book Award for European Understanding.
Uit 1970 het gedicht ‘Mijn status in de staat’.
.
Mijn status in de staat
.
1
Voor verontwaardiging
heb je een bedrijfsvergunning nodig
Voor pessimisme
een douanestempel
En van de zelfmarteling
worden procenten afgetrokken
.
2
Ik ben
als een ontwikkelingsland
Bevrijd maar armlastig
leef ik van leningen
Ik verwacht niet veel van de toekomst
maar heb haar ook niet te duchten
.
3
Sinds twee jaar
leef ik zonder werk
Ik schaam mij
als ik bedenk
dat ze terecht jaloers op me zijn-
de straatvegers met hun vast inkomen
en de vuilnismannen met hun
onwankelbare status
.
Poëzie in het Park
Stichting Ongehoord! in samenwerking met Weekend van de Cultuur
Op zondag 14 september organiseert de stichting Ongehoord! in samenwerking met de werkgroep Weekend van de Cultuur alweer voor de 4e keer Poëzie in het Park in Maassluis. In het park achter Theater Koningshof zullen tussen 13.00 en ca. 16.00 uur de volgende dichters voordragen: Yvonne Koenderman, Edwin de Voigt, Sanne van Balen, Marieke Rijneveld en Luuk Imhann.
De muziek wordt verzorgd door de Hongaarse singers-songwriters Ágabága en aan het eind van het programma is er een open podium waarop o.a. een onderdeel is met Verborgen Gedichten, vluchtelingendichters uit Palestina, Soedan, Eritrea en Iran. Daarnaast zal er een hommage gebracht worden door een aantal dichters aan de afgelopen november overleden Bosnisch Kroatische Maassluise dichter Pero Senda. Natuurlijk is er voor talentvolle dichters een open podium, hier kun je je op de dag zelf voor opgeven bij de presentator Wouter van Heiningen.
Het adres is Theater Koningshof, Uiverlaan 20, vanaf 12.30 uur. De toegang is gratis.
.
Endre, Ady
Hongaars dichter
.
Dagelijks zie ik de naam van Ady Endre, een Hongaars dichter die leefde van 1877 tot 1919, in mijn kantoor. In de Hongaarse stad Hatvan, waar Maassluis een stedenband mee heeft, is de naam van de bibliotheek de Ady Endre bibliotheek. In Hongarije is het heel gewoon om scholen en ook bibliotheken de naam van een dichter of schrijver te geven. Nu schreef ik al eerder over Endre op 20 juni 2012. Maar ik kwam een gedicht van hem tegen en wilde dit met jullie delen.
Ady Endre, dichter, journalist en schrijver van korte verhalen wordt ook wel ‘het geweten van Hongarije’ genoemd. Endre is bekend door zijn gedurfde gedichten waarin de zinnelijke liefde wordt gevierd maar hij schreef ook religieuze en revolutionaire gedichten. De manier waarop hij zich uitdrukte was radicaal in vorm, in taal en inhoud, in het mengen van erotiek, politiek, en bijbelse verwijzingen met apocalyptische visioenen. Hieronder een liefdesgedicht van Endre in het Hongaars en vertaald in het Engels.
.
Mert engem szeretsz
Áldott csodáknak
Tükre a szemed,
Mert engem nézett.
Te vagy a bölcse,
Mesterasszonya
Az ölelésnek.
Áldott ezerszer
Az asszonyságod,
Mert engem nézett,
Mert engem látott.
S mert nagyon szeretsz:
Nagyon szeretlek
S mert engem szeretsz:
Te vagy az Asszony,
Te vagy a legszebb.
.
In het Engels vertaald is de titel van het gedicht ‘Because you love me’.
.
Because you love me
Your eyes are mirrors
of blessed marvels,
for they have seen me;
you are the mistress,
the cunning woman
of the caress.
A thousand times blessed
are you as woman,
for you have seen me
and looked at me.
Because you love me
I also love you,
because you love me
you are the woman,
you are the fair.
.
Als je dichtbij bent
Gedichten van voor 2008
.
Zoals veel dichters heb ook ik, in het begin wel Engelse gedichtjes geschreven. Later vertaalde ik nog weleens een gedicht in het Engels zodat Hongaarse relaties ( Ik kwam toen nog weleens in Hongarije i.h.k.v. zusterstad uitwisselingen) ze ook konden lezen. Zie de eerste jaren van dit weblog. Uit die tijd een gedicht met de titel ‘When you are close’. Niet in het beste Engels maar misschien toch aardig als voorbeeld van een ouder gedichtje.
.
When you are close
.
When your mouth speaks
there is diamond not glass
how your eyes watch me
with glittering not shade
your words sound like
marble not brick
while your hair
touches silk not cotton
and all the time
I spent in your presence
i’m floating on air
drifting on waves
of passion I feel
when you are close
.
Versvormen
Van hexaduade tot villanelle
.
In mijn zoektocht naar de uithoeken van de poëzie kwam ik op een website van google terecht met versvormen. Op deze website https://sites.google.com/site/versvormen/home is een enorm aantal versvormen bijeen gebracht en uitgelegd. Bekende versvormen als de ballade, de limerick en de ollekebolleke staan erbij maar ook voor mij volledig onbekende versvormen als de rimas dissolutas (bekend van de Provençaalse troubadourzang), de Balassi stanza (coupletvorm vernoemd naar de Hongaarse dichter Balint Balassi) en de rupsband (bedacht door Drs. P.).
.
Om een mooi voorbeeld te geven van zo’n onbekende versvorm met een gedicht hieronder een voorbeeld van de Aquariumvorm. Deze door Drs. P. bedachte vorm kent 5 regels, een rijmschema abcdb en in de 4e regel een vierlettergreping woord met klemtoon op de 2e lettergreep.
.
Hij groeit op schrale grond,
Hij smaakt ook wel
Betamelijk.
Hij bracht de Kasha aan de Rus,
Polenta de Romein.
Bij ons smaakt hij
Gemenelijk
Daarnaast is hij volstrekt geschikt
Als hypertensie-kruid;
Voorkomt wellicht
Spataderkous,
Hij minimeert gevolgen
Van straling door atoom.
Mij trekt meer de
Verruk’lijkheid
Van blini’s met veel room!
.
Het vak van de naaister
Sonja Prins
.
Op zoek naar voorbeelden van sociaal geëngageerde poëzie kwam ik terecht bij Sonja Prins (1912 – 2009). Sonja Prins was de dochter van de linkse non-conformist, schrijver en vertaler Apie Prins en van de vrouwenactiviste en onderwijsvernieuwster Ina Elisa Willekes Macdonald. Nog maar achttien jaar oud richtte Sonja Prins het internationale tijdschrift voor avant-gardeliteratuur Front op. Er verschenen vier nummers (1930-1931), bij de Haagse uitgeverij Servire. Prins publiceerde in 1933 haar eerste dichtbundel Proeve in strategie onder de schuilnaam Wanda Koopman. Deze modernistische bundel met sociaal geëngageerde poëzie werd lovend besproken door onder meer Hendrik Marsman en Victor van Vriesland.
.
In 1930 werd ze lid van de communistische partij en in de tweede wereldoorlog maakte ze de illegale krant Vonk. Ze werd opgepakt en naar concentratiekamp Ravensbrück gedeporteerd. Na de oorlog schreef ze in de dichtbundel Brood en rozen over haar ervaringen in het kamp. In de jaren vijftig schreef ze poëzie die verwantschap toonde met die van de vijftigers en in 1956 trad ze uit de CPN, ontgoocheld door de inval van de Sovjet Unie in Hongarije.
In de jaren 70 trok ze zich terug in de bossen bij Baarle-Nassau als kluizenaar om daar in alle rust te kunnen werken.
Uit ‘Het geschonden aangezicht'(1955) het volgende gedicht:
.
Het vak van de naaister
.
ja ik geef het afgeronde beeld
met al zijn hoeken en plooien
van deze wereld
.
ik hang haar op de stellage
en drapeer de stoffen
met de hand van een naaister
.
en terwijl ik zo bezig ben
klinkt uit de buste
een stem die mij waarschuwt
.
luister je kan nu wel plooien
maar ik was er eerder
de aarde de melkweg
.
als je mij wilt vergooien
blijft er niets over
en niets te draperen
.
met mijn oor op de buste
schrijf ik haastig
naaister van woorden
.
De kluizenaarswoning van Sonja Prins is te bezichtigen: http://www.papierentijger.org/index.php?page_id=31&style_id=0
Bron: Wikipedia en Gedichten.nl
The lost rider
The Corvina book of Hungarian verse
Eind jaren negentig van de vorige eeuw en begin van deze eeuw kwam ik met enige regelmaat in het plaatsje Hatvan in Hongarije.
Wat me meteen al opviel was de kennis van dichters en gedichten bij de Hongaarse bevolking. Waar hier in Nederland een enkeling een gedicht uit zijn of haar hoofd kan opzeggen, bleken in Hongarije vrijwel alle leerlingen van het voortgezet onderwijs hele lange gedichten van beroemde en bekende Hongaarse dichters te kunnen declameren. Van Tünde Kassa, mijn Hongaars-Engelse tolk en steun en toeverlaat in die tijd kreeg ik het boek ‘The lost Rider; a bilingual anthology’ met als ondertitel: The Corvina book of Hungarian verse. In dit boek is een overzicht opgenomen van de belangrijkste Hongaarse dichters 1550 tot 1991.
De titel van mijn derde bundel ‘Zoals de wind in maart graven beroert’ is een zin uit een van de gedichten van Juhász Gyula. De bibliotheken in Hongarije zijn vrijwel allemaal vernoemd naar dichters en schrijvers. De bibliotheek in Hatvan had de naam Endre Ady naar de gelijknamige dichter die leefde van 1877 tot 1919.
Hier is een gedicht (in het Engels vertaald) van hem.
.
Autumn appeared in Paris (Párisban járt az ósz)
.
Autumn appeared in Paris yesterday
silent down st. Michels its swift advance,
in stifling heat under unmoving branches
we met as if by chance.
.
Ambling in the direction of the Seine
my soul was brent with tiny shreds of song:
dark things, oddments, squibs, laments, which wispered
that death would not be long.
.
Autumn caught up and mumbled in my ear,
the entire boulevard trembled to the eaves,
ts, ts… along the street as if half jesting
flew bright-eyed civic leaves.
.
A moment; summer hardly had drawn breath
but autumn was on its cackling way and now
was gone and I the only living witness
under the creaking bough.
.






















