Site-archief

Laatste keer dichter van de maand juni

Antjie Krog

.

Vandaag is het de laatste zondag in juni en dus de laatste keer deze maand dat ik een gedicht plaats van de dichter van de maand Antjie Krog. Vandaag koos ik voor het gedicht ‘Bij je vertrek’ dat komt uit de bundel ‘Lijfkreet’ uit 2006. De vertalingen in deze bundel zijn van Jan van der Haar en Robert Dorsman.

.

Bij je vertrek

.

ik wilde een ark in mijn armen scheppen
waarin je voortdurend gaaf kon zijn
waarin breuklijnen konden verzachten tot de
fluwelen ongereptheid van een olijftak

.

waarin we je ogen weer inktglad konden strijken
je bedremmelde beentje
in glans konden laten overtreffen
waarin we je huilbuien en woedeaanvallen

.

voor altijd konden afwenden. uit het slagveld
van je ouders wilde ik je wegplukken
je koesteren en hoeden voor verraad
je engel wilde ik zijn en je zwaard

.

met de zegevierende partij ben je vertrokken.
ik heb je het meest schadeloos liefgehad.

.

Bemind worden door een dichter

Dichter van de maand Juni

.

Vandaag een gedicht van dichter van de maand Antjie Krog met de intrigerende titel ‘bemind worden door een dichter’ uit de bundel ‘Waar ik jou word’ 25 gedichten van Antjie Krog die iedereen gelezen moet hebben uit 2017. De Veerle uit de eerste zin van dit gedicht is een naar alle waarschijnlijkheid een verwijzing naar de weduwe van Hugo Claus, Veerle de Wit (met dank aan Frank Verhallen).

.

bemind worden door een dichter

.

vlak bij de Meir loop ik Veerle tegen het lijf
bruin haar     scheve baret      laarzen      jas

.

hoe gaat het? ze vertrekt haar mondhoek
even maar alsof het er niet toe doet

.

haalt haar schouders op en knikt we groeten
en lopen ieder een andere kant op

.

ik kijk nog eens om maar ze is al verdwenen
gewoon tussen de anderen als de anderen

.

en niemand weet dat zij ooit is besnuffeld
door goddelijke hersenen dat zij gerafeld

.

van passie uit haar lakens is getuimeld dat
zoveel geilheid in haar holtes is gedroomd

.

zoveel landschappen tussen haar benen open
gesnorkeld zijn dat elke dag elke kant op kon kantelen

.

gestuwd werd zij door
een begaafde onder de goden

.

nu is hij dood      ze heeft hem tot het einde toe bijgestaan
en loopt gewoon als gewoon mens tussen anderen

.

Dichter van de maand juni

Antjie Krog

.

Het is alweer een half jaar geleden dat ik een dichter van de maand had (Peter Verhelst) en nadat ik op Facebook om suggesties vroeg kwamen er heel veel namen los (meer dan 30). Voorlopig kan ik dus nog wel even voort. De dichter van de maand krijgt elke zondag een plek op dit blog in een bepaalde maand.

Teruglezend is de Zuid Afrikaanse dichter Antjie Krog (1952) geen onbekende op dit blog. Magda Haan stelde voor haar dichter van de maand te maken en omdat het alweer even geleden was dat ik een Zuid Afrikaanse  dichter in het zonnetje zette, is Antjie Krog dichter van de maand juni en zal ik elke zondag in juni een gedicht van haar plaatsen.

Als eerste gedicht van deze bekende en (ook in Nederland) zeer gewaardeerde dichter een gedicht uit de bundel ‘Kleur komt nooit alleen’ uit 2002 getiteld ‘dichter wordende”.

.

dichter wordende

.

om op een ochtend wakker te worden midden in klank

met vocaal en klinker en diftong als voelspriet

om met aarzelende zorg de lichtste beroering

van licht en verlies in klank te ijken

.

om jezelf onmiddellijk geknield te vinden

boven de hoorbaar kloppende wand

van een woord – zoekend naar het precieze

ogenblik waarop een versregel volloopt in klank

.

wanneer de betekenis van een woord zwicht,

begint te glijden en zich eindelijk overgeeft aan geluid

van dat ogenblik af smacht het bloed naar de incantatie

van taal – de enige waarheid staat geveld in klank

.

de dichter dicht met haar tong

zij haalt adem – ja, diep uit haar oor

.

 

Light verse editie van MUGzine

#8

.

De nieuwe MUGzine, de achtste editie alweer en de derde al dit jaar die medio juni zal verschijnen, zal volledig in het teken staan van de Light verse. Light verse, ook wel plezierdichten of nonsensgedichten genoemd, is een benaming voor die gedichten die een wat lichtere, meer speelse toon hebben. Jaap van der Born schreef er een heel aardig stuk over op de, ook al prima, website Het Vrij Vers http://www.hetvrijevers.nl/index.php/over-light-verse .

Als je aan light verse denkt dan kom je al snel bij Het Vrije Vers terecht. In MUG #8 dan ook een aantal dichters die veelvuldig zijn terug te vinden op deze website: Inge Boulonois, Wim Meyles, Remko Koplamp en Frank van Pamelen. Het is dat MUGzine het leukste maar vooral ook kleinste poëziemagazine is van Nederland en Vlaanderen, anders hadden we uit een grote vijver dichters kunnen uitnodigen.

Lighgt verse dus in MUG #8, illustraties zijn dit keer van de New Yorkse kunstenaar en illustrator Karen Stolper (te volgen op Instagram @karenstolperinlunchwithlove ), natuurlijk een nieuwe Luule en een vrolijk stemmend voorwoord.

Als opwarmertje hier alvast een gedicht van één van de dichters in #8 Remko Koplamp getiteld ‘Pure shit’ van gedichten.nl

.

Pure shit

.

In mijn Bushmills verstopt zich steeds een luis
In de Bowmore word ik een worm gewaar
Mijn Famous Grouse biedt aan een mug een thuis
En in de Blair Athol logeert een haar
.
In mijn Glenlivet tref ik vliegen aan
De Lagavullin is gevuld met vuil
Een vlo komt uit mijn Convalmore vandaan
En in de Teeling houdt een neet zich schuil
.
In mijn Glenfarclas stuit ik op een nagel
Het glaasje Dhallas Dhu bevat een daas
In mijn Glen Garloch drijven korrels hagel
En in de Springbank is een spin de baas
.
Maar boven alles is het pure shit
Dat in die alcohol ook cola zit

.

 

Juni

Bijna vergeten dichter

.

Leo Ross (1934-2014) werd geboren in Zwartsluis. Op het gymnasium in Middelburg leerde Ross de drie jaar oudere Guus Vleugel kennen, de latere dichter Guus Valleide. In 1951 ging hij studeren in Amsterdam. Hij sloot toen een hechte vriendschap met Willem Wilmink, jaargenoot (als Neerlandicus) en dispuutgenoot.  Hij werd toen Lektor für niederländische Philologie aan de Universiteit van Münster, Westfalen.

Voor zijn ontwikkeling belangrijke reizen maakte hij in 1965 en 1966 naar Griekenland; hij leerde Grieks uit een Duitse grammatica. In 1969 keerde hij terug naar Amsterdam als docent Moderne Nederlandse Letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Hij promoveerde aan de Vrije Universiteit in 1994, gezamenlijk met collega-Neerlandicus Rob Delvigne.

In 1982 maakte hij deel uit van de jury voor de prestigieuze (Belgische) Europese literatuurprijs, toen een Griekse schrijver bekroond werd. In de PEN maakte hij zich verdienstelijk als lid van de werkgroep Writers in prison.

Leo Ross debuteerde in 1952 in het Amsterdamse studentenblad Propria Cures (PC) met een gedicht uit zijn gymnasiumtijd. De debuutbundel ‘L’Amour vert’ (1962) stond onder de invloed van Hans Lodeizen. Met groter ernst gaat in ‘Classics’ (1967) ook meer reflectie over de poëzie gepaard.

Hoewel Ross zijn eerste essays publiceerde in 1954/1955 (in Propria Cures), dus ongeveer tegelijk met zijn vroege gedichten, slaat hij in beide door hem beoefende literaire genres een opvallend verschillende toon aan: de poëzie is zonnig en vrolijk, de essays venijnig en agressief.

In 2003 in het ziekenhuis begon Leo Ross distichons te schrijven, tweeregelige gedichtjes naar het voorbeeld van het grafschrift van Vondel. Tot 2009 verschenen er vier bundels ‘tweeregels’. Ross publiceerde in verschillende literaire tijdschriften als De Revisor, De Gids, Hollands Weekblad en Maatstaf.

Uit ‘L’Amour vert’ komt het gedicht ‘Juni’.

.

Juni

.

Ik wil mijn best doen zoals bloemen

hun best doen, van mijn leven

wil ik iets stijlvols maken, een reuzeneik

voor een kleurige vogel

.

maar ik lig op een strand in de zon

met een jongen die zachtjes snurkt en

speel met de tijd als met zand, dijken

bouwend en tunnels gravend.

.

 

Dichter op verzoek

Juni 2018: Dichter op verzoek

.

Deze maand wil ik op de zondagen een aantal dichters belichten waar ik de afgelopen tijd vraag naar heb gehad. Toen ik namen vroeg voor de dichter van de maand kreeg ik zoveel namen dat ik een aantal van de genoemde dichters in mei zal opvoeren in de categorie Dichter op verzoek. Vandaag als eerste de dichter Miguel Santos.

Miguel Santos (1986) is een Rotterdamse schrijver maar vooral dichter. Ik ken hem vanuit het Rotterdams en vanuit zijn deelname aan de eerste papieren uitgave van MUG books. In 2013 schreef hij een tijdje opmerkelijke columns voor het toen nog jonge Rotterdamse platform Bogue.nl. Met zijn poëzievoordrachten stond hij o.a. op het Rotterdamse kunstplatform Speyksessies, Geen Daden Maar Woorden, Boek NU!, Woordnacht, Duizel in het Park, Woorden Worden Zinnen en Nacht van de Kaap. Daarnaast is hij een van de gastheren van de PoetsClub Rotterdam, de beroemde en beruchte poëzieavond elke eerste woensdag in Café De Schouw.

Sinds 2014 is hij de huisdichter van tv- (en radio-)station OPEN Rotterdam en de maandelijkse talkshow De Havenloods Live in Studio De Bakkerij. Zijn poëzie verscheen eerder in o.a. verzamelbundels Erotica! Deel I en II, het door mijn uitgeverij MUG books uitgegeven ‘Wij dragen Rotterdam’, Ode aan, Gers! Magazine en Lijn 4. In de zomer van 2016 bracht hij een minireeks poëziebundels uit onder de noemer ‘Uurtjespoëzie’, een verzameling gedichten die online zijn ontstaan.

.

Kleine jongens
worden ook groot
op achtergronden,
in afgelegen hostels,
achter woorden, schermen
en in hoekjes

waar ze zinnen zoeken,
in het donker vragen
naar Rotterdams talent
of van buiten stadsgrenzen
om aan het licht
te kunnen brengen,

om mee te groeien,
op te bloeien
als toekomstige sterren
die moeten schitteren
aan de welbekende skyline
waar nieuwe generaties

zich aan vergapen
zonder in spotlights
te hoeven staan-
daarvan word je blind
voor de ontwikkeling
die voor het oprapen ligt,

die broodnodig is
om groot te worden,
om als kleine jongen
jezelf als man op de
voorgrond te plaatsen
omdat dit soms een kunst is.

.

De vertraging

Remco Campert

.

Een dagje later dan normaal de Dichter van de maand juni; Remco Campert. Ik heb dit keer gekozen voor een gedicht uit zijn bundel ‘Vogels vliegen toch’ uit 1951. Goed beschouwd is dit zijn debuutbundel al gaf hij in 1950 ‘Ten lessons with Timothy’ uit dat hij in Parijs aan de man probeerde te brengen.

.

De vertraging

.

naar de vertraging der vlakten

verlang ik, naar het gras der rust,

naar wolken van eenzaam varen

en de wattenwind der zuiverheid,

naar de lommerdorpen van ontspanning

en pastorieën der voltooide liefde

.

Vogels

Boerin

Dichter van de maand

.

Vandaag op de zondag (dus de Dichter van de maand) het gedicht ‘Boerin in Iviers’ van Remco Campert. Dit gedicht verscheen oorspronkelijk in de bundel ‘Nieuwe herinneringen’ uit 2007.  Ik vind dit een typisch Campert gedicht. Er ligt een zekere melancholie over het gedicht maar tegelijkertijd is het lekker praktisch, nuchter. En vooral de laatste zin vind ik prachtig, dat maakt het plaatje dat hij schildert af en laat een eindconclusie aan de lezer.

.

Boerin in Iviers

.

Elke dag nog praat ze
met zijn grafsteen
op het kleine kerkhof aan de overkant
uitzicht over het dal
met het dunne riviertje
glinsterend als een spinnendraad in het Noord-Franse licht

sinds hij dood is
doet ze minder aan de tuin
eens haar trots

ze kreeg er nog een prijs voor
de senator kwam er voor over
helemaal uit Parijs
waar hij een appartement had
en een vriendin
het was vlak voor de verkiezingen
die hij won

de koeien zijn verkocht
de tractor staat te roesten in het hoge gras
het erf is netjes aan kant
en er is nog hout voor één winter

.

iviers

Nieuwe

Poëzie festivals

Poëziefestival en Boerol

.

In juni en september zijn er in de gemeente Midden-Delfland (het kleine groene hart van Zuid Holland) twee leuke festivals waarop poëzie een grote rol speelt.

Allereerst is er op 24 en 25 juni het jaarlijkse Boerol festival. Naast activiteiten op het gebied van theater. kunst en muziek voor groot en klein is er ook aardig wat aandacht voor Poëzie. Een paar jaar geleden (2014) stond ik zelf al een keer in het programma met date een dichter en ik kan je vertellen dat het een erg leuk festival is op een mooie plek namelijk middenin de polder op het terrein van boerderij Het Kraaienest, vlakbij De Lier.

Dit jaar treden op de dichters Edwin de Voigt, Rik van Boeckel en Joz Knoop maar ook de groep Bender die poëtische liedjes brengt. Voor het complete programma kijk je op http://www.boerol.nl/programma/poezie/

Op 10 september volgt dan het Poëziefestival ‘Dichter bij de boerderij’ van het Christelijk Lyceum Delft (CLD) en ANV Vockestaert. Dit is een reizend festival langs diverse boerderijen en bij elke boerderij zijn gedichten te beluisteren. In het karakteristieke kerkje van ’t Woudt zijn er voordrachten van leerlingen van het CLD met zelf geschreven gedichten. De afstanden tussen de boerderijen zijn maximaal een kilometer en gemakkelijk te fietsen. De optredende dichters in de boerderijen zijn Tjitske Jansen, Hans Tentije, Ester Perquin, Marjolijn van Heemstra en Rodaan Al Galidi. De Entree bedraagt € 10,-

Lees meer over dit kleine maar fijne festival op http://www.vockestaert.nl/poezie-festival-dichter-boerderij-zaterdag-10-september-2016/      Als voorproefje een gedicht van Marjolijn van Heemstra.

.

Als Mozes had doorgevraagd Moest ik mijn land verlaten: ik zou blijven.

Stond mijn stad in brand: ik draaide om.

Moest ik mijn kind offeren: ik weigerde.

Zolang jij je niet laat kennen houd ik

benen op de grond, armen om het kind.

.

Mij scheep je bij geen bramenstruik af

met ‘ik ben die ik ben’, een kleine vlam, een donderstem.

Mozes was iemand van zijn tijd: dankbaar voor het leven,

bang om door te vragen en ook: een man,

die vragen niet zoveel.

.

Ik was blijven staan bij die struik tot je verscheen.

Geen smoesjes van doeken voor ogen omdat je straling te fel.

Mozes was brandgloed gewend, ik tl.

Kom maar op, zou ik zeggen. Zeg ik nu: Kom maar op.

Als niet Mozes, maar ik bij Horeb had gestaan ging het zo:

.

ik: Wie ben je?

jij: Ik ben die ik ben.

ik: Ik ook.

jij: Ja, jij ook.

.

Dan had ik je aangeraakt en jij mij.

Was de Bijbel geen boek, maar een omhelzing

.

Heemstra

                                                               Foto: Keke Keukelaar

Tegen opname

Remco Campert

.

Het is  juni, dus op zondag een gedicht van Remco Campert. In de vuistdikke bloemlezing ‘Nederlandse poëzië van de 19e t/m de 21ste eeuw in 2000 en enige gedichten’ is een gedicht opgenomen van Remco Campert met de veelzeggende titel ‘Tegen opname in de zoveelste bloemlezing’.

Ik denk dat de titel al genoeg reden was voor Gerrit Komrij om dit gedicht in deze bloemlezing op te nemen. Het gedicht werd oorspronkelijk gepubliceerd in de bundel ‘Dichter’ uit 1995.

.

Tegen opname in de zoveelste bloemlezing

.

Poëzie is een daad

van ontkenning. Ik ontken

dat ik leef, dat ik niet alleen leef.

.

Poëzie is een verleden, denken

aan vorige week, aan hetzelfde land,

aan jou als we gescheiden zijn.

.

Poëzie breekt mijn adem, verlamt

mijn voeten, zeer afdoende,

op de aarde die dat koud laat.

.

Voltaire had pokken, maar

genas zichzelf door o.a. te drinken

120 liter limonade: dat is een feit.

.

Of neem de branding. Stukgeslagen

op de rotsen is zij niet werkelijk verslagen,

maar herneemt zich en is daarin branding.

.

Elk woord dat wordt geschreven

is een bijdraag tot de ouderdom.

Ten slotte wint de dood, en hoe:

.

de dood dat is het lachen in de zaal

nadat het laatste woord geklonken heeft.

De dood is hilariteit.

.

Dichter

%d bloggers liken dit: