Site-archief
Eindexamen
J. Bernlef
.
Het is de periode van de eindexamens. In vele gym- en andere zalen wordt weer gezweet op Biologie, Nederlands, Wiskunde, Aardrijkskunde, Natuurkunde en welke vakken heb je tegenwoordig allemaal. Binnenkort worden de straten weer versierd met vele (rug)tassen aan vlaggenstokken ten teken van het behalen van het diploma. Een mooie traditie.
De gewoonte om vlag en tas samen op te hangen is waarschijnlijk ontstaan na de Tweede Wereldoorlog. In de eerste tientallen jaren in de 20e eeuw hingen alleen de scholen een vlag uit na de examens. Daarmee werden leerlingen naar school geroepen, daarna kwam al snel de vlag, vooral in Rotterdam begon men hier al vroeg mee.
Misschien hierdoor herinneren veel mensen zich hun eindexamen nog maar wat goed. Tot op hoge leeftijd. In het gedicht ‘Eindexamen’ van J. Bernlef (pseudoniem van Hendrik Jan Marsman (1937-2012) uit de bundel ‘Voorgoed : gedichten’ uit 2012 komt dit mooi naar voren.
.
Eindexamen
.
Haar verleden, gedeeltelijk ook het mijne
ligt dooreen, verscholen in een doos met foto’s
.
Hier, dit ben jij, een maand – of nee: twee
ik lig gedwee op een commode als illustratie bij de datum
die mijn vader er met zijn trekpen onder schreef
.
Nog heerste nergens twijfel
schreef hij rechttoe rechtaan
haar hand met het boxje trilde niet.
.
Nu beven de foto’s in haar hand
en waart ze met de ander door de doos
als de wind door de bladeren daarbuiten.
.
Het is saai hier, klaagt ze, de mensen om mij heen zijn dood
kijk maar en wijst op personen in de doos
.
Ach ja. Nu glimlacht ze. Dit was het eindexamen.
Zes meisjes houden elkaar, in aflopende grootte bij de
schouders vast
de voorste omklemt de schoorsteenpijp op het dak van het
schoolgebouw.
Wat zijn ze blij!
.
Ze schuift de doos opzij.
Het is hier stil. Ik knik.
Inderdaad, zeg ik, stil is het hier.
.
Geduldig lijden
Levi Weemoedt
.
Als er één medicijn is tegen de algehele malaise waarin we ons door het Coronavirus bevinden, dan is het de poëzie van Levi Weemoed wel. Zwarte humor, melancholie en een heerlijk in en in pessimistische kijk op het leven die vrolijk maakt en opgelucht stemt; zo erg is het dus allemaal nog niet.
In de bundel ‘Gelukkig lijden’ buit 1977 staat een prachtig gedicht dat heel mooi aansluit bij de situatie op de scholen van vandaag de dag. Dus zonder verder commentaar hier het gedicht ‘Krijtwit’.
.
Krijtwit
.
Als meester Weemoed eens een uurtje vóór komt lezen,
zit heel de klas met doodsverstijving in de bank;
en bij: ‘ Het Jongetje Dat Nimmer Zou Genezen’
barst een orkaan los van gejammer en gejank.
.
Zie hoe de kind’ren kwijnend sloffen door de gangen
en hunk’rend loeren naar een koele kapstokhaak,
terwijl een enk’le al verdachte loopjes maakt
om zich aan capuchon of mutsje op te hangen.
.
Is het zijn piepstem? Komt het door zijn dode ogen
die op twee steeltjes tikken tegen ’t brillenglas?
Of is ’t de grap dat hij zijn bochel kan verhogen
tot boven ’t bord, onder zijn zwarte pandjesjas?
.
Hoe komt het dat veel ouders hem niet mogen
terwijl hij, kind nog, toch zo’n knuffeldiertje was?
.
Poëzie in het leslokaal
Symposium
.
Vijfentwintig jaar geleden werkte in in Wateringen en één keer per jaar werd daar in samenwerking met alle basisscholen de Voorlees- en Declamatiewedstrijd gehouden. Kinderen uit de hoogste vier klassen van het basisonderwijs kwamen op een middag bij elkaar en lazen voor een jury voor óf declameerde een gedicht uit het hoofd. En hoewel de keuze van gedichten vaak wat voorspelbaar was (‘Ik ben lekker stout’ van Annie M.G. Schmidt) werd ik destijds toch regelmatig verrast door leerlingen die lange en mooie gedichten uit hun hoofd konden voordragen. Daarna ben ik nooit meer een dergelijk initiatief tegen gekomen en zeker niet in die omvang.
Ik moest daar aan denken toen ik van Kila van der Starre (o.a. van https://straatpoezie.nl ) op een symposium over poëzievoordracht in de klas werd gewezen met als thema ‘Uitgesproken poëzie’ op 5 november in Utrecht. Na een geslaagd eerste symposium over poëzie in de klas in 2018 met als thema ‘Als je goed om je heen kijkt..’ nu dus een vervolg.
Werd in 2018 onderzocht op welke manieren poëzie tot ons komt buiten het boek (op gebouwen, muren, via televisie en radio, op poëziepodia en via social media) en ingezet zou kunnen worden in het voortgezet onderwijs, in november heeft het symposium de voordracht, de kunst van het memoriseren en declameren als onderwerp. https://www.lezen.nl/nl/uitgesproken-po%C3%ABzie-0 Ben je docent of leerkracht, vind je poëzie belangrijk in de klas (wie vindt dit niet) dan zou ik zeggen meld je aan en koop een ticket voor dit symposium.
Omdat ik poëzie in de klas een erg warm hart toedraag heb ik voor https://meandermagazine.nl/ een uitgebreid artikel geschreven over dit onderwerp. Binnenkort verschijnt dit artikel en wordt verspreid middels de nieuwsbrief. Meandermagazine stuurt elke week een nieuwsbrief over poëzie met vele recensies, artikelen en nieuwtjes over poëzie naar haar meer dan 6000 abonnees. Meander magazine is ook op zoek naar nieuwe vrijwilligers die de poëzie een warm hart toedragen. Heb je wat tijd over meld je dan aan bij Meander via de contactknop onder colofon.
Jan Kal schreef in de bundel ‘Schrijverssonnetten’ uit 1980 het gedicht ‘Waarom ik geen Neerlandistiek studeer’ waarin hij zegt: ‘Heeft één gedicht dat op z’n poten staat / niet meer gewicht dan een professoraat?’ waarmee ik maar wil aangeven hoe bijzonder en belangrijk een gedicht kan zijn voor een mens dus ook (en misschien wel zeker) voor een leerling in de klas.
.
Waarom ik geen Neerlandistiek studeer
.
Van de beroemdste dertien dichtersnamen
uit China’s achtste eeuw, Tang-dynastie,
behaalden tien het Literair Examen
en gingen er twee af voor hun tsjin-sji,
.
Toe Foe em Meng Hau Jan, maar nummer drie,
Li Po, de grootste, wou zich niet bekwamen
tot hoge ambten, maar schreef poëzie
zonder zich voor zijn lage rang te schamen.
.
Daarom studeer ik geen Neerlandistiek.
Heeft één gedicht dat op z’n poten staat
niet méér gewicht dan een professoraat?
.
Ik mijd dus alle jury’s, elke kliek,
(al neem ik wel graag prijzen in ontvangst).
Mooie sonnetten schrijven duurt het langst.
.
Anti-stress poëzie
Deborah Alma
.
Ik kende het begrip Bibliotherapie in algemene zin; een therapie waarbij gebruikgemaakt wordt van geschreven teksten zoals zelfhulpboeken, handleidingen, romans en prentenboeken om mensen van alle leeftijden te helpen met hun psychische en fysieke problemen. Al bij de oude Grieken was het bekend dat literatuur zowel psychologisch als spiritueel belangrijk was, en zij plaatsten boven hun bibliotheken dan ook een bord met het opschrift “Plaats ter genezing van de ziel“. Bij bibliotherapie kiest men lectuur uit als therapeutisch hulpmiddel bij medische en psychiatrische behandeling. Dit gerichte lezen als begeleiding bij de oplossing van persoonlijke problemen wordt bijvoorbeeld ook aangewend in ziekenhuizen. (bron”Wikipedia).
Dat poëzie in dit rijtje ook thuis hoort daar getuigt het boek van Sarah waarover ik gisteren schreef van; poëzie om een traumatische ervaring mee te verwerken. In Engeland vond ik een dichtbundel uit 2015 over dit onderwerp met de veelzeggende titel ‘The Emergency Poet’ An Anti-Stress Poetry Anthology.
‘The Emergency Poet’ werd samengesteld door dichter en schrijver Deborah Alma. In haar voorwoord schrijft ze dat ze een oude ambulance kocht uit 1970 en daarmee naar ziekenhuizen, tehuizen, evenementen, bibliotheken, scholen en festival reisde voor poëzie therapie en vriendelijke conversatie. De mensen die ze daar trof waren vaak op zoek naar raad en een emotionele oppepper. Deborah alma hielp ze met het vinden gedichten om de geest op te vrolijken, te troosten en te helpen omgaan met alle druk van de moderne tijd.
De bundel is opgedeeld in verschillende hoofdstukken met thema’s als ‘Voor dagen wanneer de wereld even te veel voor je is’, Pluk de dag’, ‘Liefde’, Óuder worden’, ‘Hoop’, ‘Over verdriet’ en ‘Moed en Inspiratie’. Alle gedichten in dit boek zijn door haar uitgetest en in de praktijk gebracht en hun nut is bewezen. Tijd voor een Nederlandse hertaling of editie met gedichten van Nederlandstalige dichters.
De meeste gedichten in deze bundel zijn van Engelse of Engelstalige dichters maar er staat ook (vertaalde) poëzie in van onder andere Miroslav Holub, Fernando Pessoa, Thich Nhat Hanh en Rainer Maria Rilke. Een aantal van de opgenomen gedichten is heel bekend en zelfs beroemd maar vele zijn ( voor mij) onbekend. Zoals bijvoorbeeld het gedicht ‘Getting Older’ van Elaine Feinstein (1930 – 2019) een Engels dichter met grote affiniteit voor de Russische dichters van de vorige en deze eeuw. Dit gedicht verscheen oorspronkelijk in de bundel ‘Collected poems and translations’ uit 2002.
.
Getting Older
.
The first surprise: I like it.
Whatever happens now, some things
that used to terrify have not:
.
I didn’t die young, for instance. or lose
my only love. My three children
never had to run away from anyone.
.
Don’t tell me this gratitude is complacent.
We all approach the edge of the same blackness
which for me is silent.
.
Knowing as much sharpens
my delight in january freesia,
hot coffee, winter sunlight. So we say
.
as we lie close on some gentle occasion:
every day won from such
darkness is a celebration.
.
Gedachten over een mogelijk einde
Heidi Koren
.
Ik ken Heidi Koren vanaf 2013 toen ze kwam voordragen bij een podium van Ongehoord! in theater Koningshof in Maassluis. Daarna was ze in 2017 één van de Poëziebusdichters en inmiddels timmert ze aan de weg als zelfstandig auteur, docent, blogger, interviewer en presentator van (literaire) evenementen. In 2015 verscheen haar debuut als dichter met de titel ‘Gedachten over een mogelijk einde’. Tegenwoordig lees ik graag haar bijdragen aan literair tijdschrift Extaze.
Op haar website http://heidikoren.nl las ik (bij de categorie Blog) een zeer goed onderbouwd en vurig pleidooi voor poëzieles op scholen. Ik kan het alleen maar heel erg eens zijn met haar redenering voor meer poëzielessen op scholen. Wat ik bijzonder leuk vond om te lezen was hoe het creatieve proces van een gedicht schrijven werkt bij Heidi. Ook ik heb een dergelijk proces (anders maar met overeenkomsten) net als elke andere dichter denk ik.
Toen ik het gedicht ‘Over deiningen en dat de meeste dingen er niet toe doen’ las, vroeg ik mezelf meteen af hoe dit gedicht toch ontstaan was in haar hoofd.
.
Over deiningen en dat de meeste dingen er niet toe doen
.
Bijna alles kun je weglaten
de lijntjes en potloden de bomen en bijlen alle ja’s
en nee’s de komma’s de hoofdletters en het knikken
de bevestiging en de ontkenning het gaan en het komen
.
ik twijfelde over de witregels
.
Het huis het harnas het bouwen en het afbreken
zelfs de moeite de dag het donker
de schaduw de schreeuw de bodem het gruis
de oever het uitzicht de hoop
.
ik twijfel over het water
.
Raadgedicht
59 dichters
.
Terwijl ik wat onderzoek deed naar een paar onderwerpen waarover ik wil gaan schrijven kwam ik de website https://raadgedicht.nl tegen. Raadgedicht is een samenwerking van Het Poëziepaleis en Rian Visser en wordt ondersteund door De Poëzieweek, het Nederlands Letterenfonds, De Versterking, de Stichting Lezen, het Kinderboekenmuseum en uitgeverij Zwijssen. Een raadgedicht is een gedicht waarin één woord ontbreekt. Dit woord is afgedekt en alleen de dichter kent het woord.
Raadgedicht is gericht op leerlingen van het Primair onderwijs plus de brugklas (vanaf 10 jaar) en leerlingen van het voortgezet onderwijs (vanaf 14 jaar) en zij kunnen zich gratis inschrijven en meedoen. Op basis van de gegeven antwoorden wordt een erelijst samengesteld. Maar Raadgedicht is zowel voor scholen als voor individuele deelnemers. Voor iedereen dus! Leerkrachten kunnen met de klas één woord insturen of ze kunnen leerlingen individueel laten insturen. Op de erelijst wordt geen onderscheid gemaakt in leeftijd. Alleen is er een aparte lijst voor groepen en voor individuele deelnemers.
Het doel van Raadgedicht is om de lezer mee te laten denken met de dichter. Zo wordt de lezer uitgedaagd creatief met taal aan de slag te gaan. Foute antwoorden zijn niet per se fout. Misschien is een ander woord wel mooier dan dat van de dichter? Voor de dichters is het spannend om te ervaren welke woorden de lezers aandragen. Dit spelen met woorden leidt tot een geconcentreerde manier van lezen.
Naast de website is er een app die je kunt downloaden en zijn er prijzen te winnen. In totaal doen maar liefst 59 dichters mee met Raadgedicht, dichters van naam en faam maar ook wat minder bekende dichters. Dichters als Tsead Bruinja, Ester Naomi Perquin, Marieke Lucas Rijneveld, Tjitske Jansen maar ook Jos van Hest, Mary Heylema, Corien Oranje en Edward van de Vendel.
Van Derek Otte, tot vorige maand stadsdichter van Rotterdam, hier een voorbeeld. Het antwoord op het te raden woord staat een stuk naar onderen.
.




















