Categorie archief: Bibliotheken
Bibliothecarissen, Poëzie en muziek
Op de radio en in de schouwburg
.
Het leven van een dichter/poëzieblogger is bij tijd en wijle heel leuk (leuker dan gemiddeld). Zeker als je twee zondagen achter elkaar je licht mag laten schijnen over wat je doet als dichter. Zo ben ik aanstaande zondag 22 oktober te beluisteren bij het radioprogramma Over Poëzie en Muziek van dichters/presentatoren Sabine Kars en Mas Papo. Op https://www.overpoezieenmuziek.nl lees je er alles over. Over Poëzie en Muziek wordt zondag uitgezonden van 21.00 tot 23.00 uur te beluisteren via http://www.b-fm.nl/webplayer/ We zullen over het dichterschap praten, over inspiratie, over schrijven, ik zal 4 gedichten voordragen en nog veel meer, luisteren dus!
Op zondag 29 oktober zal ik tijdens De middag van de bibliothecaris, worden geïnterviewd door Alek Dabrowski in de foyer van de Schouwburg Rotterdam tussen 16.30 en 18.30 uur. Onder het motto ‘Laat schrijvers schrijven, bibliothecarissen vertellen het verhaal’ zal ik vertellen over wat de bibliotheek aan poëzie doet, een favoriet gedicht voorlezen en daar iets over vertellen en een eigen gedicht voordragen. Wat deze twee gedichten zullen zijn, daar denk ik nog over na. Een favoriet gedicht klinkt zo eenvoudig maar ik heb zoveel favoriete gedichten. Op deze middag verder Meliza de Vries (ook dichter), John Valk (ook muzikant), Leo Willemse (ook blogger) en Jeanine Deckers (ook columniste en activiste).
Kaarten zijn te krijgen á € 5,- bij de Schouwburg en op zondag aan de deur.
Als opwarmer alvast een gedicht van Meliza de Vries.
.
opa
je wees vaak naar die zee,
nadat het water de olifanten
naar het binnenland had verdreven.
je geloofde steeds minder in God,
meer in kwallen en zeewier.
geen vleugels maar vinnen, zei je,
om daarmee de eeuwigheid in te duiken.
.
Piet Paaltjens
150 jaar Snikken en Grimlachjes
.
150 jaar geleden werd de dichtbundel ‘Snikken en Grimlachjes’ van Piet Paaltjens uitgegeven bij Drukkerij en boekhandel Roelants in Schiedam. Piet Paaltjens is het alter ego van de melancholische dichter en predikant François HaverSchmidt (1835-1894). De Bibliotheek Schiedam en haar partners hebben dit jubileum aangepakt om de schrijver dertien dagen lang te eren met allerlei uitingen binnen een festivalprogramma. Van het onthullen van het muurgedicht en het voorlezen van gedichten op zijn graf tot een wandeling in de stad en lezingen in zijn voormalig woonhuis en de drukkerij waar de bundel werd uitgebracht. Hoogtepunt van het festival is de samenwerking met platenlabel Excelsior Recordings. Bekende Nederlandse artiesten, waaronder The Kik, Aafke Romeijn en Freek de Jonge, hebben in Schiedam een CD opgenomen met gedichten van Piet Paaltjens.
Het programma rond de viering van 150 jaar ‘Snikken en Grimlachjes’ loopt van 20 oktober tot 1 november in Schiedam. Voor een uitgebreid programmaoverzicht kun je terecht op https://ppp.debibliotheekschiedam.nl
Om aan te sluiten bij dit mooie project van de bibliotheek Schiedam, mijn zeer gewaardeerde collega Theo en partners uit Schiedam, plaats ik graag een liefdesgedicht van Piet Paaltjens getiteld ‘Aan Rika’.
.
Aan Rika
.
Slechts éénmaal heb ik u gezien. Gij waart
Gezeten in een sneltrein, die de trein
Waar ik mee reed, passeerde in volle vaart.
De kennismaking kon niet korter zijn.
En toch, zij duurde lang genoeg om mij,
Het eindloos levenspad met fletse lach
Te doen vervolgen. Ach! geen enkel blij
Glimlachje liet ik meer, sinds ik u zag.
Waarom hebt gij van dat blonde haar,
Daar de englen aan te kennen zijn? En dan,
Waarom blauwe ogen, wonderdiep en klaar?
Gij wist toch, dat ik daar niet tegen kan!
En waarom mij dan zo voorbijgesneld,
En niet, als ’t weerlicht, ’t rijtuig opgerukt,
En om mijn hals uw armen vastgekneld,
En op mijn mond uw lippen vastgedrukt?
Gij vreesdet mooglijk voor een spoorwegramp?
Maar, Rika, wat kon zaalger voor mij zijn,
Dan, onder hels geratel en gestamp,
Met u verplet te worden door één trein?
.
Bloemen van ’t veld
Alice Nahon
.
Van mijn broer kreeg ik de bundel ‘Bloemen van ’t veld’ van Alice Nahon. In de serie Vlaamse pockets; Poëtisch erfdeel der Nederlanden verschenen in 1970. Hoewel het uiterlijk van de bundel doet vermoeden dat het hier een pocket uit de jaren vijftig betreft (of ouder) is het toch nog maar 47 jaar oud.
De inleiding bij deze bundel is geschreven door Karel de Jonckheere. Alice Nahon (1896 – 1933) was een Antwerpse dichter. In Vlaanderen is Nahon wellicht het meest bekend van de versregels van haar Avondliedeke III:
’t is goed in het eigen hert te kijken, nog even vóór het slapengaan, of ik van dageraad tot avond, geen enkel hert heb zeer gedaan’
Haar vader was Nederlander en haar moeder was Vlaams. Zij leed aan chronische bronchitis en depressiviteit en bracht meerdere jaren door in diverse sanatoria, waaronder Tessenderlo. Toch schreef zij in die periode twee dichtbundels: ‘Vondelingskens’ (1920) en ‘Op zachte vooizekens’ (1921), die haar een enorme populariteit bezorgden. Na verblijven in Italië en Frankrijk ging ze vanaf 1927 werken in de stadsbibliotheek van Mechelen. Met de bundel ‘Schaduw’ (1928) wilde ze zich afzetten tegen haar zoetgevooisd imago en tegen de kritiek van onder andere Paul van Ostaijen.
Uit haar debuutbundel ‘Vondelingskens’ het gedicht ‘Herfst’.
.
Herfst
.
Achter d’oude kloosterwoning
Hing wat rode zon.
Onder goud-getinte linde
Bad een jonge non.
.
Heur gelaten ogen droomden
Onder blanke doek,
Naar de zwart’ en rode letters
Van ’t getijdenboek.
.
Langs de wegskens was geprevekl
Van wat blâren bruin;
Aan heur voeten bogen schrale
Violieren schuin.
.
Als ’n dod’ illuzie, die ze
Lang vergeten had,
Viel er op heur jonge handen
Een verschrompeld blad.
.
Afdeling B
Majoleine van Aperen
.
Op maandagmiddag was ik bij de opening van ‘B’ het taalpunt/taalhuis/taalinformatiecentrum in de bibliotheek van Vlaardingen. De nieuwe afdeling met de bijzondere naam B werd door de wethouder geopend en speciaal voor deze gelegenheid had stadsdichter Marjoleine van Aperen een gedicht geschreven met de titel ‘Afdeling B’. Met B heeft Vlaardingen nu een bijzondere plek waar mensen met Lees- en schrijfachterstanden terecht kunnen. Maar ook mensen die moeite hebben met andere basisvaardigheden zoals rekenen en digitale vaardigheden kunnen hier voor hulp terecht. Uiteraard heb ik haar gevraagd of ik het gedicht mocht gebruiken voor mijn blog en ik kreeg toestemming. Daarom hier het gedicht ‘Afdeling B’.
.
Afdeling B
.
De B neemt je mee,
naar Beter leven,
.
staat je bij op zoek naar een Baan,
helpt je om het Beste uit jezelf te halen,
bij het doen van Budgetbeheer, administratie,
Belastingaangifte en taaleducatie
.
B is Bijzonder, B is Briljant
B brengt meer Balans
B bouwt Bruggen, B maakt Blij
B geeft vis met Boter erbij
.
Met de B Boek je vooruitgang,
door te lezen of een helpende hand
.
De B, daar kom je verder mee!
.
Ik ben een god
Annie M.G. Schmidt
.
Iedereen kent Annie M.G. Schmidt (1911 – 1995) en voor wie haar niet kent; ook jij kent haar of één van haar liedjes, teksten of boeken. Deze voormalig bibliothecaresse, dichter en schrijfster van verzen, liedjes, boeken, toneelstukken, musicals en radio- en televisiedrama is niet alleen in Nederland wereldberoemd maar ook buiten ons land bekend. Een gedicht dat ze schreef in 1938, niet voor kinderen en duidelijk als gedicht, is vooral door de eerste zin erg bekend. Ook bij mij. Voor een ieder die wel de erste zin kent maar ook graag eens de rest van het gedicht leest hier ‘Leeszaal’ destijds verschenen in het tijdschrift ‘Opwaartse Wegen’.
.
Leeszaal
.
Ik ben een God in ’t diepst van mijn gedachten,
maar in de bibliotheek een volontair
die hunk’rend op een baantje zit te wachten
en boeken uitleent met een zeker air.
Ik lever geestlijk voedsel aan mevrouwen
die binnenkomen en alleen maar van
de allernieuwste liefdesboeken houwen,
“maar niet zo’n engerd als die Wasserman”.
Ik loop met stapels boeken rond te sjouwen
en plak een etiket op Gorters Mei.
Och, als nu juffrouw Jansen eens ging trouwen,
dan kwam er eindlijk eens een plaatsje vrij.
Ik ben het niet alleen, die staat te wachten
en achter me staat nog een hele rij.
Ik ben een God in ’t diepst van mijn gedachten,
maar niet zo heel veel in de maatschappij ..
.
Rita Mae Brown
Gedichten
.
Toen ik in 1982 als jongste bediende bij een heel klein bibliotheekje begon in Den Haag aan de Segbroeklaan was het hoofd van de bibliotheek een vrijgevochten, intelligente en zeer sympathieke feministe. Zij zette mij aan tot het lezen van allerlei romans waaronder de roman ‘Koningin van Amerika’ van Rita Mae Brown. Dit boek, dat ik nog altijd als één van mijn favoriete boeken aller tijden beschouw bracht mij in aanraking met het werk van Brown. Ik heb al haar vertaalde boeken gelezen (zo’n 15 waaronder een aantal detectives met katten!) en ben dan ook een groot fan.
Rita Mae Brown (1944) werd bekend door haar roman over een jonge lesbische vrouw ‘Rubyfruit Jungle’ uit 1973 dat als een klassieker in het genre wordt gezien. In 1979 kreeg ze een relatie met de beroemde tennisster Martina Navrátilová. Ze schreef vele romans, detectives, filmscenario’s, televisiescripts, historische romans en poëzie.
Dat laatste wist ik tot voor kort niet. In het begin van haar schrijversleven publiceerde ze twee poëziebundels: ‘The hand that cradles the rock’ uit 1971 en ‘Songs to a handsome woman’ uit 1973. In 1994 werden deze twee bundels heruitgegeven in een volume onder de titel ‘Poems’.
Uit deze bundel een aantal gedichten.
.
For Those of Us Working For a New World
The dead are the only people
to have permanent dwellings.
We, nomads of Revolution
Wander over the desolation of many generations
And are reborn on each other’s lips
To ride wild mares over unfathomable canyons
Heralding dawns, dreams and sweet desire.
The Woman’s House of Detention
Here amid the nightsticks, handcuffs and interrogation
Inside the cells, beatings, the degradation
We grew a strong and bitter root
That promises justice.
A Short Note for Liberals
I’ve seen your kind before
Forty plus and secure
Settling for a kiss from feeble winds
And calling it a storm.
The Bourgeois Questions
“I wonder about the burn
Behind your eyes,
What is it in me that disquiets me so?
Do you hate me for my softness?”
“No, I’ve come through a land
You’ll never know.”
A Song for Winds and My Vassar Women
Here among the trees
The world takes the shape of a woman’s body
And there is beauty in the place
Lips touch
But minds miss the vital connection
And hearts wander
Down dormitory halls
More hurt than hollow.
.
2 Muzen
Boekenweekgeschenk
.
In 1955 werd in het kader van de Boekenweek het bundeltje ‘2 Muzen’ uitgebracht als boekenweekgeschenk. Een verzameling van Nederlandse gedichten handelend over muziek, uitgezocht door Jan Engelman en Wouter Paap. In de inleiding bij dit boekje staat:
Dit bundeltje wordt de wereld ingezonden in de hoop, dat de jeugdige muziekminnaars er de schoonheid van de dichtkunst door op het spoor mogen komen, en dat de poëzieminnaars er iets van de mysterieuze werking der muziek uit zullen leren kennen. De omgang met dit zusterpaar: dichtkunst en muziek, kan het leven van kunstgevoelige naturen in dubbele zin verrijken.
Tegenwoordig zou een dergelijke bundel waarschijnlijk gevuld zijn met de cross over tussen rap muziek en poëzie. Toen ging het vooral om klassieke muziek zoals in het gedicht ‘Eine kleine Nachtmusik’ van Gerrit Achterberg, oorspronkelijk verschenen in de bundel ‘Cryptogamen’ uit 1946.
.
Eine kleine Nachtmusik
Terwijl hij onder den vleugel sliep
alsof geen morgen hem meer riep,
begonnen zacht op ‘t wit en zwart
van ‘t doodstil glanzend mechaniek
de snelle maten van het lied
dat in zichzelf verdronken sliep,
dat in zichzelf verzonken zag
naar wie het riep
met klare, jubelende kracht.
Haastig en diep gelukkig schiep
Mozart zijn kleine nachtmuziek.
.
De bijen
Myrte Leffring
.
Myrte Leffring (1973) ken ik al een aantal jaar als dichter sinds zij een optreden bij Ongehoord! verzorgde (toen met pianist Marijn van de Ven) en later toen ze jurylid was van de Ongehoord! gedichtenwedstrijd. Ze is niet alleen dichter maar ook redacteur en literair docent. Zij is op freelance-basis werkzaam voor onder meer poëzietijdschrift Awater, Stichting Poëzieclub, Turing Gedichtenwedstrijd, Stichting Kunstzinnige Vorming Rotterdam (SKVR) en DOK, Centrum voor de kunsten in Delft.
Aanstaande zondag 9 april komt ze opnieuw naar een podium van Ongehoord! in de centrale bibliotheek van Rotterdam (4e etage van 14.00 tot 16.30) samen met Neusa Gomes, Irene Siekman, Demi Baltus, Look J. Boden, Kim van Schie (proza) en Beau de Graaff (muziek).
Van haar website http://www.wolkenvankrijt.nl een gedicht uit 2015.
.
De bijen
.
Wij waren meisjes
wij konden alles worden
we droomden van zwarte paarden
van een eigen bureau met laatjes
we hinkelden door kantoren
aten ongewassen druiven
we zagen reeën, het goud
viel van hun ruggen
en alleen wij konden dat horen
wij waren alles
zouden iemand worden
personen met agenda’s en ideeën
met een huisje van koek in ons eigen bos
we stalen kleine dingen
die we best
konden betalen
de zomers waren lang en
we waren laat op straat
niemand zou ons kelen
er waren buurvrouwen en
bij de bakker kreeg je ongevraagd
het warme kapje in je hand
we vingen tussen bekers
bijen in springbalsemienen
ze zoemden hoog en daarna laag
ze waren niet kwaad als we ze lieten gaan
we droomden van zwarte paarden
in een wei vol paarse klavers
wij konden alles worden
.


















