Site-archief

Vooraankondiging

De nieuwe MUGzine

.

In mei verschijnt de nieuwe MUGzine, nummer 27 alweer. En was er in de laatste nummers regelmatig poëzie van wat oudere dichters te lezen, dit nummer is volledig gevuld met poëzie en illustraties van krachtige jonge getalenteerde vrouwen. Zo leveren Madelief Lammers (1998), Marilou Klapwijk (1990), Esohe Weyden (1999) en Veerle De Caestecker (1998) gedichten en zorgt Elzeline Kooy (1990) voor de illustraties.

De richting die MUGzine #27 meekreeg was ‘Koorddansen, dansen en balanceren’. Natuurlijk is er ook weer een voorwoord van Marianne en een nieuwe @Luule. Mugzine verschijnt gratis op de website mugzines.nl maar de ware liefhebber heeft de MUGzine natuurlijk liever in handen. Dat kan. Wanneer je donateur bent van MUGzine (vanaf € 20,- per jaar) sturen we je elk nummer (en een extraatje) op papier via de post toe.

Om alvast in de stemming te komen hieronder een gedicht van Madelief Lammers getiteld ‘de platte mens’.

.

de platte mens

.

vandaag heb ik een stapel brieven uitgezocht
de kreukels uit de tweedimensionale versie van mijn vrienden en
de kleverige herinnering mijn vingers in gewreven
een berg papier als krap omhulsel van een mens op een moment

.

ik heb niemand weggegooid en alles opgeborgen, de platte mens weer in de la gestopt
daarna heb ik een kaart getrokken die me vertelde wat ik al wist
ik heb een vriend getroffen in de nieuwe supermarkt
hij zei het tegenovergestelde, ook dat wist ik al

.

we leren snel, wennen langzaam
ik zie nog steeds de oude winkel voor me
een vorig handschrift, een vorig leven
alles bestaat hier tegelijk en tegenstrijdig en alleen daarom is het echt

.

vermoed ik, vlak voor ik in slaap val, en ik kan het maar nét denken
een mens als krap omhulsel van een werkelijkheid

.

Delphine Lecompte

De Nacht van de Poëzie

.

Afgelopen zaterdag was de 40ste editie van de Nacht van de Poëzie in Tivoli Vredenburg  in Utrecht. Een keur van dichters droeg voor en ik was vooral erg getroffen door de oudste deelnemer Judith Herzberg (1934). Op hoge leeftijd een zaal zo stil krijgen met haar bijzondere poëzie is voorwaar geen kleinigheid. Een aantal dichters die langs kwam was er ook bij in de eerste editie in 1980 (Jean Pierre Rawie, Bart Chabot, Hans Dorresteijn en opnieuw Judith Herzberg) maar er waren ook genoeg jonge dichters te beluisteren. Zoals Dominique de Groen, Hannah van Binsbergen, Babeth Fonchie, Jens Meijen en Joost Oomen (allemaal geboren in de jaren ’90).

Toch was een van de hoogtepunten de bijdrage van Gerda Lenten Havertong (1946). Zelf geen dichter maar voor deze jubileumeditie gevraagd een keuze te maken uit de lange geschiedenis van de Nacht gedichten. Ze koos voor twee Surinaamse dichters (Michaël Slory en Dobru) en Hans Andreus. Bij het gedicht van Hans Andreus was ze zichtbaar geëmotioneerd, het was het gedicht dat haar man haar, op zijn sterfbed, had gegeven.

Natuurlijk traden er naast dichters ook musici en dansers op waarbij het dansoptreden van Oxygen me nog lang zal bijblijven, in één woord geweldig. In de gangen van Vredenburg Tivoli waren verschillende uitgeverijen van poëzie (boeken, bundels, tijdschriften) aanwezig waaronder die van Awater. En er waren tweedehands bundels te koop. Een van die bundels is met mij mee naar huis gegaan. ‘De 100 beste gedichten van 2018’ voor de VSB Poëzieprijs samengesteld door Maaike Meijer, ontbrak nog in mijn verzameling van deze bloemlezingen (er ontbreken nog een paar jaren maar die kom ik vast en zeker nog eens ergens tegen).

Uit het fraaie aanbod van gedichten en dichters koos ik voor het bijzondere gedicht ‘De priester die jezus van mij weggriste’ van de Vlaamse dichter Delphine Lecompte (1978). Het gedicht staat in haar bundel ‘Western’ uit 2017. Ik koos het gedicht omdat het zo anders is, zo ontwapenend, zo heerlijk Vlaams (pandoering) en zo bloemrijk in haar taal. Voor degene die niet zo bekend zijn met de katholieke eredienst geeft Pieter M. van Sterkenburg  op OoteOote wat informatie die kan helpen bij het begrip van dit gedicht.

.

De priester die Jezus van mij weggriste

.

Ik hield de hostie te lang in mijn palm
De priester dacht dat ik Jezus’ vlees wilde wegmoffelen
In mijn vestzakje, om het na de mis te dumpen in een heidense waterput
En misschien nog een wens te doen ook, de wens zou seksueel
Of materialistisch zijn, de priester had het bij het verkeerde eind.

.

Ik was een ontzettend vroom kind
Ik bad dagelijks tot God, en ik telefoneerde ’s nachts
Via Fisher Price naar zijn volmaakte zoon
Jezus nam steeds op en zei: ‘Ach de katholieke misdienst …
Mooie liturgie dat wel, maar de hostie mijn vlees, eet die gerust op wanneer jij het wil.’

.

Wanneer ik het wil, ik wilde de hostie opeten aan het strand
Mijn blik gericht op de dappere ezels van de knoestige ezeldrijver
Mijn rug blind voor de lunaparken en gocarts en wafelkramen
Maar de priester griste Jezus’ vlees uit mijn hand
En hij propte de hostie diep in mijn mond, ik stikte haast.

.

Woedend nam ik mij voor nooit meer te bidden
De telefoon van Fisher Price wierp ik ’s avonds in het haardvuur
Het gesmolten plastic maakte mijn grootvader razend
Hij gaf mij een pandoering om u of kindermishandeling tegen te zeggen
De volgende dag nam zijn spijt de vorm aan van een pluchen berggeit.

.

Ik noemde de geit Batseba
Ik wist niet dat zij in de bijbel voorkwam
Ik vond het gewoon een geschikte naam, stoerder dan Lolita
En sensueler dan Mata Hari
Ondertussen is alles weer koek en ei tussen Jezus, God, en mij.

.

Judith Herzberg

Gerda Lenten Havertong

Weesgedichten

In Nederland

.

Vorig jaar in december schreef ik over Weesgedichten in België, een initiatief vanuit de gemeente en bibliotheek van Aalst om tijdens de Poëzieweek een bloemlezing van straatpoëzie over de stad uit te storten. Bibliotheken in Vlaanderen konden zich aanmelden en pakketten met gedichten afnemen en inwoners van de gemeenten die meededen konden een gedicht adopteren dat dan door een vrijwilliger of medewerker van de bibliotheek op een raam van het woonhuis werd geschreven. Deze ‘schrijvers’ konden een korte cursus handbelettering krijgen of werden geselecteerd op hun fraaie handschrift, zodat het gedicht op het raam niet alleen inhoudelijk een verfraaiing was maar ook visueel mooi.

Toen al schreef ik dat het mooi zou zijn als we dit ook naar Nederland konden exporteren vanuit Vlaanderen. Onder andere naar aanleiding van dit bericht werd ik door Jiske Foppe , directeur van stichting De zoek naar schittering, benaderd (ik ben lid van de raad van toezicht van deze stichting én bibliotheekdirecteur) of we niet konden gaan praten met de initiatiefnemers.  Dat hebben we gedaan en inmiddels is er geld om te onderzoeken of dit kan. Maar er is meer dan geld nodig. Belangrijk zijn de afspraken met de Vlaamse evenknie, de bibliotheken en natuurlijk het Nederlandse publiek.

Het idee is om een pilot te draaien in Zuid Holland (met bibliotheken in Zuid Holland en met wat ondersteuning vanuit de Provinciale steunorganisatie ProBiblio) in de Poëzieweek 2024. Ik zal met mijn bibliotheek uiteraard deelnemen. Dat wil zeggen dat inwoners van Vlaardingen, Maassluis en Midden-Delfland de mogelijkheid krijgen om een gedicht aangebracht te krijgen op een raam van hun huis. Uiteraard zijn er wel wat voorwaarden, maar er is veel mogelijk. De lijst met gedichten bevat naast een aantal bekende namen ook namen van jonge veelbelovende dichters uit Nederland en Vlaanderen en elke bibliotheek staat het vrij om dichters uit het eigen werkgebied toe te voegen (bijvoorbeeld een stads-, dorps- of wijkdichter).

Om dit mooie project te steunen en onder de aandacht van mijn collega’s te brengen heb ik op de voorramen van mijn huis twee voorbeelden geschreven samen met Jiske. Een gedicht van mijzelf en een ander gedicht uit de lijst van Sylvie Marie. Bedenk hierbij dat wij geen ervaren beletteraars zijn maar het geeft een mooi idee van hoe het er kan uitzien. Mocht je nu al geïnteresseerd zijn om een gedicht op je raam te willen meld je dan alvast aan via deze link (ook om te laten weten dat er een vraag is vanuit Nederland!). En wie weet staat er volgend jaar een prachtig gedicht op jouw raam.

Op mijn raam zoals gezegd een wat ouder gedicht van mij getiteld ‘Strand’.

.

Strand

.

Daar loopt ze

het doldrieste water

met haar benen doorklievend

en dan ineens rent ze

terug naar mij

.

“kwallen” zegt ze.

.

Aan zee de tijd kwijtraken

Bernke Klein Zandvoort

.

De afgelopen 10 jaar zijn er verschillende dichters gepubliceerd en bekend geworden die een eigen stem en geluid hebben. Een dichter met één van de meest in het oog springende namen uit de hedendaagse poëzie van de afgelopen 10 jaar is Bernke Klein Zandvoort (1987). Klein Zandvoort publiceerde twee dichtbundels: ‘Uitzicht is een afstand die zich omkeert’ uit 2013, waarmee ze genomineerd werd voor de C. Buddingh’-prijs en de Jo Peters Poëziepríjs, en ‘Veldwerk’ uit 2020. Deze laatste bundel werd genomineerd voor de grote Poëzieprijs.

Klein Zandvoort volgde de opleiding Beeld en Taal aan de Gerrit Rietveld Academie. Ze schrijft gedichten en essays, stelt programma’s en boeken samen en verzamelt poëzie en was redacteur van het tijdschrift ‘De Revisor van 2017 tot en met 2021. Op dit moment werkt ze aan een een filmproject over het oog als orakel, een essaybundel die in 2023 zal verschijnen en een onderzoeksproject naar Mexicaanse literatuur in het kader van Wanderlust, een initiatief van het Letterenfonds waarin talentvolle bemiddelaars in de literatuur als schrijvers de kans krijgen zich verder te ontwikkelen in een internationale setting.

In het zomernummer van poëzietijdschrift Awater verscheen een gedicht van Klein Zandvoort met een tekening van Gemma Plum. Het titelloze gedicht wil ik hier met je delen omdat ik getroffen werd door de laatste zin. Ooit hoorde ik van een oud collega die overspannen was dat zij door een vriendin dagelijks mee naar het strand werd genomen voor lange wandelingen. Zij knapte hier enorm van op en ze vertelde me letterlijk dat je de tijd kwijtraakte aan het strand. Wonend op een paar minuten afstand van het strand kan ik dit beamen.

.

wat ik hoorde in de schelp

.

golven klinken net als ademhalingen

.

met je lijf als een vuurtoren kan je

je uitademing ver van je af zien gaan

tot de inademing je weer verzamelt

zoals golven elkaar komen ophalen aan het strand

.

dat is waarom mensen aan zee de tijd kwijtraken.

.

Horizon-taal

Charlotte de Raad

.

De Hilversumse Charlotte de Raad (27) is dichter en spoken word artist. In 2018 debuteerde ze met de poëziebundel ‘En ze leefde nog’ bij Uitgeverij Rorschach. Daarvoor was ze onder andere actief voor het optredend literair gezelschap Poetry Circle 020. Op dit moment werkt ze als programmamaker en redactiemedewerker bij Stichting Granate. Deze stichting bevordert met haar projecten en activiteiten meer culturele diversiteit en inclusiviteit in de Nederlandse film en poëzie. Daarnaast schrijft Charlotte de Raad veel poëzie voor haar eigen social media kanalen en draagt ze regelmatig voor tijdens festivals en evenementen.

Charlotte de Raad is sinds 2021 de nieuwe stadsdichter van Hilversum, ze is benoemd voor een periode van 2 jaar. Charlotte de Raad is de opvolger van Mieke van Zonneveld die de afgelopen 3 jaar stadsdichter was. Het onderstaande gedicht van Charlotte getiteld ‘Kompas’ verscheen in het tijdschrift Sintel

.

Kompas

.

het ritme van poëzie zit in ogenblikken

in de afstand tussen twee lichamen

het voert door gedachtegangen

en is niet in één woord te vangen

maar in het naderen en aanraken

in loslaten en verlangen

.

het waren de klanken die de letters grepen

en deden dansen op papier

het is de beweging in elk woord

die ons leidde naar hier

tussen de regels

aan de kust van een verhaal

.

in de breedste zin

is poëzie horizon-taal

.

Poëziepodia

Voordragen

.

Toen in 2007 mijn debuutbundel werd gepubliceerd bij uitgeverij de Brouwerij, stelde mijn uitgever voor dat ik mijn poëzie zou voordragen op een poëziepodium in Brielle. Dit kleinschalige podium werd georganiseerd in een café met de prozaïsche naam ‘De kont van het paard’. Ik wist niet precies wat ik me moest voorstellen bij een poëziepodium maar daar aangekomen voelde ik me al snel op mijn gemak. De organisatoren vertelde me waar in het programma ik mocht voordragen, hoe lang ik had voor mijn voordracht en ik kreeg een paar consumptiebonnen.

En meer heb je als beginnend dichter ook eigenlijk niet nodig. Een kleinschalig podium met andere dichters (waarvan sommige ook beginnend maar de meeste vaak al ervaring hebben. En juist door het contact met die andere dichters, met het publiek, met de organisatoren leer je hoe een poëziepodium werkt, leer je welke gedichten goed en minder goed werken en leer je dat het om de poëzie draait (nog te vaak zie ik dichters die een gedicht met een heel verhaal inleiden waardoor de aandacht niet zozeer meer op het gedicht ligt en waardoor je minder gedichten kan voordragen (de tijd is meestal beperkt tussen de 5 en 10 minuten.

Reden waarom ik nog steeds graag poëziepodia bezoek (om te luisteren en om voor te dragen) is de ontdekkingstocht naar nieuwe, mij nog onbekende dichters, een vernieuwde kennismaking met dichters die ik al ken en om mezelf beter te maken, verder te leren hoe een goede voordracht te brengen. In de afgelopen 14 jaar heb ik op heel veel poëziepodia gestaan, op ongelofelijk mooie en heel verschillende plekken mijn gedichten voorgedragen, prachtige dichters gehoord en gezien en ja, ook soms dichters die het in mijn ogen niet goed doen of het wel nooit zullen leren.

En juist dat maakt poëziepodia zo belangrijk voor jonge maar ook beginnende dichters (ik was al in de 40) die willen leren hoe je een goede voordracht brengt. Daarom ben ik ooit op dit blog de categorie ‘poëziepodia’ begonnen. En dat is waarom ik hier vandaag weer een aantal poëziepodia onder de aandacht wil brengen. Een greep uit het aanbod van de afgelopen weken:

Als je zelf googled op poëziepodium dan zul je er nog veel meer vinden, bij jou in de buurt of wat verder weg. Mij heeft het bezoeken van poëziepodia veel gebracht, doe er je voordeel mee.

Tot slot een gedicht over voordragen, een oud gedicht van mij (iets bewerkt) dat ik schreef toen ik nog zoekende was.

.

De dichter ontmaskerd

.

Je sprak over peilloze diepten

en omfloerste gedachten,

doorwrochte zinnen en

latent temperament.

 

En ik vroeg me af

waar zich dat dan

allemaal wel bevond?

.

Bij mij?

Hoe kon ik dat geloven.

Ik deed maar wat

tenslotte.

.

Houston we have a problem

Lotte Dodion

.

De Vlaamse dichter, performer en polyvalent (veelzijdig, meer dan één waarde bezittend) teksttalent Lotte Dodion (1987) ken ik al sinds 2011 toen ze als jonge aanstormende dichter op het Ongehoord! podium stond in Rotterdam als (toen nog) Mander dichter. Een Meander dichter was een dichter die ons (van Ongehoord!) werd aangeraden om te programmeren omdat deze talentvol was.  Lotte was toen 24 en inderdaad een aanstormend talent.

Daarna was ze één van de Vlaamse dichters op de Poëziebus in 2015 en programmeerde Ongehoord! haar opnieuw in 2016 op de jubileum editie in de Jacobustuin in Rotterdam. In maart van dat jaar verscheen haar poëziedebuut ‘Kanonnenvlees’ bij uitgeverij Atlas Contact dat zeer goed werd ontvangen.

Haar werk verscheen in bloemlezingen en in literaire tijdschriften als Plebs en Gierik NVT. Ze treedt op, verzorgt workshops en is inderdaad een veelzijdig woordkunstenaar. De laatste jaren werkte ze voor Vonk & Zonen, een literair productiehuis dat naast eigen producties ook een gastvrij huis is voor plannen van dichters en dromers. Een jonge literaire organisatie die sterk inzet op nieuwe vormen om literatuur te presenteren.

Vanaf 1 september dit jaar is ze echter weer terug op haar oude plek, als freelancer in de letteren. Op haar website https://www.lottedodion.be/ is alles over haar werkzaamheden te lezen. Daar staan ook gedichten van haar hand waaronder het mooie maar wrange ‘Houston we have a problem’.

.

We huilden bij een kerk

Olivier van Eijk

.

In 2000 installeerde de Rijksuniversiteit Groningen als eerste universiteit van Nederland een huisdichter. Geen enkele instelling voor hoger onderwijs in Nederland had op dat moment een vergelijkbare positie. In de inmiddels 21 jaar na dato volgden vele universiteiten het voorbeeld van Groningen. Olivier van Eijk (21) uit Rotterdam, maar filosofie studerend in Groningen, is de nieuwe huisdichter van de Rijksuniversiteit Groningen voor het studiejaar 2020-2021.

Met zijn gedichten wil hij ‘een nieuw perspectief op de wereld om ons heen bieden: ‘Ik denk dat gedichten een onthutsende nieuwe kijk op maatschappelijke en politieke gebeurtenissen kunnen geven.’ Als huisdichter wil Olivier zoveel mogelijk lezers enthousiasmeren voor poëzie door kennis te delen en beginnende dichters te motiveren: ‘Ik geloof dat poëzie een onbegrepen kunstvorm is die te snel wordt weggezet als oubollig, pretentieus en elitair.’ Of dat laatste waar is durf ik te betwijfelen maar elke poging om lezers te enthousiasmeren voor poëzie is welkom natuurlijk.

Op de website van de RUG zijn de gedichten en huisdichters terug te vinden https://www.rug.nl/about-ug/profile/huisdichter/ Van Olivier van Eijk hier het gedicht ‘ We huilden bij de kerk’  het gedicht dat hij schreef in maart 2021.

.

We huilden bij een kerk

.

we huilden bij een kerk op een dinsdag
en de zuilen waren wellicht je schouders in de hitte
van de troost

.

als de zon onvoorwaardelijk liefheeft of haat of onverschillig schijnt
op mensen pleinen fonteinen water en fonkelend gras

.

de wereld als neuriënde mummy over deze objecten waakt
of slechts zuchtjes en kreetjes laat van ouderdom

.

tijd telkens bekeurd wordt voor snelheidsovertredingen
door de wetsdienaar van nostalgie,

.

weemoed en andere verschijnselen van sentimentele schepsels

.

misschien vingen de tegels onze tranen
als kinderen onder een afdak in de regen
terwijl ze hun koppen dragen als kruizen
en de kerk in slowmotion mee snikte

.

Eerste jonge dichter des vaderlands

Joanne Hoekstra

.

In 2012 werd voor de eerste maal in Nederland de jonge dichter des vaderlands gekozen. Er waren zestig inzendingen voor de nieuwe titel in poëzieland en van die 60 werden er 4 jongens en 10 meisjes genomineerd om mee te dingen naar de titel. Deze 14 jongeren (allen tussen de 16 en 18 jaar oud) kregen een aantal workshops aangeboden (onder andere ‘schrijven & schrappen’ en ‘voordragen’) en mochten in een privéles nog verder hun poëzie aanscherpen.

Uiteindelijk werden er drie finalisten gekozen: Sannemaj Betten, Kenza Bolsius en Joanne Hoekstra. Deze drie dichters mochten een poëzieclip opnemen en in de maanden erna kon er gestemd worden op de beste dichter of de beste clip. Uiteindelijk won de Friese 16 jarige Joanne Hoekstra de felbegeerde titel met het gedicht ‘In het hoofd van haar broer’.

De nieuwe jonge dichter des vaderlands werd tevens voor twee jaar aangesteld als huisdichter op Scholieren.com. Hieronder twee gedichten uit 2012 die ze schreef gedurende de verkiezing tot jonge dichter des vaderlands.

.

In het hoofd van haar broer

In het hoofd van haar broer
kwam nog een laatste gedachte op
toen het water zijn lichaam omarmde,
zijn hoofd verborg in de golven.

Ze had willen redden
Maar de schepen voeren nog, boeien dreven.

En ook zij was in gedachten verzonken.

.

twaalf jaar

.

De te jonge jongen,
Broek op half 7,
rugzak zelfs op kwart over 6.

.

Hij zuigt de sigarettenrook
alsof hij cola drinkt
zijn lichaam binnen.

.

Voor hij zich omdraait
en de lucht met rook
vermengt, richting de hemel spuugt.

.

Een hoestje ingehouden.
Hij is al wat eerder opgehouden
net twaalf jaar te zijn.

.

 

Fake News!

Jonge dichter des Vaderlands

.

Maaike Rijntjes (1997) was in de periode 2014-2016 Jonge dichter des Vaderlands. Hiervoor won zij ‘Doe Maar, Dicht Maar’, de wedstrijd voor jonge dichters. Na haar jaren als Jonge dichter des Vaderlands heeft ze op verschillende podia gestaan en zijn er gedichten van haar gepubliceerd in verschillende tijdschriften, zoals ‘Het Liegend Konijn’. Inmiddels studeert ze filosofie in Groningen en schrijft gedichten voor radioprogramma El Mundo. Het wekelijkse radioprogramma El Mundo wordt behalve in Harderwijk ook uitgezonden op lokale radiostations in Zwolle en Deventer. Gedichten van haar hand zijn te lezen op http://maaikerijntjes.tumblr.com
In 2018 deed ze mee met WriteNow! Groningen en won ze de derde prijs met een aantal gedichten. Een van deze gedichten is heel actueel en is getiteld ‘Fake news’.

.

Fake news

.

Vrouwen zijn gemaakt om vast te houden,
mannen om te winnen.

.

De wereld is een eiland en
op zee is het makkelijk drijven:
golven likken stranden schoon,
zout hoeft niet te branden in je ogen.

.

Je kunt bouwen om mensen
prikkeldraad oprollen de stenen ook
in de grond verbergen, zeggen: je kunt
niet meer naar huis,
dit alles zonder het ‘gevangenis’ te noemen.

.

Kinderen zijn veilig als je ze jong genoeg leert
altijd terug te schieten
het probleem zit in schedels
ligt niet in hun handen.

.